Hoofdstuk 2 – uitgangspunten
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
2.2. Doelgroep
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Voor de toekenning van Jobcoaching is het vereist dat de klant die de voorziening
aanvraagt structureel functionele beperkingen heeft. Deze structureel functionele
beperkingen zijn door UWV vastgesteld evenals de noodzaak tot het inzetten van een
Jobcoach. De wettelijke grondslag hiervoor is te vinden in artikel 35 WIA en artikel 2:22 Wajong. De regeling over Jobcoaching is nader uitgewerkt in artikel 18 Reïntegratiebesluit.
Is er sprake van structureel functionele beperkingen dan geldt als aanvullende voorwaarden
dat:
Als een klant nog niet werkt in dienstbetrekking of tijdens een proefplaatsing, kan
UWV uitsluitend de Jobcoaching toekennen als er tussen de klant en de werkgever bindende
afspraken gelden op grond waarvan een dienstbetrekking/proefplaatsing op een zekere
datum aanvangt.
Voor de inzet van Jobcoaching geldt dat niet de arbeidsmarktpositie bepalend is voor
het in aanmerking komen voor Jobcoaching, maar de persoonlijke belemmeringen als gevolg
van de structureel functionele beperkingen. De inzet van Jobcoaching strekt dan tot
behoud, herstel of bevordering van de mogelijkheid van een dienstbetrekking of proefplaatsing.
In het geval een klant nog geen 18 jaar is, is het eveneens mogelijk dat Jobcoaching
wordt toegekend. Dit volgt uit het bepaalde in artikel 35, lid 1, WIA. Voor deze persoon kan uitsluitend Jobcoaching worden ingezet ingeval van een dienstbetrekking.
Jongeren, die nog geen 18 jaar zijn, komen namelijk niet in aanmerking voor proefplaatsing
(artikel 2:24 Wajong), tenzij een jongere recht heeft op een ZW- WW- of WIA-uitkering.
UWV kan geen Jobcoaching toekennen aan een klant die:
-
– werkzaam is of zal zijn als werknemer in de zin van de Wsw. Het gaat hierbij om een werknemer die werkzaam is in een Wsw-dienstbetrekking als
bedoeld in artikel 2 Wsw of om een werknemer die begeleid werkzaam is in een dienstbetrekking met een reguliere
werkgever als bedoeld in artikel 7 Wsw;
-
– onder de re-integratieverantwoordelijkheid van het college van B&W valt.
2.3. Eisen aan de dienstbetrekking en proefplaatsing
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
2.3.1. Eisen aan de dienstbetrekking
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Behoort een klant tot de doelgroep – zie paragraaf 2.2. – dan moet de dienstbetrekking
aan de volgende drie eisen voldoen:
-
1. de duur van de dienstbetrekking bedraagt ten minste 6 maanden én
-
2. de klant werkt in deze dienstbetrekking ten minste 12 uur per week én
-
3. er is sprake van een loonwaarde van minimaal 35% van het wettelijk minimumloon.
Uit de schriftelijke arbeidsovereenkomst moet blijken dat een dienstbetrekking aan
bovengenoemde voorwaarden voldoet.
Voldoet een dienstbetrekking niet aan deze eisen dan kan UWV in een individueel geval
– en na een inhoudelijke toets van de begeleidingsbehoefte van de klant – toch Jobcoaching
toekennen. Dit kan als:
-
– het aantal uren werken < 12 uur per week doch minimaal 8 uur bedraagt én de verwachting
is dat het aantal uren werken binnen een jaar kan worden uitgebreid naar de ondergrens
van 12 uur per week, en/of
-
– de loonwaarde < 35%, doch minimaal 20% van het wettelijk minimumloon bedraagt én de
verwachting is dat deze binnen 1 jaar zal toenemen naar de ondergrens van 35% van
het wettelijk minimumloon als de Jobcoach de klant begeleidt.
UWV hanteert daarom een ondergrens van minimaal 8 uur per week werken en een loonwaarde
van minimaal 20% voor toekenning van Jobcoaching. Echter hierbij geldt de uitdrukkelijke
voorwaarde dat het aantal uren werken en de loonwaarde binnen een jaar worden uitgebreid
naar respectievelijk minimaal 12 uur per week werken en tenminste 35% van het wettelijk
minimumloon. Uit de schriftelijke arbeidsovereenkomst moet blijken dat de klant te
allen tijde minimaal 8 uur per week zal werken en ten minste 20% van het wettelijk
minimumloon verdient. Deze laatste grens komt overeen met de laagste grondslag om
in aanmerking te komen voor een Wajong-uitkering.
Geen Jobcoaching mogelijk
De voornoemde bepalingen sluiten uit dat UWV Jobcoaching toekent in geval van bijvoorbeeld:
Voor beide type overeenkomsten geldt dat niet vooraf vaststaat hoeveel uur de klant daadwerkelijk zal werken. UWV kan namelijk uitsluitend
de voorziening toekennen als bij de aanvraag vaststaat dat de dienstbetrekking aan
de hiervoor vermelde eisen voldoet.
Bijzondere situaties
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Stage- of leerovereenkomst
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
In geval van een stage-of leerovereenkomst is het in de regel niet mogelijk om Jobcoaching
toe te kennen. Aangenomen kan worden dat leerlingen niet in een reële dienstbetrekking
werkzaam zijn. Er is immers geen sprake van een arbeidsovereenkomst, indien de verrichte
werkzaamheden primair gericht zijn op het vergroten van eigen kennis en op het opdoen
van werkervaring en dus niet zo zeer op het verrichten van productieve arbeid.
Uitzendovereenkomst
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Is een klant op een uitzendovereenkomst werkzaam, dan mag het niet gaan om een uitzendovereenkomst
met een uitzendbeding. Dit met het oog op de voorwaarde dat er sprake moet zijn van
een dienstbetrekking met een duur van tenminste 6 maanden. In het geval van een uitzendbeding
is de duur van minimaal 6 maanden niet geborgd, omdat de overeenkomst op elk moment
kan eindigen.
Arbeidstrainingscentrum
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Het verrichten van werkzaamheden in een arbeidstrainingscentrum komt niet in aanmerking
voor Jobcoaching. Deze werkzaamheden zijn niet als productieve arbeid aan te merken.
De nadruk ligt hier o.a. op het gewend raken aan een normaal arbeidsritme, het omgaan
en samenwerken met collega´s en het opdoen van overige vaardigheden die noodzakelijk
zijn om binnen een reguliere werkomgeving te kunnen functioneren.
Lopende dienstbetrekking
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
In het geval een klant al in diensLopende dienstbetrekkingt is bij een werkgever,
kan het zijn dat gedurende de looptijd van de dienstbetrekking de noodzaak tot het
inzetten van een Jobcoach ontstaat. Is dit het geval, dan stelt UWV dezelfde eisen
zoals vermeld in paragraaf 2.3. Dit betekent dat vanaf de datum dat de klant aangewezen
is op Jobcoaching er nog een (resterende) duur dienstbetrekking van tenminste 6 maanden
dient te zijn.
2.3.2. Proefplaatsing
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Als een klant bij de werkgever op basis van een proefplaatsing werkzaam is, beschouwt
UWV deze proefplaatsing – voor toekenning van de voorziening Jobcoaching – als werken
in een dienstbetrekking. Het moet dan wel gaan om proefplaatsing in de zin van artikel 37 WIA, 2.24 Wajong, 3:69 Wajong, 52e ZW, 65g WAO, 67e WAZ of 76a WW. Tijdens een proefplaatsing kan zowel de werkgever als de klant onderzoeken of de
klant geschikt is voor de functie. De proefplaatsing duurt 2 maanden.
UWV kent uitsluitend in bijzondere situaties een proefplaatsing van meer dan 2 maanden
toe. Het gaat dan bijvoorbeeld om een situatie dat een klant zodanige beperkingen
heeft, dat een werkgever binnen 2 maanden niet kan beoordelen of hij geschikt is voor
zijn werkzaamheden. De duur van de proefplaatsing dient vooraf bij start van de proefplaasing
te worden afgesproken. Is de klant ziek, dan wordt de proefplaatsing verlengd voor
de duur van de ziekteperiode.
2.4. De begeleidingsintensiteit
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
2.4.1. De begeleidingsregimes bij een dienstbetrekking voor 12 maanden of langer
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
De omvang van de begeleiding is een percentage van het aantal door de klant gewerkte
uren. UWV onderscheidt voor de begeleidingsintensiteit een viertal begeleidingsregimes:
zeer licht, licht, midden en intensief. De vier begeleidingsregimes kennen ieder een
percentage van het aantal gewerkte uren. Dit percentage wordt per jaar afgebouwd.
De wettelijke percentages per jaar zijn opgenomen in het Reïntegratiebesluit in artikel 18, lid 2.
UWV gaat ervan uit dat het middenregime als standaard te vergoeden begeleidingsuren
voldoende passend is. UWV beoordeelt voor elke klant of een zeer licht, licht, midden
of intensief begeleidingsregime noodzakelijk is. Uitsluitend als de persoonlijke omstandigheden
van de klant daartoe aanleiding geven – dit ter beoordeling aan UWV – kan het intensieve
regime worden ingezet.
Het door UWV vastgestelde begeleidingsregime bij de eerste aanvraag geeft aan welk
verloop de begeleidingsintensiteit voor de klant kent. Blijkt het regime op een gegeven
moment niet meer te voldoen, dan kan tijdens een Jobcoachperiode van regime gewisseld
worden op basis van een daartoe strekkend wijzigingsverzoek en een positieve beschikking
van UWV daarop. Zie in dit verband paragraaf 4.1. Daarnaast is het mogelijk om bij
een nieuwe aanvraag voor een Jobcoachperiode een verzoek te doen voor een ander regime.
De Jobcoachperiode bedraagt in deze situatie altijd 6 maanden.
Het Reïntegratiebesluit kent in het eerste jaar van de dienstbetrekking een wettelijk vastgesteld aantal
begeleidingsuren van maximaal 15% van het aantal overeengekomen werkuren toe. In het
tweede jaar is dit wettelijk aantal uren gesteld op 7,5% en vanaf het derde jaar op
6%. De geleidelijke afbouw van het aantal begeleidingsuren is gebaseerd op het uitgangspunt
dat de klant binnen 3 jaar nadat jobcoaching is toegekend zijn werk zelfstandig geacht
wordt te kunnen uitvoeren. Kent UWV na het derde jaar opnieuw jobcoaching toe, dan
gaat UWV uit van het laagste percentage in een regime.
UWV kent op basis van de begeleidingspercentages een aantal uren jobcoaching toe.
De uren berekent UWV op basis van het aantal te werken uren in een dienstbetrekking.
Voorbeeld 1 – Berekening Jobcoachuren
De klant werkt in dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. Hij werkt 20 uur per week.
In het eerste jaar van zijn dienstbetrekking kan de klant maximaal 15% x 20x 48 weken
= 144 uur Jobcoaching krijgen. In het tweede jaar krijgt de klant maximaal 7,5% x
20x 48 weken = 72 uur Jobcoaching. In het derde jaar (en eventueel de daarna volgende
jaren) maximaal 6% x20x 48 weken = 57,6 uur. De begeleidingsuren in dit voorbeeld
zijn gebaseerd op de wettelijke maximale percentages uit het Reïntegratiebesluit.
Tabel 1 Begeleidingsregimes Jobcoaching voor een dienstbetrekking van 12 maanden of
langer
Begeleidingsregimes
|
Jaar 1
|
Jaar 2
|
Jaar 3 (en verder)
|
Zeer licht
|
3%
|
3%
|
3%
|
Licht
|
6%
|
Midden
|
10%
|
5%
|
intensief
|
15%
|
7,5%
|
6%
|
De toe te kennen percentages begeleidingsuren in het zwaarste begeleidingsregime –
te weten intensief – corresponderen met de wettelijke maxima in het Reïntegratiebesluit. In het tweede jaar vallen het zeer lichte en lichte regime qua percentage te begeleiden
uren samen. In het derde jaar komt daar ook het midden regime bij. In het derde jaar
vallen het midden en lichte regime qua percentage te begeleiden uren samen. Na jaar
drie blijft het percentage begeleidingsuren voor de onderscheiden begeleidingsregimes
gelijk.
Voorbeeld 2 – Afname Jobcoachuren in de loop van de tijd
De klant werkt in dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. Hij werkt 12 uur per week.
Het middenregime geldt als standaard maximaal te vergoeden uren Jobcoaching. Dit regime
is passend voor de klant. In het eerste jaar van zijn dienstbetrekking kan de klant
10% x 12x 48 weken = 57,6 uur Jobcoaching krijgen. In het tweede jaar krijgt de klant
5% = 28,8 uur. In het derde jaar (en eventueel de daarna volgende jaren) 3% = 17,3
uur.
2.4.2. De begeleidingsregimes bij een dienstbetrekking tot 12 maanden
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
In paragraaf 2.4.1. zijn de algemene uitgangspunten beschreven m.b.t. de toewijzing
en het verloop van het begeleidingspercentage. Is een klant werkzaam op een dienstbetrekking
voor de duur van 12 maanden of langer, dan volgt UWV dezelfde uitgangspunten. Ook
in dit geval vindt afbouw van het begeleidingspercentage plaats. Deze afbouw vindt
niet per jaar plaats, maar op het moment dat aan een klant door zijn werkgever een
nieuwe, tijdelijke arbeidsovereenkomst wordt aangeboden. In tabel 2 is voor elk regime
de afbouw opgenomen.
De eerste tijdelijke arbeidsovereenkomst bij dezelfde werkgever duurt minimaal 6 maanden
maar maximaal tot 12 maanden.
Het percentage op de tweede en derde tijdelijke arbeidsovereenkomst bij dezelfde werkgever
geldt voor de duur van deze tijdelijke overeenkomst. Vanaf de vierde tijdelijke arbeidsovereenkomst
is het laagste percentage van toepassing. UWV wil zo stimuleren dat klanten uiteindelijk
werkzaam zullen zijn op meer duurzame ( > dan één jaar) dienstbetrekkingen.
De keuze voor een begeleidingsregime bij de aanvraag geeft aan welk verloop van de
begeleidingsintensiteit de klant naar verwachting nodig heeft. Blijkt het regime op
een gegeven moment niet meer te voldoen, dan kan per tijdelijke dienstbetrekking van
regime gewisseld worden op basis van een daartoe strekkende aanvraag en een positieve
beschikking van UWV.
Tabel 2 Begeleidingsregimes Jobcoaching voor een dienstbetrekkingen tot 12 maanden
Begeleidings-
regimes
|
1etijdelijke arbeidsovereenkomst met een duur van minimaal 6 tot 12 maanden
|
2e en 3e tijdelijke arbeidsovereenkomst
|
4e tijdelijke arbeidsovereenkomst en verder
|
Zeer licht
|
3%
|
3%
|
3%
|
Licht
|
6%
|
Midden
|
10%
|
5%
|
intensief
|
15%
|
7,5%
|
6%
|
Voorbeeld 3 – Afname Jobcoachuren in de loop van de tijd op arbeidsovereenkomsten
tot 12 maanden
De klant werkt in dienstbetrekking voor bepaalde tijd voor de duur van 8 maanden.
Hij werkt 12 uur per week. Het middenregime geldt als standaard maximaal te vergoeden
uren Jobcoaching. Dit regime is passend voor de klant. Tijdens dit eerste tijdelijke
dienstverband kan de klant 10% x 12x (48:12x8=) 32 weken = 38,4 uur Jobcoaching krijgen.
De werkgever biedt na deze 8 maanden, de klant een nieuwe tijdelijke arbeidsovereenkomst
aan voor 7 maanden. De klant krijgt op deze tweede tijdelijke overeenkomst 5% x 12
x (48:12x7=) 28 = 16,8 uur. Biedt de werkgever de werknemer een derde tijdelijke arbeidsovereenkomst
aan van 7 maanden, dan krijgt de klant tijdens deze overeenkomst opnieuw 16,8 uur
Jobcoaching. Mocht er sprake zijn van een vierde arbeidsovereenkomst van 7 maanden
dan krijgt de klant 3% x 12 x 28 weken = 10,8 uur.
2.4.3. Verlenging van een dienstbetrekking met een duur <12 maanden met een dienstbetrekking
met een duur ≥12 maanden
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Is een klant bij een werkgever gestart met een arbeidsovereenkomst tot 12 maanden
en krijgt hij op enig moment een arbeidsovereenkomst van 12 maanden of langer aangeboden?
Op het moment van de aanvang van de dienstbetrekking van minimaal 12 maanden, is tabel
1 van toepassing. De klant stroomt in, in de Jobcoachperiode die hij reeds ontvangen
heeft + 1. Het daarbij behorende percentage van de Jobcoachperiode is dan van toepassing.
Vanaf dat moment geldt dat de Jobcoachperiode 6 maanden bedraagt.
Voorbeeld 4 – Van een reeks dienstbetrekkingen met een duur <12 maanden naar een dienstbetrekking
met een duur van ≥12 maanden
De klant werkt in dienstbetrekking voor bepaalde tijd voor de duur van 8 maanden.
Het middenregime is van toepassing. Na deze tijdelijke dienstbetrekking krijgt hij
van dezelfde werkgever opnieuw een tijdelijke dienstbetrekking voor 8 maanden aangeboden.
De derde arbeidsovereenkomst bij deze werkgever is voor onbepaalde tijd. Voor de toekenning
van Jobcoaching start de derde Jobcoachperiode. Nu krijgt de klant echter voor 6 maanden
Jobcoaching toegekend. Het begeleidingspercentage is 5%. Na afloop van deze 6 maanden
gaat de klant – als hij nog steeds Jobcoaching nodige heeft – zijn vierde Jobcoachperiode
in. Overeenkomstig tabel 1 is het begeleidingspercentage (opnieuw) 5%.
2.4.4. Verlenging van een dienstbetrekking van ≥ 12 maanden met een dienstbetrekking
van < 12 maanden
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Is een klant bij een werkgever gestart met een arbeidsovereenkomst van 12 maanden
of langer en krijgt hij op enig moment een overeenkomst tot 12 maanden aangeboden?
Op het moment van de aanvang van de dienstbetrekking tot 12 maanden start, is tabel
2 van toepassing. De klant stroomt in de Jobcoachperiode in die hij reeds ontvangen
heeft + 1. Het daarbij behorende percentage van de Jobcoachperiode is dan van toepassing.
Gelijktijdig bedraagt de Jobcoachperiode 6 maanden.
Voorbeeld 5 – Van een dienstbetrekking met een duur van ≥12 maanden naar een dienstbetrekking
van <12 maanden
De klant werkt in dienstbetrekking voor de duur van 12 maanden. Het middenregime is
van toepassing. Voor het bepalen van de hoogte van het begeleidingspercentage is tabel
1 van toepassing. In deze dienstbetrekking krijgt hij 2 Jobcoachperioden van 6 maanden
toegekend. Na deze dienstbetrekking krijgt hij van dezelfde werkgever opnieuw een
tijdelijke dienstbetrekking maar nu voor 8 maanden aangeboden. Weliswaar gaat het
hier om de tweede arbeidsovereenkomst, maar wel om de derde Jobcoachperiode. Tabel
2 is van toepassing. Tijdens deze derde Jobcoachperiode is het begeleidingspercentage
5%. Na afloop van deze 8 maanden gaat de klant – als hij nog steeds Jobcoaching nodig
heeft – zijn vierde Jobcoachperiode in. Als het gaat om opnieuw een tijdelijke arbeidsovereenkomst
tot 12 maanden, dan is het begeleidingspercentage conform tabel 2; te weten 3%.
2.4.5. Overgangsbepaling
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
De in paragraaf 2.4.1. tot en met 2.4.4. genoemde handelwijze gaat in voor alle op
en na 1 januari 2016 nieuw te starten dienstbetrekkingen.
Voor klanten die op 1 januari 2016 al werkzaam zijn in een dienstbetrekking geldt
een overgangstermijn. De genoemde handelwijze gaat voor hen in voor een nieuw te starten
Jobcoachperiode op of na 1 juli 2016. Tot aan 1 juli 2016 gelden de bepalingen zoals
opgenomen onder paragraaf 2.4.1. en de afbouw van percentages in tabel 1.
Voorbeeld 6 – Overgangsbepaling
De klant werkt op 1 januari 2016 in een dienstbetrekking voor bepaalde tijd. Het middenregime
is uitgangspunt. Deze dienstbetrekking duurt van 1 december 2015 tot 1 mei 2016. De
klant heeft al 3 Jobcoachperioden gehad. Per 1 mei 2016 wordt de dienstbetrekking
opnieuw verlengd met 8 maanden tot 1 januari 2017. De klant gaat zijn vierde Jobcoachperiode
in – begeleidingspercentage is 5%. De bepalingen uit paragraaf 2.4.1. zijn van toepassing.
Dit betekent dat de Jobcoachperiode 6 maanden duurt. Per 1 november 2016 doet een
klant een vervolgaanvraag voor de vijfde Jobcoachperiode. Tabel 1 blijft van toepassing
voor de duur van 2 maanden tot 1 januari 2017. Het begeleidingspercentage is 3%.
Verlengt de werkgever per 1 januari 2017 opnieuw de dienstbetrekking met 8 maanden,
dan stapt de werknemer over naar de bepalingen zoals opgenomen in paragraaf 2.4.2.
(tabel 2 is van toepassing). Per 1 januari 2017 gaat hij zijn 6e Jobcoachperiode in, maar dan voor de duur van de tijdelijke dienstbetrekking. De
eerstvolgende datum waarop de klant een vervolgaanvraag hoeft in te dienen is 1 september
2017.
2.4.6 . Proefplaatsing
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Ook bij proefplaatsing, wordt een viertal begeleidingsregimes onderscheiden.
UWV kent op basis van de begeleidingspercentages tijdens een proefplaatsing een vast aantal uren Jobcoaching toe. Het komt namelijk voor dat de werkgever een proefplaatsing
in verband met ziekte verlengt. Om de administratieve last voor zowel de klant, zijn
Jobcoachorganisatie en de werkgever te beperken, is gekozen voor een vast aantal Jobcoachuren
tijdens de proefplaatsing. Dit aantal uren is niet voor elk begeleidingsregime gelijk.
Wel betreft het een vast aantal uren voor de gehele duur van de proefplaatsing. UWV
maakt geen onderscheid of een proefplaatsing 2 maanden dan wel maximaal 6 maanden
duurt of tussentijds wordt verlengd. Evenmin maakt UWV onderscheid in het aantal te
werken uren op een proefplaatsing. In Tabel 3 is het vaste aantal begeleidingsuren
op een proefplaatsing opgenomen.
Tabel 3 Overzicht vast aantal begeleidingsuren proefplaatsing
Begeleidingsregime
|
Aantal uren Jobcoaching
|
Zeer licht
|
5
|
Licht
|
15
|
Midden
|
20
|
intensief
|
30
|
Voorbeeld 7 – Jobcoachuren tijdens proefplaatsing
De klant werkt op een proefplaatsing voor de duur van 2 maanden. Hij is aangewezen
op Jobcoaching. UWV kent hem het lichte regime toe. Dit betekent dat de klant gedurende
de gehele proefplaatsing recht heeft op (maximaal) 15 uren Jobcoaching.
Als de duur van de proefplaatsing wordt verlengd met één maand als gevolg van ziekte
naar 3 maanden, krijgt de klant niet meer uren Jobcoaching toegewezen. Het standaard
aantal uren Jobcoaching op de proefplaatsing blijft 15 uur.
2.6. Maximale duur van de Jobcoaching
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
2.6.1. Maximale duur bij een dienstbetrekking
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Uitgangspunt bij Jobcoaching is dat de klant binnen 3 jaar na indiensttreding en/of
na start van de Jobcoaching bij een lopende dienstbetrekking geacht wordt zijn werk
zelfstandig te kunnen uitvoeren. Daarom is de maximale duur van de Jobcoaching in
principe 3 jaar in dezelfde dienstbetrekking bij dezelfde werkgever. Onder een voortdurende
dienstbetrekking verstaat UWV dat een klant met een (of meerdere) onderbreking(en)
van maximaal 4 weken voor dezelfde werkgever werkzaam is. Uiteraard stopt de Jobcoaching
bij een werkgever op het moment dat de dienstbetrekking met de klant eindigt.
Voorbeeld 8 – Start nieuwe 3-jaars termijn
De klant werkt bij werkgever C op arbeidsovereenkomsten voor telkens een jaar. De
klant maakt gebruik van Jobcoaching. Na 2 jaar heeft de werkgever geen werk meer voor
de klant en biedt hem geen nieuwe overeenkomst meer aan. Na 7 maanden neemt hij de
klant weer in dienst voor de periode van 6 maanden. Op dat moment gaat voor de klant
een nieuwe 3-jaars termijn lopen. De onderbreking van de dienstbetrekking duurde namelijk
langer dan 4 weken.
2.6.2. Maximale duur bij een proefplaatsing
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
De Jobcoaching gedurende de proefplaatsing beschouwt UWV als een aparte verstrekkingsperiode.
Deze verstrekkingsperiode wordt niet meegerekend bij het bepalen van de periode van
3 jaar waarover bij dezelfde werkgever Jobcoaching kan worden toegekend. Aan een klant
die eerst werkzaam is op basis van een proefplaatsing alvorens in dienst te treden
bij de werkgever, kan dus maximaal voor de duur van 3 jaar plus de duur van de proefplaatsing
Jobcoaching worden toegekend.
2.6.3. Jobcoaching na 3 jaar
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Zoals aangegeven is uitgangspunt dat de klant uiterlijk na 3 jaar Jobcoaching wordt
geacht zonder ondersteuning zijn werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Een andere mogelijkheid
is dat de werkgever de coaching overneemt. Is niettemin direct aansluitend na deze
maximale periode van 3 jaar nog Jobcoaching nodig, dan kan de klant toch Jobcoaching
krijgen. UWV maakt daarbij onderscheid in:
Structurele inzet van Jobcoaching
De klant onderbouwt waarom de structurele ondersteuning na 3 jaar door een Jobcoach
is aangewezen. UWV beoordeelt de noodzaak van de inzet van de Jobcoach. De begeleidingspercentages
die UWV toekent voor de 6e en de eventueel daarop volgende Jobcoachperioden, staan vermeld in Tabel 1. Uitgangspunt
blijft wel dat er gestreefd wordt naar het feit dat de klant zelfstandig zijn werk
kan doen.
Eenmalige incidentele inzet van Jobcoaching
Heeft de klant na beëindiging van een Jobcoachperiode nog wel begeleiding nodig, maar
niet meer op structurele basis? Dan kent UWV – eenmalig- nog een vast aantal van 5
uren Jobcoaching aan de klant toe. Toekenning vindt plaats direct aansluitend aan
de beëindiging van de Jobcoachperiode waarin vast is komen te staan, dat de klant
niet meer (op structurele basis) is aangewezen op Jobcoaching.
Deze 5 uur Jobcoaching kan een klant gebruiken tot uiterlijk een half jaar na einde
van de laatste Jobcoachperiode. Of deze uren ook daadwerkelijk worden gebruikt, is
geheel aan en op initiatief van de klant. De klant kan de Jobcoachuren inzetten bij
bijvoorbeeld calamiteiten en onvoorziene omstandigheden waardoor hij weer behoefte
heeft aan tijdelijke ondersteuning. De Jobcoach is dan gericht bezig om de klant op
het omgaan met deze situatie te coachen.
De behoefte van de klant en zijn werkgever zijn leidend of en op welk moment er een
Jobcoach wordt ingezet. De uren die niet zijn besteed, komen na het einde van dit
half jaar te vervallen. Deze incidentele inzet van in het totaal 5 uur Jobcoaching
wordt niet als een aparte Jobcoachperiode aangemerkt.
N.B. Indien de klant tijdens of na toekenning van de incidentele inzet (weer) op structurele
basis is aangewezen op Jobcoaching, dan dient hij een nieuwe aanvraag in.
Voorbeeld 9 – Jobcoaching op incidentele basis
Situatie a
De klant werkt in dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. Hij werkt op een arbeidsovereenkomst
van 18 uur per week. De klant heeft al 3 jaar Jobcoaching ontvangen. De laatste Jobcoachperiode
eindigt per 1 juli 2016. Na deze 3 jaar is Jobcoaching op incidentele basis aangewezen.
UWV kent de klant 5 uur Jobcoaching toe die hij kan gebruiken in de periode 1 juli
2016 tot 1 januari 2017.
Situatie b
De klant werkt in een dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. Hij werkt op een arbeidsovereenkomst
van 18 uur per week. De klant heeft 2 jaar Jobcoaching ontvangen. De laatste Jobcoachperiode
eindigt per 1 januari 2017. De klant kan in principe zelfstandig zijn werkzaamheden
uitvoeren. UWV kent de klant het vaste aantal van 5 uur Jobcoaching toe die hij kan
gebruiken in de periode 1 januari 2017 tot 1 juli 2017.
2.6.4. Voorafgaande perioden van Interne Jobcoaching
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
In het geval een klant in zijn dienstbetrekking al eerder gebruik heeft gemaakt van
een Interne Jobcoach waarvoor zijn werkgever subsidie heeft verkregen, dan worden
de perioden waarover subsidie Interne Jobcoach is verstrekt in mindering gebracht
op de maximale Jobcoach termijn.
Samenloop met Interne Jobcoaching in dezelfde Jobcoachperiode is niet mogelijk.
Voorbeeld 10 – Voorafgaande perioden Interne Jobcoaching
Een klant werkt bij werkgever in dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. De klant heeft
al 3 jaar ondersteuning gekregen van een Interne Jobcoach waarvoor werkgever C subsidie
heeft ontvangen. Na deze 3 jaar vraagt de klant zelf Jobcoaching aan. Omdat de werkgever
voor deze klant al 3 jaar subsidie Interne Jobcoaching heeft gekregen, bestaat er
in principe geen mogelijkheid meer tot het toekennen van Jobcoaching. Tenzij UWV oordeelt
dat ondersteuning door een Jobcoach nog steeds is aangewezen.
2.6.5. Andere dienstbetrekking
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Indien een klant op enig moment bij een andere werkgever (dezelfde of andersoortige)
werkzaamheden gaat verrichten, gaat in principe opnieuw een maximale termijn van drie
jaar lopen waarin hij mogelijk in aanmerking komt voor Jobcoaching. UWV neemt de resultaten
van de Jobcoaching die bij de voorgaande werkgever zijn behaald, mee in zijn beoordeling
of Jobcoaching bij de nieuwe werkgever noodzakelijk is.
Voorbeeld 11 – Andere dienstbetrekking
Een klant werkt bij werkgever C in dienstbetrekking voor onbepaalde tijd. Deze klant
werkt bijna 3 jaar bij werkgever C. Gedurende deze tijd heeft hij ondersteuning van
een Jobcoach gekregen. De klant krijgt de mogelijkheid om voor werkgever D te gaan
werken. Treedt hij in dienst bij werkgever D, dan gaat opnieuw een termijn van maximaal
3 jaar lopen waarin hij gebruik kan maken van Jobcoaching indien de inzet hiervan
is aangewezen.
2.7. Toekenningsperiode
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Dienstverband
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Toekenning van het aantal Jobcoachuren geschiedt per Jobcoachperiode. Afhankelijk
van de duur van de dienstbetrekking is dit voor 6 maanden dan wel voor de gehele looptijd
van de dienstbetrekking. Zie in dit verband paragraaf 2.4. UWV kan uitsluitend Jobcoaching
toekennen tot aan datum einde dienstbetrekking.
Hierbij wordt opgemerkt, dat als het om de eerste Jobcoachperiode gaat, de dienstbetrekking de volledige duur van de Jobcoachperiode
van 6 maanden moet beslaan.
Vraagt de klant – die op een dienstbetrekking van minimaal 12 maanden werkzaam is
– na de eerste Jobcoachperiode opnieuw Jobcoaching aan, dan kent UWV opnieuw voor
6 maanden Jobcoachuren toe. Een klant kan in principe voor maximaal 6 Jobcoachperioden
(in totaal voor 3 jaar) ondersteuning van een Jobcoach krijgen.
Voor klanten die op tijdelijke overeenkomsten tot 12 maanden werkzaam zijn, kunnen
eveneens voor maximaal 3 jaar Jobcoaching krijgen. Het aantal Jobcoachperioden is
afhankelijk van de duur van de tijdelijke dienstbetrekkingen. Mocht tijdens de dienstbetrekking
de termijn van 3 jaar worden bereikt, dan kent UWV toch gedurende de gehele tijdelijke
dienstbetrekking Jobcoaching toe.
Voorbeeld 12
De klant werkt op tijdelijke dienstverbanden van respectievelijk, 7, 8, 8, 8 en 8
maanden (in het totaal 39 maanden). Tijdens de vijfde Jobcoachperiode bereikt de klant
de maximale termijn van 3 jaar (te weten 36 maanden). UWV kent – als de klant daarop
is aangewezen – gedurende het gehele tijdelijke dienstverband van 8 maanden Jobcoaching
toe. We stoppen dus niet op de 36 maanden.
N.B. In dit voorbeeld is geen rekening gehouden met de bepalingen uit de Wet werk en zekerheid.
Proefplaatsing
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Bij proefplaatsing is de periode waarvoor Jobcoaching wordt toegekend gelijk aan de
periode van de proefplaatsing.
Voorbeeld 13 – Einde dienstverband tijdens Jobcoachperiode
Een klant werkt in op arbeidsovereenkomsten voor telkens een jaar. De klant heeft
Jobcoaching toegekend gekregen. Na 2 jaar heeft de werkgever alleen nog maar werk
voor 3 maanden. Opnieuw vraagt de klant Jobcoaching aan. UWV kent de Jobcoaching voor
slechts 3 maanden toe en niet voor een Jobcoachperiode van 6 maanden. Zijn Jobcoachperiode
bedraagt dan 3 maanden (zie ook paragraaf 2.4.2.)
Stimuleren werkhervatting bij langdurige afwezigheid
[Regeling vervallen per 01-10-2019]
Jobcoaching is altijd direct gerelateerd aan het feitelijk werken van de klant bij
een werkgever. Als een klant ziek of met vakantie is, dan hoeft hij niet begeleid
te worden. In het aantal toe te kennen begeleidingsuren is rekening gehouden met een
4-tal weken afwezigheid in verband met vakantie.
Bij een zeer (langdurige) afwezigheid in geval van ziekte of vakantie kan – ondanks
dat de klant niet werkt – er toch sprake zijn van inzet van Jobcoaching. Wordt Jobcoaching
ingezet, dan zijn de activiteiten gericht op de werkhervatting. Is klant langdurig
ziek, dan is de werkgever primair verantwoordelijk voor de verzuimbegeleiding. De
Jobcoach kan aanvullend hierop de klant coachen richting werk. Gelet op de verantwoordelijkheid
van de werkgever kan de Jobcoaching uitsluitend na expliciete schriftelijke goedkeuring
door UWV worden ingezet. De klant vraagt hiervoor samen met zijn Jobcoachorganisatie
goedkeuring. In de verantwoordingsrapportage geeft de Jobcoachorganisatie aan, dat
er sprake is van goedkeuring en welke activiteiten in dit kader zijn uitgevoerd. UWV
toetst of de inzet van deze activiteiten heeft plaatsgevonden met het oog op de terugkeer
naar de werkplek en of de omvang hiervan proportioneel is.