Regeling elektromagnetische compatibiliteit 2016

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 28-12-2016 t/m 31-12-2022

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 13 december 2016 nr. WJZ/16133629, houdende nadere regels in verband met elektromagnetische compatibiliteit van uitrusting (Regeling elektromagnetische compatibiliteit 2016)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op richtlijn nr. 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit (herschikking) (PbEU 2014, L 96), artikel 10.1, vierde lid, van de Telecommunicatiewet en de artikelen 1, onderdeel n, 13, 15, tweede lid, 16, vijfde lid, en 17 van het Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2016;

Besluit:

Artikel 1

De overeenkomsten bedoeld in artikel 1, onderdeel n, van het Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2016 zijn:

  • a. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika (PbEG 1999, L 31);

  • b. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning tussen de Europese Gemeenschap en Canada (PbEG 1998, L 280);

  • c. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling, certificaten en markeringen tussen de Europese Gemeenschap en Australië (PbEG 1998, L 229);

  • d. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland (PbEG 1998, L 229);

  • e. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling, tussen de Europese Gemeenschap en Japan (PbEG 2001, L 284);

  • f. de Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland (PbEG 2002, L 114).

Artikel 2

  • 1 Een marktdeelnemer deelt, op verzoek, aan het Agentschap Telecom de identiteit mee van:

    • a. elke marktdeelnemer die een apparaat aan hem heeft geleverd;

    • b. elke marktdeelnemer aan wie hij een apparaat heeft geleverd.

  • 2 De informatie, bedoeld in het eerste lid, moet gedurende tien jaar nadat het apparaat is geleverd, door de betreffende marktdeelnemer kunnen worden verstrekt.

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 5

Indien de aanwijzing van een aangemelde instantie wordt beperkt, geschorst of ingetrokken of indien een aangemelde instantie haar activiteiten heeft gestaakt, draagt zij alle relevante dossiers ten aanzien van conformiteitsbeoordelingsactiviteiten in het kader van die aanwijzing over aan haar rechtsopvolger, of, indien niet aanwezig, aan de Minister van Economische Zaken.

Artikel 6

De Minister van Economische Zaken wijst slechts een instantie aan als een overeenstemmingsbeoordelingsorgaan als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van het Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2016 voor een in kolom 2 genoemd land indien voldaan is aan de bepalingen genoemd in kolom 4 van de overeenkomst genoemd in kolom 3.

1

2

3

4

Nr.

Land

Overeenkomst

Aanwijzingsprocedure

1

Australië

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling, certificaten en markeringen tussen de Europese Gemeenschap en Australië (PbEG 1998, L 229)

Bijlage, onderdelen A en B, en sectorbijlage betreffende elektromagnetische compatibiliteit, afdelingen I en IV

2

Nieuw-Zeeland

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland (PbEG 1998, L 229)

Bijlage onderdelen A en B, en sectorbijlage betreffende elektromagnetische compatibiliteit, afdelingen I en IV

3

Canada

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning tussen de Europese Gemeenschap en Canada (PbEG 1998, L 280)

Sectorbijlage betreffende elektromagnetische compatibiliteit (EMC), paragraaf 4.2, en bijvoegsel 1 van de sectorbijlage

4

Verenigde Staten

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika (PbEG 1999, L 31)

Sectorbijlage betreffende elektromagnetische compatibiliteit (EMC), afdelingen I en VI

5

Japan

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling, tussen de Europese Gemeenschap en Japan (PbEG 2001, L 284)

Sectorbijlage betreffende elektrisch materiaal, deel b, afdeling IV

6

Zwitserland

Overeenkomst inzake wederzijdse erkenning van overeenstemmingsbeoordeling tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland (PbEG 2002, L 114)

Bijlage 1, hoofdstuk 9 afdelingen I en IV, en bijlage 2, onderdelen A en B

Artikel 7

  • 1 De Minister van Economische Zaken kan maatregelen nemen om de ingebruikneming of het gebruik van uitrusting die voldoet aan de beschermingseisen, bedoeld in artikel 3, eerste en tweede lid, van het Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2016 te beperken:

    • a. om een bestaand of te verwachten probleem in verband met elektromagnetische compatibiliteit op een bepaalde locatie te verhelpen, of

    • b. om openbare elektronische communicatienetwerken of radioapparaten om veiligheidsredenen te beschermen indien die worden gebruikt voor veiligheidsdoeleinden in duidelijk gedefinieerde spectrumsituaties.

  • 2 Degenen tot wie de maatregelen als bedoeld in het eerste lid zich richten, volgen deze maatregelen op.

Artikel 9

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet van 3 februari 2016 tot wijziging van de Telecommunicatiewet in verband met de implementatie van richtlijn 2014/30/EU en richtlijn 2014/53/EU in werking treedt.

Artikel 10

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling elektromagnetische compatibiliteit 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 13 december 2016

De

Minister

van Economische Zaken,

H.G.J. Kamp

Naar boven