Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming

[Regeling vervallen per 01-01-2023.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-10-2022 t/m 31-12-2022

Wet van 19 juni 2013 inzake tijdelijke regels voor experimenten met stembiljetten en een centrale stemopneming (Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is tijdelijke regels vast te stellen voor experimenten met stembiljetten, ter bevordering van de mogelijkheid voor kiezers buiten Nederland hun stem tijdig uit te brengen, alsmede tijdelijke regels vast te stellen voor experimenten met een centrale opzet van de stemopneming, ter bevordering van de efficiency, transparantie en controleerbaarheid van de stemopneming;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 Onze Minister kan besluiten dat experimenten plaatsvinden bij een stemopneming tijdens verkiezingen als bedoeld in de Kieswet en de Wet algemene regels herindeling met als doel de invoering van een centrale opzet van de stemopneming op gemeentelijk niveau op één of meer locaties, waardoor de efficiency, transparantie en controleerbaarheid van de stemopneming worden bevorderd.

  • 2 Onze Minister kan, na instemming van de betrokken gemeenteraden, gemeenten aanwijzen waar een experiment wordt gehouden.

  • 3 Onze Minister wijst de voorzieningen aan die bij een experiment worden gebruikt.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 De experimenten vinden voor zover mogelijk plaats overeenkomstig hetgeen bij en krachtens de Kieswet is bepaald.

  • 3 De voordracht voor een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan de beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

  • 4 Een voorziening als bedoeld in artikel 2, derde lid, wordt slechts aangewezen indien deze ten minste aan de volgende vereisten voldoet:

    • a. het geheime karakter van de stemming is voldoende gewaarborgd; en

    • b. de transparantie, controleerbaarheid en betrouwbaarheid van de verkiezing is voldoende gewaarborgd.

Artikel 4a

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 Artikel 4 van deze wet is mede van toepassing in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 Onze Minister zendt na elk experiment aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van het experiment in de praktijk.

  • 2 Bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 3, tweede lid, worden tevens de criteria voor de evaluatie van de experimenten geregeld.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

[Red: Wijzigt de Algemene wet bestuursrecht.]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 Deze wet, met uitzondering van artikel 7, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2024.

  • 2 Artikel 7 treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

Wassenaar, 19 juni 2013

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

R.H.A. Plasterk

Uitgegeven de achtentwintigste juni 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Naar boven