U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Geraadpleegd op 20-04-2024. Geldend van 01-01-2019 t/m heden
Regeling registratie en declaratie protonentherapie
Op grond van de artikelen 35, 36, 37 en 38 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), alsmede de Beleidsregel prestaties en tarieven protonentherapie, stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vast.
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. Dbc-zorgproduct en overig zorgproduct voor protonentherapie: een declarabele prestatie in het kader van protonentherapie.
b. Protonentherapie: een vorm van radiotherapie, waarbij protonen uit waterstofkernen worden toegepast.1
In deze regeling legt de NZa regels vast die zorgaanbieders als bedoeld in artikel 3 in acht moeten nemen bij het aanbieden en leveren van protonentherapie.
Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die op grond van een vergunning ex artikel 2 Wbmv, afgegeven door de Minister van VWS, gerechtigd zijn om protonentherapie aan te bieden en te leveren.
De Regeling medisch-specialistische zorg is van overeenkomstige toepassing op de aanbieders van protonentherapie, tenzij in de onderhavige regeling anders is bepaald.
1 Een zorgverlener mag een zorgproduct voor protonentherapie slechts declareren, indien aantoonbaar is voldaan aan voorschrift 1 van Bijlage 3 behorend bij de Regeling protonentherapie d.d. 29 juli 2013, kenmerk 129230-106270-CZ, van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, luidend:
1. De vergunninghouder stelt samen met de andere vergunninghouders en de beroepsgroep landelijke uniforme indicatieprotocollen vast en hanteert deze protocollen bij de beoordeling of patiënten in aanmerking komen voor protonentherapie.
2 Dbc-zorgproducten voor protonentherapie mogen alleen in rekening worden gebracht indien sprake is van een op zichzelf staande protonenbehandeling. Hiermee wordt bedoeld dat geen sprake is van een protonenbehandeling gecombineerd met een fotonenbehandeling voor dezelfde tumor.
3 De prestatie ‘planningsvergelijking protonen- en fotonentherapie’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, van de beleidsregel mag uitsluitend in rekening worden gebracht wanneer er sprake is van een zogenaamde model-based indicatie. Deze prestatie mag eenmalig per indicatie in rekening worden gebracht. De planningsvergelijking protonen- en fotonentherapie mag voorts zowel apart als in combinatie met een van de prestaties genoemd in artikel 5, eerste lid, onderdelen b en d tot en met f, van de beleidsregel in rekening worden gebracht.
4 De prestatie ‘voorbereiding protonentherapie, niet gevolgd door bestraling’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de beleidsregel mag eenmalig per indicatie in rekening worden gebracht als de voorbereiding niet wordt gevolgd door een protonenbestraling om redenen die ten tijde van de voorbereiding niet bekend waren of konden zijn. Deze prestatie mag niet in combinatie met een van de prestaties genoemd in artikel 5, eerste lid, onderdelen c tot en met g, van de beleidsregel in rekening worden gebracht.
5 De prestatie ‘protonentherapie volwassenen oog’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel c, van de beleidsregel mag eenmalig in rekening worden gebracht voor een volledige radiotherapeutische behandeling met protonen van een patiënt met een tumor gelokaliseerd in de oogkas.
6 De prestatie ‘protonentherapie volwassenen licht’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel d, van de beleidsregel mag eenmalig in rekening worden gebracht voor de volledige radiotherapeutische behandeling met protonen van een patiënt met een indicatie, c.q. tumor lokalisatie, die is ingedeeld in de klasse ‘licht’.
7 De prestatie ‘protonentherapie volwassenen middel’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel e, van de beleidsregel mag eenmalig in rekening worden gebracht voor de volledige radiotherapeutische behandeling met protonen van een patiënt met een indicatie, c.q. tumorlokalisatie, die is ingedeeld in de klasse ‘middel’.
8 De prestatie ‘protonentherapie volwassenen zwaar’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel f, van de beleidsregel mag eenmalig in rekening worden gebracht voor de volledige radiotherapeutische behandeling met protonen van een patiënt met een indicatie, c.q. tumorlokalisatie, die is ingedeeld in de klasse ‘zwaar’.
9 De prestatie ‘protonentherapie kind’ als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel g, van de beleidsregel mag eenmalig in rekening worden gebracht voor de volledige radiotherapeutische behandeling met protonen van een patiënt die bij de start van de behandeling jonger is dan 18 jaar.
Declaratie van een dbc-zorgproduct voor protonentherapie is niet toegestaan wanneer deze prestatie voor die specifieke zorgvraag al als overig zorgproduct is gedeclareerd.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019. Deze regeling wordt bekendgemaakt door plaatsing in de Staatscourant op grond van artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de Wmg.
Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling registratie en declaratie protonentherapie.
Nederlandse Zorgautoriteit,
M.J. Kaljouw,
voorzitter Raad van Bestuur
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Regeling registratie en declaratie protonentherapie", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.