Subsidieregeling Veilig Verkeer Nederland 2014

[Regeling vervallen per 01-01-2019.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-07-2014 t/m 31-12-2018

Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 3 juni 2014, nr. IENM/BSK-2014/90126, houdende vaststelling van de subsidieverstrekking aan de Vereniging Veilig Verkeer Nederland (Subsidieregeling Veilig Verkeer Nederland 2014)

Artikel 1. Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • activiteitenplan: activiteitenplan als bedoeld in artikel 4:62 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • programma: samenhangend geheel van projecten;

  • forfaitair uurtarief: kostendekkend tarief per uur voor een boekjaar dat wordt gehanteerd voor de uitvoering van subsidiabele projecten en producten;

  • kosten derden: op factuur aantoonbare aan derden verschuldigde kosten die direct voor de subsidiabele projecten en producten worden gemaakt;

  • minister: Minister van Infrastructuur en Milieu;

  • project: geheel van activiteiten dat deel uitmaakt van een programma;

  • product: (deel)resultaat dat voortkomt uit een project;

  • Veilig Verkeer Nederland: vereniging Veilig Verkeer Nederland, gevestigd te Amersfoort;

  • wet: Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2. Doel van de subsidie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister kan op aanvraag per boekjaar een subsidie verstrekken aan Veilig Verkeer Nederland voor het uitvoeren van projecten en producten op het gebied van verkeersveiligheid, gericht op:

    • a. beleidsbeïnvloeding van overheden, of

    • b. gedragsbeïnvloeding van burgers.

  • 2 Geen subsidie wordt verstrekt voor zover voor een project of product als bedoeld in het eerste lid, een subsidie is of wordt verstrekt door een ander bestuursorgaan dan wel andere inkomsten van derden zonder tegenprestatie zijn of worden verkregen.

Artikel 4. Forfaitair uurtarief

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

De minister berekent het forfaitair uurtarief op basis van de gemiddelde salarisschaal bij Veilig Verkeer Nederland en de gemiddelde overheadkosten, waarbij zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de systematiek van de voor het betreffende kalenderjaar van toepassing zijnde Handleiding Overheidstarieven. Voor de berekening van het forfaitair uurtarief worden salarisschalen boven schaal 18 beschouwd worden als het maximum van schaal 18.

Artikel 5. Subsidieplafond en subsidiabele kosten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Het subsidieplafond bedraagt voor 2015 € 3.617.068,75 (prijspeil 2013).

  • 2 Voor de jaren na 2015 stelt de minister jaarlijks het subsidieplafond vast en doet hiervan mededeling in de Staatscourant uiterlijk op 1 april van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor het subsidieplafond wordt vastgesteld.

  • 3 Het in het eerste lid genoemde bedrag is exclusief de compensatie voor de arbeidskostenontwikkeling, bedoeld in artikel 9, eerste lid.

  • 4 Als subsidiabele kosten worden uitsluitend in aanmerking genomen het totaal aantal uren dat daadwerkelijk aan de uitvoering van de subsidiabele projecten en producten is besteed vermenigvuldigd met het forfaitair uurtarief, alsmede de kosten derden.

Artikel 6. Concept van een activiteitenplan

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Uiterlijk op 1 juli van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, zendt Veilig Verkeer Nederland aan de minister een concept van het activiteitenplan.

  • 2 Voor zover dit naar het oordeel van de minister noodzakelijk is, zendt Veilig Verkeer Nederland telkens uiterlijk op 1 september en 1 oktober een aangepast concept aan de minister waarin rekening is gehouden met de eerdere opmerkingen van de minister.

Artikel 7. Aanvraag tot subsidieverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De aanvraag tot subsidieverlening wordt uiterlijk ingediend op 8 november van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

  • 2 Onverminderd artikel 4:65 van de wet gaat de aanvraag vergezeld van:

    • a. het activiteitenplan, dat in elk geval een overzicht biedt van de projecten en producten en waarbij de keuze van de projecten en producten is gebaseerd op de beleidsimpuls Verkeersveiligheid (2013);

    • b. de begroting, bedoeld in artikel 4:63 van de wet;

    • c. een rapport van feitelijke bevindingen van een accountant ten aanzien van de berekening van het voorgestelde forfaitair uurtarief waarbij minimaal het volgende wordt aangegeven:

      • 1°. bij de berekening is de door de Raad van bestuur vastgestelde begroting gehanteerd;

      • 2°. de berekening is zoveel mogelijk gebaseerd op de systematiek van de voor het betreffende kalenderjaar van toepassing zijnde Handleiding Overheidstarieven;

      • 3°. de berekeningssystematiek is jaarlijks toegepast gedurende de looptijd van deze regeling;

      • 4°. de gehanteerde tarieven zijn gebaseerd op de salarisschalen bij Veilig Verkeer Nederland;

    • d. het geraamde tijdstip waarop Veilig Verkeer Nederland gehouden is de projecten en producten te hebben afgerond, het geraamde aantal uren per project met onderbouwing, alsmede de geraamde kosten derden per project met onderbouwing, en

    • e. voor de subsidieaanvraag voor het boekjaar 2015: de omvang van de egalisatiereserve.

Artikel 8. Beschikking tot subsidieverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister neemt de beschikking tot subsidieverlening binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2 In de beschikking worden vermeld:

    • a. de te subsidiëren projecten en producten;

    • b. het tijdstip waarop Veilig Verkeer Nederland gehouden is de projecten en producten te hebben afgerond;

    • c. de wijze waarop het subsidiebedrag wordt bepaald en het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld,

    • d. het geraamde aantal uren per project alsmede de geraamde kosten derden per project,

    • e. het berekende forfaitair uurtarief, bedoeld in artikel 4, en

    • f. de inhoud van het controleprotocol.

  • 3 Voor zover de subsidie wordt verleend ten laste van de nog niet door de Staten-Generaal aangenomen rijksbegroting, onderdeel Infrastructuur en Milieu, wordt in de beschikking tevens vermeld dat de subsidieverlening plaatsvindt onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld in de wet tot vaststelling van de rijksbegroting, onderdeel Infrastructuur en Milieu.

  • 4 Voor het boekjaar 2015 wordt het bedrag van de egalisatiereserve op 31 december 2014 om 24.00 uur in mindering gebracht op het bedrag van de subsidieverlening 2015.

Artikel 9. Compensatie voor de arbeidskostenontwikkeling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Zolang de subsidie niet is vastgesteld, kan de minister ambtshalve het maximale subsidiebedrag, genoemd in artikel 5, eerste lid, verhogen met een bedrag dat ten hoogste bedraagt het bedrag dat wordt verkregen door het bedrag van de looncomponent in de subsidie te indexeren met het percentage voor de arbeidskostenontwikkeling, genoemd in de desbetreffende loonbijstellingsbrief van het ministerie van Financiën met betrekking tot compensatie voor de arbeidskostenontwikkeling van instellingen in de g&g-sector (code 935).

  • 2 De beschikking, bedoeld in het eerste lid, vermeldt tevens het bedrag van de looncomponent in de subsidie voor het volgende boekjaar. Voor het boekjaar 2015 bedraagt de looncomponent € 2.319.038,85 (prijspeil 2013).

Artikel 10. Weigeringsgronden

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Onverminderd artikel 4:35 van de wet kan de minister de subsidieverlening geheel of gedeeltelijk weigeren indien naar zijn oordeel:

  • a. in het activiteitenplan onvoldoende rekening is gehouden met de door hem over een concept-activiteitenplan gemaakte opmerkingen;

  • b. de aanvraag niet voldoet aan artikel 7;

  • c. er in voorgaande boekjaren ten aanzien van de subsidieverlening dan wel subsidievaststelling toepassing is gegeven aan de artikelen 4:48, 4:49 en 4:50 van de wet, of

  • d. projecten die qua aanbod geheel of gedeeltelijk overlap vertonen met die van TeamAlert.

Artikel 11. Voorschotverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister kan een beschikking tot bevoorschotting verlenen. Deze beschikking wordt ambtshalve gelijktijdig met de beschikking tot subsidieverlening gegeven.

  • 2 Het voorschot wordt uitgekeerd op basis van een bij de aanvraag tot subsidieverlening verstrekt overzicht van de liquiditeitenprognose waarin de liquiditeitsbehoefte per kalenderkwartaal wordt aangegeven.

  • 3 Het voorschot wordt uitgekeerd in termijnen waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot bevoorschotting worden bepaald met dien verstande dat de voorschotverlening ten hoogste 95 procent van de verleende subsidie per boekjaar bedraagt.

  • 4 Het voorschot wordt ambtshalve verhoogd met een bedrag van ten hoogste 95% van de verhoging, bedoeld in artikel 9, eerste lid, indien de minister gebruik maakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 9, eerste lid.

  • 5 Voor het boekjaar 2015 wordt het bedrag van de egalisatiereserve in mindering gebracht op het bedrag van de voorschotverlening 2015.

Artikel 12. Verplichtingen Veilig Verkeer Nederland

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Onverminderd de artikelen 4:68, 4:69 en 4:70 van de wet gelden de volgende verplichtingen voor Veilig Verkeer Nederland:

    • a. het afronden van de uitvoering van de projecten en producten waarvoor subsidie is verleend uiterlijk op het tijdstip dat daarvoor is aangegeven in de beschikking tot subsidieverlening;

    • b. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de minister van alle omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de subsidie en op de rechtmatige en de doelmatige aanwending daarvan, zoals financiering van projecten en producten vanuit andere bronnen en over- en onderschrijdingen van het geraamde subsidiebedrag van een project van meer dan 10%;

    • c. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de minister zodra aannemelijk is dat een gesubsidieerd project onderscheidenlijk product niet, niet tijdig of niet geheel zal worden verricht onderscheidenlijk opgeleverd of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan;

    • d. het doen van een schriftelijke melding aan de minister, vergezeld van een herziene liquiditeitenprognose, indien de gemaakte subsidiabele kosten op de laatste dag van elk kalenderkwartaal 75% of minder bedragen van de voor dat desbetreffende kwartaal begrote subsidiabele kosten; de melding geschiedt binnen twee maanden na afloop van het desbetreffende kalenderkwartaal;

    • e. het verlenen van medewerking aan een onderzoek naar de rechtmatige en doelmatige aanwending van de ontvangen subsidiegelden, dat wordt verricht namens of in opdracht van de minister of door de Algemene Rekenkamer en het desverlangd verstrekken van alle informatie aan degene die met dit onderzoek is belast;

    • f. het de minister vooraf schriftelijk op de hoogte stellen in geval bekendheid wordt gegeven aan gesubsidieerde projecten, producten of standpunten dienaangaande,met een politiek gevoelig of belangrijk beleidsmatig karakter;

    • g. het verlenen van medewerking binnen een door de minister te stellen termijn aan een door hem ingesteld evaluatieonderzoek teneinde te beoordelen in welke mate Veilig Verkeer Nederland bij het uitvoeren van een gesubsidieerd project, een toegevoegde waarde heeft geleverd aan de in artikel 2 omschreven doelen van deze regeling;

    • h. het in acht nemen van het controleprotocol, en

    • i. het informeren van de minister over voorgenomen wijzigingen van de statuten en voorts over wijzigingen van de statuten van de Veilig Verkeer Nederland BV.

  • 2 De minister kan bij de beschikking tot subsidieverlening:

    • a. verplichtingen opleggen met betrekking tot het geven van bekendheid aan de gesubsidieerde projecten en producten van Veilig Verkeer Nederland alsmede aan de resultaten ervan;

    • b. verplichtingen opleggen met betrekking tot het zonder vergoeding aan de minister of een door de minister aangewezen derde verstrekken van door de minister benodigde, op gesubsidieerde projecten en producten van Veilig Verkeer Nederland gerichte informatie;

    • c. verplichtingen opleggen met betrekking tot het verkrijgen van andere financiële middelen, of

    • d. andere verplichtingen opleggen die hij noodzakelijk acht ter verwezenlijking van het doel van de subsidie.

  • 3 Veilig Verkeer Nederland draagt er zorg voor dat:

    • a. een gescheiden administratie van kosten en baten wordt gevoerd voor de gesubsidieerde projecten en producten enerzijds en de overige activiteiten anderzijds;

    • b. een onderzoek als bedoeld in artikel 4:79, eerste lid, van de wet wordt uitgevoerd en dat dit onderzoek geschiedt met inachtneming van hetgeen daarover is bepaald in het controleprotocol, bedoeld in artikel 8, tweede lid, onder f;

    • c. geen indirecte staatssteun wordt verleend aan ondernemingen middels de subsidie, en

    • d. Veilig Verkeer Nederland BV op generlei wijze werkzaamheden verricht voor door de minister van Infrastructuur en Milieu gesubsidieerde projecten en producten, ook niet middels de post kosten derden.

Artikel 13. Strategische samenwerking met TeamAlert

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Veilig Verkeer Nederland werkt ten behoeve van de uitvoering van de gesubsidieerde projecten strategisch samen met Team Alert. Deze samenwerking betreft:

    • a. het afstemmen van het projectenaanbod, zodat Veilig Verkeer Nederland alleen aanvullend actief is en niet met Team Alert soortgelijke activiteiten op dezelfde locatie uitvoert;

    • b. het verhogen van de verkeersveiligheid en het terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers onder jongeren;

    • c. indien van toepassing het gezamenlijk werven van vrijwilligers gericht op het verhogen van de verkeersveiligheid;

    • d. voor zover van toepassing het gezamenlijk werven van sponsoren gericht op het verhogen van de verkeersveiligheid, en

    • e. het verbeteren van de kwaliteit van medewerkers door kennisdeling en leren van elkaar op het gebied van verkeersveiligheid.

  • 2 Veilig Verkeer Nederland rapporteert vanaf 1 juli 2014 halfjaarlijks over de samenwerking, in elk geval in het jaarverslag.

Artikel 14. Toestemming minister

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Veilig Verkeer Nederland behoeft toestemming van de minister voor:

    • a. het oprichten van dan wel deelnemen in een rechtspersoon;

    • b. het ontbinden van de rechtspersoon, of

    • c. het voor haarzelf doen van aangifte tot faillissement of het aanvragen van surséance van betaling.

  • 2 Aan de toestemming kunnen voorwaarden of voorschriften worden verbonden.

Artikel 15. Aanvraag tot subsidievaststelling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Veilig Verkeer Nederland dient de aanvraag tot subsidievaststelling in binnen 26 weken volgend op het boekjaar waarvoor de subsidie is verleend.

  • 2 De aanvraag gaat in elk geval vergezeld van:

    • a. een activiteitenverslag dat tevens voldoet aan artikel 4:80 van de wet, waarin tevens inzichtelijk wordt gemaakt de relatie tussen subsidie, inspanning en effecten;

    • b. een financieel verslag dat tevens voldoet aan 4:76 van de wet;

    • c. de stand van zaken van de projecten en producten en de tijdstippen waarop deze zijn afgerond, het gerealiseerde aantal uren per project met onderbouwing en de gerealiseerde kosten derden per project met onderbouwing;

    • d. een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 4:78, derde lid, van de wet, en

    • e. een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 4:79, derde lid, van de wet.

Artikel 16. Beschikking tot subsidievaststelling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister neemt de beschikking tot subsidievaststelling binnen 22 weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2 De minister kan de subsidie ambtshalve vaststellen indien Veilig Verkeer Nederland niet tijdig de aanvraag tot vaststelling heeft ingediend.

Artikel 17. Toezicht

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Met het toezicht op de naleving van de aan de subsidie verbonden verplichtingen zijn belast de directeur en medewerkers van de Auditdienst Rijk van het ministerie van Financiën en andere bij besluit van de minister aangewezen personen.

Artikel 18. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2014.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2019, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de subsidies die voor die datum zijn verleend.

Artikel 19. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Veilig Verkeer Nederland 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

Naar boven