I. Voorschriften
I. Kennis van de wetgeving van het openbaar lichaam betreffende radioamateurs, alsmede
kennis van de internationale voorschriften op telecommunicatiegebied, voorzover deze
betrekking hebben op radioamateurs.
Nationale en internationale gebruikregels en procedures
A.1 Spellingsalfabet
(V = vraag; A = antwoord)
QRK V: Wat is de neembaarheid van mijn signalen?
A: De neembaarheid van uw signaal is ...
QRM V: Wordt u gestoord?
A: Ik word gestoord.
QRN V: Heeft u last van luchtstoring?
A: Ik heb last van luchtstoring.
QRO V: Zal ik het zendvermogen verhogen?
A: Verhoog zendvermogen.
QRP V: Zal ik mijn zendvermogen verminderen?
A: Verminder zendvermogen.
QRS V: Zal ik de seinsnelheid verlagen?
A: Verlaag seinsnelheid.
QRT V: Zal ik ophouden?
A: Houd op.
QRV V: Bent u beschikbaar?
A: Ik ben beschikbaar.
QRX V: Op welk tijdstip zult u mij weer oproepen?
A: Ik zal om ..... uur weer roepen.
QRZ V: Door wie ben ik geroepen?
A: U wordt geroepen door.....
QSB V: Verandert de sterkte van mijn signaal?
A: De sterkte van uw signaal verandert.
QSL V: Wilt u mij de ontvangst bevestigen?
A: ik bevestig u de ontvangst.
QSO V: Kunt u rechtstreeks met ..... werken?
A: Ik kan rechtstreeks met ..... werken.
QSY V: Zal ik op een andere frequentie gaan zenden?
A: Ga op een andere frequentie zenden.
QTH V: Wat is uw positie?
A: Mijn positie is .....
A.3 Gebruikelijke afkortingen
AR Einde uitzending of bericht.
BK Teken om een lopende uitzending te onderbreken
CQ Algemene oproep aan alle stations
CW Onderbroken draaggolf
DE Van, gebruikt om de roepletters van het opgeroepen en het oproepende station te
scheiden
K Uitnodiging om te zenden
MSG Bericht
PSE Alstublieft
RST Leesbaarheid, signaalsterkte, toonkwaliteit
R Ontvangen
RX Ontvanger
TX Zender
UR Uw
VA Einde verbinding, sluiten station
Internationale noodsignalen, noodverkeer en communicatie bij rampen
A.4 Noodsignalen
-In de radiotelegrafie ...---... en in de radiotelefonie ‘MAYDAY’.