Wijzigingswet Wet op de kansspelen (instelling kansspelautoriteit)

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-04-2012 t/m heden

Wet van 22 december 2011 tot wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de instelling van de kansspelautoriteit

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is nieuwe regels inzake kansspelen te introduceren in verband met de instelling van een kansspelautoriteit;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel III

  • 1 Indien een vergunning wordt aangevraagd voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing op de behandeling van de aanvraag.

  • 2 Indien een sanctie wordt opgelegd wegens een overtreding die plaatsvond voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing.

  • 3 Indien een bezwaar- of beroepschrift is ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing.

  • 4 Indien deze wet op een andere datum in werking treedt dan op 1 januari, geldt het op het moment van inwerkingtreding resterende aantal maanden van het lopende kalenderjaar als de eerste periode waarover de kansspelheffing ingevolge artikel 33e van de Wet op de kansspelen naar evenredigheid zal worden geheven.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 22 december 2011

Beatrix

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

F. Teeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. W. E. Spies

Uitgegeven de zeventiende januari 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Naar boven