Overeenkomst inzake het onderhoud van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa en de Nieuwe Sloot/Grenzschloot, [...] van werken in en langs deze watergangen, Coevorden, 08-03-1983

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 24-11-1983 t/m heden

Overeenkomst inzake het onderhoud van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa en de Nieuwe Sloot/Grenzschloot, alsmede het onderhoud en het beheer van werken in en langs deze watergangen

Authentiek : NL

Overeenkomst inzake het onderhoud van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa en de Nieuwe Sloot/Grenzschloot, alsmede het onderhoud en het beheer van werken in en langs deze watergangen

Het Wasser- und Bodenverband Unterhaltungsverband 114 - Vechte, Neuenhaus, verder te noemen „Unterhaltungsverband”, vertegenwoordigd door de voorzitter,

en

het waterschap Bargerbeek, Klazienaveen, verder te noemen „waterschap”, vertegenwoordigd door de voorzitter,

  • - overwegende, dat de waterhuishoudkundige situatie in het gebied van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa sinds de op 9 en 14.08.1929 en op 19.04 en 08.06.1956 gesloten overeenkomst tussen de Landkreis Grafschaft Bentheim en het waterschap Schoonebeekerdiep - rechtsopvolger is het waterschap Bargerbeek - betreffende de uitvoering van het plan ter verbetering van de afvoermogelijkheden van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa, alsmede de destijds afgesloten onderhoudsovereenkomst, sedert 1968 belangrijk gewijzigd is door de verruiming, waardoor de grondslagen voor genoemde overeenkomsten weggevallen zijn,

  • - overwegende, dat de rechten en plichten van de beide partijen, met betrekking tot de verruiming van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa, zich naar de volgende criteria moeten schikken:

    • 1. naar grootte van het neerslaggebied van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa aan weerszijden van de grens, in de procentuele verhouding

      Unterhaltungsverband : waterschap = 73 : 27

      • 1.1. voor de verruiming van de stroom van km 0,000 tot km 20,766

      • 1.2. voor de grondverwerving van het onder 1.1 genoemde traject

      • 1.3. voor de nieuwbouw van de

        Berendsbrug bij km 0,425

        Wilmsbrug bij km 9,454

        Almingsbrug bij km 16,462

      • 1.4. voor de stuwen bij km 8,580 en km 13,346

    • 2. naar het gelijkwaardige belang van de beide partijen, in de procentuele verhouding

      Unterhaltungsverband : waterschap = 50 : 50

      • 2.1. voor de bruggen bij de stuwen bij km 8,580 en km 17,338

      • 2.2 voor de stuw bij km 5,488

      • 2.3. voor de grondverwerving (grondruiling aan weerskanten van de grens) in plaats van de bouw van nieuwe bruggen

    • 3. voor eventuele nieuw te bouwen bruggen ingeval grondruil aan weerszijden van de grens niet mogelijk is, in de verhouding

      Unterhaltungsverband : waterschap = 2 : 1

    • 4. voor het eenzijdige belang van het waterschap bij de bouw van de stuw bij km 17,338, in de procentuele verhouding

      Unterhaltungsverband : waterschap = 0 : 100

  • - met de wens om na de verruiming van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa een nieuwe onderhoudsregeling te treffen en het Schoonebeekerdiep/Grenzaa, alsmede de Nieuwe Sloot/Grenzschloot zo in stand te houden, dat de onbelemmerde afvoer overeenkomstig de capaciteit van het natte profiel verzekerd is,

  • - in aanmerking genomen paragraaf 4, artikel 59, lid 2 van het op 8 april 1960 gesloten grensverdrag tussen de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden,

sluiten de volgende overeenkomst:

Artikel 1

  • 1 Het onderhoud van het grenstraject van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa vanaf de uitmonding in het Kanaal Coevorden-Alte Picardie stroomopwaarts tot aan grenssteen 153II berust bij het waterschap.

  • 2 Het onderhoud van het grenstraject van het Schoonebeekerdiep/Grenzaa vanaf grenssteen 153II stroomopwaarts tot aan de uitmonding van de Nieuwe Sloot/Grenzschloot (grenssteen 156), alsmede het grenstraject van de Nieuwe Sloot/Grenzschloot tussen de grensstenen 156 en 158 berust bij het Unterhaltungsverband.

  • 3 Het onderhoud van de bodemsprongen, stuwen, kaden en schouwpaden berust steeds bij die partij, in wier onderhoudstraject deze objecten liggen.

  • 4 De instandhouding van de afrastering wordt volgens de voor het betreffende gebied geldende wettelijke bepalingen geregeld.

  • 5 Het onderhoud van de bruggen geschiedt volgens de beschrijving op bijlage nr. 1 die eventueel in de toekomst kan worden aangevuld.

Artikel 2

De voor het onderhoud maatgevende toestand van de in artikel 1 genoemde watergangen en objecten zijn vastgesteld in een door beide partijen ondertekend basisplan, dat - met eventuele toekomstige veranderingen - een onderdeel vormt van deze overeenkomst.

Het basisplan bestaat uit een overzichtskaart schaal 1 : 25.000, lengteprofielen, representatieve dwarsprofielen en tekeningen van de kunstwerken.

Bijlage 10000057164.png
Bijlage 10000057209.png
Bijlage 10000057165.png
Bijlage 10000057210.png
Bijlage 10000057211.png
Bijlage 10000057212.png
Bijlage 10000057213.png
Bijlage 10000057214.png
Bijlage 10000057215.png
Bijlage 10000057216.png
Bijlage 10000057217.png
Bijlage 10000057218.png
Bijlage 10000057219.png

Artikel 3

  • 1 De stuwen in het Schoonebeekerdiep/Grenzaa behoren bediend te worden volgens de uitvoerige beschrijving op bijlage nr. 2 die eventueel in de toekomst kan worden aangevuld.

  • 2 In afwijking van de regeling in lid 1 hebben de onderhoudsplichtigen het recht bij de uitvoering van het onderhoud van de stroom, de stuwen overeenkomstig de behoeften voor het onderhoud te bedienen en het water alleen daarvoor te gebruiken, mits de algemene waterhuishouding niet in gevaar komt.

Artikel 4

  • 1 Beide partijen verplichten zich, elkaar, voorzover het in hun vermogen ligt, zodanig bij te staan, dat het onderhoud op wederzijds gebied uitvoerbaar is.

  • 2 De bij de verruiming aangelegde schouwpaden dienen zo weinig mogelijk voor andere doeleinden te worden gebruikt.

  • 3 Het recht van overweg wordt wederzijds toegestaan.

Artikel 5

  • 1 Voor het toezicht op het behoorlijk onderhoud wordt een schouwcommissie ingesteld bestaande uit twee vertegenwoordigers van het Unterhaltungsverband en twee vertegenwoordigers van het waterschap.

    Het voorzitterschap wordt jaarlijks afwisselend gevoerd door een vertegenwoordiger van de Duitse en de Nederlandse partij, te beginnen met de eerstgenoemde. De toezichthoudende instanties dienen te worden uitgenodigd.

  • 2 Voor de werkzaamheden van de schouwcommissie gelden de relevante bepalingen van de permanente Nederlands-Duitse grenswaterencommissie, voorzover deze van toepassing zijn op de door deze commissie ingestelde subcommissies.

  • 3 De schouwcommissie schouwt de wateren minstens eenmaal per jaar, in de herfst. Voor het vaststellen van de oorzaken van gebrekkige afvoer kan de commissie de schouw ook uitbreiden tot de aansluitende watergangen.

  • 4 De schouwcommissie komt ten minste eenmaal per jaar, na beëindiging van de herfstschouw, voor een vergadering bijeen.

  • 5 De uitnodigingen voor een vergadering of een schouw dienen uit te gaan binnen een termijn van minstens twee en hoogstens vier weken.

  • 6 De schouwcommissie besluit bij meerderheid van stemmen.

  • 7 De schouwcommissie maakt van iedere schouw of vergadering een verslag. In het schouwverslag dienen de te treffen maatregelen en, indien nodig, de aan te houden termijnen, met betrekking tot het opnieuw brengen in een behoorlijke staat van onderhoud, vermeld te worden. De partijen, de toezichthoudende instanties en de leden van de schouwcommissie ontvangen een exemplaar van dit verslag.

  • 8 De commissieleden zijn bevoegd op ieder ogenblik de in artikel 1 genoemde watergangen te bezichtigen.

  • 9 De partijen verplichten zich elkaar behulpzaam te zijn bij het verkrijgen van de vereiste grensdocumenten voor de commissieleden en de toegevoegde deskundigen.

Artikel 6

  • 1 Wijzigingen in de overeenkomst behoeven de goedkeuring van de regeringen van de Bondsrepubliek Duitsland en van het Koninkrijk der Nederlanden.

  • 2 Wijzigingen in het in artikel 2 genoemde basisplan en in de in artikel 1 en 3 genoemde bijlagen behoeven alleen toestemming van de Bezirksregierung Weser-Ems en van Gedeputeerde Staten van Drenthe.

Artikel 7

  • 1 De overeenkomst wordt gesloten voor de duur van 20 jaar. Indien zij niet drie jaar voor het aflopen van deze periode wordt opgezegd, wordt zij stilzwijgend telkens met vijf jaar verlengd.

  • 2 De opzegging dient per aangetekende brief te geschieden.

Artikel 8

  • 1 De overeenkomst behoeft de goedkeuring van de regeringen van de Bondsrepubliek Duitsland en van het Koninkrijk der Nederlanden. Zij treedt een maand na afsluiting van de laatste goedkeuringsprocedure in werking. De partijen stellen het tijdstip van inwerkingtreding schriftelijk vast.

  • 2 Op de dag van de inwerkingtreding van deze overeenkomst treden de in de preambule vermelde overeenkomsten tussen het waterschap Schoonebeekerdiep en de Landkreis Grafschaft Bentheim d.d. 09/14.08.1929 en 19.04/08.06.1956 buiten werking.

GETEKEND te Coevorden, 8 maart 1983 in vijfvoud, elk in de Duitse en Nederlandse taal, waarbij iedere tekst in gelijke mate bindend is.

Voor het Unterhaltungsverband 114- Vechte,

(w.g.) SCHÖPPERT

Verbandsvorsteher

(w.g.) HEMKES

Geschäftsführer

Voor het waterschap Bargerbeek,

(w.g.) K. MEINDERS

voorzitter

(gez.) J. C. BRANDT

Secretaris

Bijlage nr. 1

Onderhoud van de in artikel 1 (5) genoemde bruggen:

  • 1. Berendsbrug bij km 0,425

    Waterschap Bargerbeek.

  • 2. Brug Ossestraat/Lauensteinstraat bij km 7,541

    Volgens wettelijke bepaling in de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden. Momenteel ieder op eigen grondgebied door de Strassenbauverwaltung van het land Niedersachsen en door de gemeente Schoonebeek.

  • 3. Wilmsbrug bij km 9,454

    Volgens wettelijke bepaling in de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden. Momenteel ieder op eigen grondgebied door de gemeente Emlichheim en de gemeente Schoonebeek.

  • 4. Almingsbrug bij km 16,462

    Volgens wettelijke bepaling in de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden. Momenteel ieder op eigen grondgebied door de gemeente Ringe en de gemeente Schoonebeek.

  • 5. Brug over de stuw bij km 8,580

    Waterschap Bargerbeek.

  • 6. Brug over de stuw bij km 17,338

    Unterhaltungsverband 114-Vechte.

  • 7. Oude houten brug bij km 17,496 (Hüser)

    Waterschap Bargerbeek.

  • 8. Oude houten brug bij km 17,750 (Schepers)

    Waterschap Bargerbeek.

Bijlage nr. 2

Bediening van de in artikel 3 genoemde stuwen:

  • 1. Stuw bij km 5,488

    Normaal stuwpeil = + 10,20 m NN = + 10,20 m NAP

    Hoogste stuwpeil = + 10,50 m NN = + 10,50 m NAP

    Stuw bij km 8,580

    Normaal stuwpeil = + 11,20 m NN = + 11,20 m NAP

    Hoogste stuwpeil = + 11,50 m NN = + 11,50 m NAP

    Stuw bij km 13,346

    Normaal stuwpeil = + 12,50 m NN = + 12,50 m NAP

    Hoogste stuwpeil = + 13,00 m NN = + 13,00 m NAP

    Stuw bij km 17,338

    Normaal stuwpeil = + 14,10 m NN = + 14,10 m NAP

    Hoogste stuwpeil = + 14,40 m NN = + 14,40 m NAP

  • 2. In de vegetatieperiode dienen de stuwhoogte en de duur van de opstuwing door de onder 1 genoemde stuwen volgens economische en door de weersgesteldheid bepaalde behoefte, in overeenstemming met de betrokkenen, afwijkend van het normale stuwpeil tot het hoogste stuwpeil geregeld te worden.

  • 3. In de periode van 15 oktober tot 14 april (vegetatieloze periode) mag niet worden gestuwd. In onderling overleg kan hiervan worden afgeweken.

Naar boven