De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Griekenland;
Verlangend, de vriendschapsbanden, welke de beide landen op zo gelukkige wijze verenigen,
nauwer aan te halen door haar verschillende culturele betrekkingen uit te breiden;
Hebben besloten te dien einde een Verdrag te sluiten en hebben haar Gevolmachtigden
benoemd die, daartoe behoorlijk gemachtigd, het volgende zijn overeengekomen:
De Verdragsluitende Partijen zullen zoveel mogelijk haar goede betrekkingen op intellectueel
gebied en op het gebied van onderwijs, wetenschap en kunst uitbreiden.
Teneinde de in artikel 1 vermelde doelstellingen te bereiken, zullen de Verdragsluitende
Partijen, zo mogelijk door het toekennen van beurzen, de uitwisseling van hoogleraren
en leden van wetenschappelijke en culturele instellingen bevorderen. Zij zullen kunstmanifestaties,
zoals tentoonstellingen, concerten, lezingen, welke betrekking hebben op de cultuur
van het andere land, aanmoedigen, evenals de culturele uitwisseling op het gebied
van film, radio en sport.
De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Partijen zullen in gemeenschappelijk
overleg de maatregelen nemen, welke nodig zijn voor het ten uitvoer leggen van de
bepalingen van bovenstaande artikelen. Te dien einde wordt in elk van beide landen
een commissie ingesteld, wier taak het is, aan de Regering voorstellen te doen betreffende
de uitvoering van dit Verdrag. De diplomatieke vertegenwoordiger van de andere Verdragsluitende
Partij kan worden uitgenodigd, deel te nemen aan de besprekingen van deze commissie.
Dit Verdrag zal worden bekrachtigd en de akten van bekrachtiging zullen zo spoedig
mogelijk te Athene worden uitgewisseld
Het Verdrag zal in werking treden op de dag der uitwisseling van de akten van bekrachtiging.
Dit Verdrag zal van kracht blijven gedurende een tijdvak van vijf jaren. Indien het
niet zes maanden voor de datum van het verstrijken van deze termijn is opgezegd, wordt
het stilzwijgend verlengd, in welk geval elk der beide Verdragsluitende Partijen zich
het recht voorbehoudt, te allen tijde het Verdrag op te zeggen met inachtneming van
een opzeggingstermijn van zes maanden.