Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register

De Raad voor Rechtsbijstand (verder: de Raad), namens de Minister van Veiligheid en Justitie, gezien:

stelt de volgende beleidsregels vast voor inschrijving van de bewindvoerder Wsnp en bewindvoerderorganisatie Wsnp in het register voor bewindvoerders en bewindvoerderorganisaties Wsnp:

Hoofdstuk 1. Definities

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • Raad: De Raad voor Rechtsbijstand;

  • Wsnp: de Schuldsaneringsregeling natuurlijke personen als bedoeld in titel III van de Faillissementswet;

  • Basisopleiding: de opleiding die leidt tot het behalen van het diploma bewindvoerder Wsnp

  • Bewindvoerder Wsnp: de door de rechtbank op grond van artikel 287, derde lid, van de Faillissementswet benoemde natuurlijke persoon of rechtspersoon;

  • Bewindvoerderorganisatie Wsnp: de organisatie die voldoet aan de beleidsregels, gesteld door de Raad voor Rechtsbijstand, voor inschrijving in het register en verkrijging van bewindvoerderssubsidie als bedoeld in het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering;

  • Register: register waarin bewindvoerders en bewindvoerderorganisaties Wsnp zijn opgenomen die voldoen aan door de Raad gestelde eisen voor inschrijving;

  • Recofa-richtlijnen: beleidsregels van rechters-commissarissen in faillissementen en wettelijke schuldsaneringsregelingen voor bewindvoerders in het kader van de Wsnp;

  • Een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG): een verklaring waaruit blijkt dat het Ministerie van Veiligheid en Justitie vindt dat het gedrag van aanvrager in het verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving. Voor bewindvoerders vindt de beoordeling plaats aan de hand van het screeningsprofiel 55 voor de juridische dienstverlening;

  • Gedragscode: De meest recente versie van de gedragscode voor bewindvoerders Wsnp (Staatscourant 18 oktober 2013, 29039);

  • Klachtenregeling: De meest recente versie van de klachtenregeling voor bewindvoerders Wsnp (Staatscourant 18 oktober 2013, 29038)

  • Permanente educatie: deskundigheid bevorderende en relevante activiteiten waarmee kennis en vakbekwaamheid op peil worden gehouden of uitgebreid;

  • Scholingsactiviteit: een voor de bewindvoering Wsnp relevante scholing die verzorgd wordt door een deskundige waarbij kennisoverdracht centraal staat;

  • Intervisie, intercollegiale toetsing, peer review: de evaluatie van werkzaamheden of prestaties van een bewindvoerder(organisatie) Wsnp door een andere bewindvoerder (organisatie), met als doel het in stand te houden of verbeteren van de kwaliteit van het werk of de prestaties van de beoordeelde bewindvoerder (organisatie);

  • Lopende insolventiepraktijk: voortdurende werkzaamheden, uitgevoerd in het kader van faillissementen, surseances van betaling en/of wettelijke schuldsaneringsregelingen;

  • Profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp: criteria waaraan bewindvoerderorganisaties die ingeschreven (willen) zijn in het register, zich dienen te houden;

  • Audit: kantoorbezoek waarbij wordt getoetst of de bewindvoerderorganisatie voldoet aan de criteria in het organisatieprofiel en overige inschrijfvoorwaarden;

  • Basisopleiding: opleiding die voldoet aan de voorwaarden in het besluit aanwijzing opleidingsinstellingen Wsnp.

Hoofdstuk 2. Inschrijving bewindvoerder Wsnp in het register

  • 2.1. De bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, wordt ingeschreven in het register onder al de volgende voorwaarden:

    • 2.1.1. De bewindvoerder is werkzaam bij een advocatenkantoor met lopende insolventiepraktijk of bij een organisatie die door de Raad is ingeschreven in het register als bewindvoerderorganisatie Wsnp;

    • 2.1.2. De bewindvoerder is in de tien jaar voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving niet als persoon insolvent geweest, heeft geen (problematische) schulden gehad en is van (financieel) onbesproken gedrag geweest;

    • 2.1.3. De bewindvoerder heeft het diploma voor de basisopleiding ‘Bewindvoering Wsnp voor niet-advocaten’ behaald;

    • 2.1.4. De bewindvoerder overlegt een VOG met profiel 55 (juridische dienstverlening) van ten hoogste drie maanden oud en een kopie van een geldig identiteitsbewijs.

  • 2.2. De bewindvoerder Wsnp die als advocaat is ingeschreven bij de Nederlandse Orde van Advocaten, wordt ingeschreven in het register.

  • 2.3. De inschrijving van een bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, wordt voortgezet onder al de volgende voorwaarden:

    • De bewindvoerder voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 2.1.1. en 2.1.3.;

    • De bewindvoerder overlegt steeds vóór het verstrijken van een termijn van drie jaar na inschrijving in het register een nieuwe recente VOG aan de Raad;

    • De bewindvoerder volgt bijscholing of andere activiteiten in overeenstemming met de bepalingen over permanente educatie in artikel 2.4;

    • De bewindvoerder is in elk voorgaand kalenderjaar na het jaar van inschrijving tenminste tien keer benoemd als bewindvoerder of aangewezen als behandelaar in een Wsnp-dossier;

    • De bewindvoerder is van onbesproken financieel gedrag (geweest). Hij heeft in de periode van inschrijving geen (problematische) schulden (gehad) en/of is niet insolvent (geweest).

  • 2.4. Permanente Educatie

    • 2.4.1. Een bewindvoerder in het register dient in het kader van de permanente educatie driejaarlijks tenminste 36 PE-punten te behalen. De driejaarstermijn gaat in op 1 januari van het jaar, volgend op het jaar waarin de basisopleiding is gevolgd.

      Een herintredende bewindvoerder, die minimaal een jaar niet als bewindvoerder Wsnp heeft gewerkt, of de bewindvoerder Wsnp die gedurende een jaar na het volgen van de basisopleiding niet heeft verzocht om inschrijving in het register, dient in het kalenderjaar waarin hij herintreedt, 18 punten te behalen. Wanneer de herintreding plaatsvindt in de maanden oktober, november of december van een kalenderjaar, dan dient hij het eerstvolgende kalenderjaar 18 punten te behalen.

    • 2.4.2. Een bewindvoerder kan de PE-punten behalen via:

      • relevante scholingsactiviteiten;

      • intervisie/peer review/intercollegiale toetsing (max 5 punten per jaar);

      • het bijhouden van vakliteratuur (max 3 punten per jaar);

      • het vervullen van een actieve rol op organisatorisch niveau binnen de sector, als bestuurslid of lid van een werkgroep/commissie (max 3 punten per jaar);

      • publicatie in vakliteratuur (max. 3 punten per jaar).

    • 2.4.3. De activiteiten, genoemd onder 2.4.2., moeten gericht zijn op kennisvergroting en/of verbetering van vaardigheden. De scholing moet voor ten minste 70% vakinhoudelijk/-gerelateerd zijn en kan voor het overige uit verbetering van vaardigheden bestaan.

    • 2.4.4. Een opleidingsinstelling kan de Raad schriftelijk verzoeken om haar aan te wijzen als erkende opleidingsinstelling, als bedoeld in het “besluit aanwijzing opleidingsinstelling Wsnp”. Een erkende opleidingsinstelling bepaalt, in het geval van bijscholing in het kader van Permanente Educatie, het aantal PE-punten dat voor een scholingsactiviteit mag worden geregistreerd op basis van de studiebelasting. Na aanwijzing controleert de Raad periodiek of het aantal toegekende punten juist is vastgesteld.

    • 2.4.5. Niet-aangewezen opleidingsinstellingen en bewindvoerders kunnen de Raad vragen punten toe te kennen aan een bepaalde scholingsactiviteit. Dit kan vooraf worden aangevraagd, maar ook binnen een jaar nadat de activiteit heeft plaatsgehad.

    • 2.4.6. De Raad stelt desgevraagd op basis van documentatie over de opleiding vast of de scholingsactiviteit bijdraagt aan permanente educatie.

    • 2.4.7. Aan scholingsactiviteiten wordt per volledig uur (zestig minuten) één PE-punt toegekend.

    • 2.4.8. Het kan voorkomen dat een bepaalde scholing verplicht door iedere bewindvoerder niet-advocaat gevolgd moet worden. De Raad maakt dit, voor zover mogelijk, aan het begin van een kalenderjaar bekend. Ook kan de Raad, indien hij daartoe aanleiding ziet, specifieke scholing opleggen aan een individuele bewindvoerder niet-advocaat.

    • 2.4.9. Een bewindvoerder is zelf verantwoordelijk voor het behalen van voldoende PE-punten. Wanneer de kwaliteitsaudit van de bewindvoerderorganisatie waarvoor de bewindvoerder werkzaam is, wordt gehouden, dient de bewindvoerder desgevraagd aan te tonen welke PE-activiteiten hij heeft gevolgd en hoeveel punten hij daarmee behaald heeft.

    • 2.4.10. Wanneer een bewindvoerder niet-advocaat niet het vereiste aantal scholingspunten kan behalen, dient hij de Raad schriftelijk en met redenen omkleed ontheffing of uitstel te vragen.

  • 2.5. De bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, wordt (tijdelijk) uitgeschreven uit het register indien:

    • 2.5.1. deze niet voldoet aan de verplichtingen, genoemd in hoofdstuk 2 van deze beleidsregels;

    • 2,.5.2. een gegronde klacht of andere aanwijzing daar aanleiding toe geeft.

Hoofdstuk 3. Inschrijving bewindvoerderorganisatie Wsnp

  • 3.1 Een organisatie wordt ingeschreven als bewindvoerderorganisatie Wsnp in het register onder de volgende voorwaarden:

    • 3.1.1. De bewindvoerderorganisatie is een advocatenkantoor met een lopende insolventiepraktijk of;

    • 3.1.2. De bewindvoerderorganisatie is ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, met (onder andere) als doel het uitvoeren van bewindvoeringen Wsnp.

    • 3.1.3. De bewindvoerderorganisatie die geen advocatenkantoor met een lopende insolventiepraktijk is, overlegt bij het eerste verzoek tot inschrijving een verklaring van de rechtbank waaruit blijkt dat er behoefte bestaat aan aanvulling op het bestaande organisatiebestand;

    • 3.1.4. De bewindvoerderorganisatie voldoet aan de criteria in het profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp;

    • 3.1.5. De bewindvoerderorganisatie is zodanig ingericht dat deze via de digitale weg berichten van de Raad kan ontvangen.

  • 3.2 Audits

    De Raad kan, middels het uit (laten) voeren van organisatieaudits of anderszins, periodiek toetsen of de ingeschreven organisatie voldoet aan de voorwaarden uit artikel 3.1 van deze beleidsregels.

  • 3.3 De bewindvoerderorganisatie Wsnp kan worden uitgeschreven uit het register

    • 3.3.1 wanneer deze naar het oordeel van de Raad niet langer voldoet aan de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 3.1;

    • 3.3.2 indien de organisatie daarom verzoekt;

    • 3.3.3 indien er geen ingeschreven bewindvoerders aan de organisatie verbonden zijn.

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Utrecht, 3 december 2015

De

Minister

van Veiligheid en Justitie,
voor deze,

de Raad voor Rechtsbijstand,

P.J.M. van den Biggelaar,

Directeur Stelsel.

J. Wijkstra,

Directeur Bedrijfsvoering.

Bijlage I. bij Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register

Profiel bewindvoerdersorganisatie

1. De organisatie faciliteert de bewindvoerder voldoende om zijn taken, vastgelegd in 316 FW en in de richtlijnen van Recofa, zo goed mogelijk uit te voeren.

Aantal bewindvoerders

Een organisatie bestaat uit minstens twee bewindvoerders. Zij moeten toegang hebben tot elkaars dossiers en duidelijke afspraken hebben gemaakt over kort- en langdurige afwezigheid.

Indien een organisatie uit één bewindvoerder bestaat, is er een samenwerkingsverband met een andere ingeschreven bewindvoerderorganisatie of advocatenkantoor, waarbij in ieder geval schriftelijk vastgelegde afspraken zijn gemaakt over:

  • Vervanging bij kortdurende afwezigheid;

  • Vervanging bij langdurige afwezigheid;

  • Verzorgen van dossier gerelateerde diensten;

  • Vergoeding voor verleende diensten;

  • Privacybescherming van dossiergegevens.

Verantwoordelijke bewindvoerder

Indien de organisatie tot bewindvoerder wordt benoemd, waarborgt deze dat uiterlijk na ontvangst van het toelatingsvonnis een ingeschreven bewindvoerder wordt aangewezen als behandelaar, die verantwoordelijk is voor de zaak.

Aanmaken en beheren dossier

Alle dossiers zijn actueel en bevatten alle relevante gegevens, zodanig dat elk dossier op ieder moment een getrouw beeld geeft van de stand van zaken.

Vertrouwelijkheid

De organisatie heeft de vertrouwelijkheid van zaakgegevens gewaarborgd. Dit kan gerealiseerd worden door onder andere beveiliging van de hard- en software die de organisatie gebruikt en door medewerkers binnen de organisatie een geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen.

2. De organisatie draagt bij aan de ontwikkeling van de bewindvoerders en ziet erop toe dat zij voldoen aan de inschrijfvoorwaarden voor de bewindvoerder (niet-advocaat)

Opleidingen

De organisatie kan desgevraagd bewijzen overleggen van PE-activiteiten en desgevraagd hun relevantie aantonen.

Klachtenbehandeling

De organisatie beschikt over een klachtenprocedure en maakt die bekend aan of inzichtelijk voor belanghebbenden (schuldenaren en schuldeisers). Klachten worden apart geregistreerd en binnen zes weken na ontvangst afgehandeld.

Verbetermaatregelen

Op basis van de klachtenevaluatie, beleidsinformatie en eventuele terugkoppelingen van stakeholders, worden zo nodig verbetermaatregelen genomen.

Richtlijnen van Recofa

De organisatie ziet erop toe dat de bewindvoerders hun werkzaamheden uitvoeren zoals omschreven in de richtlijnen van Recofa. In het bijzonder dient de bewindvoerderorganisatie zorg dragen voor dekking van de aansprakelijkheid van alle aan de organisatie verbonden medewerkers die bij de afwikkeling van de schuldsaneringsregeling zijn betrokken.

Beleid van de Raad

De organisatie ziet erop toe dat bewindvoerders de regels van de Raad, onder meer betreffende het aanvragen van subsidies, op de juiste manier toepassen.

3. De financiële continuïteit van de organisatie is aantoonbaar gewaarborgd

Inkomsten en kostenbegroting

Uit de totale begroting moet blijken dat de organisatie kostendekkend kan werken. De organisatie beschikt over een actueel overzicht van inkomsten en uitgaven, en over een begroting, inclusief een toelichting met gehanteerde uitgangspunten, voor een periode van tenminste drie jaar. Voert de organisatie naast de Wsnp-werkzaamheden ook andere activiteiten uit, dan moeten ook deze inkomsten en uitgaven opgenomen zijn in de begroting.

Nieuw in te schrijven organisaties beschikken over een overzicht van te maken aanloopkosten (investeringen, overnamekosten dossiers, voorfinanciering vaste lasten) en kunnen een betrouwbare dekking van deze kosten overleggen.

Financiële administratie en de jaarrekening

De organisatie voert een deugdelijke administratie, zodat steeds een actueel beeld kan worden verkregen van het verloop van de inkomsten en de kosten, zowel per zaak als in totaliteit. De organisatie beschikt over een realisatieoverzicht waarin wordt gemonitord of de cijfers in de opgestelde begroting een reëel beeld geven van de financiële situatie van de organisatie.

Jaarlijks wordt door een externe deskundige een jaarrekening opgesteld. Hieruit blijkt dat de continuïteit van de organisatie gegarandeerd kan worden voor een periode van tenminste drie maanden.

4. Zelfstandigheid en onafhankelijkheid

Belangenverstrengeling

De bewindvoerderorganisatie of de bewindvoerder is op geen enkele manier partij of belanghebbende in de zaken die hij aanneemt, of overlegt daarover met de rechtbank.

Functiescheiding

Indien de organisatie andere activiteiten ontplooit naast bewindvoering Wsnp, is er een duidelijke risicoafweging gemaakt en op basis daarvan een scheiding aangebracht tussen taken, functies, financiën en verantwoordelijkheden.

5. Audits

De organisatie verleent medewerking aan de audits die de Raad uitvoert of uit laat voeren en verstrekt daartoe alle relevante gegevens.

Naar boven