Instellingsbesluit Taskforce internationale misdrijven

Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 21-12-2011 t/m heden

Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 9 december 2011, nr. 5719823/11 houdende instelling van de Taskforce internationale misdrijven (Instellingsbesluit Taskforce internationale misdrijven)

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Handelende in overeenstemming met de ministers van Buitenlandse Zaken en voor Immigratie en Asiel;

Besluit:

Artikel 2

De Taskforce levert een bijdrage aan het bereiken van de volgende doelstellingen:

  • 1. maximale inzet om migratieprocedures en beoordelingsprocessen zodanig in te richten dat de instroom van (vermoedelijke) plegers van internationale misdrijven in Nederland evenals de uitgifte van verblijfstatussen en het toekennen van Nederlanderschap aan deze vreemdelingen wordt voorkomen;

  • 2. inrichting en uitvoering van relevante processen binnen de Immigratie- en Naturalisatiedienst waarmee plegers van internationale misdrijven het Nederlanderschap wordt ontnomen;

  • 3. zorg dragen dat het terugkeerproces dusdanig wordt ingericht dat een maximale inspanning wordt geleverd om het aantal uitzettingen van (vermoedelijke) plegers van internationale misdrijven te bereiken;

  • 4. maximale inzet op verruiming van de mogelijkheden voor uitlevering en overdracht van strafvervolging van plegers van internationale misdrijven;

  • 5. intensiveren van de bijdrages aan de rechtstaatopbouw in landen van herkomst, zodat het lokale justitiële systeem versterkt wordt en aan de onder 4 genoemde processen gevolg kan worden gegeven;

  • 6. bevorderen van een toename van het aantal opsporingsonderzoeken en/of strafzaken – uitgevoerd door het Landelijk Parket en de Nationale Recherche – jegens plegers van internationale misdrijven;

  • 7. identificeren en activeren van overige (rechts)middelen die dienstbaar kunnen zijn voor het verwezenlijken van de missie dat Nederland geen veilige haven mag zijn voor verdachten van deze misdrijven.

Artikel 3

De Taskforce heeft tot taak:

  • 1. het leiding geven aan de implementatie van de ketenbrede strategie, zoals goedgekeurd door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie en de ministers van Buitenlandse Zaken en voor Immigratie en Asiel, en de voortgang van initiatieven bewaken;

  • 2. het signaleren van knelpunten bij de aanpak van plegers van internationale misdrijven en deze oplossen dan wel adresseren aan de verantwoordelijke partijen; deelnemers dragen bij aan de oplossing van knelpunten vanuit de eigen verantwoordelijkheid en met oog voor een gemeenschappelijke aanpak van het fenomeen. Hierin speelt de Taskforce een aanjagende en bewakende rol;

  • 3. het ondersteunen van de programmatische aanpak van internationale misdrijven op basis van het barrièremodel. Hierbij ligt de nadruk op het opwerpen van hindernissen zodat Nederland geen vluchthaven wordt voor plegers van internationale misdrijven en dat de daders van deze delicten berecht worden. Dit zal de Taskforce bereiken door onder andere:

    • het opstellen van een agenda waarin aan te pakken knelpunten, te bereiken doelen, te behalen resultaten, te ondernemen activiteiten met termijnstellingen en de verantwoordelijkheden van de diverse partijen, worden beschreven;

    • het volgen van een aantal voorbeeldzaken, binnen de bestaande wettelijke kaders die gelden voor de verschillende partijen, waarin de programmatische aanpak wordt toegepast en verder ontwikkeld;

    • het uitwisselen van best practices te bevorderen tussen ketenpartners en in internationaal verband;

    • het informeren van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Immigratie en Asiel over de voortgang van de werkzaamheden van de Taskforce, eenmaal per jaar, voorafgaand aan het opstellen van de jaarlijkse rapportagebrief internationale misdrijven.

Artikel 4

De Taskforce bestaat uit de volgende leden:

  • mr. G.W. van der Burg, hoofdofficier van Justitie van het Landelijk Parket, tevens voorzitter;

  • T.A. Lodder, directeur Stafdirectie Uitvoeringsbeleid van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, lid;

  • R.P.G. Heuff MSM EMPM, Directeur Recherche (waarnemend) van het KLPD (t.z.t. de Directeur Operatiën van de Landelijke Eenheid), lid;

  • mr. J. Schipper-Spanninga, directeur Juridische en Operationele Aangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, lid;

  • drs J.P.M. Peters , directeur Consulaire Zaken en Migratiebeleid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, lid;

  • R.P. Pijning, directeur Operationele Ondersteuning van de Dienst Terugkeer & Vertrek, lid;

  • mr. T.J.M. van Oorschot, directeur Juridische Zaken van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, agendalid; en

  • mr. H.P. Heida, directeur Migratiebeleid en Besturing Vreemdelingenketen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, agendalid.

Artikel 5

De Taskforce wordt bijgestaan door eenambtelijk secretaris, werkzaam bij het Openbaar Ministerie, die onder toezicht van de voorzitter de dagelijkse coördinatie, de agendasamenstelling en de logistiek verzorgt.

Artikel 6

Voor zover dat voor de verwezenlijking van zijn taak noodzakelijk is, kan de Taskforce een beroep doen op deskundigen van binnen en buiten de organisaties.

Artikel 8

De archiefbescheiden van de Taskforce worden na haar opheffing of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Veiligheid en Justitie,

F. Teeven

Naar boven