Bijdragebeschikking Professionaliseringsfonds Burgemeesters 2008–2011 Nederlands Genootschap van Burgemeesters

Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 01-05-2008 t/m heden

Bijdragebeschikking Professionaliseringsfonds Burgemeesters 2008–2011 Nederlands Genootschap van Burgemeesters

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Overwegende dat:

– Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters zich ten doel stelt om faciliteiten aan te bieden aan alle burgemeesters ten behoeve van het voortdurend professioneel uitoef enen van het ambt;

– Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters daartoe organisatorische voorzieningen treft, onder de naam ‘Professionaliseringsfonds Burgemeesters’;

– Deze faciliteiten de kwaliteit van het openbaar bestuur, waarvoor de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zorg draagt, ten goede komen;

– In het Georganiseerd Overleg Burgemeesters overeenstemming is bereikt over de financiering van het Professionaliseringsfonds Burgemeesters voor de periode 2008 tot en met 2011;

– Een aanvraag voor een bijdrage van middelen voor het Professionaliseringsfonds Burgemeesters, inclusief een beleidsplan, door het Nederlands Genootschap van Burgemeesters bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is ingediend;

– Het wenselijk is regels vast te stellen betreffende de aan het fonds toe te kennen bijdragen en het beheer van de toegekende middelen.

Besluit:

Artikel 1. Bijdragen

  • 1 Op aanvraag van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) kent de Minister, op basis van de in de meerjarenraming van de begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties opgenomen bedragen, een bijdrage toe aan het NGB.

  • 2 In de huidige meerjarencijfers van het Ministerie is voor de periode 2008 tot en met 2011 een bijdrage van totaal 3 miljoen euro voorzien.

  • 3 De Minister verstrekt op basis van het beleidsplan met daarbij gevoegde begrotingen van het NGB en aanvullende informatie, in overleg met het NGB, een voorschot van maximaal 95% van deze bijdrage gespreid over de begrotingsjaren 2008–2011.

  • 4 Na ontvangst van de beleidsverantwoording, de financiële eindverantwoording en een goedkeurende accountantsverklaring, waaruit blijkt dat de accountant geen materiële afwijkingen meldt ten aanzien van de naleving van deze beschikking, volgt de afrekening van de resterende 5%.

Artikel 2. Aard en omvang activiteiten waarvoor de bijdragen zijn bedoeld

De aard en omvang van de activiteiten waarvoor de bijdragen zijn bedoeld zijn uitgewerkt in het beleidsplan van het NGB. De onderstaande punten zijn in ieder geval daarin opgenomen.

  • 1 De bijdragen zijn bedoeld voor:

    • a. het verzorgen van faciliteiten, in het bijzonder opleidingen, trainingen en daaraan verwante activiteiten en instrumenten, ter ondersteuning van een zo goed mogelijke uitoefening van het burgemeestersambt als professie, afgestemd op verschillende fases van de loopbaan;

    • b. het ontwikkelen van een kwalitatief hoogwaardig aanbod dat aansluit bij de behoeftes van de burgemeesters;

    • c. het inrichten en in standhouden van een professionele uitvoeringsorganisatie.

    • d. de onder a. tot en met c. genoemde activiteiten zijn opgenomen in het Beleidsplan professionaliseringsfonds 2008–2011 onder de kostenposten 1 tot en met 12.

  • 2 De inzet van het NGB is om de deelname van burgemeesters aan de faciliteiten van het Professionaliseringsfonds Burgemeesters te maximaliseren. Dit streven komt in de werkwijze tot uitdrukking.

  • 3 Ten behoeve van de ontwikkeling van het aanbod worden de behoeftes van burgemeesters gepeild. Individuele burgemeesters kunnen het NGB verzoeken om toekenning van de faciliteiten vanuit het Professionaliseringsfonds Burgemeesters. Het NGB ontwikkelt in het beleidsplan een kader op grond waarvan de faciliteiten aan een individuele burgemeester worden toegewezen.

Artikel 3. De toekenning van de bijdragen geschiedt onder de volgende verplichtingen

  • 1 De verantwoordelijkheid voor het beheer van de bijdragen en voor de

    uitvoering van de activiteiten genoemd in artikel 2, berust bij het bestuur van het NGB of bij een door het NGB bestuur aan te wijzen commissie bestaande uit leden van het NGB.

  • 2 Het NGB draagt zorg voor het inrichten en het in stand houden van een uitvoeringsorganisatie die voldoende kwaliteit en continuïteit kent om de noodzakelijke activiteiten in opdracht van het NGB bestuur, dan wel de commissie, uit te voeren.

  • 3 Voor zover het NGB, naast activiteiten behorende tot de doelstelling van deze bijdragebeschikking, andere activiteiten verricht zullen deze activiteiten in de financiële administratie gescheiden zijn.

  • 4 Het administratieve beheersregime is zodanig ingericht, dat verantwoording kan worden afgelegd van de kasmatige uitgaven en de (juridische) verplichtingen.

  • 5 Alle werkzaamheden en activiteiten die voortvloeien uit artikel 2 worden in een gespecificeerde, gescheiden administratie vastgelegd.

  • 6 Op het adres van de administratie worden bewijsstukken van alle inkomsten en uitgaven voor minstens zeven jaar bewaard.

  • 7 Met ingang van 2008 wordt jaarlijks vóór 1 oktober een begroting voor het daaropvolgende begrotingsjaar aangeboden aan de Minister. Hierbij dient te worden uitgegaan van het totaal van de beschikbare middelen. De begroting geeft een overzicht van de verwachte kasuitgaven en ontvangsten in het begrotingsjaar.

  • 8 Met ingang van 2008 wordt jaarlijks vóór 1 oktober een financiële en beleidsinhoudelijke tussenrapportage aangeboden aan de Minister. De tussenrapportage bevat een opgave van de (te verwachten) uitgaven en de nog openstaande verplichtingen in dat jaar en geeft inzicht in de realisatie van het Beleidsplan professionaliseringsfonds 2008–2011.

  • 9 Met het oog op de eindafrekening wordt verantwoording afgelegd over de besteding van het voorschot door middel van de in lid 8 genoemde financiële en beleidsinhoudelijke overzichten en een daarbij gevoegde accountantsverklaring over de gehele periode waarvoor deze beschikking geldt. De accountantsverklaring voldoet aan de eisen die de auditdienst van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt, in die zin dat deze verklaring ook een uitspraak doet over de rechtmatigheid van de aangegane verplichtingen, de uitgaven en ontvangsten en de naleving van deze beschikking. De eindafrekening en de daarbij gevoegde accountantsverklaring worden uiterlijk 1 april 2012 aan de Minister aangeboden.

  • 10 Het NGB werkt desgevraagd mee aan onderzoeken aangaande de financiële administratie welke worden verricht door of in opdracht van de Minister.

  • 11 Op eerste vordering wordt aan ambtenaren van de auditdienst van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties alle informatie die deze noodzakelijke achten verstrekt. Die ambtenaren kunnen voorts op eigen initiatief informatie inwinnen bij de door het bestuur benoemde registeraccountant.

  • 12 De in artikel 1 bedoelde voorschotten worden verstrekt onder de verplichting dat terugbetaling dient te geschieden indien blijkt dat de goedkeurende accountantsverklaring als bedoeld in artikel 3, lid 9, achterwege blijft of anderszins door het NGB niet aan de subsidievoorwaarden is voldaan.

Artikel 4. Overige bepalingen

  • 1 Het NGB zal in 2011 een evaluatieonderzoek uitvoeren naar de resultaten en effecten van de activiteiten van het fonds over de periode van 1 januari 2008 tot 1 juli 2011. Vóór 1 juli 2010 wordt een voorstel voor het evaluatieonderzoek aan de Minister aangeboden. Het afgeronde evaluatieverslag wordt uiterlijk op 1 september 2011 aan de Minister aangeboden.

  • 2 Afschrift van deze beschikking, die in de Staatscourant zal worden gepubliceerd, zal worden toegezonden aan het NGB, het Georganiseerd Overleg Burgemeesters en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

Naar boven