Regeling bescherming koopvaardij

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-02-2022 t/m 30-09-2023

Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid van 19 januari 2021 houdende nadere regels ter uitvoering van de Wet ter Bescherming Koopvaardij en het Besluit bescherming koopvaardij (Regeling bescherming koopvaardij)

Hoofstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. (definities)

In deze regeling wort verstaan onder:

  • a. Besluit: Besluit bescherming koopvaardij;

  • b. geneeskundige verklaring: geneeskundige verklaring van geschiktheid voor het verrichten van maritieme beveiligingswerkzaamheden;

  • c. Inspectie: Inspectie Leefomgeving en Transport;

  • d. Minister: Minister van Justitie en Veiligheid;

  • e. toezichthoudende ambtenaren: ambtenaren van de Inspectie die krachtens artikel 16, eerste lid, van de wet zijn belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wet;

  • f. vervoerskoffer: met een slot af te sluiten bewaarplaats van de toegestane geweldsmiddelen;

  • g. wapenkluis: met een slot af te sluiten opslagplaats van de vervoerskoffers met aangewezen geweldsmiddelen op het schip als bedoeld in artikel 3.2 van het Besluit.

Hoofdstuk 2. De toestemming voor de inzet van particulier maritiem beveiligingspersoneel

Artikel 2. (toestemmingsaanvraag)

Bij de aanvraag om toestemming als bedoeld in artikel 4 van de wet wordt ten behoeve van het verstrekken van gegevens en daarbij over te leggen bescheiden gebruik gemaakt van het model-formulier zoals opgenomen in bijlage 1.

Artikel 3. (beschermingsmaatregelen)

  • 1 De scheepsbeheerder waarborgt in ieder geval de beschikbaarheid van de volgende beschermingsmaatregelen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de wet:

    • a. verrekijkers voor het team op de brug;

    • b. schijnwerpers;

    • c. harmonica-scheermesdraad;

    • d. materialen die de mogelijkheid bieden tot vergrendeling van deuren en luiken die toegang geven tot de brug, de verblijven van de bemanning en passagiers en de machinekamers en;

    • e. materialen die de mogelijkheid bieden tot versterking van ramen en patrijspoorten.

  • 2 De kapitein treft voorafgaand aan de doorvaart door het risicogebied in ieder geval de volgende beschermingsmaatregelingen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de wet:

    • a. de aanwijzing van een veilige verzamelplaats of schuilplaats voor de zeevarenden en passagiers aan boord van het schip;

    • b. het aanbrengen op daartoe aangewezen plaatsen van harmonica-scheermesdraad;

    • c. de bevestiging van water- of schuimspuiten bij mogelijke toegangspunten aan dek;

    • d. het voorbereiden van de bemanning door oefeningen die gericht zijn op bescherming tegen piraterij;

    • e. de vergrendeling van deuren en luiken die toegang geven tot de brug, de verblijven van de zeevarenden en passagiers, alsmede de machinekamers;

    • f. de versterking van grote ramen en patrijspoorten, die deze versterking behoeven en

    • g. de bescherming van uitrusting en apparatuur van het schip tegen gebruik door derden.

  • 3 De kapitein past tijdens de doorvaart door het risicogebied in ieder geval de volgende beschermingsmaatregelingen toe, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de wet:

    • a. de inzet van één of meer uitkijkposten met geïnstrueerde bemanningsleden;

    • b. het gebruik van verrekijkers door het team op de brug en

    • c. het beschikbaar hebben van schijnwerpers voor onmiddellijk gebruik.

  • 4 Indien het wegens bijzondere omstandigheden niet mogelijk is om één of meer van de maatregelen als bedoeld in lid 1 tot en met 3 te treffen, doet de scheepsbeheerder daarvan met redenen omkleed melding op het formulier als bedoeld in artikel 2, zo mogelijk met vermelding van alternatieve maatregelen die worden getroffen.

Hoofdstuk 3. De inzet van particulier maritiem beveiligingspersoneel

Artikel 4. (wapenkluis en vervoerskoffers)

  • 1 De wapenkluis is slechts toegankelijk voor de kapitein, of met diens expliciete toestemming, de teamleider of een andere door de kapitein aangewezen functionaris.

  • 2 De kapitein voert een registratie van personen die toegang hebben tot de wapenkluis.

  • 3 Het openen van een vervoerskoffer en de uitgifte van geweldsmiddelen vereisen expliciete toestemming van de kapitein.

  • 4 Aan boord van het schip wordt een vervoerskoffer alleen geopend door de teamleider of diens plaatsvervanger.

  • 5 De vuurwapens die in een vervoerskoffer worden bewaard, zijn niet geladen met munitie. De munitie wordt afzonderlijk in een vervoerskoffer opgeslagen.

  • 6 De teamleider registreert dagelijks het merk, type, serienummer en de hoeveelheid van de geweldsmiddelen die in iedere vervoerskoffer aanwezig zijn. De kapitein ziet erop toe dat de registratie wordt uitgevoerd en ondertekent daartoe, tezamen met de teamleider deze registratie.

  • 7 Twee uur voor het bereiken van het risicogebied brengt de teamleider na overleg met de kapitein de vervoerskoffers naar de brug.

  • 8 De geweldsmiddelen, die niet worden gebruikt tijdens de doorvaart door het risicogebied, worden bewaard in een vervoerskoffer op de brug. De vervoerskoffers zijn tijdens de doorvaart niet afgesloten en staan onder toezicht van het dienstdoende en gewapende lid van het beveiligingsteam op de brug.

  • 9 Uiterlijk twee uur na het vertrek uit het risicogebied plaatst de teamleider de vervoerskoffers met geweldsmiddelen terug in de wapenkluis.

  • 10 De teamleider ziet erop toe dat de vuurwapens regelmatig worden onderhouden en adequaat werken overeenkomstig de instructies van de vergunninghouder.

Artikel 5. (helmcamera en microfoon)

  • 1 Een ieder die deel uitmaakt van het particulier maritiem beveiligingspersoneel maakt gebruik van een helmcamera met microfoon om beeld- en geluidsopnames te maken als bedoeld in lid, artikel 11, tweede van de wet.

  • 2 Voor de helmcamera’s geldt dat zij:

    • a. beeldopnamen maken van tenminste HD-kwaliteit (1280 x 720);

    • b. beeldopnamen maken van tenminste 30 frames per seconde;

    • c. voorzien zijn van videostabilisatie;

    • d. de tijd en datum toevoegen aan de beeldopnamen;

    • e. over een ingebouwde microfoon beschikken;

    • f. beeldopnamen en geluidsopnamen gesynchroniseerd opnemen;

    • g. beschikken over een batterijduur van ten minste zes uur.

Artikel 6. (embarkatie, rapportage, melding aangewend geweld)

  • 3 Bij de rapportages, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de wet, wordt door de kapitein en door de teamleider van het particulier maritiem beveiligingspersoneel gebruik gemaakt van het model-formulier zoals opgenomen in bijlage 4, respectievelijk bijlage 5. De formulieren, bedoeld in het eerste lid, maken deel uit van deze rapportages. De kapitein en de teamleider zenden de rapportages, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de wet uiterlijk 48 uur na afloop van de debarkatie van het beveiligingsteam aan de Inspectie.

Hoofdstuk 4. De vergunning

Artikel 7. (vergunningaanvraag)

  • 1 De Inspectie hanteert een model-formulier ten behoeve van het verstrekken van gegevens ten behoeve van het aanvragen van een vergunning. De aanvrager voegt de op het aanvraagformulier vermelde bescheiden en bewijsstukken toe als bijlagen bij de aanvraag.

  • 2 Na ontvangst van de aanvraag wordt de aanwezigheid van bescheiden en bewijsstukken getoetst aan de eisen opgenomen in de artikelen 9 tot en met 15.

  • 3 Na ontvangst aanvraag bescheiden en bewijsstukken kan de Inspectie, alvorens een besluit te nemen naar aanleiding van de vergunningaanvraag, een audit verrichten op de vestigingslocatie van de aanvrager.

  • 4 Aan een vergunning kunnen voorwaarden worden verbonden met betrekking tot het waarborgen van:

    • a. een goed samenspel en goede communicatie met overheidsinstellingen;

    • b. de naleving van de bij of krachtens de wet gestelde voorschriften;

    • c. de kwaliteit van de bedrijfsvoering van de vergunninghouder;

    • d. de kwaliteit van de te leveren maritieme beveiliging.

Artikel 8. (leges)

  • 1 De leges voor de afdoening van een aanvraag van een vergunning bedragen in totaal € 17.220,–. Voor de initiële afdoening van een aanvraag van een vergunning zijn leges verschuldigd ten bedrage van € 7.220,–. Voor de finale afdoening van een aanvraag van een vergunning zijn leges verschuldigd ten bedrage van € 10.000,–.

  • 2 De leges voor de afdoening van een aanvraag tot verlenging van een vergunning bedragen € 14.190,–.

  • 3 De leges voor de afdoening van de overgang van een vergunning op een derde, bedoeld in artikel 4.5 van het Besluit bedragen € 17.220,–.

Hoofdstuk 5. Wettelijke eisen vergunning

Paragraaf 5.1. Eisen aan de onderneming

Artikel 9. (continuïteit van de onderneming)

  • 1 De continuïteit van het maritiem beveiligingsbedrijf wordt geacht redelijkerwijs te zijn gewaarborgd indien het bedrijf beschikt over:

    • a. een uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel van maximaal zes maanden oud of een gelijkwaardig document uit een andere lidstaat van de Europese Unie;

    • b. een aansprakelijkheidsverzekering van het maritiem beveiligingsbedrijf tot dekking van de risico’s waartoe de vergunde activiteiten aanleiding kunnen geven;

    • c. een accountantsverklaring van maximaal zes maanden oud, die inhoudt dat het bedrijf niet in staat van faillissement verkeert, aan het bedrijf geen surseance van betaling is verleend, geen beslag is gelegd op een aanmerkelijk deel van het vermogen van het maritiem beveiligingsbedrijf of op een of meer van zijn bedrijfsmiddelen die een aanmerkelijk deel van zijn vermogen vormen;

    • d. een overzicht van belangrijke leveranciers.

  • 2 De verzekering, bedoeld in het eerste lid, onder b, omvat in ieder geval een verzekering voor beroepsaansprakelijkheid, algemene aansprakelijkheid en werkgeversaansprakelijkheid. De verzekering dekt de aansprakelijkheid van het bedrijf voor ten minste € 2.500.000 per schadegeval voor letselschade en ten minste € 750.000 per schadegeval voor zaakschade waartoe de vergunde activiteiten aanleiding kunnen geven.

Artikel 10. (betrouwbaarheid)

  • 1 De betrouwbaarheid van het bedrijf en van de personen die diens beleid bepalen of mede bepalen worden geacht te zijn gewaarborgd indien:

    • a. gelet op de voornemens en antecedenten van hen naar redelijke verwachting zal worden voldaan aan de bij of krachtens de wet gestelde regels;

    • b. deze bij de aanvraag van een vergunning beschikken over een verklaring omtrent gedrag, of, indien betrokkene een niet-ingezetene is van Nederland, een Engelstalig uittreksel justitiële documentatie of een gelijkwaardig Engelstalig getuigschrift van de autoriteiten van het land waar hij woonachtig is, dat niet ouder is dan zes maanden;

    • c. deze personen niet onder curatele staan;

    • d. deze niet gelieerd zijn aan nationale overheden;

    • e. het bedrijf de op aantoonbare wijze de uitgangspunten van de International Code of Conduct Association onderschrijft;

    • f. redelijkerwijs aangenomen mag worden dat gehandeld zal worden in overeenstemming met hetgeen van een goede beveiligingsorganisatie in het maatschappelijk verkeer mag worden verwacht.

  • 2 Onverminderd het bepaalde in artikel 5.3, tweede lid, van het Besluit wordt, in het geval het maritiem beveiligingsbedrijf zijn statutaire zetel, zijn hoofdbestuur of zijn hoofdvestiging niet in Nederland heeft, bij de beoordeling van de betrouwbaarheid van het bedrijf, van de personen die diens beleid bepalen of mede bepalen, mede betrokken de vergunning of erkenning van de bevoegde autoriteiten van het land waar het bedrijf zijn statutaire zetel, zijn hoofdbestuur of hoofdvestiging heeft.

Artikel 11. (bedrijfsvoering)

  • 1 De bedrijfsvoering van het maritiem beveiligingsbedrijf is zodanig ingericht dat het bedrijf in ieder geval beschikt over:

    • a. een personeelsadministratie, daarbij inbegrepen een registratie van het particulier maritiem beveiligingspersoneel en van de bewijzen van hun betrouwbaarheid, vakbekwaamheid en geoefendheid, medische geschiktheid en beheersing van de Engelse taal;

    • b. relevante beleidsdocumenten, werkinstructies en overzichten, als bedoeld in het tweede tot en met vierde lid;

    • c. een functionaris die belast is met de verantwoordelijkheid voor de naleving van wettelijke voorschriften en het daarop betrekking hebbende risicomanagement;

    • d. continue toegang tot en beschikbaarheid van maritiem juridisch advies.

  • 2 Beleidsdocumenten als bedoeld in het eerste lid, onder b, betreffen in ieder geval:

    • a. ethisch beleid;

    • b. algemeen veiligheidsbeleid;

    • c. arbeidsomstandighedenbeleid, in het bijzonder gezondheids- en veiligheidsbeleid;

    • d. beleid inzake de werving, selectie en training van maritieme beveiligers;

    • e. beleid met betrekking tot wapens, daarbij inbegrepen de opslag, het onderhoud en de vernietiging;

    • f. beleid inzake interne en externe communicatie;

    • g. beleid inzake klachtafhandeling;

    • h. klokkenluidersregeling;

    • i. risicoanalyse;

    • j. mensenrechten;

    • k. crisismanagement;

    • l. de uitvoer van strategische goederen, daarbij inbegrepen exportcontrole certificaten.

  • 3 Werkinstructies als bedoeld in het eerste lid, onder b betreffen in ieder geval instructies inzake

    • a. het uitvoeren van een te beveiligen transport, daarbij inbegrepen de communicatie en rapportage tijdens de doorvaart;

    • b. de inzet van maritieme beveiligers tijdens een transport;

    • c. het levensreddend optreden aan boord (lifesaving rules);

    • d. het gebruik van geweldsbevoegdheden;

    • e. de procedure voor het inschieten van een persoonlijk wapen;

    • f. het gebruik van floating armouries;

    • g. het gebruik van camera’s en microfoons;

    • h. het gebruik van handboeien.

  • 4 Overzichten als bedoeld in het eerste lid, onder b, betreffen in ieder geval:

    • a. trainingen, daarbij inbegrepen herhalingstrainingen, van de particuliere maritieme beveiligers;

    • b. wapenvergunningen en

    • c. onderhoudsplannen.

Artikel 12. (intern toezicht)

Het intern toezicht van het maritiem beveiligingsbedrijf voorziet schriftelijk aantoonbaar in:

  • a. kwaliteitsbeleid;

  • b. beleid gericht op het proces van continue verbetering;

  • c. management reviews;

  • d. interne auditing;

  • e. beleid inzake rapportage van incidenten en afhandeling;

  • f. documentcontrole.

Paragraaf 5.2. Eisen aan de beveiligers

Artikel 13. (verlening inzage)

Het maritiem beveiligingsbedrijf verleent de Inspectie ten behoeve van de afdoening van de vergunningaanvraag en desgevraagd na verlening van een vergunning inzage in de bewijzen dat de maritieme beveiligers voldoen aan de eisen van betrouwbaarheid, medische geschiktheid, vakbekwaamheid en geoefendheid voor het verrichten van maritieme beveiligingswerkzaamheden.

Artikel 14. (betrouwbaarheid)

  • 1 De maritieme beveiligers beschikken over een verklaring omtrent gedrag dat bij de vergunningaanvraag niet ouder is dan twaalf maanden.

  • 2 Indien een maritieme beveiliger niet-ingezetene is van Nederland beschikt hij ten minste over een Engelstalig uittreksel justitiële documentatie of gelijkwaardig Engelstalig getuigschrift van de autoriteiten van het land waarvan hij ingezetene is, dat bij de vergunningaanvraag niet ouder is dan twaalf maanden.

Artikel 15. (geneeskundige verklaring)

Elk lid van het beveiligingsteam beschikt te allen tijde over:

  • a. een Nederlandstalige of Engelstalige geneeskundige verklaring van geschiktheid voor het verrichten van maritieme beveiligingswerkzaamheden;

  • b. een Nederlandstalige of Engelstalige verklaring die inhoudt dat gedurende de tewerkstelling geen drugs of alcohol wordt gebruikt door het lid van het beveiligingsteam.

Artikel 16. (vakbekwaamheid en geoefendheid)

  • 1 Elk lid van het beveiligingsteam beschikt over:

    • a. ten minste vier jaar operationele dienstervaring in een militaire – of politie-organisatie, waarna eervol ontslag is verleend;

    • b. een Nederlandstalige of Engelstalige maritime security operators-certificaat of gelijkwaardig certificaat van vakbekwaamheid en geoefendheid voor het verrichten van maritieme beveiligingswerkzaamheden dat niet ouder is dan twaalf maanden;

    • c. een Nederlandstalige of Engelstalige verklaring van vakbekwaamheid en geoefendheid voor het omgaan met semi-automatische vuurwapens in maritieme omstandigheden die niet ouder is dan twaalf maanden;

    • d. een eigen Nederlandstalige of Engelstalige verklaring die niet ouder is dan twaalf maanden welke inhoudt dat hij bekend is met de fundamentele rechten zoals die worden gewaarborgd door het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en het bepaalde bij of krachtens de wet, in het bijzonder de geweldsinstructie, en over de vakbekwaamheid en geoefendheid beschikt in het gebruik van camera’s en microfoons en in het gebruik van handboeien en

    • e. een Nederlandstalig of Engelstalig certificaat van beheersing van de Engelse taal;

  • 2 Het certificaat als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, dient te zijn afgegeven door een instelling die bevoegd is het certificaat daartoe af te geven en die de vakbekwaamheid en geoefendheid verzorgt overeenkomstig de normdocumenten 9001:2015, 28000:2007 en 28007:2015 van de International Organization for Standardization.

  • 3 Het lid van het beveiligingsteam dat als team medic wordt aangewezen heeft ten minste een cursus First Person On Scene Intermediate met goed gevolg afgelegd bij een instelling die bevoegd is het certificaat daartoe af te geven.

Hoofdstuk 6. Operationele eisen

Artikel 17. (teamleider)

  • 1 Onverminderd hetgeen bij of krachtens de artikelen 6, 9, 11 en 12 van de wet is bepaald heeft de teamleider tot taak:

    • a. het uitoefenen van de operationele leiding over de overige leden van het beveiligingsteam bij de uitvoering van de maritieme beveiligingswerkzaamheden;

    • b. het uitoefenen van het toezicht op en de controle over de overige leden van het beveiligingsteam;

    • c. het fungeren als tussenpersoon tussen het beveiligingsteam en de kapitein;

    • d. het fungeren als tussenpersoon tussen de vergunninghouder en de kapitein;

    • e. het verstrekken van een opdrachtafhankelijke procedurehandleiding aan de overige leden van het beveiligingsteam;

    • f. het adviseren van de kapitein over te treffen veiligheidsmaatregelen aan boord van het schip die niet het gebruik van geweldsmiddelen betreffen;

    • g. het functioneel beheer van de geweldsmiddelen en de uitrusting van het beveiligingsteam;

    • h. het toezien op het juiste gebruik en het functioneren van de camera en microfoon door het particulier maritiem beveiligingspersoneel;

    • i. het leidinggeven aan het gezamenlijk oefenen van het beveiligingsteam met de bemanning van de maritieme beveiligingswerkzaamheden gericht op de bescherming tegen piraterij indien de kapitein daartoe de opdracht geeft;

    • j. het toezien op de veiligheid, het welzijn en het gedrag van de overige leden van het beveiligingsteam.

  • 2 De teamleider verricht voorafgaand aan het embarkeren in ieder geval de volgende handelingen:

    • a. het informeren van de overige leden van het beveiligingsteam over de procedurehandleiding en geweldsinstructie;

    • b. het laten ondertekenen van de overige leden van het beveiligingsteam van een verklaring waaruit blijkt dat de leden van het beveiligingsteam op de hoogte zijn van de inhoud van de procedurehandleiding en geweldsinstructie;

    • c. de controle op de geweldsmiddelen en uitrusting van de leden van het beveiligingsteam;

    • d. het verrichten van een oefening van het beveiligingsteam, in het bijzonder in het gebruik van geweldsmiddelen en

    • e. het aanwijzen van een lid van het beveiligingsteam als team medic.

Hoofdstuk 7. Bestuursrechtelijke handhaving en boetes

Artikel 18. (bestuurlijke boete vergunninghouder)

Artikel 19. (bestuurlijke boete scheepsbeheerder)

De bestuurlijke boete die ten hoogste aan de scheepsbeheerder voor een overtreding van artikel 6, eerste lid van de wet en artikel 6, derde lid, van de wet jo artikel 2.4, eerste en tweede lid, van het Besluit kan worden opgelegd, komt overeen met de boete van de derde categorie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 20. (bestuurlijke boete kapitein)

De bestuurlijke boete die ten hoogste aan de kapitein voor een overtreding van de artikelen 6, eerste en vierde lid, en 12, eerste en tweede lid, van de wet en artikel 6, tweede lid jo artikel 2.4 van het Besluit kan worden opgelegd, komt overeen met de boete van de tweede categorie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 21. (bestuurlijke boete teamleider)

De bestuurlijke boete die ten hoogste aan de teamleider voor een overtreding van artikelen 6, tweede lid, en 12, eerste en tweede lid, van de wet kan worden opgelegd, komt overeen met de boete van de tweede categorie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 22. (matiging boete)

  • 1 Onverminderd de artikelen 3:4, 5.41 en 5:46 van de Algemene wet bestuursrecht, houden de toezichthoudende ambtenaren bij het vaststellen van een bestuurlijke boete in ieder geval rekening met de volgende omstandigheden, voor zover die van toepassing zijn:

    • a. de ernst en de duur van de overtreding;

    • b. de mate waarin de overtreding aan de overtreder kan worden verweten;

    • c. de afwezigheid van eerdere overtredingen van de overtreder van de bij of krachtens de wet gestelde voorschriften;

    • d. de mate waarin de overtreder meewerkt bij het vaststellen van de overtreding;

    • e. de maatregelen die de overtreder na de overtreding heeft genomen om herhaling van de overtreding te voorkomen.

  • 2 De toezichthoudende ambtenaren verlagen het boetebedrag met een evenredig percentage indien de omstandigheden, genoemd in het eerste lid, een dergelijke verlaging rechtvaardigen.

Hoofdstuk 8. Bescherming persoonsgegevens en verwerking gegevens

Artikel 23. (bewaartermijn)

  • 1 De scheepsbeheerder, het maritiem beveiligingsbedrijf, de kapitein en de teamleider zijn gerechtigd de beeld- en geluidsopnames in te zien respectievelijk te beluisteren.

  • 2 De bestanden met beeld- en geluidsopnamen worden door de scheepsbeheerder, de kapitein en het particulier maritiem beveiligingspersoneel vernietigd nadat deze tezamen met de rapportages, bedoeld in artikel 12, tweede en derde lid, van de wet aan de Minister, respectievelijk het openbaar ministerie zijn verzonden, maar uiterlijk binnen 28 dagen na het verlaten van het risicogebied.

  • 3 In afwijking van het tweede lid, kunnen de bestanden met beeld- en geluidsopnamen langer worden bewaard door de scheepsbeheerder, de kapitein en het particulier maritiem beveiligingspersoneel indien dat noodzakelijk is voor de instelling, uitoefening of onderbouwing van een rechtsvordering.

Artikel 24. (privacyverklaring)

  • 1 De toezichthoudende ambtenaren maken met betrekking tot de persoonsgegevens, bedoeld in artikel 14a, eerste en tweede lid, van de wet, in een privacyverklaring kenbaar:

    • a. hoe de rechten kunnen worden uitgeoefend tot inzage en correctie van persoonsgegevens;

    • b. met welke partijen en onder welke voorwaarden persoonsgegevens worden gedeeld;

    • c. welke maatregelen zijn getroffen om misbruik, verlies, onbevoegde toegang, ongewenste openbaarmaking en ongeoorloofde wijziging van persoonsgegevens tegen te gaan.

  • 2 De privacyverklaring wordt op de website van de Inspectie geplaatst.

’s-Gravenhage, 19 januari 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid,

D. Yeşilgöz-Zegerius

Annex 1. Permission application form

Bijlage 267765.png

To be completed by the shipping company for Dutch flagged vessels with registration in the Netherlands only. For VPD-protection of vessels with registration in Curaçao please contact Maritime Authority Curaçao.

This application must be submitted to the Coast Guard Centre (ccc@kustwacht.nl).

The statutory timeframe in which the Coast Guard must make its decision on an application for armed private security will start once it receives parts 1 to 4 of this form, fully completed.

For Coast Guard use only:

Contact: KWC/ Coast Guard Centre:

MIK-NL Maritime Intelligence Centre

Tel./fax/email:

0223 542 300 / 0223 658 358 / ccc@kustwacht.nl/MIK-NL@kustwacht.nl

Date:

 

Kwc dossierno.:

 

Urgency:

Immediate response by Coast Guard within 24 hours preferred?

 
 

PART 1 – GENERAL INFORMATION

   

Details

Notes

1

Company name

   

2

Adress

   

3

Areal code / city

   

4

Name of contact person(s)

   

5

Email

   

6

Telephone

   

7

Name of ship

   

8

Registration Dutch flag:

Yes / No

If ‘No’ please cancel this request. This procedure is only applicable in case of Dutch flagged vessels.

9

Call sign

   

10

IMO number

   

11

Type of ship

 

E.g. tanker, dry cargo, passenger ship, RoRo, other

12

Photo of a side view of the ship

 

Please attach photo

13

Number of crew members

   

14

Attach copy of ship’s general plan

   

15

Attach an accommodation plan

   

16

Cargo specifications

   

17

Dates of transport

   

18

Last port of departure before HRA

   

19

First port of arrival after HRA

   

20

Intended route

   
 

PART 2 – INITIAL RISK ANALYSIS OF THE TRANSPORT to be completed by the company security officer

   

Details

Notes

21

Tonnage (DWT)

   

22

Free board on high risk area passage (metres/decimetres)

   

23

Maximum speed

   

24

Cruising speed during transport

   

25

Estimated total time expected to be in the High Risk Area

   

26

Manoeuvrability of the ship

Good / average / fairly poor / poor

Strike out what does not apply

27

Weather sensitivity of the ship

Very sensitive / sensitive / less sensitive / not sensitive

Strike out what does not apply

28

Insured value cargo

   

29

Insured value ship

   

Initial risk analysis prior to application of own protection measures

Impact level:

1. Marine crime (ship stores)

2. Marine crime including exposure for crew

3. Piracy exposure

4. Severe injury / kidnap incident

5. Fatalities / Multiple severe injuries / Hijack of vessel

Frequency:

Criteria1

○ Exposure time in high-risk area > 48 hours

○ Increase of attacks in the last quarter according to IMB reports

○ Attacks reported last year according to IMB

○ Vessel speed alignment

○ Client / cargo resulting in extra exposure

Risk: High / Medium / Low.

Drag the black dot to the appropriate field in the matrix

Bijlage 267766.png

1 Mark if applicable: the sum of the markings is the frequency.

 

PART 3 – SECURITY MEASURES / BMP5 IMPLEMENTATION

to be completed by the Company Security Officer

 

Mandatory BMP5 measures according to Article 3 of the Merchant Shipping Protection Regulation:

Confirmation

Notes

30

Binoculars for the team on the bridge

   

31

Search lights to check the surroundings of the ship

   

32

Razor wire

   

33

Locking access to the bridge, the crew and passenger quarters and the engine rooms

   

34

Reinforcing large windows and portholes with bars or cover plates

   

35

Designating crew muster point or safe room with means of communication with the outside world, such as VHF and/or INMARSAT

   

36

Mounting water or foam sprayers

   

37

Preparing the crew through anti-piracy exercises

   

38

Protecting the ship’s equipment and machinery from third-party use

   

39

Deploying fully trained crew members to one or more lookout posts, including the use of the bridge

   
       
 

Other:

   

40

CCTV enabled?

   

41

Lifts taken out of service?

   

42

Other protective measures

   
 

OTHER CONSIDERATIONS

 

Have the following been considered:

Yes/No

Notes

43

Taking a different route?

   

44

Sailing in convoy?

   

45

Hiring unarmed security personnel?

   

Private armed maritime security preferred above VPD security?

Go to Part 4 (and skip Part 5)

VPD security preferred above private armed maritime security?

Go to Part 5 (and skip Part 4)

If in doubt about whether to seek permission for armed private maritime security, complete 4 and 5.

 

PART 4 – Armed private security

PMSC QUOTES AND DISTANCE OF DETOUR FOR VPD EMBARKATION

     

Notes

       

46

Quoted price PMSC 1 (total price)

   

47

Quoted price PMSC 2 (total price)

   

48

Quoted price PMSC 3 (total price)

   
       
 

DETAILS OF PROPOSED PMSC

   

Details

Notes

49

Name of proposed PMSC / permit holder

   

50

ILT permit number of PMSC

   

51

Address / contact details of PMSC/permit holder

   

52

Size of envisaged security team

   

53

Email address of PMSC

   

54

Proposed embarkation point of PMSC

   

55

Proposed disembarkation point of PMSC

   

56

Detour distance for VPD embarkation if known

 

Total distance for embarkation and disembarkation

57

Further details of detours

 

Additional port calls?

Time lost?

Additional costs?

58

Storage of arms and ammunition on board if the ship sails outside of the high-risk area

   

59

PMSC included in SSP?

 

Yes /No

60

Email address / telephone number of ship master

   

PART 5 – Request for Vessel Protection Detachment from Ministry of Defence

Residual risk assessment after application of own protection measures

Impact level:

1. Marine crime (ship stores)

2. Marine crime including exposure for crew

3. Piracy exposure

4. Serious injury / abduction

5. Fatalities / Multiple serious injuries / Hijacking of ship

Frequency:

Criteria1

○ Exposure time in high-risk area > 48 hours

○ Increase of attacks in the last quarter in the risk area according to IMB reports

○ Attacks reported last year according to IMB

○ Vessel speed alignment

○ Client / cargo resulting in extra exposure

Risk: High / Medium / Low.

Drag the black dot to the appropriate field in the matrix

Bijlage 267767.png

1 Mark if applicable: the sum of the marks is the frequency.

 

REGARDING THE VPD EMBARKATION

 

Question

 

Notes

61

Name and function of contact person for the Ministry of Defence on this voyage

   

62

What is the ‘minimum safe manning’ number on board?

 

According to the ship’s certificate

63

Maximum crew according to certificates?

 

According to the ship’s certificate

64

Extra accommodation available?

   

65

How many additional berths are available?

   

66

Description of medical facilities on board

   

67

Description of the ship’s antenna plan (for possible helicopter operations)

   

68

Contact details of your shipping agents in embarkation and disembarkation ports

   

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Name and position

Date

Signature

Annex 2. Embarkation Form – ship master

Instruction

– Please send the completed form after embarking security guards and armament to the Dutch Coast Guard and the Human Environment and Transport Inspectorate (ccc@kustwacht.nl / MIK-NL@kustwacht.nl / wtbk@ilent.nl)

– attach completed form to final voyage report

GENERAL INFORMATION

 

Details

Notes

Name of ship

   

IMO number

   

Call sign

   

Name of master

   

Place and date of embarkation of security team

   

INFORMATION ABOUT THE SECURITY TEAM MEMBERS

If possible attach crew list with the following information:

Name of maritime security guard

Date of birth

Address

Nationality

Passport number

INFORMATION ABOUT THE WEAPONS

Weapons

Details

Notes

Type of weapons

   

Serial numbers

 

Attach photo of weapon serial numbers

Do the weapons match the statement from the ship manager and PMSC?

Yes/No

 

INFORMATION ABOUT THE AMMUNITION

Ammunition

Details

Notes

Ammunition type

 

(Calibre, FMJ/soft-point)

Number of bullets

   
     

INFORMATION ABOUT THE HELMET CAMERAS

 

Details

Notes

Brand and type of the helmet cameras

   

Number of helmet cameras

   

INFORMATION ABOUT THE HAND CUFFS

 

Details

Notes

Hand cuffs available?

   

Number of hand cuffs

   

THE SHIP MASTER DECLARES THAT:

 

Yes

Notes

     

Outside the high risk area, the weapons will be stored in the weapons locker in accordance with art. 3.2 BBK

   

An immediate report will be made to the Dutch Public Prosecutor’s Office concerning any incident at sea involving the use of force and I will also inform the Coast Guard and the Human Environment and Transport Inspectorate.

   

a report will be made to the Coast Guard and the Human Environment and Transport Inspectorate about where and when the armed security team disembarks within 48 hours after disembarkment.

   

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Name

Date

Signature

Annex 3. Team Leader Embarkation Form

Team Leader Embarkation Form

Instruction

– Please send the completed form after embarking security guards and armament to the Dutch Coast Guard and the Human Environment and Transport Inspectorate (ccc@kustwacht.nl / MIK-NL@kustwacht.nl / wtbk@ilent.nl)

– attach completed form to final voyage report

GENERAL INFORMATION ABOUT THE SHIP

 

Details

Notes

Name of ship

   

IMO number

   

Call sign

   

Dates of transport

   

Load

   

PMSC embarkation point

   

PMSC disembarkation point

   

Proposed IRTC route

 

East-West or West-East

Expected Date/Time of arrival in HRA

   

Expected Date/Time of departure from HRA

   

Ship condition:

Loaded/In ballast

   

At anchor/Moored in port

   

Summer deadweight:

......... tonnes

 

Planned boat speed through HRA

......... knots

 

Lowest freeboard with load: (lowest deck)

......... metres

 

Freeboard at summer draught:

......... metres

 

INFORMATION ABOUT THE TEAM MEMBERS

Team member

Details

Notes

Name

   

Date of birth

   

Address

   

Nationality

   

Passport number

   

INFORMATION ABOUT THE WEAPONS

 

Details

Notes

Date and time of weapon embarkation

   

Place or location

   

Floating armoury? Yes/No

   

If yes, name of ship

   

Floating armoury company

   

Date and time of weapon disembarkation

   

Place or location of weapon disembarkation

   

Floating armoury? Yes/No

   

If yes, name of ship

   

Floating armoury company

   

INFORMATION ABOUT THE WEAPONS

Weapons

Details

Notes

Brand and type of weapons

   

Serial numbers

   

Attach photo of weapon serial numbers

   

Hand cuffs available? Y/N

   

Amount of hand cuffs available

   

INFORMATION ABOUT THE AMMUNITION

Ammunition

Details

Notes

Ammunition type

 

(Calibre, FMJ/soft-point)

Number of bullets

   
     

TEAM LEADER RISK ANALYSIS

Nature of the risk

 

Notes

     

PREPARATORY MEASURES BY TEAM LEADER

   

Notes

Members of security team briefed on procedure manual and rules of engagement

   

Security team members have signed a declaration confirming their awareness of the contents of the procedure manual and the rules of engagement

   

Weapons and equipment of security team members checked

   

Drill completed with security team, covering the use of weapons in particular

   

Name of security team member designated as team medic

   

BMP5 checklist for TEAM LEADER

General

Is it the intention to sail through the HRA at maximum speed?

• What is the maximum speed of the ship?

• What is the cruising speed of the ship?

   

Will the ship be sailing alone, in convoy or in group transit?

   

Is it the intention not to carry out work on deck during the passage through the high-risk area?

   

Crew preparation

   

Notes

Has the crew received a briefing from the TL/PCASP team

 

A briefing in which they were made aware of:

• The danger of piracy

• The latest intelligence (threat assessment)

• What to do in an emergency

• How access to the accommodation block and engine rooms will be controlled/regulated during the passage through the HRA.

Ref BMP 5 p. 9 and p. 16

Has the crew been trained in the actions to be taken if there is a risk of attack by pirates?

 

• First actions of bridge team and PCASP on suspicious approach

• Alerting the crew

• First actions to be taken by the crew

• Retreat to citadel when ordered to do so

• What to do when the ‘all clear’ is given

Ref BMP 5 p. 9

Manoeuvring: has the bridge team practised taking the first evasive manoeuvres after observing a suspicious vessel?

   
 

Mandatory measures upon entry into high-risk area

Binoculars available

   

Search lights available

   

Concertina razor wire available and in place

   

Safe muster point or safe room designated for ship’s crew

   

Crew prepared by means of anti-piracy exercises

   

Trained crew members deployed to one or more lookout posts

   

Water or foam sprayers mounted on the deck near potential boarding points

   

Doors and hatches giving access to the bridge, the crew and passenger quarters and the engine rooms have been locked

   

Large windows and portholes reinforced

   

Ship equipment and machinery protected against third-party use

   
     

Other possible measures

     

Place dummies (mannequins) on the bridge wings and/or other places to give the impression that a good lookout is being kept;

   

Avoid drifting and slow speeds, and do not anchor in the HRA;

   

• Anti-RPG fencing along the bridge wings to provide protection against Rocket-Propelled Grenades (RPGs);

• Sandbags or water-filled oil drums beside openings along the bridge wings, behind which PCASP and bridge crew can take shelter;

• Steel plates that can be quickly mounted on a number of bridge windows on both port and starboard sides in the event of an attack or suspicious approach;

• Anti-blast lamination on bridge windows to protect against flying glass caused by bullet impacts.

   

Other (non-physical) protective measures that may be considered (not mandatory):

• If present, CCTV cameras should be positioned to provide a view of areas that are vulnerable to pirates, such as the quarterdeck and the lowest deck (wind hole);

• If present, CCTV cameras could be positioned in such a way, potentially with a searchlight alongside, that the surroundings (the water) at the rear of the ship (behind the railing) can be monitored from the bridge;

• The ability to centrally switch off lighting in the accommodation block to disorient pirates once inside;

• Displaying warning signs on the outside of the ship in English and/or Somali and/or drawings indicating that the ship is protected by armed guards.

Ref BMP-5 p. 18

   

Communication and means of communication

Do all means of communication work?

• VHF from the bridge

• VHF from the citadel

• INMARSAT from the bridge and/or cabin

• INMARSAT from the citadel

• Internal ship communication devices (telephones/two-way radios);

• Has the SSAS been tested?

• Is the Automatic Identification System enabled?

• Are the emergency contact lists up to date and have they been posted at all locations from which external calls can be made, including the citadel?

Ref: BMP p. 9

   

In terms of communication, will the following actions be taken upon entry to the HRA?

• Minimise use of VHF;

• If VHF is used, only respond to ‘legitimate’ or known contacts.

Ref: BMP5 – p. 10

 

VHF could give away the ship’s position. Preferably use email and INMARSAT instead.

There have been cases where people have used VHF to pretend to be someone other than who they really are.

Have UKMTO and MSCHOA been informed of the ship’s sailing plans through the Voluntary Reporting Scheme? Have the following reports been made, or will they be made?

• Initial report (upon entering VRA);

• Daily (noon) report;

• Final report upon leaving VRA;

• Reporting of irregular or suspicious ship movements.

Ref: BMP5 p. 21

   

Ship’s resources

Optical resources:

• Are Night Viewing Optics and/or Thermal Imagers (TIs) present and working and can the crew access them during the hours of darkness?

   

Radar. Does the ship have:

• Properly functioning navigation radar for all-round observation?

• Fence radar (stern radar) covering the area behind the funnel?

   

Alarm signals: Is the alarm that sounds in case of a suspicious ship or an attack such that the ship immediately knows that it is a possible attack and the alarm is not confused with (for example) a fire alarm?

Ref BMP-5 p. 9

   

Securing the crew – muster, citadel

Citadel. Is a citadel present or designated?

Does the citadel meet the following conditions?

• VHF and/or INMARSAT connection with the outside world (see also Section 5);

• Sufficient water and food for the entire crew for a long period of time;

• Sanitary facilities;

• Team medic designated?

• Sufficient medical resources to treat even serious injuries;

• Ability to steer the ship;

• Have the crew practised evacuating to the citadel?

Ref BMP-5 p. 17

   

Other observations

     

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Signature

   

Team leader’s name

   

Company

   

Annex 4. SHIP Master Report Form

SHIP Master Report Form

For use by the Human Environment and Transport Inspectorate only

Contact:

 

Tel./fax/email:

 

Date:

 

ILT reference:

 

INSTRUCTION FOR SHIP MASTER

Attach:

– embarkation form and attachments

– relevant parts of crew list and ship’s logbook

 

Notes

Send form and attachments within 48 hours after disembarkment of private maritime security team to: wtbk@ilent.nl

GENERAL INFORMATION ABOUT THE SHIP AND VOYAGE

 

Details

Notes

Name of ship

   

IMO number

   

Call sign

   

Dates of transport

   

Load

   

PMSC embarkation point

   

PMSC disembarkation point

   

IRTC route

 

East-West or West-East

Date/Time of arrival in HRA

   

Date/Time of departure from HRA

   

INFORMATION ABOUT THE WEAPONS

 

Details

Notes

Date and time of weapon disembarkation

   

Place or location of weapons disembarkation

   

Floating armoury? Yes/No

   

If yes, name of ship

   

Floating armoury company

   

TEAM LEADER RISK ANALYSIS

Nature of the risk

 

Notes

     

INFORMATION ON THE PROTECTIVE MEASURES TAKEN

See the WtBK and Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Measure 1

   

Measure 2

   
     

INFORMATION ON WEAPON STORAGE See Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Location of weapons locker

   

Weapons checks

   

Removal and return of weapons

   

INFORMATION ON TRAINING See Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Drill 1

   

Drill 2

   

Drill 3

   

INFORMATION ON COMMUNICATION WITHIN THE TEAM and operational activities of the security team, see Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Instructions to team leader

   

Advice from team leader

   

Positions of security guards

   

Start and end of watch shift

For each security guard

   

INFORMATION ON SUSPICIOUS CIRCUMSTANCES 1

 

Details

Notes

Location

   

Time

   

Description

   

RUF invoked yes/no

 

If yes, fill in ‘Report to Public Prosecution Service’ form

INFORMATION ON SUSPICIOUS CIRCUMSTANCES 2

 

Details

Notes

Location

   

Time

   

Description

   

RUF invoked yes/no

 

If yes, fill in ‘Report to Public Prosecution Service’ form

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Name and signature of master

 

Town/City

 

Date

 

Annex 5. Team leader’s report form

TEAM LEADER REPORT FORM

INSTRUCTION FOR TEAM LEADER

Please send the completed form within 48 hours after disembarkment of security guards and armament to the Dutch Human Environment and Transport Inspectorate (wtbk@ilent.nl)

Attach Team Leader Embarkation Form

INFORMATION ON WEAPON STORAGE See Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Location of weapons locker

   

Weapons checks

   

Removal and return of weapons

   

INFORMATION ON TRAINING See Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Drill 1

   

Drill 2

   

Drill 3

   

INFORMATION ON COMMUNICATION WITHIN THE TEAM and Operational activities of the security team, see Merchant Shipping Protection Regulation

 

Details

Notes

Instructions to team leader

   

Advice from team leader

   

Positions of security guards

   

Start and end of watch shift

For each security guard

   

INFORMATION ON SUSPICIOUS CIRCUMSTANCES 1

 

Details

Notes

Location

   

Time

   

Description

   

RUF invoked yes/no

 

If yes, the master must fill in the ‘Report to Public Prosecution Service’ form

INFORMATION ON SUSPICIOUS CIRCUMSTANCES 2

 

Details

Notes

Location

   

Time

   

Description

   

RUF invoked yes/no

 

If yes, fill in ‘Report to Public Prosecution Service’ form

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Team leader name and signature

   

Town/City

   

Date

   

Annex 6. Ship master form for reporting the use of force and/or handcuffs to the public prosecution service

Form A For immediate notification of the use of force

For Public Prosecution Service use only

Contact:

 

Tel./fax/email:

 

Date:

 

Public Prosecution Service File No.:

 

Instruction

send form to the Dutch Public Prosecutor, PM

c.c. Dutch Cost Guard, Human Environment Inspectorate(ccc@kustwacht.nl / MIK-NL@kustwacht.nl / wtbk@ilent.nl)

Basic information

 

Name of ship

 

Call sign

 

IMO number

 

Time in GMT

 

Ship’s position (lat/long)

 

Course and speed during incident

 

Brief description of the incident

 

Form B Detailed report on the use of force

For Public Prosecution Service use only

Contact:

 

Tel./fax/email:

 

Date:

 

Public Prosecution Service File No.:

 

Instruction

send form to the Dutch Public Prosecutor, PM

c.c. Dutch Cost Guard, Human Environment Inspectorate(ccc@kustwacht.nl / MIK-NL@kustwacht.nl / wtbk@ilent.nl)

Basic information

 

Name of the ship

 

Call sign

 

IMO number

 

Type of ship

 

Name and address of ship manager

 

Name of ship master

Contact details

 

Name of private maritime security organisation

 

Permit number of private maritime security organisation

 

Date and place of maritime security team embarkation

 

Route of ship

 

Date and place of maritime security team disembarkation

 
   

Composition of maritime security team

Attach crew list details

Surname, first name of team leader

nationality

passport number

Contact details

 

Surname, first name

nationality

passport number

 

Surname, first name

nationality

passport number

 

Surname, first name

nationality

passport number

 

Surname, first name

nationality

passport number

 

Surname, first name

nationality

passport number

 

Surname, first name

nationality

passport number

 
   

Description of the incident

 

Date and time of the incident

 

Incident location, ship location

 

Accurate description of the facts, such as:

• Method of approach and speed of the suspect vessel

• First non-kinetic actions taken by own ship

• Time RUF invoked and distance from the ship at that time

• Time of transfer of responsibility to TL for use of force

• RUF end time

• In case of an attack: number of attackers, type of weapons (rifles/RPGs, etc.), type of ammunition, etc.

 

Reason for invoking RUF / using weapons

 

Description of how the rules of engagement / RUF were followed

 

Description of any injury suffered by own crew as a result of the incident

 

Description of any injury to third parties caused by the incident

 

Description of any property damage caused by the incident

 

Were any third parties taken on board?

 

If yes, how many persons, name and address details

 

Description of support/care provided to third parties

 

Other measures taken by team leader or master

 

UKMTO and MSCHOA informed?

 

Was support provided by other ships, including military vessels?

 

Did the crew enter the citadel?

 

Were witness statements recorded?

If yes, please attach statements

 

Description of available video camera footage

 

Are photos available? If yes, please attach photos

 
 

Sighted by team leader:

name of team leader

 
   

I have completed this form correctly to the best of my knowledge.

Name and signature of ship master

   
Naar boven