Instellingsbesluit Commissie Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 26-10-2012 t/m heden

Instellingsbesluit Commissie Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk 17 oktober 2012, nr. 311892

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. de Commissie: de Commissie Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk;

  • b. de Minister: de Minister van Veiligheid en Justitie.

Artikel 2. Instelling

Er is een Commissie Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk.

Artikel 3. Taak

De commissie heeft tot taak onderzoek te doen naar:

  • a. de nog beschikbare archieven waarin mogelijk informatie te vinden zou zijn die inzicht kan geven in hoe het OM in de periode 1945-2010 omging met van seksueel misbruik verdachte geestelijken van de Rooms-Katholieke Kerk;

  • b. de manier waarop het OM in de periode 1945-2010 is omgegaan met van seksueel misbruik verdachte geestelijken van de Rooms-Katholieke Kerk in vergelijking met andere verdachten van vergelijkbare delicten.

Artikel 4. Samenstelling

  • 1 De leden van de Commissie zijn:

    • dr. M.W. van Boven

    • mr. F.H. Koster

  • 2 De leden van de Commissie kunnen op eigen aanvraag door de Minister tussentijds ontslagen worden.

Artikel 5

  • 1 De Commissie heeft een secretaris.

  • 2 De secretaris is voor zijn werkzaamheden verantwoording schuldig aan de Commissie.

  • 3 Aan de secretaris kunnen andere medewerkers worden toegevoegd.

  • 4 De secretaris en andere medewerkers zijn geen lid van de Commissie.

  • 5 De Minister draagt, na overleg met de Commissie, zorg voor de nodige voorzieningen ten behoeve van de werkzaamheden van de Commissie.

Artikel 6. Externe bijstand

De Commissie kan zich op onderdelen van haar taak laten bijstaan door personen van zowel binnen als buiten de overheid, van wie de deskundige inbreng van belang kan zijn voor het onderzoek.

Artikel 7. Rapport

  • 1 De Commissie brengt uiterlijk op 30 april 2013 haar rapport uit aan de Minister.

  • 2 Indien onvoorziene omstandigheden naar het oordeel van de Commissie in de weg staan aan het tijdig uitbrengen van een deugdelijk rapport, dan stelt de Commissie de Minister daarvan onverwijld op de hoogte.

  • 3 De Minister beslist over de eventuele verlenging van de termijn bedoeld in het eerste lid en brengt de Commissie daarvan schriftelijk op de hoogte.

  • 4 Na het uitbrengen van het rapport wordt de Commissie opgeheven.

Artikel 8. Archief

De archiefbescheiden van de Commissie worden na haar opheffing, of zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het Ministerie van Veiligheid en Justitie.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 2012.

Artikel 10. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Commissie Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk.

De

Minister

van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Naar boven