Beleidsregels baggerspecieverklaring Wet belastingen op milieugrondslag

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 04-06-2014 t/m heden

Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 24 april 2014, nr. IENM/BSK-2014/122942, houdende beleidsregels en enige andere bepalingen met betrekking tot de afgifte van verklaringen als bedoeld in artikel 29, tweede lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag (Beleidsregels baggerspecieverklaring Wet belastingen op milieugrondslag)

§ 1. Algemeen

Artikel 1

In deze regels wordt verstaan onder:

Artikel 2

Als baggerspecie wordt niet aangemerkt baggerspecie die voor meer dan 50% (gewichtsprocenten) is vermengd met ander materiaal, al dan niet met een korrelgrootte van meer dan 2 millimeter.

Artikel 3

Als baggerspecie wordt niet aangemerkt baggerspecie die voor ten hoogste 50% (gewichtsprocenten) is vermengd met ander materiaal, al dan niet met een korrelgrootte van meer dan 2 millimeter, indien de desbetreffende partij niet als baggerspecie is ingedeeld overeenkomstig hetgeen daaromtrent is aangegeven door Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+, via www.rwsleefomgeving.nl/organisatie/bodemplus.

§ 2. De aanvraag van een verklaring

Artikel 4

  • 1 Voor het indienen van een aanvraag wordt het formulier met toelichting gebruikt, dat is vastgesteld door Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+, en dat verkrijgbaar is via www.rwsleefomgeving.nl/organisatie/bodemplus.

  • 2 Bij de aanvraag worden de gegevens verstrekt waarvan een overzicht is vastgesteld door Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+, en dat verkrijgbaar is via www.rwsleefomgeving.nl/organisatie/bodemplus.

Artikel 5

Artikel 6

Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+, kan een partij waarop een aanvraag betrekking heeft onderzoeken om de juistheid en volledigheid van de bij de aanvraag verstrekte gegevens te controleren.

§ 4. Het wijzigen en intrekken van een verklaring

Artikel 8

  • 1 Een baggerspecieverklaring kan op aanvraag van de houder in elk geval worden gewijzigd:

    • a. indien hij de partij waarop de baggerspecieverklaring betrekking heeft, wil splitsen in deelpartijen;

    • b. indien de omvang of de samenstelling van de partij waarop de baggerspecieverklaring betrekking heeft, na het ontgraven is gewijzigd.

  • 2 Indien de omvang van de partij waarop de baggerspecieverklaring betrekking heeft, de in de baggerspecieverklaring vermelde hoeveelheid met ten hoogste 10% (gewichtsprocenten) overschrijdt, hoeft geen wijziging van de baggerspecieverklaring te worden aangevraagd indien de baggerspecie afkomstig is van de locatie die in de baggerspecieverklaring is aangegeven of een aangrenzende locatie in de onmiddellijke nabijheid daarvan en de exploitant van de stortplaats op de baggerspecieverklaring een aantekening heeft gemaakt van de werkelijk gestorte hoeveelheid baggerspecie.

  • 3 Artikel 6 is van overeenkomstige toepassing indien de omvang of de samenstelling van de partij waarop de baggerspecieverklaring betrekking heeft, zodanig is gewijzigd dat een onderzoek als in dat artikel bedoeld noodzakelijk is.

Artikel 9

Een baggerspecieverklaring kan worden ingetrokken indien:

  • a. de verstrekte gegevens zodanig onjuist of onvolledig blijken te zijn dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen, indien bij de beoordeling daarvan de juiste gegevens bekend waren geweest;

  • b. de omvang of de samenstelling van de partij na het ontgraven zodanig is gewijzigd dat een hernieuwde beoordeling noodzakelijk is;

  • c. van de baggerspecieverklaring gedurende ten minste twee jaren geen gebruik is gemaakt.

Deze regels zullen met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Infrastructuur en Milieu,

W.J. Mansveld

Naar boven