Besluit tijdelijke voorzieningen voor periode dat minister drs. K.H. Ollongren niet [...] en Vice-Minister-President kan uitoefenen

[Regeling materieel uitgewerkt per 10-01-2024.]
Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 11-11-2019 t/m heden

Besluit van 1 november 2019 nr.2019002307, houdende enkele tijdelijke voorzieningen voor de periode dat minister drs. K.H. Ollongren niet in staat is haar taken als Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Vice-Minister-President uit te oefenen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,enz. enz. enz.

Op voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 31 oktober 2019, nr. 3710781;

Gelet op de artikelen 43 en 44 van de Grondwet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

1.

Met ingang van de in artikel 2 genoemde datum minister drs. K.H. Ollongren voor de periode dat zij niet in staat is haar taken als Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Vice-Minister-President uit te oefenen, te ontheffen van de leiding van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de hoedanigheid van Vice-Minister-President.

2.

Drs. R.W. Knops met ingang van de datum van zijn beëdiging voor de in artikel 1 genoemde periode te benoemen tot Minister en hem te belasten met de leiding van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

3.

Met ingang van de in artikel 2 genoemde datum Onze Minister van Defensie, drs. A.Th.B. Bijleveld-Schouten, voor de in artikel 1 genoemde periode tevens te benoemen tot Minister zonder portefeuille en haar in deze hoedanigheid te belasten met de aangelegenheden betreffende de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.

4.

Drs. S. van Veldhoven-van der Meer met ingang van de datum van haar beëdiging voor de in artikel 1 genoemde periode te benoemen tot Minister zonder portefeuille en haar te belasten met de aangelegenheden betreffende Milieu en Wonen.

5.

Met ingang van de in artikel 2 genoemde datum Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, drs. W. Koolmees, voor de in artikel 1 genoemde periode tevens te belasten met de hoedanigheid van Vice-Minister-President.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de in dit besluit genoemde ministers, de Hoge Colleges van Staat, de ministerraad, de Gevolmachtigde Ministers van Aruba, van Curacao en van Sint Maarten en de ministeries.

’s-Gravenhage, 1 november 2019

Willem Alexander

De Minister-President,

Minister van Algemene Zaken,

M. Rutte

Naar boven