7. Gebrekkige aanlevering
[Regeling vervallen per 01-01-2018]
7.1
Van een gebrekkige aanlevering is sprake indien de in de artikelen 4 en 5 bedoelde informatie onjuist, onvolledig, niet of niet tijdig wordt aangeleverd.
7.2
Van een onjuiste of onvolledige aanlevering is sprake, indien de in artikel 4 en 5 bedoelde informatie weliswaar binnen de geldende indieningstermijnen is verstrekt,
maar niet heeft plaatsgevonden overeenkomstig de eisen die hieraan in deze regeling
zijn gesteld. Bij een onjuiste of onvolledige aanlevering stelt de NZa de Wlz-uitvoerder
ten minste eenmaal in de gelegenheid – kosteloos en zonder verdere gevolgen – alsnog
binnen een nader te stellen termijn over te gaan tot aanlevering van de juiste en
volledige informatie.
Indien de in artikel 4 en 5 bedoelde informatie na herhaaldelijk verzoek onjuist of onvolledig is aangeleverd,
kan de NZa gebruik maken van de haar toekomende handhavende bevoegdheden zoals genoemd
in hoofdstuk 6 van de Wmg. Voor deze gevallen wordt dan een separaat en nader in te
vullen handhavingstraject vastgesteld. Daarbij wordt ook bepaald in welk geval welk
handhavingsinstrument (zoals aanwijzing, boete, last onder dwangsom) wordt ingezet.
7.3
Van een niet tijdige aanlevering is sprake wanneer na het verstrijken van de geldende
indieningstermijnen alsnog een aanlevering van de in artikel 4 en 5 genoemde informatie is ontvangen. Bij de beoordeling of sprake is van een niet tijdige
aanlevering, is niet relevant of de informatie onjuist, onvolledig of compleet is.
Indien de in artikel 4 en 5 bedoelde informatie niet of niet tijdig is ontvangen, kan de NZa gebruik maken van
de haar toekomende handhavende bevoegdheden zoals genoemd in hoofdstuk 6 van de Wmg.