Regeling uitvoering Wet verbod pelsdierhouderij

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 27-06-2014 t/m heden

Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 14 januari 2013 , nr. WJZ/12381149, houdende uitvoering Wet verbod pelsdierhouderij (Regeling uitvoering Wet verbod pelsdierhouderij)

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 5 en 6 van de Wet verbod pelsdierhouderij;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • Minister: Minister van Economische Zaken;

  • ministerie: Ministerie van Economische Zaken;

  • nerts: dier behorend tot de diersoort Mustela vison;

  • nertsenhouderij: bedrijf of een gedeelte daarvan, als bedoeld in artikel 1, onderdeel i, van de Meststoffenwet, dienende tot het houden van nertsen, zulks beoordeeld naar de feitelijke omstandigheden;

  • wet: Wet verbod pelsdierhouderij.

Artikel 2

  • 2 De melding geschiedt door toezending van een volledig ingevuld en ondertekend formulier en eventuele bijlagen.

Artikel 3

  • 1 Uit een melding als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de wet blijkt in verband met welke bijzondere omstandigheid als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van de wet de verkrijging plaatsvond.

  • 2 De melding gaat vergezeld van een door de vervreemder ondertekende en onderbouwde verklaring waaruit blijkt dat er aan zijn kant sprake is van een bijzondere omstandigheid als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van de wet, op basis waarvan de verkrijger een beroep kan doen op artikel 3, derde lid, van de wet.

  • 3 Indien de bijzondere omstandigheid gelegen is in arbeidsongeschiktheid van de vervreemder als bedoeld in artikel 3, vierde lid, onderdeel a, van de wet gaat de melding tevens vergezeld van:

    • a. een medische verklaring waaruit de arbeidsongeschiktheid, bedoeld in artikel 3, vierde lid, onder a, van de wet, van de vervreemder blijkt, of

    • b. een kopie van een verklaring afgelegd door de vervreemder waaruit blijkt dat de vervreemder de medische verklaring rechtstreeks heeft toegezonden aan de Minister.

Artikel 4

Als ambtenaren als bedoeld in artikel 5 van de wet, belast met het toezicht op de naleving van die wet en de daarop berustende bepalingen, worden aangewezen:

  • a. de ambtenaren van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het ministerie;

  • b. de ambtenaren van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het ministerie.

Artikel 5

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag waarop de wet in werking treedt.

Artikel 6

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling uitvoering Wet verbod pelsdierhouderij.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 14 januari 2013

De

Staatssecretaris

van Economische Zaken,

S.A.M. Dijksma

Naar boven