Beleidsregel handhaving verordening (EG) nr. 261/2004 en verordening (EG) nr. 1107/2006 inzake passagiersrechten luchtvaart

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 19-06-2020 t/m heden

Beleidsregel van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, houdende bepalingen in verband met de handhaving van twee Europese verordeningen inzake passagiersrechten in de luchtvaart (Beleidsregel handhaving verordening (EG) nr. 261/2004 en verordening (EG) nr. 1107/2006 inzake passagiersrechten luchtvaartpassagiers)

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 2, onderdeel j, 4, derde lid, 5, derde lid en 7 van Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 295/91 (PbEU 2004, L 46), verordening (EG) nr. 1107/2006 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 5 juli 2006 inzake de rechten van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen (PbEU 2006, L 204), de artikelen 11.15 en 11.16 van de Wet luchtvaart en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 1

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a. ILT: Inspectie Leefomgeving en Transport;

  • b. Inspecteur: inspecteur van de Inspectie Leefomgeving en Transport;

  • c. verordening DBC: verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 295/91 (PbEU 2004, L 46);

  • d. verordening PRM: verordening (EG) nr. 1107/2006 van het Europees parlement en de Raad van 5 juli 2006 inzake de rechten van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen (PbEU2006, L204).

Artikel 2

Redelijke gronden voor de weigering om een passagier op een vlucht te vervoeren als bedoeld in artikel 2, onderdeel j, van verordening DBC zijn in elk geval:

  • a. de passagier beschikt niet over toereikende reisdocumenten;

  • b. de aanwezigheid van de passagier in het vliegtuig levert naar het oordeel van de bevoegde autoriteiten of van de luchtvaartmaatschappij een veiligheidsrisico op voor het vliegtuig, voor zijn medepassagiers of voor de bemanning;

  • c. de gezondheidstoestand van de passagier levert, gelet op zijn aanwezigheid in het vliegtuig, een gezondheidsrisico voor hemzelf, voor zijn medepassagiers of voor de bemanning op.

Artikel 3

Van buitengewone omstandigheden is in elk geval sprake in de navolgende gevallen:

  • a. wanneer weersomstandigheden de uitvoering van de vlucht in kwestie verhinderen;

  • b. wanneer het vliegtuig waarmee de vlucht zal worden uitgevoerd, door sabotage of terrorisme zodanig is beschadigd, dat de vliegveiligheid niet kan worden gegarandeerd;

  • c. wanneer het vliegtuig waarmee de vlucht zal worden uitgevoerd, bij binnenkomst van de voorafgaande vlucht door een van buiten komende oorzaak mogelijk zodanig beschadigd is dat het niet zonder een extra inspectie voor de volgende vlucht kan vertrekken. Onder een van buiten komende oorzaak wordt onder meer verstaan, een botsing met een van buiten komend voorwerp of met een of meer vogels, weersomstandigheden, zoals blikseminslag, of een harde landing;

  • d. wanneer de fabrikant van de toestellen waaruit de vloot van de betrokken luchtvaartmaatschappij is samengesteld, of een bevoegde autoriteit, bekend maakt dat deze toestellen mogelijk een gebrek vertonen dat gevolgen kan hebben voor de vliegveiligheid en daarom zo spoedig mogelijk geïnspecteerd moeten worden;

  • e. wanneer op een reeds aangevangen vlucht, dat wil zeggen nadat de blokken voor de wielen zijn weggehaald, een onverwacht vliegveiligheidsprobleem ontstaat dat gevolgen heeft voor de vluchtuitvoering van de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert en de piloot om die reden de start of de vlucht afbreekt, bijvoorbeeld vanwege een botsing met een of meer vogels;

  • f. wanneer een besluit van het luchtverkeersbeheer voor het vliegtuig, waarmee de vlucht zal worden uitgevoerd, de annulering van één of meer vluchten of een vertraging van drie uur of meer veroorzaakt en

  • g. wanneer een staking gevolgen heeft voor de vluchtuitvoering van de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert, indien die vanwege haar aard of oorsprong niet inherent is aan de normale uitoefening van het bedrijf van de betrokken luchtvaartmaatschappij en waarop laatstgenoemde geen daadwerkelijke invloed kan uitoefenen.

Artikel 4

  • 1 Bij de berekening van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 11.16 van de Wet luchtvaart worden voor alle overtredingen van de verordening DBC en verordening PRM als uitgangspunt gehanteerd:

    • a. de normbedragen die gelden voor de onderscheiden onderwerpen in bijlage 1 Boetecatalogus, die onderdeel uitmaakt van deze beleidsregel; en

    • b. de normbedragen die zijn opgenomen in artikel 7 van deze beleidsregel.

Artikel 5

  • 1 Indien een inspecteur heeft geconstateerd dat een luchtvaartmaatschappij de compensatieplicht overtreedt bij een instapweigering kan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat aan de desbetreffende luchtvaartmaatschappij een bestuurlijke boete opleggen, zoals omschreven in de boetecatalogus in de bijlage bij deze beleidsregel onder nummer DBC 7.1.1.

  • 2 Onder ‘onmiddellijk’ wordt verstaan: binnen 1 uur nadat de passagier het instappen is geweigerd. Als dit niet vast te stellen is dan wordt onder ‘onmiddellijk’ verstaan: binnen 1 uur na vertrek van de vlucht waarvoor de passagier het instappen is geweigerd.

  • 3 Compensatie mag in de vorm van een directe storting op de bankrekening of creditcardrekening van de passagier, het uitreiken van een creditcard met tegoed, in contanten of na voorafgaande goedkeuring van de passagier in de vorm van een tegoedbon met een waarde van minstens de van toepassing zijnde compensatiebedragen.

Artikel 6

Een luchtvaartmaatschappij, een luchthaven, een agent van een luchtvaartmaatschappij dan wel een touroperator worden in de gelegenheid gesteld om haar zienswijze naar voren te brengen over het voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete.

Artikel 7

Indien een inspecteur heeft geconstateerd dat een luchtvaartmaatschappij de compensatieplicht stelselmatig overtreedt bij vertraagde of geannuleerde vluchten, zoals omgeschreven in de nummers DBC 7.1.2 of DBC 7.1.3 van de boetecatalogus in de bijlage bij deze beleidsregel, kan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat aan de desbetreffende luchtvaartmaatschappij een bestuurlijke boete opleggen per vlucht volgens de volgende tabel:

Aantal stoelen op de vlucht

Boete

Tot en met 50 stoelen

€ 20.000

51 tot en met 100

€ 40.000

101 tot en met 150

€ 50.000

151 tot en met 200

€ 60.000

vanaf 201

€ 74.000

Deze tabel wordt toegepast voor alle vluchtafstanden uit verordening DBC, ongeacht het compensatiebedrag. Met het aantal stoelen op de vlucht wordt bedoeld het aantal stoelen in het vliegtuig dat voor de vlucht wordt ingezet die commercieel beschikbaar zijn, ongeacht de bezetting.

Artikel 9

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

namens deze:

DE INSPECTEUR-GENERAAL LEEFOMGEVING EN TRANSPORT

J. van den Bos

Bijlage 1. Behorend bij artikel 4 van de Beleidsregel handhaving Verordening (EG) nr. 261/2004 en Verordening (EG) nr. 1107/2006 inzake passagiersrechten luchtvaart.

Boetecatalogus

Instapweigering

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

DBC 4.1.1

€ 5.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert en redelijkerwijs instapweigering kon verwachten, heeft voor de vlucht in kwestie verzuimd om eerst te vragen of er vrijwilligers zijn die hun boekingen in ruil voor bepaalde voordelen willen opgeven.

4, eerste lid

DBC 4.1.2

€ 3.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft één of meerdere vrijwilligers geen aanvullende bijstand overeenkomstig artikel 8 van verordening DBC verstrekt.

4, eerste lid jo. 8

DBC 4.3.1

€ 3.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft aan één of meerdere passagiers die zonder redelijke grond tegen hun wil de toegang tot een vlucht is geweigerd, niet de keuzemogelijkheden van artikel 8, eerste lid, van verordening DBC geboden.

4, derde lid jo. 8, eerste lid

DBC 4.3.2

€ 3.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft aan één of meerdere passagiers, die zonder redelijke grond tegen hun wil de toegang tot een vlucht is geweigerd en die gekozen heeft voor volledige terugbetaling van het ticket, niet binnen zeven dagen de prijs waarvoor het ticket was gekocht terugbetaald.

4, derde lid jo. 8, eerste lid

DBC 4.3.3

€ 3.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft verzuimd om aan één of meerdere passagiers die zonder redelijke grond tegen hun wil de toegang tot een vlucht is geweigerd, gratis maaltijden en verfrissingen aan te bieden.

4, derde lid 3 jo. 9, eerste lid, onder a

DBC 4.3.4

€ 5.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft verzuimd om aan één of meerdere passagier die zonder redelijke grond tegen hun wil de toegang tot een vlucht is geweigerd, wanneer een verblijf van één of meer nachten noodzakelijk wordt, gratis hotelaccommodatie en gratis vervoer tussen de luchthaven en de plaats van de hotelaccommodatie aan te bieden.

4, derde lid jo. 9, eerste lid, onder b en c

DBC 4.3.5

€ 1.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft één of meerdere passagiers, die recht hebben op gratis verzorging, niet in de gelegenheid gesteld om twee gratis telefoongesprekken te voeren of telex- of fax- of e-mailberichten te verzenden.

4, derde lid jo. 9, tweede lid

DBC 7.1.1

€ 10.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft verzuimd om aan een passagier die zonder redelijke grond tegen zijn wil de toegang tot een vlucht is geweigerd onmiddellijk het in artikel 7 van de Verordening genoemde compensatiebedrag te betalen.

7 jo. 4, derde lid

Annulering

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

DBC 5.1.1

€ 20.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft aan passagiers wier vlucht is geannuleerd, niet de keuzemogelijkheden van artikel 8, eerste lid, van verordening DBC geboden.

5, eerste lid jo. 8, eerste lid

DBC 5.1.2

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft aan passagiers wier vlucht is geannuleerd en die gekozen hebben voor volledige terugbetaling van het ticket, niet binnen zeven dagen de prijs waarvoor het ticket was gekocht terugbetaald.

5, eerste lid jo. 8, eerste lid, onder a

DBC 5.1.3

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft verzuimd om aan passagiers, wier vlucht is geannuleerd, gratis maaltijden en verfrissingen aan te bieden.

5, eerste lid jo. 9, eerste lid, onder a

DBC 5.1.4

€ 30.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft verzuimd om aan passagiers, wier vlucht is geannuleerd, wanneer een verblijf van één of meer nachten noodzakelijk wordt, gratis hotelaccommodatie en/of gratis vervoer tussen de luchthaven en de plaats van de hotelaccommodatie aan te bieden.

5, eerste lid jo. 9, eerste lid, onder b en c

DBC 5.1.5

€ 2.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft passagiers, die recht hebben op gratis verzorging, niet in de gelegenheid gesteld om twee gratis telefoongesprekken te voeren of fax- of e-mailberichten te verzenden.

5, eerste lid jo. 9, tweede lid

DBC 5.2.1

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft aan passagiers, wier vlucht is geannuleerd, niet uitgelegd welk alternatief vervoer er voorhanden is.

5, tweede lid

DBC

7.1.2

Zie art. 7 beleidsregel

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft stelselmatig geweigerd om aan passagiers, wiens vlucht is geannuleerd en aan wie niet een andere vlucht is aangeboden als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder c, van de Verordening, en die bij haar een verzoek tot het betalen van compensatie heeft ingediend, het in artikel 7 van de Verordening genoemde compensatiebedrag te betalen, hoewel zij niet heeft kunnen aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden.

7 jo. 5, 6

Vertraging

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

DBC 6.1.1

€ 20.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft aan passagiers, wier vlucht met ten minste vijf uur is vertraagd, niet de keuzemogelijkheid van artikel 8, eerste lid, onder a, van de verordening DBC geboden.

6, eerste lid jo. 8, eerste lid, onder a

DBC 6.1.2

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft aan passagiers, wier vlucht met ten minste vijf uur is vertraagd en die gekozen hebben voor volledige terugbetaling van het ticket, niet binnen zeven dagen de prijs, waarvoor het ticket was gekocht, terugbetaald.

6, eerste lid jo. 8, eerste lid

DBC 6.1.3

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert en redelijkerwijs kon verwachten dat een vlucht van 1.500 km of minder een vertraging van twee uur of meer tot na de geplande vertrektijd zou oplopen, heeft verzuimd om passagiers binnen twee uur gratis maaltijden en verfrissingen aan te bieden.

6, eerste lid, onder a jo. 9, eerste lid, onder a

DBC 6.1.4

€ 30.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft verzuimd om aan passagiers, wier vlucht is vertraagd, wanneer een verblijf van één of meer nachten noodzakelijk wordt, gratis hotelaccommodatie en/of gratis vervoer tussen de luchthaven en de plaats van de hotelaccommodatie aan te bieden.

6, eerste lid, onder a jo. 9, eerste lid, onder b en c

DBC 6.1.9

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft passagiers, die recht hebben op gratis verzorging, niet in de gelegenheid gesteld om twee gratis telefoongesprekken te voeren of fax- of e-mailberichten te verzenden.

6, eerste lid jo. 9, tweede lid

DBC 7.1.3

Zie art. 7 beleidsregel

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft stelselmatig geweigerd om aan een passagier, wiens vlucht drie of meer uren na de oorspronkelijk geplande aankomsttijd de eindbestemming heeft bereikt, en die bij haar een verzoek tot het betalen van compensatie heeft ingediend, het in artikel 7 van de Verordening genoemde compensatiebedrag te betalen, hoewel zij niet heeft kunnen aantonen dat de vertraging het gevolg is van buitengewone omstandigheden.

7, jo. 5, 6 en jurisprudentie Europese Hof van Justitie C-402/07 + C-432/07 en C-629/10

Personen met beperkte mobiliteit of met bijzondere behoeften in verordening DBC

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

DBC 11.1.1

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft geen voorrang gegeven aan personen met beperkte mobiliteit en hun eventuele begeleiders of officiële geleidehonden of aan alleenreizende kinderen.

11, eerste lid

DBC 11.2.1

€ 3.000 per passagier

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft bij het verzorgen van de passagiers geen bijzondere aandacht geschonken aan de behoeften van personen met beperkte mobiliteit en hun eventuele begeleiders of aan de behoeften van alleenreizende kinderen, of er niet voor gezorgd dat deze verzorging hen zo spoedig mogelijk wordt geboden.

11, tweede lid jo. 9, derde lid

Informatieplicht

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

DBC 14.1.1

€ 10.000 per constatering

De inspecteur constateert dat de luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert er niet voor heeft gezorgd dat bij het inchecken een goed leesbaar bericht is uitgehangen, dat voor de passagiers duidelijk zichtbaar is. Dit bericht moet tijdens de periode van inchecken continu getoond worden.

14, eerste lid

DBC 14.1.2

€ 5.000 per constatering

De tekst van het uitgehangen bericht is niet in overeenstemming met de in artikel 14, eerste lid, van verordening DBC voorgeschreven tekst.

14, eerste lid

DBC 14.2.1 a

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft er niet voor gezorgd dat iedere passagier die door instapweigering of door annulering van een vlucht is getroffen of wiens vlucht minstens twee uur vertraging heeft, een schriftelijke mededeling ontvangt, waarin zijn uiteengezet de regels voor compensatie en bijstand overeenkomstig verordening DBC, en waarin de adresgegevens van de Inspectie Leefomgeving en Transport zijn vermeld.

14, tweede lid

DBC 14.2.1 b

€ 5.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft er wel voor gezorgd dat passagiers die door instapweigering of door annulering van een vlucht zijn getroffen of wier vlucht minstens twee uur vertraging heeft, een schriftelijke mededeling hebben ontvangen waarin zijn uiteengezet de regels voor compensatie en bijstand overeenkomstig verordening DBC, maar heeft daarin niet de contactgegevens van de nationale toezichthouder of andere aangewezen instanties vermeld.

14, tweede lid

DBC 14.3.1

€ 10.000 per vlucht

De luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, heeft er niet voor gezorgd dat aan blinde of visueel gehandicapte passagiers de in artikel 14 van verordening DBC bedoelde informatie met behulp van alternatieve passende middelen wordt verstrekt.

14, derde lid

Overtredingen verordening PRM

Nummer

Boete/eenheid

Omschrijving overtreding

Artikel van de verordening

PRM 3.1.1.

€ 10.000 per passagier

Een luchtvaartmaatschappij, een agent van een luchtvaartmaatschappij

of een touroperator weigert om redenen van een handicap of beperkte mobiliteit een boeking te accepteren voor een vlucht die vertrekt van of aankomt op een luchthaven waarop de verordening PRM van toepassing is.

3 aanhef en onder a

PRM 3.1.2.

€ 10.000 per passagier

Een luchtvaartmaatschappij, een agent van een luchtvaartmaatschappij of een touroperator weigert om redenen van een handicap of beperkte mobiliteit een persoon op een luchthaven waarop verordening PRM van toepassing is, te laten instappen, mits deze persoon over een geldig biljet en een geldige boeking beschikt.

3 aanhef en onder b

PRM 4.1.1

€ 10.000 per vlucht

Een luchtvaartmaatschappij of een agent van een luchtvaartmaatschappij moet de veiligheidsregels die van toepassing zijn op het vervoer van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit, alsook de beperkingen op het vervoer van deze personen of van mobiliteitsuitrusting ten gevolge van de grootte van het luchtvaartuig, in toegankelijke formaten en ten minste in dezelfde talen als voor andere passagiers aan het publiek ter beschikking stellen. In het geval van vluchten die deel uitmaken van pakketreizen, vakantiepakketten en rondreispakketten die door een touroperator worden georganiseerd, verkocht of te koop aangeboden, moet deze touroperator de toepasselijke veiligheidsregels en beperkingen bekendmaken.

4, derde lid

PRM 4.1.2

€ 10.000 per passagier

De inspecteur constateert dat een luchtvaartmaatschappij, een agent van een luchtvaartmaatschappij of een touroperator gebruikmaakt van een in

artikel 4 lid 1 of lid 2 van verordening PRM toegestane afwijking, zonder dat de gehandicapte of de persoon met beperkte mobiliteit onmiddellijk (binnen 1 uur) in kennis is gesteld van de redenen daarvan.

4, vierde lid

PRM 4.1.3

€ 10.000 per passagier

De inspecteur stelt vast dat de luchtvaartmaatschappij, de agent van een luchtvaartmaatschappij of de touroperator de redenen van de afwijking van artikel 4 lid 1 of lid 2 van verordening PRM niet binnen vijf werkdagen na het verzoek schriftelijk meegedeeld heeft aan de gehandicapte of de persoon met beperkte mobiliteit alhoewel deze daarom heeft verzocht.

4, vierde lid

PRM

5.1.1

€ 10.000 per vertrekpunt

De inspecteur constateert dat een in artikel 5 lid 1 bedoeld meldpunt ontbreekt of niet is aangeduid.

5, eerste lid

PRM

5.1.2.

€ 5.000 per vertrekpunt

De in artikel 5 lid 1 genoemde aankomst- en vertrekpunten zijn niet

duidelijk gemarkeerd of bieden niet de basisinformatie over de luchthaven

in toegankelijke formaten aan. De ILT verstaat hieronder tenminste aanduidingen in braille en voorzieningen voor visueel gehandicapten.

5, tweede lid

PRM

6.1.1

€ 5.000 per constatering (ieder assistentie verzoek separaat bezien)

De inspecteur constateert dat een luchtvaartmaatschappij, een agent van een luchtvaartmaatschappij of een touroperator een kennisgeving niet 36 uur voor de aangekondigde vertrektijd heeft doorgezonden aan een beheersorgaan van een luchthaven van vertrek, aankomst of doorreis of van de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert. Dit terwijl de inspecteur tevens constateert dat de passagier, of de vertegenwoordiger van de passagier tijdig, dat wil zeggen 48 uur voor de aangekondigde vertrektijd, om bijstand heeft verzocht.

6, tweede lid onder a of b

PRM

6.1.2

€ 5.000 per constatering (ieder assistentie verzoek separaat bezien)

Een luchtvaartmaatschappij, een agent van een luchtvaartmaatschappij of een touroperator heeft een kennisgeving als bedoeld in artikel 6, lid 2, van verordening PRM niet of niet zo spoedig mogelijk aan een beheersorgaan van een luchthaven van vertrek, aankomst of doorreis doorgestuurd.

6, derde lid

PRM

6.1.3

€ 5.000 per constatering (ieder assistentie verzoek separaat bezien)

Een luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert heeft niet zo spoedig mogelijk na het vertrek van de vlucht het beheersorgaan van de luchthaven van bestemming, voor zover deze gelegen is op het grondgebied van een lidstaat waarop verordening PRM van toepassing is, op de hoogte gebracht van het aantal gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit op die vlucht die de in bijlage I van verordening PRM vermelde bijstand nodig hebben, en van de aard van die bijstand.

6, vierde lid

PRM 10.1.1

€ 10.000 per passagier

De luchtvervoerder heeft bijkomende kosten in rekening gebracht voor de in bijlage II van verordening PRM vermelde bijstand aan een passagier die voldoet aan de voorwaarden van artikel 7, leden1, 2 en 4.

10

PRM 10.1.2

€ 10.000 per passagier

De luchtvervoerder heeft de in bijlage II van verordening PRM vermelde bijstand niet verleend aan een passagier die voldoet aan de voorwaarden van artikel 7 leden1, 2 en 4.

10

PRM 10.1.3

€ 10.000 per passagier

De luchthaven heeft de in bijlage I van verordening PRM vermelde bijstand niet verleend aan een passagier die voldoet aan de voorwaarden van artikel 7 leden1, 2 en 4.

8, eerste lid

Naar boven