MINISTERIE VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Directie Verdragen
DVE/VV-156890
's-Gravenhage, 26 juni 1975
Excellentie,
Ik heb de eer U de ontvangst te bevestigen van Uw brief van 6 juni 1973, Ref. F 42/2/57,
die als volgt luidt:
[Red: (Zoals in Nr. 1)]
Ik deel U mede dat de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden het voorstel van
de Regering van het Koninkrijk Tonga aanvaardt, dat het op 31 mei 1932 te Londen ondertekende
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië
en Noord-Ierland, houdende bepalingen tot het vergemakkelijken van het voeren van
rechtsgedingen in burgerlijke en handelszaken, bindend zal zijn tussen hun landen.
Voorts deel ik U mede dat de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden bereid is
een overeenkomst in die zin aan te gaan met de Regering van het Koninkrijk Tonga.
De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden stelt echter voor, dat deze overeenkomst,
die zal worden gevormd door Uw brief van 6 juni 1973, Ref. 42/2/57, deze brief en
Uw brief als bevestigend antwoord daarop, op zodanige wijze zal worden toegepast dat
aanvragen van de bevoegde rechterlijke autoriteit van het ene land aan de bevoegde
rechterlijke autoriteit van het andere land om betekening van gerechtelijke en buitengerechtelijke
stukken of om bewijslevering kunnen worden geadresseerd en verzonden in overeenstemming
met het bepaalde in en krachtens het Verdrag van 1932, dan wel rechtstreeks kunnen
geschieden tussen deze rechterlijke autoriteiten.
De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden stelt verder voor dat deze overeenkomst
van kracht zal worden op de datum waarop de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden
de Regering van het Koninkrijk Tonga schriftelijk heeft medegedeeld, dat aan de in
het Koninkrijk der Nederlanden voor deze overeenkomst grondwettelijk vereiste procedures
is voldaan, en, wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, van toepassing zal zijn
op het grondgebied van het Koninkrijk in Europa en op de Nederlandse Antillen.
Gelief, Excellentie, de verzekering van mijn zeer bijzondere hoogachting wel te willen
aanvaarden.
(w.g.) M. VAN DER STOEL
De Eerste Minister
en Minister van Buitenlandse Zaken
van het Koninkrijk Tonga