U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervalt per 01-01-2025.]Geraadpleegd op 26-04-2024. Geldend van 01-10-2019 t/m 03-09-2020
Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 5 september 2019, kenmerk 1564875-193879-LZ, houdende de instelling van de Commissie Expertisecentra langdurige zorg (Instellingsbesluit Commissie Expertisecentra langdurige zorg)
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;
Besluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
a. minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
b. commissie: commissie, bedoeld in artikel 2.
1 Er is een Commissie Expertisecentra langdurige zorg.
2 De commissie heeft tot taak het voeren van regie op de inrichting van de (kennis)infrastructuur van specifieke doelgroepen met hoog complexe zorgbehoefte en een laag volume. Het gaat om de realisatie van expertisecentra langdurige zorg, de daarbij behorende Kenniscentra en de zorgaanbieders (satellieten) waarmee de Expertisecentra en Kenniscentra samenwerken. Daartoe gelden de volgende deelopdrachten:
a. selectiecriteria;
Op 14 juli 2019 is het KPMG-advies Expertisecentra in de langdurige zorg aan de Tweede Kamer gestuurd (Kamerstukken II 2018–2019, 31 765, nr. 414). In dit advies zijn criteria benoemd die zijn te stellen aan de kenniscentra, expertisecentra en satellieten. Op basis van de in genoemd rapport geformuleerde criteria doen de vertegenwoordigers van de specifieke doelgroepen een voorstel voor de verdere uitwerking van selectiecriteria aan de commissie. Waar mogelijk geven zij ook aan welke partij een van de rollen kan gaan vervullen. De commissie toetst deze voorstellen en adviseert daarover. De uitvoering van de deelopdrachten b tot en met d is mede afhankelijk van de resultaten van deelopdracht a;
b. faciliteren specifieke doelgroepen;
De commissie voert regie door het ondersteunen van de aangewezen partijen bij het gaan voldoen aan de criteria voor kenniscentrum, expertisecentra of satelliet. Waar nodig kan de commissie een stimulerende rol vervullen;
c. stelselpartijen en kennisinfrastructuur;
De commissie houdt verbinding met stelselpartijen (met name de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN)) over de vorderingen bij specifieke doelgroepen. Ook kan de commissie aan de NZa en ZN adviseren over de wijze waarop de bekostiging en de contractering van de specifieke doelgroepen kan gaan plaatsvinden. Daarnaast werkt de commissie de samenhang uit met de overige onderdelen van de kennisinfrastructuur zoals de Academische Werkplaatsen, beroepsorganisaties, Stichting KwaliteitsImpuls Langdurige Zorg, Zorgonderzoek Nederland Medische Wetenschappen en Vilans;
d. adviseer over de structurele situatie;
Het nu aanwijzen van de partijen is geen eenmalige actie. Er zal bezien moeten worden of de aangewezen partijen hun rol in de kennisinfrastructuur waar maken en wellicht zullen de selectiecriteria op termijn geactualiseerd moeten worden. De commissie werkt de mogelijkheden daartoe uit.
1 De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee en ten hoogste vier andere leden.
2 De voorzitter en de leden hebben zitting op persoonlijke titel en oefenen hun functie uit zonder last of ruggespraak.
3 De voorzitter en de andere leden worden door de minister benoemd.
4 De benoeming geschiedt voor de duur van de commissie.
5 Bij tussentijds vertrek van een lid kan de minister op voordracht van de voorzitter onderscheidenlijk de resterende leden een ander lid dan wel een andere voorzitter benoemen.
6 De voorzitter en overige leden kunnen op eigen verzoek of wegens ongeschiktheid, onbekwaamheid of op andere zwaarwegende gronden worden geschorst en ontslagen door de minister.
De commissie wordt ingesteld met ingang van 1 oktober 2019 en wordt opgeheven met ingang van 1 januari 2021.
Met ingang van1 oktober 2019 worden voor de periode van 1 oktober 2019 tot en met 31 december 2020 tot lid van de commissie benoemd:
a. De heer dr. C.B. Leerink, te Schalkhaar, tevens voorzitter;
b. Mevrouw A.A.H.M. de Bresser, te Badhoevedorp;
c. Mevrouw M.H.A. Brakx, te Nijmegen;
d. Mevrouw J.W.M. Pietersen, te Nieuwkoop;
e. De heer R.T.C.M. Koopmans, te Malden.
1 De commissie wordt ondersteund door een secretariaat.
2 Het secretariaat is voor de inhoudelijke uitvoering van zijn taak verantwoording schuldig aan de voorzitter van de commissie.
3 In het secretariaat wordt voorzien door de minister.
1 De commissie stelt in overleg met de minister haar werkwijze vast.
2 De commissie kan zich door andere personen doen bijstaan voor zover dat voor de vervulling van haar taak nodig is.
1 De commissie verstrekt aan de minister desgevraagd de door hem gewenste inlichtingen.
2 De commissie is bevoegd zich voor het inwinnen van inlichtingen rechtstreeks te wenden tot personen en instellingen en hen te verzoeken die medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de vervulling van haar taak.
1 De voorzitter en de andere leden (alsmede personen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, die de commissie bijstaan) ontvangen per vergadering een vergoeding, voor zover zij niet vallen onder de uitzondering van artikel 2, derde lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies en hiermee niet het in artikel 6, eerste lid, van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies bedoelde maximumbedrag overschrijden.
2 De vergoeding per vergadering van de leden (alsmede personen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, die de commissie bijstaan) bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
3 De vergoeding per vergadering van de voorzitter van de commissie bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding die aan de andere leden van de commissie is toegekend.
1 De kosten van de commissie komen, voor zover goedgekeurd, voor rekening van de minister. Onder kosten worden in ieder geval verstaan:
a. de kosten voor de faciliteiten van vergaderingen en voor secretariële ondersteuning, en
b. de kosten voor het inschakelen van externe deskundigheid en het laten verrichten van onderzoek.
2 De commissie biedt zo spoedig mogelijk na haar instelling een begroting en een planning aan de minister aan.
De commissie biedt de minister bij voorkeur vóór 1 december 2020, doch uiterlijk 31 december 2020, een eindverslag aan waarin verslag wordt gedaan over de activiteiten van de periode waarin de commissie werkzaam is geweest.
De commissie draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan het archief van de Directie Langdurige Zorg van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
1 Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 2019.
2 Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2021.
Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Commissie Expertisecentra langdurige zorg.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.
H.M. de Jonge
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Instellingsbesluit Commissie Expertisecentra langdurige zorg", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.