Het Koninkrijk der Nederlanden
en
de Tsjechische Republiek,
hierna genoemd de Verdragsluitende Partijen,
Wensend de rechtmatige betaling van hun uitkeringen terzake van sociale zekerheid
in elkaars landen toe te staan,
Verlangend de samenwerking tussen de twee Staten te regelen,
Zijn overeengekomen als volgt:
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Artikel 2. Materiële werkingssfeer
Dit Verdrag is van toepassing:
-
1 Ten aanzien van het Koninkrijk der Nederlanden, op de Nederlandse wetgeving inzake:
-
a ziekteverzekering (uitkeringen in het geval van ziekte en moederschap);
-
b invaliditeitsverzekering voor werknemers;
-
c invaliditeitsverzekering voor zelfstandigen;
-
d ouderdomsverzekering;
-
e nabestaandenverzekering;
-
f kinderbijslagen.
-
2 Ten aanzien van de Tsjechische Republiek, op de Tsjechische wetgeving inzake:
-
a ziekteverzekering (uitkeringen in het geval van ziekte en moederschap);
-
b pensioenverzekering (ouderdoms-, invaliditeits- en nabestaandenpensioenen).
Artikel 3. Personele werkingssfeer
Tenzij in dit Verdrag anders is bepaald, is dit Verdrag zowel van toepassing op uitkeringsgerechtigden
als op hun gezinsleden voorzover zij wonen of verblijven op het grondgebied van de
Verdragsluitende Partijen.
Artikel 4. Export van uitkeringen
Tenzij in dit Verdrag anders is bepaald, is een bepaling van de wetgeving die de betaling
van uitkeringen beperkt uitsluitend omdat de uitkeringsgerechtigde of zijn gezinslid
woont of verblijft buiten het grondgebied van een van beide Verdragsluitende Partijen,
niet van toepassing ten aanzien van uitkeringsgerechtigden of hun gezinsleden die
wonen of verblijven op het grondgebied van de Verdragsluitende Partijen.
Artikel 5. Verificatie van aanvragen en betalingen
-
1 Betreffende de aanvrage van of de rechtmatigheid van betaling van uitkeringen voert
het bevoegde orgaan van een Verdragsluitende Partij, op verzoek van het bevoegde orgaan
van de andere Verdragsluitende Partij, een onderzoek uit om het recht op een uitkering
of de rechtmatigheid van betaling van een uitkering te verifiëren. Het bevoegde orgaan
verifieert de informatie betreffende de aanvrager en, indien van toepassing, zijn
gezinsleden. Het bevoegde orgaan doet dit bewijsmateriaal tezamen met andere relevante
stukken toekomen aan het bevoegde orgaan van de andere Verdragsluitende Partij. Bepalingen
inzake gegevensbescherming krachtens de wetgeving van de Verdragsluitende Partijen
worden bij het verzamelen, toezenden en gebruiken van persoonsgegevens volledig in
acht genomen.
-
2 De in het eerste lid bedoelde informatie omvat informatie over identiteit, adres,
gezinssituatie, werk, scholing, inkomen, gezondheidstoestand, overlijden en hechtenis.
-
5 De in het voorgaande lid genoemde term autoriteiten omvat de bevolkingsregisters,
belastingautoriteiten, huwelijksregisters, arbeidsbureaus, scholen en andere onderwijsinstellingen,
handelsautoriteiten, politie en gevangeniswezen.
-
6 Voor de uitvoering van dit Verdrag verlenen de autoriteiten van de Verdragsluitende
Partijen hun goede diensten en handelen zij als bij het uitvoeren van hun eigen wetgeving.
De administratieve bijstand die door de genoemde autoriteiten wordt verleend is, als
regel, kosteloos. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Partijen kunnen
echter overeenkomen dat bepaalde kosten worden vergoed.
-
7 Niettegenstaande het eerste lid informeren de bevoegde organen van een Verdragsluitende
Partij, voor zover mogelijk en zonder voorafgaand verzoek, het bevoegde orgaan van
de andere Verdragsluitende Partij over wijzigingen in de in het tweede lid bedoelde
informatie.
Om het recht op uitkeringen en de rechtmatigheid van betalingen krachtens de Tsjechische
of Nederlandse wetgeving te verifiëren, is een persoon die onder de werkingssfeer
van dit Verdrag valt verplicht zich te identificeren door overlegging van een officieel
bewijs van zijn of haar identiteit aan het bevoegde orgaan in de Tsjechische Republiek
of in het Koninkrijk der Nederlanden. Het bevoegde orgaan identificeert de aanvrager
aan de hand van dit identiteitsbewijs. Een identiteitsbewijs omvat een paspoort of
enig ander geldig identiteitsbewijs dat is afgegeven door de hiertoe bevoegde autoriteiten
in de woonplaats van deze persoon.
Het bevoegde orgaan stelt het bevoegde orgaan van de andere Verdragsluitende Partij
ervan in kennis dat de identiteit van de aanvrager is geverifieerd, door toezending
van een kopie van het identiteitsbewijs.
Artikel 7. Verificatie van informatie in geval van ziekte en invaliditeit
-
1 Voor de vaststelling van de mate van arbeidsongeschiktheid gebruiken de bevoegde
organen van beide Verdragsluitende Partijen de door het bevoegde orgaan van de andere
Verdragsluitende Partij verstrekte geneeskundige rapporten en administratieve gegevens,
maar zij behouden zich het recht voor de aanvrager of uitkeringsgerechtigde te doen
onderzoeken door een arts van hun eigen keuze of de betrokken persoon op te roepen
om op hun grondgebied een geneeskundig onderzoek te ondergaan.
-
2 De betrokken persoon is verplicht gehoor te geven aan een verzoek als bedoeld in
het eerste lid, door zich te melden voor een geneeskundig onderzoek. Indien hij meent
dat hij om medische redenen niet in staat is zich te begeven naar het grondgebied
van de Verdragsluitende Partij waar hij door het bevoegde orgaan is opgeroepen, moet
hij dat orgaan daarover onverwijld inlichten. Hij is dan verplicht een medische verklaring
over te leggen die is afgegeven door een daartoe door het bevoegde orgaan aangewezen
arts. Deze verklaring moet de medische redenen bevatten van de onmogelijkheid om te
reizen, alsmede de verwachte duur van deze onmogelijkheid.
Artikel 8. Terugvordering van onverschuldigde betalingen terzake van sociale zekerheid
en inning van premies terzake van sociale zekerheid
-
3 De voor tenuitvoerlegging vatbare rechterlijke uitspraken en beslissingen die worden
erkend in overeenstemming met het eerste en tweede lid worden door de andere Verdragsluitende
Partij uitgevoerd. De tenuitvoerlegging geschiedt overeenkomstig de wettelijke regelingen
die van toepassing zijn in de Verdragsluitende Partij op wier grondgebied de uitspraak
of beslissing moet worden uitgevoerd, welke gelden voor vergelijkbare in die Verdragsluitende
Staat gedane uitspraken of genomen beslissingen. De uitvoerbaarverklaring moet worden
vermeld op het gewaarmerkte afschrift van die uitspraak of beslissing.
-
4 Het bevoegde orgaan van een Verdragsluitende Partij kan, op grond van een voor tenuitvoerlegging
vatbare beslissing betreffende onverschuldigde betalingen terzake van sociale zekerheid,
het bevoegde orgaan van de andere Verdragsluitende Partij verzoeken de onverschuldigd
betaalde uitkering in mindering te brengen op de aan de uitkeringsgerechtigde nog
te betalen achterstallige bedragen of uitkering. Op een dergelijk verzoek houdt laatstbedoeld
orgaan het bedrag in overeenstemming met, en binnen de grenzen van, de door het orgaan
toegepaste wetgeving en maakt het het bedrag over aan het orgaan dat een vordering
heeft.
Artikel 9. Weigering te betalen, opschorting, intrekking
Naar aanleiding van de informatie en het onderzoek als beschreven in dit Verdrag kan
het bevoegde orgaan van een Verdragsluitende Partij een uitkering weigeren te betalen,
opschorten of intrekken, indien de aanvrager of uitkeringsgerechtigde verzuimt enig
onderzoek te ondergaan of enige vereiste informatie te verstrekken, of indien het
bevoegde orgaan van de andere Verdragsluitende Staat verzuimt een onderzoek uit te
voeren of, naar gelang van het geval, onderzoek dat krachtens dit Verdrag vereist
is, uit te voeren binnen een periode van drie maanden.
Artikel 10. Oplossing van geschillen
De bevoegde autoriteiten van beide Verdragsluitende Partijen verrichten alle redelijke
inspanningen om met wederzijdse instemming geschillen op te lossen die voortvloeien
uit de uitlegging of toepassing van dit Verdrag.
Artikel 11. Bekrachtiging, inwerkingtreding en toepassing van het Verdrag
Artikel 12. Duur van het Verdrag
Dit Verdrag blijft onbeperkt van kracht. Het kan te allen tijde schriftelijk worden
opgezegd door elk van beide Verdragsluitende Partijen. In het geval van opzegging
blijft dit Verdrag van kracht tot het einde van het kalenderjaar volgend op het jaar
waarin de kennisgeving van opzegging aan de andere Verdragsluitende Partij is toegezonden.