Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 08-02-2023 t/m 23-08-2023

Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 26 januari 2023 nr. VO/F/34146542, tot regeling van een aanvullende bekostiging ten behoeve van werkdrukverlichting in het voortgezet onderwijs (Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs)

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Doel van de aanvullende bekostiging

De Minister verstrekt aanvullende bekostiging aan het bevoegd gezag voor werkdrukverlichting in het voortgezet onderwijs. De aanvullende bekostiging wordt in gelijke mate verstrekt voor:

  • a. de individuele werkdrukverlichting van personeel;

  • b. de uitvoering van een collectief beleid voor werkdrukverlichting.

Artikel 3. Hoogte en berekeningswijze

  • 1 De aanvullende bekostiging bestaat uit een bedrag per leerling.

  • 2 De Minister berekent de aanvullende bekostiging op grond van het aantal leerlingen dat als werkelijk schoolgaand stond ingeschreven op de school op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvullende bekostiging betrekking heeft.

  • 3 De aanvullende bekostiging bedraagt:

    • a. € 301,16 per leerling in het algemeen vormend onderwijs;

    • b. € 451,75 per leerling in het beroepsgericht onderwijs.

  • 4 De aanvullende bekostiging bedraagt in het openbaar lichaam Bonaire:

    • a. USD 461,73 per leerling;

    • b. USD 461,73 per student in de beroepsopleidende leerweg; en

    • c. USD 277,04 per student in de beroepsbegeleidende leerweg.

  • 5 De aanvullende bekostiging bedraagt in het openbaar lichaam Sint Eustatius of Saba: USD 627,96 per leerling.

Artikel 4. Vaststelling en betaling

  • 1 De Minister stelt de aanvullende bekostiging uiterlijk in de maand mei van het jaar waarop de bekostiging betrekking heeft vast.

  • 2 De Minister verstrekt de aanvullende bekostiging in maandelijkse termijnen van gelijke omvang. In de maand waarop de vaststelling en de eerste betaling plaatsvindt wordt ook de aanvullende bekostiging van de eventueel voorafgaande maand of maanden verstrekt.

  • 3 De Minister stelt de aanvullende bekostiging uiterlijk in de maand december van het jaar waarop de bekostiging betrekking heeft gewijzigd vast op basis van het door de accountant gevalideerde aantal leerlingen dat op 1 oktober van het voorafgaande kalenderjaar stond ingeschreven bij de school en de kabinetsbijdrage voor loon- en prijsbijstelling voor dat jaar.

Artikel 5. Besteding en verantwoording

  • 2 Het bevoegd gezag in Europees Nederland verstrekt met gebruikmaking van de methode XBRL aan de Dienst Uitvoering Onderwijs aanvullende informatie over de besteding van de aanvullende bekostiging ter verwezenlijking van het doel van deze regeling.

  • 3 Het bevoegd gezag van een school in het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba verstrekt in een apart document dat beschikbaar wordt gesteld door de Minister aanvullende informatie over de besteding van de aanvullende bekostiging.

  • 4 Het bevoegd gezag kan het niet aangewende deel van de aanvullende bekostiging ook besteden aan andere activiteiten waarvoor bekostiging wordt verstrekt.

Artikel 6. Monitoring

  • 1 De Minister monitort en evalueert de effecten van deze regeling.

  • 2 Het bevoegd gezag werkt mee aan de monitoring en evaluatie van deze regeling.

Artikel 7. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

Artikel 8. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanvullende bekostiging werkdrukverlichting voortgezet onderwijs.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

A.D. Wiersma

Naar boven