Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk [...] van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen, Bratislava, 21-05-2002

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-05-2004 t/m heden

Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, enerzijds, en de Regering van de Slowaakse Republiek, anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen

Authentiek : NL

Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, enerzijds, en de Regering van de Slowaakse Republiek, anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen

De Regeringen van het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, die op grond van de op 11 april 1960 tussen hen gesloten Overeenkomst inzake de verlegging van de personencontrole naar de buitengrenzen van het Benelux-gebied gemeenschappelijk optreden, enerzijds, en de Regering van de Slowaakse Republiek, anderzijds,

ter compensatie van in het bijzonder de belasting die uit een visumvrij reizigersverkeer van de onderdanen van de bij deze Overeenkomst Partij zijnde Staten kan voortvloeien,

ernaar strevend de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen in een geest van samenwerking en op basis van wederkerigheid te vergemakkelijken,

zijn het volgende overeengekomen:

Artikel 1

In deze Overeenkomst dient onder „de Benelux-landen" te worden verstaan: het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, hierna genoemd België, Luxemburg en Nederland.

Artikel 2

  • 1 De Slowaakse Regering neemt op verzoek van de Belgische Regering, van de Luxemburgse Regering of van de Nederlandse Regering, zonder formaliteiten, op het grondgebied van Slowakije de persoon over die niet of niet meer voldoet aan de op het grondgebied van België, Luxemburg of Nederland geldende voorwaarden voor binnenkomst of verblijf, voor zover vaststaat of aangenomen kan worden dat hij de Slowaakse nationaliteit heeft.

  • 2 Het bezit van de Slowaakse nationaliteit kan worden vastgesteld of verondersteld aan de hand van de gegevens, vermeld in Bijlage I van deze Overeenkomst.

  • 3 De Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering neemt deze persoon onder dezelfde voorwaarden terug, indien uit een later onderzoek blijkt dat deze op het moment van de verwijdering van het Belgische, Luxemburgse of Nederlandse grondgebied niet de Slowaakse nationaliteit had, voorzover voor de Slowaakse Regering geen verplichting tot overname op grond van artikel 4 bestaat.

Artikel 3

  • 1 De Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering neemt op verzoek van de Slowaakse Regering, zonder formaliteiten, op het grondgebied van respectievelijk België, Luxemburg of Nederland de persoon over die niet of niet meer voldoet aan de op het grondgebied van Slowakije geldende voorwaarden voor binnenkomst of verblijf, voor zover vaststaat of aangenomen kan worden dat hij de Belgische, Luxemburgse of Nederlandse nationaliteit heeft.

  • 2 Het bezit van de nationaliteit van één der Benelux-landen kan worden vastgesteld of verondersteld aan de hand van de gegevens, vermeld in Bijlage II van deze Overeenkomst.

  • 3 De Slowaakse Regering neemt deze persoon onder dezelfde voorwaarden terug, indien uit een later onderzoek blijkt dat deze op het moment van de verwijdering van het grondgebied van Slowakije niet de Belgische, Luxemburgse of Nederlandse nationaliteit had, voorzover voor de Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering geen verplichting tot overname op grond van artikel 5 bestaat.

Artikel 4

  • 1 De Slowaakse Regering neemt op verzoek van de Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering, op het grondgebied van Slowakije de persoon over die geen onderdaan is van één van de bij deze Overeenkomst Partij zijnde Staten, indien deze persoon beschikt over:

    • a. een verblijfstitel afgegeven door Slowakije waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken, of

    • b. een visum afgegeven door Slowakije waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken.

  • 2 De Slowaakse Regering neemt de persoon wiens overname werd aanvaard, zonder formaliteiten, binnen een termijn van ten hoogste één maand op het grondgebied van Slowakije over. Deze termijn kan door respectievelijk de Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering verlengd worden indien zij de redenen hiervoor vermeldt.

  • 3 De verplichting tot overname bestaat niet:

    • a. ten aanzien van onderdanen van derde Staten die met België, Luxemburg of Nederland een gemeenschappelijke grens hebben;

    • b. ten aanzien van vreemdelingen die na hun vertrek uit Slowakije bij binnenkomst op het grondgebied van België, Luxemburg of Nederland in het bezit waren van een door één der Benelux-landen afgegeven geldig visum of een geldige verblijfstitel, of die na hun binnenkomst op het grondgebied door één der Benelux-landen in het bezit zijn gesteld van een visum of een verblijfstitel;

    • c. ten aanzien van vreemdelingen van wie de verblijfsbeëindiging in Slowakije gevolgd werd door een verwijdering naar het land van herkomst of naar een ander land waar hun toelating gewaarborgd werd.

Artikel 5

  • 1 De Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering neemt op verzoek van de Slowaakse Regering, de persoon over die geen onderdaan is van één van de bij deze Overeenkomst Partij zijnde Staten op het grondgebied van respectievelijk België, Luxemburg of Nederland, indien deze persoon beschikt over:

    • a. een verblijfstitel afgegeven door België, Luxemburg of Nederland waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken of

    • b. een visum afgegeven door België, Luxemburg of Nederland waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken.

  • 2 De Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering neemt de persoon wiens overname werd aanvaard, zonder formaliteiten, binnen een termijn van ten hoogste één maand op het grondgebied van respectievelijk België, Luxemburg of Nederland over. Deze termijn kan door de Slowaakse Regering verlengd worden indien zij de redenen hiervoor vermeldt.

  • 3 De verplichting tot overname bestaat niet:

    • a. ten aanzien van onderdanen van derde Staten die met Slowakije een gemeenschappelijke grens hebben;

    • b. ten aanzien van vreemdelingen die na hun vertrek uit België, Luxemburg of Nederland bij binnenkomst op het grondgebied van Slowakije in het bezit waren van een door Slowakije afgegeven geldig visum of geldige verblijfstitel, of die na hun binnenkomst op het grondgebied in het bezit zijn gesteld van een visum of een verblijfstitel;

    • c. ten aanzien van vreemdelingen van wie de verblijfsbeëindiging in België, Luxemburg of Nederland gevolgd werd door een verwijdering naar het land van herkomst of naar een ander land waar hun toelating gewaarborgd werd.

Artikel 6

  • 1 Verzoeken om overname zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, artikel 3, eerste lid, artikel 4, eerste lid, en artikel 5, eerste lid, van deze Overeenkomst, worden schriftelijk ingediend en beantwoord. Beantwoording vindt plaats binnen een termijn van ten hoogste vijf werkdagen na ontvangst van het verzoek. Elke weigering wordt met redenen omkleed.

  • 2 Indien verzoeken om overname niet worden beantwoord binnen een termijn van ten hoogste vijf werkdagen na ontvangst van het verzoek, wordt gehandeld als ware het verzoek om overname ingewilligd.

Artikel 7

  • 1 De Slowaakse Regering, enerzijds, en de Belgische Regering, de Luxemburgse Regering of de Nederlandse Regering, anderzijds, verklaren zich bereid te voldoen aan verzoeken van de Regering van één van de bij deze Overeenkomst Partij zijnde Staten, tot doorgeleiding van personen die niet de nationaliteit van één van de bij deze Overeenkomst Partij zijnde Staten bezitten en ten aanzien van wie een administratieve verwijderingsmaatregel wordt toegepast, indien de overname door de Staat van bestemming en, in voorkomende gevallen, de doorreis door andere Staten verzekerd is.

  • 2 Doorgeleiding kan worden geweigerd:

    • a. indien de betrokken persoon bij doorreis door het gebied van de aangezochte Staat onderworpen zou zijn aan strafvervolging of aan de tenuitvoerlegging van een strafvonnis of

    • b. in gevallen waarin grond bestaat voor het vermoeden dat de betrokken persoon in een andere Staat van doorreis of in de Staat van bestemming bloot zou staan aan gevaar voor vervolging wegens politieke redenen, danwel aan strafvervolging of aan de tenuitvoerlegging van een strafvonnis.

  • 3 De voor de doorgeleiding overgenomen persoon kan op elk moment aan de autoriteiten van de verzoekende Staat worden teruggegeven, indien later feiten bekend worden of zich voordoen, die doorgeleiding in de weg staan of indien een andere Staat van doorreis of de Staat van bestemming weigert de betrokkene over te nemen.

Artikel 8

De kosten van verwijdering tot aan de grens van de Staat van bestemming, daarbij inbegrepen de kosten verbonden aan de doorgeleiding door derde Staten, evenals de kosten verbonden aan een eventuele terugwijzing, vallen ten laste van de verzoekende Partij.

Artikel 9

  • 1 De bepalingen van deze Overeenkomst doen geen afbreuk aan de verplichtingen voortvloeiend uit het Verdrag van Genève van 28 juli 1951 betreffende de status van vluchtelingen, zoals gewijzigd bij het Protocol van New York van 31 januari 1967.

  • 2 De bepalingen van deze Overeenkomst doen geen afbreuk aan de verplichtingen die voor België, Luxemburg en Nederland voortvloeien uit het Gemeenschapsrecht.

  • 3 De bepalingen van deze Overeenkomst doen geen afbreuk aan de toepassing van het Akkoord van Schengen van 14 juni 1985 betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen en van de Overeenkomst van Schengen van 19 juni 1990 ter uitvoering van dit Akkoord.

Artikel 10

De voor de uitvoering van deze Overeenkomst vereiste administratieve afspraken, in het bijzonder met betrekking tot:

  • a. de overgavemodaliteiten;

  • b. het aanwijzen van de voor de uitvoering van deze Overeenkomst verantwoordelijke overheidsorganen of -instanties;

  • c. het vaststellen van de grensposten waar de overgave dient plaats te vinden, zullen worden vastgelegd in een diplomatieke notawisseling.

Artikel 11

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, kan de toepassing van deze Overeenkomst tot de Nederlandse Antillen en/of Aruba worden uitgebreid door kennisgeving van de Nederlandse Regering aan de Belgische Regering, die de overige Overeenkomstsluitende Partijen hiervan in kennis stelt.

Artikel 12

  • 1 Deze Overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum van ontvangst van de Nota waarbij de laatste van de vier Overeenkomstsluitende Partijen de Belgische Regering te kennen heeft gegeven de voor de inwerkingtreding vereiste interne juridische formaliteiten te hebben nageleefd.

  • 2 De Belgische Regering stelt elk van de Overeenkomstsluitende Partijen in kennis van de in het eerste lid bedoelde notificaties en van de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst.

Artikel 13

  • 1 De vereiste persoonlijke gegevens verstrekt voor de doeleinden van de toepassing van deze Overeenkomst worden beschermd in overeenstemming met de interne rechtsreglementen van de Overeenkomstsluitende Partijen.

  • 2 Voorzover de toepassing van deze Overeenkomst de kennisgeving van gegevens met een persoonlijk karakter vereist, mogen deze inlichtingen uitsluitend betrekking hebben op:

    • a. de persoonlijke gegevens van de terug te geven personen en eventueel van hun naaste verwanten (naam, voornaam, eventueel vorige namen, bijnamen, pseudoniemen en valse namen, geboortedatum en -plaats, geslacht, huidige en eventueel vorige nationaliteit);

    • b. het paspoort, de identiteitskaart, de andere identiteitspapieren of reisdocumenten en de laissez-passer;

    • c. andere gegevens die nodig zijn voor de identificatie van de terug te geven personen;

    • d. de verblijfplaatsen en de reisroute;

    • e. de door één van de Overeenkomstsluitende Partijen afgegeven verblijfsvergunningen of visa.

Artikel 14

  • 1 Wijzigingen van deze Overeenkomst, overeengekomen door de Overeenkomstsluitende Partijen, treden in werking op een in een diplomatieke notawisseling te bepalen datum.

  • 2 Wijzigingen van de in artikel 2, tweede lid, en artikel 3, tweede lid, genoemde Bijlagen worden schriftelijk overeengekomen tussen de bevoegde autoriteiten en treden onmiddellijk in werking.

Artikel 15

  • 1 Slowakije en de Benelux-landen kunnen, na onderling overleg, deze Overeenkomst om ernstige redenen door middel van een aan de depositaris gerichte schriftelijke kennisgeving schorsen of opzeggen.

  • 2 De schorsing of opzegging treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op de ontvangst van de kennisgeving door de depositaris.

TEN BLIJKE WAARVAN de vertegenwoordigers van de Overeenkomstsluitende Partijen, daartoe naar behoren gemachtigd, deze Overeenkomst hebben ondertekend.

GEDAAN te Bratislava, op 21 mei 2002, in de Nederlandse, de Franse en de Slowaakse taal, zijnde de teksten in elk van deze talen gelijkelijk authentiek.

Voor de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden,

(w.g.) HENK J. W. SOETERS

Voor de Regering van het Koninkrijk België,

(w.g.) FRANÇOIS DEL MARMOL

Voor de Regering van het Groothertogdom Luxemburg,

(w.g.) JACQUES REUTER

Voor de Regering van de Slowaakse Republiek,

(w.g.) IVAN SIMKO

Bijlage I

De Slowaakse nationaliteit kan worden vastgesteld aan de hand van een paspoort, een ander reisdocument of een door de Slowaakse autoriteiten afgegeven identiteitskaart, indien deze documenten volledig zijn en de geldigheidsduur niet is verlopen.

De Slowaakse nationaliteit kan worden verondersteld aan de hand van een paspoort, een ander reisdocument of een door de Slowaakse autoriteiten afgegeven identiteitskaart, waarvan de geldigheidsduur niet langer dan tien jaar is verlopen, een legitimatiebewijs waaruit de identiteit van de houder blijkt, een rijbewijs, een zeemansboekje, een verzekeringsbewijs, betrouwbare getuigenverklaringen van andere Slowaakse staatsburgers, of aan de hand van verklaringen van de betrokkene zelf.

Bijlage II

De Belgische nationaliteit kan worden vastgesteld aan de hand van een paspoort of een identiteitskaart afgegeven door de Belgische autoriteiten, indien deze documenten volledig zijn en de geldigheidsduur niet is verlopen, of door middel van een uittreksel uit het register van de burgerlijke stand betreffende de verkrijging van deze nationaliteit.

De Belgische nationaliteit kan worden verondersteld aan de hand van een paspoort, een ander reisdocument of een door de Belgische autoriteiten afgegeven identiteitskaart waarvan de geldigheidsduur niet meer dan tien jaar is verlopen; eveneens aan de hand van een geldige identiteitskaart voor vreemdelingen afgegeven door de bevoegde autoriteiten in Frankrijk, Luxemburg of Zwitserland ten behoeve van Belgische onderdanen die daar hun vaste verblijfplaats hebben, en waaruit de Belgische nationaliteit van de houder blijkt, aan de hand van een legitimatiebewijs waaruit de identiteit van de houder blijkt, een rijbewijs, een zeemansboekje, een verzekeringsbewijs, betrouwbare getuigenverklaringen van andere Belgische staatsburgers, of aan de hand van verklaringen van de betrokkene zelf.

De Luxemburgse nationaliteit kan worden vastgesteld aan de hand van een paspoort of een identiteitskaart afgegeven door de Luxemburgse autoriteiten, indien deze documenten volledig zijn en de geldigheidsduur niet is verlopen.

De Luxemburgse nationaliteit kan worden verondersteld aan de hand van een paspoort of een identiteitskaart afgegeven door de Luxemburgse autoriteiten waarvan de geldigheidsduur niet meer dan tien jaar is verlopen, of aan de hand van een geldige identiteitskaart voor vreemdelingen waaruit de Luxemburgse nationaliteit van de houder blijkt, een rijbewijs, een zeemansboekje, betrouwbare getuigenverklaringen van andere Luxemburgse staatsburgers of aan de hand van verklaringen van de betrokkene zelf.

De Nederlandse nationaliteit kan worden vastgesteld aan de hand van een paspoort of een identiteitskaart afgegeven door de Nederlandse autoriteiten, indien deze documenten volledig zijn en de geldigheidsduur niet is verlopen.

De Nederlandse nationaliteit kan worden verondersteld aan de hand van een paspoort of identiteitskaart afgegeven door de Nederlandse autoriteiten waarvan de geldigheidsduur niet meer dan tien jaar verlopen is, eveneens aan de hand van een Belgische of Luxemburgse identiteitskaart voor vreemdelingen waaruit de Nederlandse nationaliteit van de houder blijkt, aan de hand van een legitimatiebewijs waaruit de nationaliteit van de houder blijkt, een rijbewijs, een zeemansboekje, een verzekeringsbewijs, betrouwbare getuigenverklaringen van andere Nederlandse staatsburgers, of aan de hand van verklaringen van de betrokkene zelf.

Nr. I

Ambassade van het

Koninkrijk der Nederlanden

Bratislava, 21 mei 2002

BTL 252/02

Inleidende nota met betrekking tot de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken

De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden biedt het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek zijn complimenten aan en heeft, gelet op de Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds, en de Regering van de Slowaakse Republiek, anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen (hierna te noemen „de Overeenkomst"), de eer het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek, namens het Koninkrijk der Nederlanden en mede namens het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, voor te stellen dat de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken als volgt luiden:

Artikel I

  • 1 Verzoeken om overname zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, van de Overeenkomst zijn niet rechtsgeldig, indien de vreemdeling tevens beschikt over een visum dat is afgegeven door de Regering van een ander land en dat een langere geldigheidsduur heeft dan het visum afgegeven door Slowakije.

  • 2 Verzoeken om overname zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder b, van de Overeenkomst zijn niet rechtsgeldig, indien de vreemdeling tevens beschikt over een visum dat is afgegeven door de Regering van een ander land en dat een langere geldigheidsduur heeft dan het visum afgegeven door België, Luxemburg of Nederland.

Artikel II

  • 1 De adressen van de autoriteiten van de Overeenkomstsluitende Partijen, die bevoegd zijn voor het indienen en beantwoorden van verzoeken om overname zoals bedoeld in de artikelen 2 tot en met 5 van de Overeenkomst, en eveneens voor het indienen en beantwoorden van verzoeken om doorgeleiding zoals bedoeld in artikel 7 van de Overeenkomst zijn de volgende:

    • 1. Voor het Koninkrijk België:

      Ministerie van Binnenlandse Zaken

      Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken

      WTCII Antwerpsesteenweg, 59B

      1000 Brussel

      België

      Telefoonnummer: 0032-22061584 of 0032-22061583 (indiening van de aanvragen)

      0032-22061551 of 00322061592 (ontvangst van de aanvragen)

      Telefaxnummer: 0032-22061405 (indiening van de aanvragen)

      0032-22061407 (ontvangst van de aanvragen)

    • 2. Voor het Groothertogdom Luxemburg:

      Ministerie van Justitie

      16 Boulevard Royal

      L 2934 Luxemburg

      Telefoonnummer: 0035-24784512

      Telefaxnummer: 0035-2227661

    • 3. Voor het Koninkrijk der Nederlanden:

      Ministerie van Justitie

      Immigratie- en Naturalisatiedienst

      Bureau Dublin

      Postbus 449

      6900 AK ZEVENAAR

      Telefoonnummer: 0031-316368724

      Faxnummer: 0031-316368649

    • 4. Voor de Slowaakse Republiek:

      Ministerstvo vnútra Slovenskej republiky

      Prezidium Policajneho zboru

      Urad hranicnej a Cudzineckej policie

      81272 Bratislava

      Telefoonnummer: 00421-961050700 of 00421-961050701

      Faxnummer:00421-961059074

  • 2 Verzoeken om overname vermeld in bijlage 1, zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, en artikel 3, eerste lid, van de Overeenkomst dienen de volgende gegevens te bevatten:

    • a. naam, voornaam, geboortedatum en geboorteplaats van de over te nemen of door te geleiden persoon, evenals zijn laatste verblijfplaats op het grondgebied van de aangezochte Staat;

    • b. voorzover bekend, de naam en voornaam van zijn ouders;

    • c. de gegevens zoals bedoeld in de Bijlagen bij de Overeenkomst aan de hand waarvan de nationaliteit van de over te nemen persoon is vastgesteld of verondersteld;

    • d. de datum, het tijdstip en de plaats van de voorgenomen overgave.

  • 3 Verzoeken om overname vermeld in bijlage 2, zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, en artikel 5, eerste lid, van de Overeenkomst dienen de volgende gegevens te bevatten:

    • a. naam, voornaam, geboortedatum en geboorteplaats van de over te nemen of door te geleiden persoon, evenals zijn laatste verblijfplaats op het grondgebied van de aangezochte Staat;

    • b. voorzover bekend, de naam en voornaam van zijn ouders;

    • c. een kopie van de verblijfstitel of het visum dat is afgegeven door de aangezochte Staat;

    • d. de datum, het tijdstip en de plaats van de voorgenomen overgave.

  • 4 Verzoeken om doorgeleiding vermeld in bijlage 3, zoals bedoeld in artikel 7 van de Overeenkomst dienen de volgende gegevens te bevatten:

    • a. naam, voornaam, geboortedatum en geboorteplaats van de over te nemen of door te geleiden persoon;

    • b. de Staat van bestemming;

    • c. de datum, het tijdstip en de plaats van de voorgenomen doorgeleiding.

Artikel III

Bij een feitelijke overgave wordt aan de aangezochte Overeenkomstsluitende Partij een proces-verbaal van overgave verstrekt met vermelding van de naam, voornamen, geboorteplaats en geboortedatum van de over te geven persoon, evenals – in voorkomend geval – zijn behoefte aan verzorging wegens ziekte of hoge leeftijd.

Artikel IV

De plaatsen waar personen op grond van de Overeenkomst feitelijk kunnen worden overgegeven en worden overgenomen zijn:

  • 1. Voor het Koninkrijk België:

    • a. voor luchtverkeer:de nationale luchthaven Zaventem

    • b. voor landverkeer:aan te wijzen door de Dienst Vreemdelingenzaken

  • 2. Voor het Groothertogdom Luxemburg:

    • a. voor luchtverkeer:de luchthaven Luxemburg

    • b. voor landverkeer:aan te wijzen door de rijkswacht

  • 3. Voor het Koninkrijk der Nederlanden:

    • a. voor luchtverkeer:de luchthaven Schiphol te Amsterdam

    • b. voor landverkeer:aan te wijzen door het Bureau Dublin te Zevenaar

  • 4. Voor de Slowaakse Republiek:

    • a. voor luchtverkeer:de internationale luchthaven M.R. Stefánik Bratislava

    • b. voor landverkeer:de grensovergang Bratislava-Petrzalka

De Ambassade heeft de eer voor te stellen dat deze nota en de instemmende nota van het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek samen de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken vormen.

De Ambassade maakt van deze gelegenheid gebruik om het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek de hernieuwde verzekering van zijn bijzondere hoogachting te geven.

Ministerie van Buitenlandse Zaken

van de Slowaakse Republiek

Bratislava

Bijlage 1

bij de nota betreffende de administratieve bepalingen genoemd in artikel 10 van de Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden enerzijds en de Regering van de Slowaakse Republiek anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen

Bijlage 10000011006.png
Bijlage 10000011007.png
Bijlage 10000011008.png

Bijlage 2

bij de nota betreffende de administratieve bepalingen genoemd in artikel 10 van de Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden enerzijds en de Regering van de Slowaakse Republiek anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen

Bijlage 10000011009.png
Bijlage 10000011010.png
Bijlage 10000011011.png

Bijlage 3

bij de nota betreffende de administratieve bepalingen genoemd in artikel 10 van de Overeenkomst tussen de Regeringen van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden enerzijds en de Regering van de Slowaakse Republiek anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen

Bijlage 10000011012.png
Bijlage 10000004000.png
Bijlage 10000004002.png
Bijlage 10000004004.png

Nr. II

Bratislava, 21 mei 2002

No.: 193/2002

Instemmende nota met betrekking tot de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek biedt de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden zijn complimenten aan en heeft de eer de ontvangst te bevestigen van de nota. [nr.] van [datum] waarmee de Ambassade, namens het Koninkrijk der Nederlanden en mede namens het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, voorstelt – gelet op de Overeenkomst tussen de Regering van de Slowaakse Republiek, enerzijds, en de Regeringen van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, anderzijds, betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende personen (hierna te noemen „de Overeenkomst") – dat de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken als volgt luiden:

[Red: Zoals in Nota nr. I]

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek gaat ermee akkoord dat de bovengenoemde nota en deze instemmende nota samen de in artikel 10 van de Overeenkomst voorziene administratieve afspraken vormen.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Slowaakse Republiek maakt van deze gelegenheid gebruik om de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden de hernieuwde verzekering van zijn bijzondere hoogachting te geven.

Naar boven