Beleidsregel taalbeheersing machinisten Spoorwegwet

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 31-08-2013 t/m heden

Beleidsregel taalbeheersing machinisten Spoorwegwet

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,Namens deze:De Inspecteur-Generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport,

Gelet op de artikelen 76 en 77 van de Spoorwegwet, artikel 5, tweede lid van het Besluit spoorwegpersoneel 2011, de artikelen 4:81, eerste lid, 5: 24 en 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 1

Bij de beoordeling van de vraag of er voldaan is aan het vereiste van taalbeheersing in de zin van artikel 5, tweede lid van het Besluit spoorwegpersoneel 2011, hanteert de Inspectie Leefomgeving en Transport niveau 3 van bijlage VI bij richtlijn nr. 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de gemeenschap besturen (Pb EU L 315).

Artikel 2

Indien de Inspectie Leefomgeving en Transport besluit een last onder bestuursdwang of last onder dwangsom op te leggen vanwege onvoldoende taalbeheersing van de machinist, richt het besluit tot oplegging van die last zich tot degene onder wiens gezag die machinist zijn functie uitoefent.

Artikel 4

  • 1 Deze beleidsregels worden met toelichting in de Staatscourant geplaatst.

  • 2 Deze beleidsregels treden in werking de dag na de plaatsing in de Staatscourant.

De

Staatssecretaris

van Infrastructuur en Milieu,
Namens deze:

De Inspecteur-Generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport,

J. Thunnissen

Naar boven