Besluit uitvoering en handhaving verordening securitisaties en wijzigingsverordening kapitaalvereisten securitisaties

[Regeling vervalt per 01-04-2024.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 31-12-2021.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 20-12-2018 t/m heden

Besluit van 11 december 2018 tot wijziging van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten in verband met de uitvoering en handhaving van verordening (EU) nr. 2017/2402 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 tot vaststelling van een algemeen kader voor securitisatie en tot vaststelling van een specifiek kader voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie, en tot wijziging van de richtlijnen 2009/65/EG, 2009/138/EG en 2011/61/EU en de verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 648/2012 (PbEU 2017, L 347), verordening (EU) nr. 2017/2401 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 tot wijziging van verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen (PbEU 2017, L 347) (Besluit uitvoering en handhaving verordening securitisaties en wijzigingsverordening kapitaalvereisten securitisaties)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 16 november 2018, 2018-0000194161, directie Financiële Markten;

Gelet op verordening (EU) nr. 2017/2402 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 tot vaststelling van een algemeen kader voor securitisatie en tot vaststelling van een specifiek kader voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie, en tot wijziging van de richtlijnen 2009/65/EG, 2009/138/EG en 2011/61/EU en de verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 648/2012 (PbEU 2017, L 347), Verordening (EU) nr. 2017/2401 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 tot wijziging van verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen (PbEU L 347), en de artikelen 1:24, derde lid, 1:25, derde lid, 1:79, eerste lid, onderdeel b, en 1:80, onderdeel b, 1:81, derde lid, 1:82, tweede lid, artikel 1:94, eerste lid, onderdeel h, artikel 1:97, derde lid, onderdeel b, en 4:61, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 november 2018, nr. W06.18.0353/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 6 december 2018, 2018-0000204893, directie Financiële Markten;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel III

Ten aanzien van de toepassing op securitisaties als bedoeld in artikel 2 van verordening (EU) nr. 2017/2402 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 tot vaststelling van een algemeen kader voor securitisatie en tot vaststelling van een specifiek kader voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie, en tot wijziging van de richtlijnen 2009/65/EG, 2009/138/EG en 2011/61/EU en de verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 648/2012 (PbEU 2017, L 347), van titel III, deel drie, hoofdstuk 5, en artikel 337 van de verordening kapitaalvereisten, zoals deze luidde voor de inwerkingtreding van eerstgenoemde verordening, blijft het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten, zoals dit luidde voor de inwerkingtreding van dit besluit, tot en met 31 december 2019 van toepassing.

Artikel IV

Dit besluit treedt in werking met ingang met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Artikel V

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit uitvoering en handhaving verordening securitisaties en wijzigingsverordening kapitaalvereisten securitisaties.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 11 december 2018

Willem-Alexander

De Minister van Financiën,

W.B. Hoekstra

Uitgegeven de negentiende december 2018

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

Bijlage I. Transponeringstabel

Ten slotte is in onderstaande tabel weergegeven aan welke artikel van de verordeningen uitvoering wordt gegeven na inwerkingtreding van het onderhavige besluit door dit besluit alsmede door reeds bestaande wet- en regelgeving.

Bepaling verordening securitisaties

Bepaling Uitvoeringsregeling en toelichting.

BuEV =Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten

Omschrijving beleidsruimte

Toelichting gebruik beleidsruimte.

1–2

Behoeft geen uitvoering reikwijdtebepaling en definities

   

3–9

Artikelen 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

10–11(1)

Behoeft geen uitvoering

Voorwaarden en procedures voor registratie van securitisatieregister bij ESMA

   

11(2)

Artikelen 1:3a juncto 1:69 Wft

   

12–15

Behoeft geen uitvoering

Procedure voor registratie en intrekking van registratie van securitisatieregister bij ESMA

   

16

Behoeft geen uitvoering, doorbelasting van kosten door ESMA.

   

17 (1–3)

Behoeft geen uitvoering, bevoegdheden van en opdracht aan ESMA

   

18

Artikelen 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

19–26

Behoeft geen uitvoering. Nadere uitwerking van artikel 18

   

27(1–4)

Artikelen 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

27(5–7)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan ESMA.

   

28(1)

Artikel 2 BuEUv

Gelet op artikel 1:3a Wft, heeft afdeling 1.6.1 Wft bij de uitvoering van artikel 28 vo. een aanvullende werking, voor zover de verordening zich daar niet tegen verzet.

   

28(2)

Artikelen 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

28(3)

Artikel 14 Wet bekostiging financieel toezicht 2019

   

28(4)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan ESMA.

   

29(1–5)

Artikel 2 BuEUv

   

29 (6)

Artikelen 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

29(7–8)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan ESMA.

   

30(1)

Artikel 1:3a juncto Hoofdstuk 1.4 Wft

   

30(2)

Artikelen 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

Hoewel geformuleerd als een taak voor de toezichthouder, impliceert deze bepaling ook de verplichting voor de daarin genoemde financiële ondernemingen om regelingen, processen en mechanismen te implementeren om te voldoen aan de eisen uit de verordening. Deze eisen worden namelijk niet elders gesteld. Om die reden wordt naleving van dit voorschrift handhaafbaar gemaakt door aanwijzing in bijlage 1 en 2 van het BuEUv

.

 

30(3)

Artikelen 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

Hiervoor geldt m.m. hetzelfde als hiervoor overwogen ten aanzien van artikel 30(2) van de verordening.

   

30(4)

O.m. artikelen 1:3a juncto 1:75, eerste en tweede lid, 1:28, tweede lid, en 3:66 Wft

   

30(5)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan bevoegde autoriteit.

   

31

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan ESRB,

   

32(1)

Artikelen 4, 5 en bijlagen 1 en 2 BuEUv

   

32(2)(a)

Artikel 7 BuEUv

   

32(2)(b)

Artikelen 1:3a juncto 1:75, eerste lid, Wft; artikel 5 BuEUv

   

32(2)(c)

Artikel 1:87 Wft

   

32(2)(d)

Artikelen 1:3a juncto 1:75, eerste lid, Wft

Door middel van het geven van een aanwijzing op grond van artikel 1:75 kan bij overtreding een bepaalde gedragslijn worden opgelegd. Dit kan onder meer inhouden het zich onthouden van het doen van kennisgevingen ingevolge artikel 27, eerste lid, van de verordening bij overtreding van artikel 32, eerste lid, onderdeel e of f, van de verordening.

   

32(2)(e)

Artikel 1:81, tweede lid, Wft jo. artikel 5 BuEUv

   

32(2)(f)

Artikelen 1:81, tweede lid, en 1:82, eerste lid, Wft jo. artikel 5 BuEUv

   

32(2)(g)

Artikel 1:83 Wft

   

32(2)(h)

Artikel 1:104, eerste lid, onderdeel b, Wft

   

32(3)

Artikel 5:1, tweede en derde lid, Awb

   

32(4)

Afdeling 3.7 Awb; artikel 8:1 Awb

   

33(1)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan bevoegde autoriteit.

   

33(2)

Artikel 1b Besluit bestuurlijke boetes financiële sector

   

34

Niet van toepassing voor Nederland

   

35

Behoeft geen uitvoering Kennisgevingsverplichting

   

36(1)

Artikelen 1:51 en 1:69 Wft / ministeriële regeling op grond van artikelen 1:51e en 1:69, derde lid, Wft

   

36(2–3)

Behoeft geen uitvoering

   

36(4–6)

Artikelen 1:51 en 1:69 Wft / ministeriële regeling op grond van artikelen 1:51e en 1:69, derde lid, Wft

   

36(7–8)

Behoeft geen uitvoering

   

37(1–4)

Artikelen 1:3a juncto 1:97 en 1:98 Wft

   

37(5–7)

Behoeft geen uitvoering, opdracht aan bevoegde autoriteiten (5–6) en ESMA (7).

   

38

Artikel 83 Besluit Gedragstoezicht financiele ondernemingen

   

39

Behoeft geen uitvoering

Wijzigt de richtlijn solvabiliteit II met opdracht aan Europese Commissie.

   

40

Wijzigt de verordening ratingbureaus, artikel 8ter vervalt. Bijlage 1 en 2 BuEUv

   

41

83a Besluit gedragstoezicht financiele ondernemingen.

   

42

Behoeft geen uitvoering wijzigt EMIR met opdracht aan agentschappen en rechtstreeks werkende bepaling.

   

43(1)

Behoeft geen uitvoering, reikwijdtebepaling.

   

43(2)

Artikelen 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

43(3–4)

Behoeft geen uitvoering, overgangsrecht.

   

43(5–8)

Artikelen 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

43(9)

Behoeft geen uitvoering, overgangsrecht

   

Artikel 44–47

Behoeft geen uitvoering, opdrachten aan EBA en Europese Commissie

   

Artikel 48

Artikel III

   

Artikel wijzigingsverordening kapitaalvereisten securitisaties

     

1

Artikel 2, 4, 5 en bijlage 1 en 2 BuEUv

   

2

Artikel III

   

3

Behoeft geen uitvoering

   
Naar boven