Regeling aanwijzing rechtspersoon ex art.16c van de Auteurswet 1912 en art.10, onderdeel [...] rechten (inning en verdeling van de vergoeding)

[Regeling materieel uitgewerkt per 01-06-2014.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 03-06-2007 t/m heden

Regeling van de Minister van Justitie van 22 mei 2007 tot aanwijzing van de rechtspersoon belast met de inning en de verdeling van de vergoeding, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet 1912 en in artikel 10, onderdeel e, van de Wet op de naburige rechten

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2. Aanwijzing

Als rechtspersoon belast met de inning en verdeling van de vergoeding wordt voor de duur van vijf jaar aangewezen: de stichting.

Artikel 3. Derde organisaties

  • 1 Een overeenkomst van de stichting met een derde organisatie, die ertoe strekt dat bij de inning en verdeling van vergoedingen wordt samengewerkt met of werkzaamheden worden verricht door deze derde organisatie, wordt uitsluitend voor bepaalde tijd aangegaan.

  • 2 In een overeenkomst als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval opgenomen:

    • a. binnen welke termijn de derde organisatie vergoedingen doorbetaalt aan rechthebbenden;

    • b. welke bedragen aan beheerskosten de derde organisatie maximaal inhoudt;

    • c. een verplichting voor de derde organisatie om een regeling op te stellen voor de afdoening van geschillen over vergoedingen met rechthebbenden of tussen rechthebbenden onderling;

    • d. een verplichting voor de derde organisatie tot het verlenen van medewerking aan informatievoorziening aan het College van Toezicht, voor zover deze informatie noodzakelijk is voor de taakuitoefening door het College;

    • e. in welke gevallen de overeenkomst tussentijds wordt ontbonden of kan worden ontbonden.

Artikel 4. Beheerskosten en overige inhoudingen

  • 1 De stichting kan ter dekking van door haar gemaakte beheerskosten jaarlijks een redelijk percentage inhouden van het ingevolge haar jaarrekening van dat kalenderjaar geïnde bedrag aan vergoedingen.

  • 2 Indien de stichting samenwerkt met of werkzaamheden laat verrichten door een derde organisatie, ziet de stichting erop toe dat de daartoe door deze derde ingehouden beheerskosten redelijk zijn.

  • 3 De stichting en door haar ingeschakelde derde organisaties kunnen jaarlijks gezamenlijk maximaal 15% van het ingevolge de jaarrekening van de stichting voor verdeling beschikbare netto bedrag inhouden voor sociale en culturele doelen.

Artikel 5. Financiële verantwoording

  • 1 De stichting legt jaarlijks vóór 1 september financiële verantwoording over het voorafgaande kalenderjaar af aan het College van Toezicht, met inachtneming van de daaraan door het College van Toezicht gestelde vereisten.

  • 2 De stichting stelt jaarlijks een jaarrekening en een jaarverslag op en maakt deze openbaar, in ieder geval door plaatsing daarvan op haar website.

Artikel 7

  • 2 Het besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 20 augustus 1993, tot aanwijzing van de stichting ‘Stichting De Thuiskopie’ als rechtspersoon belast met de inning en de verdeling van de in artikel 10, onder a, van de Wet op de naburige rechten in samenhang met artikel 16c van de Auteurswet 1912 bedoelde vergoeding (Staatscourant 1993, nr. 175) wordt ingetrokken.

Artikel 8. Bekendmaking en inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin

Naar boven