Beleidsregel wijziging van de vergunning windenergie op zee voor kavel V Hollandse Kust (noord)

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 08-04-2020 t/m heden

Beleidsregel van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 1 april 2020, nr. WJZ/20007206, houdende beleidsregel inzake de wijziging van de vergunning windenergie op zee voor de kavel V Hollandse Kust (noord)

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 17, vierde lid van de Wet windenergie op zee en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 2

Deze beleidsregel is van toepassing op de wijziging op aanvraag van een vergunning die overeenkomstig artikel 22 van de wet is verleend voor kavel V, als bedoeld in artikel 1 van de regeling.

Artikel 3

  • 1 Een aanvraag gaat vergezeld van een toelichting die inzichtelijk maakt wat de invloed van de beoogde wijziging van de vergunning is op:

    • a. de locatie van de productie-installatie;

    • b. het nominale vermogen van de productie-installatie;

    • c. de mate waarin wordt voldaan aan de criteria, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdeel d of f, van de wet;

    • d. de uitvoerbaarheid van het plan;

    • e. de technische haalbaarheid van het plan;

    • f. de financiële haalbaarheid van het plan;

    • g. de economische haalbaarheid van het plan; of

    • h. de data van ingebruikname van 95% van het windpark en van het gehele windpark.

  • 2 Een aanvraag gaat vergezeld van een windenergie-opbrengstberekening op basis van de beoogde wijziging van de vergunning voor zover deze wijziging betrekking heeft of mede betrekking heeft op:

    • a. het aantal turbines dat deel uitmaakt van de productie-installatie;

    • b. de positionering van de turbines;

    • c. de ashoogte van de turbines; of

    • d. het type turbine.

Artikel 4

De minister wijzigt de vergunning indien de wijziging van de vergunning leidt tot de realisatie of exploitatie van een windpark:

  • a. waarvoor in het geval van een vergunningsaanvraag een vergunning zou kunnen worden verleend bij de procedure, bedoeld in artikel 22 van de wet;

  • b. waarvan een vergunningsaanvraag bij de rangschikking een gelijke of hogere waardering in punten zou hebben opgeleverd bij de toepassing van het rangschikkingscriterium, bedoeld in artikel 24, tweede lid, onderdeel b;

  • c. waarvan een vergunningsaanvraag bij de rangschikking een gelijke of hogere waardering in punten zou hebben opgeleverd bij de toepassing van onderdeel 1 van het rangschikkingscriterium, bedoeld in artikel 24, tweede lid, onderdeel d, alsmede een gelijke of hogere waardering in punten zou hebben opgeleverd bij de toepassing van het onderdeel 2 van hetzelfde rangschikkingscriterium; en

  • d. waarvan een vergunningsaanvraag bij de rangschikking een gelijke of hogere waardering in punten zou hebben opgeleverd bij de toepassing van het totaal van de rangschikkingscriteria, bedoeld in artikel 24, tweede lid, van de regeling.

Artikel 5

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 6

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel wijziging van de vergunning windenergie op zee voor kavel V Hollandse Kust (noord).

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 1 april 2020

De Minister

van Economische Zaken en Klimaat,

E.D. Wiebes

Naar boven