Regeling tarieven identificatie en registratie Wet dieren

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 21-04-2021 t/m 31-10-2021

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 12 april 2021, nr. WJZ/ 21073844, houdende vaststelling van tarieven van retributies voor identificatie en registratie Wet dieren (Regeling tarieven identificatie en registratie Wet dieren)

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op verordening (EU) nr. 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB EU 2017, L 095), en artikel 9.1 van de Wet dieren;

Besluit:

§ 1. Algemeen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • geautomatiseerde gegevensbestand: geautomatiseerd gegevensbestand als bedoeld in artikel 109 van verordening (EU) nr. 2016/429;

  • minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  • uniek registratienummer: uniek registratienummer als bedoeld in artikel 93, slot, van verordening (EU) nr. 2016/429;

  • verordening (EU) nr. 2016/429: verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (diergezondheidsverordening) (PbEU 2016, L 84);

  • verordening (EU) nr. 2019/2035: gedelegeerde verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PbEU 2019, L 314);

  • wet: Wet dieren.

§ 2. Runderen

Artikel 2. Registratie van inrichting

  • 1 Een exploitant van een inrichting voor het houden van runderen waaraan een uniek registratienummer is toegekend, is jaarlijks een retributie verschuldigd die bestaat uit:

    • a. een vast bedrag per aan de exploitant toegekend uniek registratienummer van € 33,50 voor de instandhouding van de registratie; en

    • b. een bedrag afhankelijk van het aantal runderen dat op de inrichting is geboren, daarop is aangevoerd vanuit Nederland of uit het buitenland.

  • 2 Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, bedraagt:

    • a. € 1,31 per rund dat is geboren;

    • b. € 0,05 per rund dat is aangevoerd vanuit Nederland;

    • c. € 0,64 per rund dat is aangevoerd uit het buitenland.

  • 3 In afwijking van het tweede lid, onderdeel c, bedraagt het bedrag per rund dat uit het buitenland rechtstreeks wordt aangevoerd op een slachthuis € 0,05.

  • 4 De aantallen runderen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, zijn de aantallen die in een kalenderjaar ten aanzien van de inrichting zijn opgenomen in het geautomatiseerde gegevensbestand.

Artikel 3. Verwerken van gegevens in geautomatiseerd gegevensbestand

  • 3 Voor het afhandelen van een schriftelijk verzoek aan de minister tot het verwerken, herstellen of intrekken van gegevens als bedoeld in het eerste lid in het geautomatiseerde gegevensbestand, is de exploitant van het desbetreffende dier een retributie verschuldigd van € 10,00 per verzoek.

  • 4 Voor het afhandelen van een schriftelijk verzoek aan de minister tot het verwerken van gegevens als bedoeld in artikel 5b.44, tweede lid, in het geautomatiseerde gegevensbestand is de exploitant van het desbetreffende dier een retributie verschuldigd € 103,– per dier, wanneer de moeder van het desbetreffende kalf niet meer leeft waardoor geen afstammingsonderzoek meer mogelijk is.

§ 3. Schapen en geiten

Artikel 4. Registratie inrichting

  • 1 Een exploitant van een inrichting voor het houden van schapen of geiten waaraan een uniek registratienummer is toegekend, is jaarlijks een retributie verschuldigd die bestaat uit:

    • a. een vast bedrag per aan de exploitant toegekend uniek registratienummer van € 26,00 voor de instandhouding van de registratie; en

    • b. een bedrag afhankelijk van het aantal schapen of geiten dat op de inrichting is geboren, daarop is aangevoerd vanuit Nederland of uit het buitenland.

  • 2 Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, bedraagt € 0,25 per schaap of geit.

  • 3 In afwijking van het tweede lid bedraagt het bedrag per schaap of geit dat wordt aangevoerd op een verzamelcentrum of slachthuis € 0,05 per schaap of geit.

  • 4 De aantallen schapen of geiten, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, zijn de aantallen die in een kalenderjaar ten aanzien van de inrichting zijn opgenomen in het geautomatiseerde gegevensbestand.

Artikel 5. Verwerken van gegevens in geautomatiseerd gegevensbestand

  • 3 Voor het afhandelen van een schriftelijk verzoek aan de minister tot het verwerken, herstellen of intrekken van gegevens als bedoeld in het eerste lid in het geautomatiseerde gegevensbestand is de exploitant van het desbetreffend dier een retributie verschuldigd van € 10,00 per melding van gegevens per schaap of geit.

§ 4. Varkens

Artikel 6. Registratie inrichting

Een exploitant van een inrichting voor het houden van varkens waaraan een uniek registratienummer is toegekend, is jaarlijks een retributie verschuldigd van € 19,00 voor de instandhouding van die registratie.

Artikel 7. Verwerken van gegevens in geautomatiseerd gegevensbestand

Artikel 8. Aanvraag toestemming afvoer

Voor de behandeling van een aanvraag om toestemming als bedoeld in artikel 2.27p, eerste lid, van het Besluit houders van dieren, is de exploitant van de desbetreffende dieren een retributie verschuldigd van maximaal € 2,50.

§ 5. Paardachtigen

Artikel 9. Aanvraag afgifte identificatiedocument

Voor de behandeling van een aanvraag om afgifte van een identificatiedocument als bedoeld in artikel 58, derde lid, 67, eerste of tweede lid, of 68 van verordening (EU) nr. 2019/2035 is degene die de aanvraag heeft gedaan een retributie verschuldigd van ten hoogste de werkelijke kosten verbonden aan de afgifte van het document.

§ 8. Goedkeuring identificatiemiddelen en erkenning leveranciers

Artikel 12. Goedkeuring modellen oormerken

Voor de verlening van goedkeuring van een model van een oormerk voor runderen, schapen, geiten of varkens, van een model van een slachtmerk of gebruiksmerk voor varkens, en van wijzigingen van een model, op grond van de Regeling houders van dieren, is degene die de aanvraag doet een retributie verschuldigd van € 483,75.

Artikel 13. Verlening erkenning leveranciers identificatiemiddelen of merken

Voor de verlening van een erkenning van een leverancier van een identificatiemiddel, slachtmerk of gebruiksmerk als bedoeld in artikel 5b.8, derde lid, van de Regeling houders van dieren voor runderen, schapen, geiten of varkens is degene aan wie de erkenning wordt verleend een retributie verschuldigd van € 220,00.

§ 9. Overig

Artikel 14. Samenloop retributie registratie

Een exploitant van een inrichting waar dieren van verschillende soorten worden gehouden, is voor elke diersoort, in voorkomend geval, het vaste bedrag verschuldigd, bedoeld in de artikelen 2, eerste lid, onderdeel a, 4, eerste lid, onderdeel a, en 6.

Artikel 15. Vaststelling en verrekening

  • 1 De hoogte van de totaal op grond van deze regeling verschuldigde retributie wordt vastgesteld door de minister.

  • 2 Bij de vaststelling, bedoeld in het eerste lid, kan de minister de ingevolge deze regeling verschuldigde retributies verrekenen met de werkelijk bij de uitvoering van de in deze regeling bedoelde handelingen gemaakte kosten, indien de gemaakte kosten lager uitvallen dan de verschuldigde bedragen.

  • 3 De ingevolge deze regeling verschuldigde retributies zijn verschuldigd aan de minister.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 12 april 2021

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.J. Schouten

Naar boven