Stcrt. 2017, 13163, datum inwerkingtreding 18-03-2017, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2017.
3 Er is een keuringscommissie voor de AOT-hond waarvan de leden, uit de kring van leden
van de keuringscommissie voor de politiesurveillancehond, worden aangewezen door de
rijksgecommitteerden voor de AOT-hond, bedoeld in artikel 7.
4 De leden van de keuringscommissie voor de politiespeurhond, van de keuringscommissie
voor de politiesurveillancehond en van de keuringscommissie voor de AOT-hond zijn
ambtenaar van politie. Van de keuringscommissie voor de politiespeurhond kunnen tevens
lid zijn buitengewoon opsporingsambtenaren als bedoeld in artikel 142 van het Wetboek
van Strafvordering.
5 De leden van de keuringscommissie voor de politiespeurhonden, respectievelijk de keuringscommissie
voor de politiesurveillancehond, respectievelijk de keuringscommissie voor de AOT-hond
beschikken over een ruime dressuur-technische ervaring en praktische politie-ervaring
op het gebied van de inzet en het gebruik van de politiespeurhond, respectievelijk
de politiesurveillancehond, respectievelijk de AOT-hond. De leden van de keuringscommissie
voor de politiespeurhond beschikken tevens over kennis van de toepasselijke bepalingen
van het Wetboek van Strafvordering.