Beleidsregel compensatie zorgverzekeraars niet-geleverde zorg Zvw-pgb

[Regeling vervallen per 01-01-2022.]
Geraadpleegd op 27-09-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 06-11-2021 en zichtdatum 27-05-2024.
Geldend van 23-02-2021 t/m 31-12-2021

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 februari 2021, kenmerk 1766729-212881-Z, houdende regels voor het compenseren van zorgverzekeraars voor het doorbetalen van als gevolg van Covid-19 niet-geleverde zorg in de zin van de Zorgverzekeringswet (Beleidsregel compensatie zorgverzekeraars niet-geleverde zorg Zvw-pgb)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Minister voor Medische Zorg en Sport,

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2.29a, vijfde en zesde lid, van de Regeling zorgverzekering;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

Artikel 2. Verstrekken compensatie

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 2 De bedragen, bedoeld in het eerste lid, zijn:

    • a. door de desbetreffende verzekerden ten laste gebracht van hun Zvw-pgb, voor zorg die in de periode van 1 maart 2020 tot en met 30 juni 2020 niet is geleverd als gevolg van de maatregelen in verband met Covid-19;

    • b. door de verzekerden bijgehouden in een registratie als bedoeld in artikel 2.29a, zesde lid, van de Regeling zorgverzekering en ter beschikking gesteld aan de zorgverzekeraar;

    • c. door de zorgverzekeraar reeds vergoed.

Artikel 3. Bedrag compensatie

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

De compensatie per verzekeraar bedraagt niet meer dan een door de minister vast te stellen bedrag op basis van registraties als bedoeld in artikel 2.29a, zesde lid, van de Regeling zorgverzekering, van de vergoede bedragen, bedoeld in artikel 2, en overeenkomstig de aanvraag en het oordeel van de accountant uit de controleverklaring, bedoeld in artikel 4, derde lid.

Artikel 4. De aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 De compensatie wordt op aanvraag vastgesteld.

  • 2 Voor de aanvraag wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt.

  • 3 De aanvraag wordt ondertekend door een persoon die daartoe bevoegd is.

  • 4 De aanvraag gaat vergezeld van:

    • a. een specificatie van het aangevraagde bedrag, indien de compensatie minder dan € 125.000 bedraagt, of

    • b. een controleverklaring van een interne of externe accountant met certificerende bevoegdheid, indien de compensatie € 125.000 of meer bedraagt.

  • 5 De aanvraag wordt uiterlijk 15 april 2021 ontvangen.

Artikel 5. Besluit en uitbetaling

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 De minister beslist binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag, bedoeld in artikel 4.

  • 2 De minister betaalt het bedrag van de compensatie in één keer uit.

  • 3 De minister kan een besluit tot toekenning van een compensatie intrekken indien:

    • a. de aanvrager aan wie een compensatie is toegekend onjuiste of onvolledige informatie heeft verschaft, waardoor een compensatie ten onrechte is toegekend;

    • b. het besluit tot toekenning van een compensatie anderszins onjuist was en de aanvrager dat wist, dan wel behoorde te weten.

Artikel 6. Meewerken aan onderzoek

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

De zorgverzekeraar die compensatie ontvangt werkt, onder meer door het verschaffen van de daartoe benodigde inlichtingen, gegevens en bescheiden, mee aan door of namens de minister ingesteld onderzoek dat erop is gericht de minister inlichtingen te verschaffen die van belang zijn voor de ontwikkeling van het beleid van de minister.

Artikel 7. Inwerkingtreding en vervaldatum

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2022.

Artikel 8. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel compensatie zorgverzekeraars niet-geleverde zorg Zvw-pgb.

Deze regeling zal (met toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

H.M. de Jonge