Vaststellingsbesluit selectielijst neerslag handelingen beleidsterrein Organisatie [...] 1945–1999 (Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2014. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 19-03-2024.
Geldend van 16-06-2007 t/m heden

Vaststellingsbesluit selectielijst neerslag handelingen beleidsterrein Organisatie van de Rijksoverheid periode 1945–1999 (Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder b, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 7 januari 2005, nr. arc-2004.01772/5);

Besluiten:

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 5 juli 2005

De

Staatssecretaris

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
namens deze:
de

Algemene Rijksarchivaris

,

M.W. van Boven

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
namens deze:
de

plv. Secretaris-Generaal

,

P.H.A.M. Huijts

Basisselectiedocument

[Vervalt op nader te bepalen datum; bekendgemaakt in 2014. Zie het overzicht van wijzigingen]

Organisatie Rijksoverheid 1945–1999

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Financiën

Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselveiligheid

Ministerie van Onderwijs, Cultuur Wetenschap

Ministerie van Defensie

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Versie juni 2005

Lijst van afkortingen

ABD: Algemene Bestuursdienst

ACHR: Ambtelijke Commissie Heroverweging (Rijksbegroting)

ACT: Ambtelijke Commissie Toezicht

ADOR: Adviescommissie Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

AR: Algemene Rekenkamer

ARAR: Algemeen Rijksambtenarenreglement

ARD: Adviescommissie Rijksdienst

art.: artikel

BiFi-team: Begeleidingsteam Verzelfstandigingen

BSD: basis selectiedocument

BVD: Binnenlandse Veiligheids Dienst

CADA: Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

DG: directoraat-generaal

IBP: Begeleidingsteam Privatisering

IBZ: Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer

ICPR: Interdepartementale Coördinatievergadering Peroneelsbeleid Rijksdienst

INK-model: Instituut Nederlandse Kwaliteit (model-)

KB: Koninklijk Besluit

MCEV: Ministeriële Commissie Efficiëncy Verbetering

MCHR: Ministeriële Commissie Heroverweging

MCMDW: Ministeriële commissie marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit

MIO: Methode van Institutioneel Onderzoek

MITACO: Ministeriële Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie

O&A: directie Overheidsorganisatie en -Automatisering

OAR: directie Organisatie Rijksdienst

OCenW: Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

PBO: publiekrechtelijk bestuursorgaan

P&O: Personeel en Organisatie

PIVOT: Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn

Rbb: Raad voor het binnenlands bestuur

RBR: Raad voor de Burgerlijke Rijksdienst

RIB: Rijksinkoopbureau

RIO: Rapport Institutioneel Onderzoek

RRD: Raad voor de Rijksdienst

SER: Sociaal Economische Raad

SG: secretaris-generaal

Stb.: Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Stcrt.: Nederlandse Staatscourant

WRR: Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid

ZBO: zelfstandig bestuursorgaan

Inleiding

Algemene inleiding

Ten geleide

Archiefbescheiden kunnen verschillende functies vervullen. Overheidsorganen kunnen archiefbescheiden opmaken of gebruiken voor de bedrijfsvoering, om zichzelf te verantwoorden of een ander ter verantwoording te roepen en als bewijsmiddel.

Voor burgers is het belang van archiefbescheiden gelegen in het streven naar democratische controle (de burger moet de overheid ter verantwoording kunnen roepen), in de mogelijke functie van archiefbescheiden als bewijsmiddel en in het feit dat archiefbescheiden deel uitmaken van het cultureel erfgoed en voor historisch onderzoek van belang zijn.

Vanuit het bedrijfsvoerings- en verantwoordingsbelang van archiefbescheiden geredeneerd, kan elk archiefstuk vernietigd worden op het moment dat het voor het archiefvormend orgaan niet meer nuttig is. Het historisch belang van bepaalde bescheiden kan echter van blijvende aard zijn. Om dat belang te beschermen schrijft de Archiefwet 1995 aan de Nederlandse overheidsorganen voor dat zij archiefbescheiden slechts mogen vernietigen op grond van een officieel vastgestelde selectielijst. Het Archiefbesluit 1995 geeft uitvoerige regels om de zorgvuldigheid bij de totstandkoming van de lijsten te waarborgen.

Dit basisselectiedocument (BSD) is zo’n officiële selectielijst. Het heeft tot doel voor de Minister van Binnenlandse Zaken als zorgdrager aan te geven of neerslag voortvloeiend uit handelingen zoals beschreven in het ‘rapport institutioneel onderzoek’ (RIO) Organisatie Rijksoverheid voor blijvende bewaring in aanmerking komt of vernietigd kan worden.

Onder neerslag wordt verstaan: alle gegevens voortvloeiend uit een handeling, onafhankelijk van de drager van die gegevens zoals papier, films, tapes of floppies.

Het institutioneel onderzoek

Een basisselectiedocument kan niet los gezien worden van het daaraan ten grondslag liggende rapport institutioneel onderzoek (RIO). In een RIO wordt van een bepaald beleidsterrein de context beschreven samen met de handelingen van de actoren die binnen het beleidsterrein actief zijn. Een actor is een (overheids)orgaan dat verantwoordelijk is voor bepaalde handelingen. Alle handelingen van een bepaalde actor worden in het RIO beschreven in een logische samenhang met de handelingen van de andere actoren binnen het beleidsterrein.

De context en de logische samenhang bieden de mogelijkheid om tot een zo verantwoord mogelijke selectie van handelingen te komen.

In een BSD zijn de handelingen primair geordend op actor. Hierdoor staan alle handelingen van een actor op een bepaald beleidsterrein bij elkaar. Voor deze herordening is gekozen om voor organen bruikbare selectiedocumenten te kunnen maken.

Zorgdrager

Dit BSD Basisselectiedocument Organisatie Rijksoverheid behandelt de periode 1945–1999. In die jaren was de Minister van Binnenlandse Zaken verantwoordelijk voor het archiefbeheer van het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid en daarmee ook voor het laten opstellen en vaststellen van een BSD.

Het BSD geldt als de selectielijst zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, van de Archiefwet 1995 (Stb. 276). De procedure tot vaststelling van een BSD is als volgt:

  • a. Het concept-BSD wordt besproken in het zogenaamde driehoeksoverleg. Deelnemers hieraan zijn vertegenwoordigers (deskundigen) van actoren op het beleidsterrein, een vertegenwoordiger namens de zorgdrager in verband met het archiefbeheer en een vertegenwoordiger namens het Nationaal Archief. Tijdens dit overleg wordt rekening gehouden met het administratieve belang, het belang van de recht- en bewijszoekende burger en het historisch belang van de archiefbescheiden met betrekking tot het beleidsterrein.

  • b. Het concept-BSD wordt, tezamen met het verslag van het driehoeksoverleg, ter vaststelling ingediend bij de minister waaronder Cultuur ressorteert.

  • c. Het concept-BSD ligt gedurende een periode van 8 weken ter inzage.

  • d. De minister waaronder Cultuur ressorteert hoort de Raad voor Cultuur.

  • e. De minister waaronder Cultuur ressorteert en de Minister van Binnenlandse Zaken stellen het BSD vast.

  • f. De beschikking tot vaststelling van het BSD wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

De Minister-president/Minister van Algemene Zaken treedt in het kader van dit basisselectiedocument op als zorgdrager voor de actoren:

  • Minister-president/Minister van Algemene Zaken;

  • Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (Commissie-Van Veen);

  • Commissie-Sint;

  • Ministeriële Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (MITACO);

  • Raad voor de Rijksdienst;

  • SG-beraad.

De Minister van Binnenlandse Zaken treedt in het kader van dit basisselectiedocument op als zorgdrager voor de volgende actoren:

  • de Minister van Binnenlandse Zaken;

  • Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

  • Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst;

  • Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering;

  • Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst;

  • Regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst;

  • Projectbureau Reorganisatie Rijksdienst;

  • Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst

  • Adviescommissie Rijksdienst;

  • Interdepartementale Commissie voor het Binnenlands Bestuur;

  • Ministeriële Commissie Efficiëncy Verbetering;

  • Raad voor het Binnenlands Bestuur;

  • Raad voor het openbaar Bestuur;

  • Formatiecommissie;

  • Commissie Verzelfstandigingen;

  • Begeleidingsteam Verzelfstandigingen;

  • Commissie-Holtslag;

  • Ambtelijke Commissie Toezicht.

De Minister van Financiën treedt in het kader van dit basisselectiedocument op als zorgdrager voor de actoren:

  • Minister van Financiën;

  • Ambtelijke Commissie Heroverweging (Rijksbegroting);

  • Ministeriële Commissie Heroverweging;

  • Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering;

  • Commissie Verzelfstandigingen;

  • Begeleidingsteam Verzelfstandigingen;

  • Coördinatieteam Agentschappen;

  • Projectgroep Evaluatie Agentschappen;

  • Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer;

  • Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau;

  • Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing;

  • Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau;

  • Rijksinkoopbureau;

  • Commissie van advies inzake rijksinkopen;

  • Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau (Werkgroep Steenbergen).

Doelstelling van de selectie

De selectie richt zich op de administratieve neerslag van het handelen van overheidsorganen die vallen onder de werking van de Archiefwet 1995 (Stb. 1995/276). De hoofddoelstelling van de selectie is een onderscheid te maken tussen archiefbescheiden die in aanmerking komen voor overbrenging (door het orgaan dat deze gegevens beheert) naar het Nationaal Archief en archiefbescheiden die op den duur door de zorgdrager kunnen worden vernietigd. Dit basisselectiedocument is opgesteld tegen de achtergrond van de selectiedoelstelling van het Nationaal Archief (PIVOT): het mogelijk maken van de reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen. Deze doelstelling is verwoord door de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) bij de behandeling van de Archiefwet 1995 in de Tweede Kamer. Door het Convent van Rijksarchivarissen is deze doelstelling vertaald als het selecteren van handelingen van de overheid om bronnen voor de kennis van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig te stellen voor blijvende bewaring.

Criteria voor de selectie

Selecteren is het aanmerken van de neerslag van een handeling voor bewaren of vernietigen.

Als de neerslag aangewezen wordt ter bewaring, wil dat zeggen dat deze neerslag, ongeacht de vorm waaruit zij bestaat, voor eeuwig bewaard moet worden. De bewaarplaats waar deze neerslag na het verlopen van de wettelijke overbrengingstermijn van twintig jaar moet worden overgebracht, is het Nationaal Archief. Bij de handeling in dit BSD staat in dit geval bij waardering een B (van bewaren).

Als de neerslag van een handeling wordt aangewezen ter vernietiging, wil dat zeggen dat deze neerslag, ongeacht de vorm waaruit zij bestaat, na verloop van de in het BSD vastgestelde termijn kan worden vernietigd. De vernietigingstermijn is een minimum eis: stukken mogen niet eerder dan na het verstrijken van die termijn worden vernietigd door de voor het beheer verantwoordelijke dienst. De duur van de vernietigingstermijn wordt bepaald door de administratieve belangen en de belangen van de burgers, enerzijds ten behoeve van het adequaat uitvoeren van de overheidsadministratie en de verantwoordingsplicht van de overheid en anderzijds voor de recht- en bewijszoekende burger. Bij de handeling in dit BSD staat in dit geval bij waardering een V (van vernietigen).

Het aanwijzen van handelingen waarvan de neerslag bewaard moet blijven gebeurt op grond van criteria die tot stand zijn gekomen in overleg tussen zorgdrager en Nationaal Archief

Ingevolge artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995 kan neerslag van bepaalde, als te vernietigen gewaardeerde handelingen betreffende personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang, van vernietiging worden uitgezonderd.

De gehanteerde algemene selectiecriteria zijn:

1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.

2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces of de effecten van beleid. Hieronder valt ook het toetsen van en het toezien op beleid. Hieruit worden niet per se consequenties getrokken zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoording van beleid op hoofdlijnen aan andere actoren

Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere actoren of ter publicatie.

4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties of onderdelen daarvan.

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt

Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken.

6. Handelingen die betrekking hebben op beleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Bijvoorbeeld in het geval de ministeriële verantwoordelijkheid is opgeheven en/of wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.

Vaststellingsprocedure

Op 20 december 2002 is door het ontwerp-BSD door de betrokken zorgdragers aan de Staatssecretaris van OC&W aangeboden, waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met het BSD naar de RvC is verstuurd. Vanaf 2 augustus 2004 lag de selectielijst gedurende acht weken ter publieke inzage bij de registratiebalie van het Nationaal Archief evenals in de bibliotheken van de betrokken zorgdragers, het Ministerie van OC&W en de rijksarchieven in de provincie/regionaal historische centra, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant van en in het Archievenblad.

Op 7 januari 2005 bracht de RvC advies uit (arc-2004.1772/5), hetwelk naast enkele tekstuele correcties aanleiding heeft gegeven tot de volgende wijzigingen van de ontwerp-selectielijst.

  • De waardering van handelingen 11 en 138 zijn gewijzigd van B (4) in V 5.

  • De waardering van handelingen 54, 57 en 58 zijn gewijzigd van B (5) in V 10.

  • De waardering van handelingen 224, 225, 232, 233, 246 en 255 zijn gewijzigd van B (4) in V 10.

  • De waardering van handelingen 4, 120 en 184 zijn gewijzigd van V 5 in B (3) jaarverslagen en

  • V rest; wanneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3).

  • De waardering van handeling 128 is gewijzigd van V 20 in B (5).

  • De waardering van handeling 325 is gewijzigd van V 5 jaar na wijziging van regeling of verantwoording in B (5).

  • De waardering van handeling 326 is gewijzigd van V 5 jaar na einde benoeming, na schorsing, ontslag in V 10.

  • De vernietigingstermijn van handeling 330 is gewijzigd van V 5 jaar in V 10 jaar met uitzondering van V 50 broncodes.

  • De vernietigingstermijn van handelingen met een financieel-administratieve neerslag is gesteld op V 7.

  • De vernietigingstermijn van handelingen met rechtspositionele lading is gewijzigd in V 10.

  • De waardering van handeling 142 is gewijzigd van V 3 jaar, V 10 jaar, Eindproducten, zoals handboek administratieve en financiële organisatie in B (2).

  • De waardering van handeling 354 is gewijzigd van V 10 in B (3).

  • De waardering van handeling 355 is gewijzigd van V 5 in B (3).

Daarop werd het BSD op 5 juli 2005 door de Algemene Rijksarchivaris, namens de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, en de Minister van Algemene Zaken [C/S&A/05/1196], de Minister van Buitenlandse Zaken [C/S&A/05/1197], de Minster van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties [C/S&A/05/1361], de Minister van Defensie [C/S&A/05/…], de Minister van Financiën [C/S&A/05/1198], de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit [C/S&A/05/1364], de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap [C/S&A/05/1357], de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid [C/S&A/05/1358], de Minister van Verkeer en Waterstaat [C/S&A/05/1360], de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport [C/S&A/05/1365] vastgesteld.

Leeswijzer

Handelingenblokken

De handelingen zijn verwerkt in uniek genummerde gegevensblokken die als volgt zijn opgebouwd:

Handeling: een complex van activiteiten, dat verricht wordt door één of meer actoren en dat veelal een product naar de omgeving oplevert.

Periode: dit geeft de jaren weer waarin de handeling werd verricht.

Grondslag/Bron: dit is de (wettelijke) basis van de handeling. De aanduiding bron wordt gebruikt indien een handeling geen duidelijke wettelijke basis heeft, maar de handeling is geformuleerd op basis van interviews, literatuur of andere bronnen.

Product: dit is de weergave van het juridisch-bestuurlijk niveau van het eindproduct van de handeling. Indien niet duidelijk is in welke soort documentaire neerslag een handeling heeft geresulteerd of als uit de beschrijving van de handeling al duidelijk is welk product de handeling oplevert, ontbreekt dit item.

Opmerkingen: dit geeft eventuele bijzonderheden over bovengenoemde items weer.

Waardering: dit geeft aan of de neerslag van een handeling bewaard moet worden of dat het op termijn vernietigd kan worden.

Vernietigingstermijnen

De toepassing van de vernietigingstermijnen is als volgt:

  • a. een dossier wordt afgesloten (bijv. op 30 januari 1999);

  • b. de bijbehorende vernietigingstermijn wordt hierbij opgeteld (bijv. 10 jaar);

  • c. het dossier wordt bewaard tot en met 31 december 2009 (1999 + 10);

  • d. de betrokken directeur wordt in de loop van dat jaar (in dit voorbeeld 2009) op de hoogte gesteld van de voorgenomen vernietiging van dit dossier;

  • e. het dossier wordt vernietigd per 2 januari 2010, tenzij de betrokken directeur zwaarwichtige redenen heeft voor uitstel van vernietiging (administratief of juridisch belang).

Actoren

Een uitgangspunt van PIVOT ten aanzien van een institutioneel onderzoek is dat dit zich niet beperkt tot een beschrijving van het handelen van een afzonderlijke instelling, maar dat de beschrijving zich uitstrekt over het handelen van de verschillende actoren van de rijksoverheid die op een bepaald beleidsterrein een rol spelen. Dit betekent dus dat niet alleen de actoren die onder de Minister van Binnenlandse Zaken vallen worden meegenomen in dit onderzoek, maar ook die actoren die daarbuiten vallen en wel tot de rijksoverheid behoren.

De actoren zijn ingedeeld in:

A. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de Minister-president/de Minister van Algemene Zaken;

B. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de Minister van Binnenlandse Zaken;

C. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de Minister van Financiële Zaken;

D. Vakminister;

E. Overige actoren.

Bij de actoren de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Binnenlandse Zaken, de Minister van Financiën en de vakminister zijn, voor de overzichtelijkheid, tussen de handelingenblokken kopjes geplaatst die overeenkomen met de titels van de hoofdstukken uit het rapport institutioneel onderzoek.

Inleiding organisatie rijksoverheid

Hoofdlijnen van het overheidshandelen op het beleidsterrein

PIVOT definieert hoofdlijnen van het handelen als: de doelstellingen van de overheid binnen de kaders van een beleidsterrein. De taken binnen het beleidsterrein organisatie rijksoverheid zijn het vaststellen en uitvoeren van het beleid ten aanzien van de organisatie van de overheid op ministerieel niveau. De organisatie van gemeente, provincie en waterschap valt dus buiten het beleidsterrein.

Het beleidsterrein bevat drie componenten: de organisatie van de overheid rijksbreed, de organisatie van de ministeries intern en de organisatie van de rijksinkoop.

De grote lijn in het beleid is het zoeken naar efficiency en doelmatigheid, in veel gevallen ingegeven door bezuinigingsoverwegingen. Geëxperimenteerd werd met diverse vormen van zelfbeheer en verzelfstandiging, waarbij het vraagstuk van de ministeriële verantwoordelijkheid een belangrijke rol speelde.

Voor wat betreft de Minister van Defensie wordt, voor het voorzien in, instandhouden en afstoten van militair materieel dat nodig is voor de uitoefening van (operationele) taken, verwezen naar de selectielijst militair materieel. Voor handelingen van de zorgdrager Minister van Defensie betreffende de ingebruikgeving en het technisch beheer van gebouwen, werken en daarbij behorende terreinen zie de selectielijst beleidsterrein rijkshuisvesting, 1945– , onderdeel Dienst Gebouwen, Werken en Terreinen, Ministerie van Defensie. Voor de aanschaf, vervanging en het onderhoud van IT-infrastructuur, zie het beleidsterrein overheidsinformatievoorziening.

Actoren

PIVOT definieert een actor als een orgaan dat een rol speelt op een beleidsterrein en de bevoegdheid heeft tot het zelfstandig verrichten van handelingen op grond van attributie of delegatie.

Een uitgebreid overzicht van de actoren die op het beleidsterrein organisatie Rijksoverheid een rol spelen, is opgenomen in Organisatie Rijksoverheid. Institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein organisatie van de rijksoveheid 1945–1999. Actoren die daar met een asterisk zijn aangeduid, blijven in dit basisselectiedocument buiten beschouwing (zoals ze dat ook in het RIO zijn gebleven).

In navolging van het institutioneel onderzoek Organisatie Rijksoverheid spitst dit basisselectiedocument zich toe op actoren die een rol spelen bij het tot stand komen en uitvoeren van het beleid ten aanzien van de organisatie van de Rijksoverheid. Deze actoren zijn in het genoemde RIO niet met een asterisk aangeduid.

De actoren op het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid zijn:

  • Minister-president/Minister van Algemene Zaken;

  • vice-minister-president;

  • Minister van Binnenlandse Zaken;

  • Minister van Financiën;

  • Minister waaronder Welzijn ressorteert;

  • Minister van Defensie;

  • Minister van Economische Zaken;

  • Minister van Justitie;

  • Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

  • Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

  • Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • Minister van Verkeer en Waterstaat;

  • minister waaronder Volksgezondheid ressorteert;

  • vakminister;

  • adviescollege;

  • Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst;

  • Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst;

  • Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en Automatisering;

  • Adviescommissie Rijksdienst;

  • Ambtelijke Commissie Heroverweging (Rijksbegroting);

  • Ambtelijke Commissie Toezicht;

  • Begeleidingsteam Verzelfstandigingen;

  • Commissie van advies inzake rijksinkopen;

  • Commissie-Holtslag;

  • Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst (CHR) (Commissie-Vonhoff)

  • Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (Commissie-Van Veen);

  • Commissie-Sint;

  • Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau;

  • Contact en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing;

  • Formatiecommissie

  • Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering;

  • Interdepartementale Commissie voor het Binnenlands Bestuur;

  • Ministeriële Commissie Efficiëncy Verbetering;

  • Ministeriële Commissie Heroverweging (Rijksbegroting);

  • Ministeriële Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (MITACO);

  • Projectbureau Reorganisatie Rijksdienst;

  • Projectgroep Evaluatie Agentschappen;

  • Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau;

  • Raad voor het binnenlands bestuur;

  • Raad voor het openbaar bestuur;

  • Raad voor de Rijksdienst;

  • Regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst;

  • Rijksinkoopbureau;

  • SG-beraad;

  • Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst;

  • Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau (Werkgroep Steenbergen).

Selectielijst

A. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de Minister-president/minister van Algemene Zaken

Minister-president/Minister van Algemene Zaken

Coördinatie

Algemene handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

  • het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

  • het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

  • het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

  • het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

  • het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

  • het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B (1, 2)

3.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgeving betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Wet, algemene maatregel van bestuur, koninklijk besluit

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (1)

4.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Serie jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Waardering: B (3) jaarverslagen

V rest; waneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3)

5.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B (2, 3)

6.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikking, verweerschrift

Waardering: V 10 jaar

7.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regeling, nota, rapport

Waardering: B (1)

8.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Waardering: V 3 jaar

9.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: V 3 jaar

N.B.: van het voorlichtingsmateriaal wordt één exemplaar bewaard; de andere voorbereidende stukken worden vernietigd

10.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Offerte, brief, rapport, contract

Waardering: B (1,2)

11.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

12.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

13.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

14.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt, wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar, mits de rekening is goedgekeurd

15.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: B (4)

Ambtelijke voorportalen en adviescommissies

Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst (ADOR) (1953–1966)

16.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

Periode: 1952–1966

Product: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken van 8 april 1954, No. 37975

Waardering: B (4)

17.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, secretaris en leden van de Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

Periode: 1954–1966

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken van 8 april 1954, No. 37975, art. III, onder a

Opmerking: Tot zijn wijziging in 1957 was in het besluit een bepaling opgenomen dat de voorzitter een secretaris-generaal van een der ministeries moest zijn. De benoeming geschiedde derhalve in overleg met de betreffende vakminister.

Waardering: V 5 jaar na einde zittingstermijn

Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst (ADR) (1966–1979)

21.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst

Periode: 1966–1979

Product: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Financiën en de Minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 22 augustus 1966, Nr. CG66/U1491, Dir. OAR

Waardering: B (4)

Organisatiekundig onderzoek en methode-ontwikkeling

30.

Handeling: Het mede-ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid met gebruikmaking van gekwantificeerde gegevens

Periode: 1954–

Waardering: V 20 jaar

32.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1954–

Waardering: V 20 jaar

45.

Handeling vervalt

46.

Handeling vervalt

47.

Handeling vervalt

48.

Handeling vervalt

50.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een organisatieonderdeel van het departement van de vakminister

Periode: 1954–

Waardering: V 20 jaar

Beslechten van geschillen inzake departementale taakverdeling

59.

Handeling: Het beslechten van geschillen tussen vakministers over de interdepartementale taakverdeling

Periode: 1973–

Bron: Regeringsverklaring van 28 mei 1973 (Handelingen II, 1972–1973, 15 061)

Opmerking: Belangrijke geschillen beslecht de Minister-president in overleg, overige geschillen na overleg met de vice-minister-president

Waardering: (B 1, 5)

Commissies

Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (Commissie-Van Veen)

61.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie

Periode: 1969–1971

Bron: Rijksbegroting 1969–1970, hfst. III, nr. 36, blz. 1; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. III, nr. 2, blz. 1

Product: Beschikking

Waardering: B (4)

62.

Handeling: Het benoemen van de (vice-)voorzitter, (plaatsvervangende) leden en (plaatsvervangende) secretaris van de Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie

Bron: Rijksbegroting 1969–1970, hfst. III, nr. 36, blz. 1; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. III, nr. 2, blz. 1

Periode: 1969–1971

Product: Beschikking

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

De organisatie van een ministerie

Verzelfstandiging

171.

Handeling: Het voorbereiden, vaststellen en evalueren van de Aanwijzingen voor de regelgeving inzake zelfstandige bestuursorganen, Stcrt. 1996/177, 16

Periode: 1995–

Bron: TK 1994–1995, 24 130, nr. 5

Product: Aanwijzingen voor de regelgeving inzake zelfstandige bestuursorganen, Stcrt. 1996/177, 16

Waardering: B (1)

Rijksinkoopbureau

229.

Handeling: Het beslissen in laatste instantie of een door de Minister van Defensie/het Staatsbedrijf der PTT aan te schaffen artikel behoort tot een categorie goederen die via het Rijksinkoopbureau aangeschaft moeten worden

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 7.2

Waardering: V 10 jaar

267.

Handeling: Het beslissen in uitspraak tegen een beslissing van de Minister van Financiën

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.2

Opmerking: De Minister van Financiën neemt de beslissing in overleg met de vakminister onder wiens ministerie de rijksinstelling ressorteert die tegen de beslissing van de Commissie in beroep is gegaan

Waardering: V 10 jaar na einde beroep

Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (Commissie-Van Veen)

64.

Handeling: Het adviseren van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken inzake de interdepartementale taakverdeling en coördinatie

Periode: 1969–1971

Bron: Rijksbegroting 1969–1970, hfst. III, nr. 36, blz. 1; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. III, nr. 2, blz. 1

Product: Rapport

Waardering: B (1)

Commissie-Sint

150.

Handeling: Het vaststellen van het eindproduct van onderzoek naar verzelfstandigingen in de rijksdienst

Periode: 1994–1995

Bron: Brief plv. secretaris-generaal B.E.C. Plesch aan SG-beraad, d.d. 7 oktober 1994, kenmerk IBI94/U1020, dossier Onderzoek; Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), DIBI, Ministerie van Binnenlandse Zaken

Product: Verantwoord verzelfstandigen. Rapportage commissie Sint (Den Haag 1995)

Opmerking: Het onderzoek werd verricht in opdracht van het SG-beraad

Waardering: B (1, 2)

151.

Handeling: Het begeleiden van onderzoek naar verzelfstandigingen in de rijksdienst

Periode: 1994–1995

Bron: Brief plv. secretaris-generaal B.E.C. Plesch aan SG-beraad, d.d. 7 oktober 1994, kenmerk IBI94/U1020, dossier Onderzoek; Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), DIBI, Ministerie van Binnenlandse Zaken

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

152.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van onderzoek naar verzelfstandigingen in de rijksdienst

Periode: 1994–1995

Bron: Brief plv. secretaris-generaal B.E.C. Plesch aan SG-beraad, d.d. 7 oktober 1994, kenmerk IBI94/U1020, dossier Onderzoek; Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), DIBI, Ministerie van Binnenlandse Zaken

Waardering: V 5 jaar

153.

Handeling: Het financieren van onderzoek naar verzelfstandigingen in de rijksdienst

Periode: 1994–1995

Bron: Brief plv. secretaris-generaal B.E.C. Plesch aan SG-beraad, d.d. 7 oktober 1994, kenmerk IBI94/U1020, dossier Onderzoek; Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), DIBI, Ministerie van Binnenlandse Zaken

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

Ministeriële Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (MITACO)

65.

Handeling: Het verrichten van onderzoek naar de interdepartementale taakverdeling en organisatie en het adviseren over de oplossing van knelpunten daarin

Periode: 1975–1977

Bron: L. Hovy, Coördinatie op hoog niveau. Institutioneel onderzoek naar de ministeriële coördinatieorganen en de ambtelijke voorportalen, 1945–1990, PIVOT-rapport nr. 1 (’s-Gravenhage 1992) 93

Product: Rapport

Waardering: B (1, 2)

Raad voor de Rijksdienst

58.

Handeling: Het goedkeuren van een verzoek tot inschakeling van een extern organisatie-adviesbureau door de vakminister

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1973–1974, hfst. VII, nr. 2, blz. 16

Waardering: V (10)

230.

Handeling: Het adviseren van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken of een door de Minister van Defensie/het Staatsbedrijf der PTT aan te schaffen artikel behoort tot een categorie goederen die via het Rijksinkoopbureau aangeschaft moeten worden

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 7.2

Waardering: V 10 jaar

268.

Handeling: Het adviseren van de Minister-president inzake een beroep van de vakminister tegen een beslissing van de Minister van Financiën

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.2

Waardering: V 15 jaar

SG-beraad

149.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Commissie-Sint

Periode: 1994–1995

Bron: Brief plv. secretaris-generaal B.E.C. Plesch aan SG-beraad, d.d. 7 oktober 1994, kenmerk IBI94/U1020, dossier Onderzoek; Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), DIBI, Ministerie van Binnenlandse Zaken

Waardering: B (4)

358.

Handeling: Het voeren van periodiek overleg

Periode: 1994–1995

Product: Convocaties, agenda’s en vergaderverslagen

Waardering: B (1)

B. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de minister van Binnenlandse Zaken

Minister van Binnenlandse Zaken

Coördinatie

Algemene handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

  • het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

  • het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

  • het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

  • het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

  • het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

  • het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B (1, 2)

3.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgeving betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Wet, algemene maatregel van bestuur, koninklijk besluit:

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (1)

4.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Serie jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Waardering: B (3) jaarverslagen

V rest; waneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3)

5.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B (2, 3)

6.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikking, verweerschrift

Waardering: V 10 jaar

7.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regeling, nota, rapport

Waardering: B (1)

8.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Waardering: V 3 jaar

9.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: V 3 jaar

N.B.: van het voorlichtingsmateriaal wordt één exemplaar bewaard; de andere voorbereidende stukken worden vernietigd

10.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Offerte, brief, rapport, contract

Waardering: B (1, 2)

11.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

12.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

13.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

14.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt, wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar, mits de rekening is goedgekeurd

15.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: B (4)

Ambtelijke voorportalen en adviescommissies

Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst (ADOR) (1953–1966)

19.

Handeling: Het voordragen van een hoofdambtenaar van zijn ministerie als lid van de Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

Periode: 1955–1966

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken van 8 april 1954, No. 37975, zoals gewijzigd bij besluit van 28 oktober 1955, Nr. 44457, art. III, onder b, onder 2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst (ADR) (1966–1979)

21.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst

Periode: 1966–1979

Product: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Financiën en de Minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 22 augustus 1966, Nr. CG66/U1491, Dir. OAR

Waardering: B (4)

22.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, secretaris en leden van de Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst

Periode: 1966–1979

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Financiën en de Minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 22 augustus 1966, Nr. CG66/U1491, Dir.OAR, art. IV, onder a

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en Automatisering (AOA)

24.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter en overige leden alsmede van (adjunct)-secretarissen van de Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering, 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 2

Product: Besluit van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 9 januari 1979/O&A 78-3430/2711,Stcrt. 1979/11

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

352.

Handeling: Het instellen van de Adviescommissies voor Overheidsorganisaties en Automatisering

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering, 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 2

Product: Besluit van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 9 januari 1979/O&A 78-3430/2711, Stcrt. 1979/11

Waardering: B (4)

Organisatiekundig onderzoek en methode-ontwikkeling

29.

Handeling: Het ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid

Periode: 1965–

Waardering: B (5)

30.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid met gebruikmaking van gekwantificeerde gegevens

Periode: 1954–1965

Waardering: V 20 jaar

31.

Handeling: Het ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1965–

Waardering: B (5)

32.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1965–

Waardering: V 20 jaar

37.

Handeling: Het mede-vaststellen van de opdracht en het eindproduct van organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1965–

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

38.

Handeling: Het mede-begeleiden van een organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1965–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

39.

Handeling: Het mede-verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1965–

Waardering: V 5 jaar

40.

Handeling: Het mede-financieren van (wetenschappelijk) organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1965–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

41.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1965–

Product Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

42.

Handeling: Het begeleiden van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1965–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

43.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1965–

Waardering: V 5 jaar

44.

Handeling: Het financieren van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1965–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

45.

Handeling vervalt

46.

Handeling vervalt

47.

Handeling vervalt

48.

Handeling vervalt

49.

Handeling: Het ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een overheidsorganisatie

Periode: 1965–

Waardering: B (5)

50.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een organisatieonderdeel van het departement van de vakminster

Periode: 1954–1965

Waardering: V 20 jaar

Educatie

51.

Handeling: Het (doen) organiseren van cursussen, opleidingen, conferenties etc. op het terrein van de overheidsorganisatie

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1966–1967, hfst. VII, nr. 2, blz. 16; Rijksbegroting 1969–1970, hfst. VII, nr. 2, blz. 15; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. VII, nr. 2, blz. 15; Rijksbegroting 1973–1974, hfst. VII, nr. 2, blz. 16

Opmerking: Deze handeling omvat:

  • het ontwikkelen en uitvoeren van bedrijfs- en functieopleidingen voor (rijks)overheidspersoneel;

  • het leveren van opleidingsbijdragen aan management-development-programma’s binnen de rijksdienst;

  • het versterken van de opleidingsfunctie van de rijksdienst, inclusief het ontwikkelen van opleidings-instrumenten;

  • het verzorgen van in-companyopleidingen binnen ministeries, overheidsdiensten en -instellingen;

  • het leiden/begeleiden van opleidingsprojecten binnen de (rijks)overheid;

  • het organiseren van congressen en symposia

Waardering: V 3 jaar

B (1, 2) Eindproducten van conferenties, symposia en opleidingsmateriaal voor beleidsambtenaren

Externe adviesbureaus

53.

Handeling: Het inventariseren van het aanbod van diensten externe organisatieadviesbureaus

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1974–1975, hfst. VII, nr. 2, blz. 43

Waardering: V 3 jaar

54.

Handeling: Het adviseren van de vakminister inzake het sluiten van een overeenkomst met een

extern organisatieadviesbureau

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1973–1974, hfst. VII, nr. 2, blz. 16

Waardering: V (10)

56.

Handeling: Het formuleren van algemene voorwaarden aan een overeenkomst van een vakminister met een extern organisatie-adviesbureau

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1975–1976, hfst. VII, nr. 2, blz. 4

Waardering: B (5)

57.

Handeling: Het indienen van een verzoek tot inschakeling van een extern organisatie-adviesbureau door de vakminister bij de Raad voor de Rijksdienst

Periode: 1965–

Bron: Rijksbegroting 1973–1974, hfst. VII, nr. 2, blz. 16

Waardering: V (10)

Commissies

Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst

66.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst

Periode: 1979–1981

Product: Beschikking van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 30 mei 1979/OA 79-581/2457, Stcrt. 1979/116

Opmerking: De instellingsbeschikking bevat tevens de benoeming van de voorzitter, leden, adviserende leden, secretaris en adjunct-secretaris van de commissie

Waardering: B (4)

De reorganisatie van de rijksoverheid

70.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van een Projectbureau Reorganisatie Rijksdienst

Periode: 1982–1985

Bron: Voorstel van de Minister van Binnenlandse Zaken tot inrichting van het project reorganisatie rijksdienst van 11 december 1981, OA 81-3737/2801 TK 1981–1982, 17 353, nrs. 1–2

Opmerking: De directeur Overheidsorganisatie en -automatisering is namens de minister ambtelijk projectleider en als zodanig lid-secretaris van de stuurgroep. Hij geeft leiding aan het projectbureau

Waardering: B (4)

71.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van het ambt van regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst

Periode: 1982–1986

Bron: Voorstel van de Minister van Binnenlandse Zaken tot inrichting van het project reorganisatie rijksdienst van 11 december 1981, OA 81-3737/2801

Product: Besluit van 21 januari 1982, houdende de instelling van het ambt van regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst en de benoeming van de heer mr. Tjeenk Willink als zodanig, Stb. 1982/33, 34

Waardering: B (4)

72.

Handeling: Het benoemen en ontslaan van een regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst

Periode: 1982

Grondslag: Besluit van 21 januari 1982, houdende de instelling van het ambt van regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst en de benoeming van de heer mr. Tjeenk Willink als zodanig, Stb. 1982/33, 34

Opmerking: Het mandaat werd verlengd tot een maand nadat het kabinet-Lubbers II zou zijn aangetreden. De functie werd per 1 oktober 1986 opgeheven, Stb. 1986/558

Waardering: B (4)

78.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Stuurgroep Reorganisatie Rijksoverheid

Periode: 1982–1982

Grondslag: Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 8 maart 1982, nr. OA-82-358/4656

Opmerking: De stuurgroep bestond uit de projectminister, tevens voorzitter, en zijn staatssecretaris en hoge ambtenaren van verschillende ministeries. De regeringscommissaris was buitengewoon lid

Waardering: B (4)

80.

Handeling: Het instellen en evalueren van de Adviescommissie Rijksdienst (ARD)

Periode: 1983–

Product: Besluiten van de Minister van Binnenlandse Zaken van 6 december 1983, nr. OA 83-3742/4815 en nr. 83-4692/4815

Opmerking: De ARD was een samenvoeging van de Adviescommissie Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering (AOA) met de Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst en fungeert als ambtelijk voorportaal van de Raad voor de Rijksdienst (RDD)

Waardering: B (4)

De grote operaties van de jaren tachtig

Decentralisatie

82.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Interdepartementale Commissie voor het Binnenlands Bestuur

Periode: 1977–

Bron: H. van Ruller en J.F. Schrijver, `Decentralisatie als onderdeel van de grote operaties’, in: F.K.M. van Nispen en D.P. Noordhoek, De grote operaties (Deventer 1986) 122

Product: Beschikking 30 november 1977, Stcrt. 1977/239, Beschikking 6 mei 1991, Stcrt. 1991/95

Waardering: B (4)

De operaties van de jaren negentig

De Grote Efficiëncy Operatie

93.

Handeling: Het coördineren van de Grote Efficiëncy Operatie

Periode: 1990–1994

Bron: TK 1990–1991, 21 835, nr. 1

Waardering: B (1)

94.

Handeling: Het rapporteren aan de Tweede Kamer over de voortgang van de Grote Efficiëncy Operatie

Periode: 1990–1994

Bron: TK 1990–1994, 21 835, nr. 16

Waardering: B (3)

Project herziening adviesstelsel

95.

Handeling: Het voordragen van een wet betreffende de opheffing van het adviesstelsel

Periode: 1993–1996

Bron: TK 1994–1995, 24 232, nrs.1–2

Product: Herzieningswet adviesstelsel, Stb. 1996/377

Waardering: B (1, 4)

96.

Handeling: Het voorbereiden van de opheffing van alle vaste colleges van advies uitgezonderd de WRR en de SER

Periode: 1996–1997

Grondslag: Herzieningswet adviesstelsel, Stb.1996/377

Waardering: B (4)

97.

Handeling: Het voordragen van een wet betreffende de inrichting, samenstelling en werkwijze van adviescolleges

Periode: 1993–1996

Bron: TK 1995–1996, 24503, nrs.1–2

Product: Kaderwet adviescolleges, Stb. 1996/378

Waardering: B (4)

Raad voor het binnenlands bestuur

108.

Handeling: Het voorbereiden van de instelling, wijziging en intrekking van de Wet Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1984–1996

Product: Wet Raad voor het binnenlands bestuur van 12 maart 1986, Stb. 1986/104

Waardering: B (4)

109.

Handeling: Het voorbereiden van een KB waarbij de (vice-)voorzitter van de Raad voor het binnenlands bestuur wordt benoemd

Periode: 1984–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 6.1

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

110.

Handeling: Het benoemen van de secretaris van de Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 7.1

Waardering: V 10 jaar

112.

Handeling: Het benoemen van een lid van de Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 6.1

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

113.

Handeling: Het benoemen van een ambtenaar tot adviserend lid van de Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 5.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

De organisatie van een ministerie

Interne organisatie

135.

Handeling: Het adviseren, na raadpleging van de Formatiecommissie, aan de vakminister over de hoofdlijn van de organisatiestructuur van het betreffende ministerie

Periode: 1998–

Grondslag: Coördinatiebesluit inrichting organisatie en formatie rijksdienst, 24 maart 1998, Stb. 1998/224, art. 3.1a, 3.2 en 3.3

Waardering: B (1)

Verzelfstandiging

148.

Handeling: Het voorbereiden, coördineren en evalueren van het beleid betreffende verzelfstandigingen rijksbreed

Periode: 1945–

Bron: Interview E. Bruinsma

Product: Rapport, nota

Waardering: B (1, 2)

154.

Handeling: Het instellen en evalueren van het Begeleidingsteam Verzelfstandigingen

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Beschikking

Waardering: B (4)

160.

Handeling: Het benoemen van leden van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer als vertegenwoordigers van het betreffende ministerie

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

172.

Handeling: Het voorbereiden, vaststellen en wijzigen van de Kaderwet Zelfstandige Bestuursorganen

Periode: 1997–

Bron: Motie Scheltema-De Nie 29 mei 1997, TK 1996–1997, 25 268, nr. 4

Opmerking: De wet is nog in voorbereiding

Waardering: B (1, 4)

173.

Handeling: Het voorbereiden van de uitvoering van het programma Handreikingen Externe Verzelfstandiging

Periode: 1998–

Bron TK 1999–2000, 26800, VII, nr. 2, p. 18

Product: Rapport

Opmerking: Vooral de relatie vakminister en ZBO staat centraal. Het programma omvat publicaties over externe verzelfstandigingen, werkconferenties of workshops. Drie ronden zijn gepland, waarvan één in 1999 is gehouden.

Waardering: V 3 jaar

B (2, 5) Eindproducten

175.

Handeling: Het onderzoeken van bestaansreden, sturingsinstrumenten en publiek- of privaatrechtelijke vormgeving van ZBO’s

Periode: 1995–1996

Bron: Kabinetsstandpunt ‘Herstel van het primaat van de politiek bij de aansturing van zelfstandige bestuursorganen’, TK 1994–1995, 24 130, nr. 5

Product: Rapportage doorlichting zelfstandige bestuursorganen, Ministerie van Binnenlandse Zaken (1997)

Waardering: B (5)

179.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Ambtelijke Commissie Toezicht (ACT)

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Instellingsbesluit Ambtelijke Commissie Toezicht, Stcrt. 1999/185, 7

Opmerking: In het instellingsbesluit worden tevens voorzitter, leden en secretariaat benoemd. Het besluit vervalt op 1 oktober 2000

Waardering: B (4)

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

276.

Handeling vervalt

277.

Handeling vervalt

359.

Handeling: Het overdragen van (het beheer) roerende goederen aan de Dienst der Domeinen

Periode: 1945–

Product: Proces-verbaal van overdracht

Waardering: V 5 jaar

360.

Handeling: Het bepalen van tarieven voor het verstrekken van diensten van het departement

Periode: 1945–

Product: Tariefbepalingen

Waardering: V 1 jaar na wijziging

361.

Handeling: Het sluiten van verzekeringen voor materieel inzake een doelmatig risicobeheer

Periode: 1996

Grondslag: Besluit materieel beheer 1996 (Stb. 1998, 53) art. 8.1

Product: Correspondentie, overzichten, verzekeringscontracten

Waardering: V 5 jaarna vervallen van verzekering

362.

Handeling: Het adviseren van directies bij Europese aanbestedingen

Periode: 1945–

Product: Adviezen

Waardering: V 5 jaar

363.

Handeling: Het verstrekken van statistische informatie met betrekking tot de inkoop aan de Europese Commissie

Periode: 1990–

Product: Statistieken

Waardering: V 5 jaar

Rijksinkoopbureau

216.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een waarnemer in de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst (ADOR) (1953–1966)

20.

Handeling: Het adviseren van de Raad voor de Burgerlijke Rijksdienst inzake vraagstukken betreffende de doelmatige organisatie van de rijksdienst

Periode: 1955–1966

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken van 8 april 1954, No. 37975, art. I

Waardering: B (1)

Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst (ADR) (1966–1979)

23.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken over vraagstukken betreffende de doelmatigheidsbevordering in de rijksdienst

Periode: 1966–1979

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Financiën en de Minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 22 augustus 1966, Nr. CG66/U1491, Dir. OAR, art. II, onder a

Waardering: B (1)

Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering (AOA) (1979–1983)

27.

Handeling: Het uitnodigen van een ambtenaar deel te nemen aan een vergadering van de Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering, van 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 3.2

Waardering: V 1 jaar

28.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken over het beleid inzake de organisatie van de Rijksdienst

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering, 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 1

Waardering: B (1)

Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst

68.

Handeling: Het inwinnen van advies van deskundigen buiten de rijksdienst

Periode: 1979–1981

Grondslag: Beschikking van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 30 mei 1979 /OA 79-581/2457, Stcrt. 1979/116, art 3.1 onder a

Product: Overeenkomst

Waardering: B (1)

69.

Handeling: Het adviseren van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken inzake de interdepartementale taakverdeling en coördinatie

Periode: 1979–1981

Grondslag: Beschikking van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 30 mei 1979 /OA 79-581/2457, Stcrt. 1979/116, art. 1.1

Product: Rapport

Waardering: B (1)

Regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst

73.

Handeling: Het geven van onafhankelijk advies betreffende de reorganisatie van de rijksdienst

Periode: 1982–1986

Bron: TK, 1981–1982, 17 353, nrs. 1–2

Waardering: B (1)

Projectbureau Reorganisatie Rijksdienst

74.

Handeling: Het bewaken van de samenhang van het Project reorganisatie rijksdienst

Periode: 1982–1985

Grondslag: TK 1981–1982, 17 353, nr. 2

Product: Rapport, beleidsnotitie

Waardering: B (5)

75.

Handeling: Het voorbereiden van door de Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst en haar opvolger de Adviescommissie Rijksdienst te nemen beslissingen voor de aanpak van deelprojecten

Periode: 1982–1985

Grondslag: TK 1981–1982, 17 353, nr. 2

Product: Rapport, advies

Waardering: B (5)

76.

Handeling: Het houden van toezicht op de realisering van opdrachten die de Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst aan de deelprojecten heeft gegeven

Periode: 1982–1985

Grondslag: TK 1981–1982, 17 353, nr. 2

Product: Rapportage

Waardering: B (5)

77.

Handeling: Het voorbereiden van door de stuurgroep te nemen beslissingen naar aanleiding van voorstellen of rapportages uit de deelprojecten

Periode: 1982–1985

Grondslag TK 1981–1982, 17 353, nr. 2

Product: Rapport, advies

Waardering: B (5)

Stuurgroep Reorganisatie Rijksdienst

79.

Handeling: Het ontwikkelen van beleid betreffende de reorganisatie van de rijksdienst

Periode: 1982–1983

Bron: TK 1981–1982, 17 353, nrs. 1–2

Product: Rapport, beleidsnotitie

Opmerking: De stuurgroep geeft operationeel leiding aan het project, dat wil zeggen initieert deelprojecten, bewaakt de prioriteiten, de voortgang en afstemming en beoordeelt de voorstellen aan de ministerraad

Waardering: B (1)

Adviescommissie Rijksdienst (ARD)

81.

Handeling: Het adviseren van de minister over onderwerpen verband houdende met het Project reorganisatie rijksdienst

Periode: 1983–

Grondslag: Besluiten van de Minister van Binnenlandse Zaken van 6 december 1983, nr. OA 83-3742/4815 en nr. 83-4692/4815

Waardering: B (1)

Interdepartementale Commissie voor het Binnenlands Bestuur

83.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken betreffende het decentralisatiebeleid ten aanzien van de andere departementen

Periode: 1977–

Grondslag: Beschikking 30 november 1977, Stcrt. 1977/239, Beschikking 6 mei 1991, Stcrt. 1991/95

Waardering: B (1)

Ministeriële Commissie Efficiëncy Verbetering

90.

Handeling: Het voorbereiden van de besluitvorming door de ministerraad betreffende de Grote Efficiëncy Operatie

Periode: 1990–1994

Bron: TK 1990–1991, 21 835, nr.1

Waardering: B (1)

91.

Handeling: Het vaststellen van een lijst van onderwerpen voor de Grote Efficiëncy Operatie

Periode: 1990–1994

Bron: TK 1990–1991, 21 835, nr.3

Waardering: B (1)

Raad voor het binnenlands bestuur

111.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken inzake de benoeming van de secretaris van de Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 7.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

114.

Handeling: Het adviseren van de regering omtrent de hoofdpunten van de inrichting en werking van het openbaar bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 2.1

Waardering: B (1)

115.

Handeling: Het opstellen van een jaarverslag

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 3

Opmerking: Het jaarverslag is bestemd voor de Minister van Binnenlandse Zaken

Waardering: B (3)

116.

Handeling: Het opstellen van een evaluatierapport over de taak, de inrichting en de werkwijze van de Raad voor het binnenlands bestuur

Periode: 1986–1996

Grondslag: Wet Raad voor het binnenlands bestuur, Stb. 1986/104, art. 4

Opmerking: Het evaluatierapport wordt om de vier jaar opgesteld en is bestemd voor de Minister van Binnenlandse Zaken

Waardering: B (3)

Raad voor het openbaar bestuur

117.

Handeling: Het adviseren van de regering over de inrichting en het functioneren van de overheid

Periode: 1997–

Grondslag: Wet Raad voor het openbaar bestuur, Stb. 1996/623, art. 2

Waardering: B (1)

Formatiecommissie

136.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken over de hoofdlijn van de organisatiestructuur van een vakministerie

Periode: 1998–

Grondslag: Coördinatiebesluit inrichting organisatie en formatie rijksdienst, 24 maart 1998, Stb. 1998/224, art. 4, lid 2Opmerking: De instellingsbeschikking is opgenomen in het PIVOT-rapport nr. 75, Dingemans, R. en F. Hartman, Formatiebeleid, arbeidsmarktbeleid en personeelsontwikkeling en mobiliteit 1945–1996, handeling 31

Waardering: B (1)

137.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van horizontaal onderzoek naar een type dienstonderdeel

Periode: 1997–

Bron: Formatiecommissie. Jaarrapportage mei 1997 tot en met mei 1998 en werkprogramma mei 1998 tot en met mei 1999, Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Den Haag 1998) 20–21; Interview dhr. H. Wilmink, DGMP/PMR/FMR, 7 maart 2000

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

138.

Handeling: Het begeleiden van horizontaal onderzoek naar een type dienstonderdeel

Periode: 1997–

Bron: Formatiecommissie. Jaarrapportage mei 1997 tot en met mei 1998 en werkprogramma mei 1998 tot en met mei 1999, Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Den Haag 1998) 20–21; Interview dhr. H. Wilmink, DGMP/PMR/FMR, 7 maart 2000

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V (5)

139.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van horizontaal onderzoek naar een type dienstonderdeel

Periode: 1997–

Bron: Formatiecommissie. Jaarrapportage mei 1997 tot en met mei 1998 en werkprogramma mei 1998 tot en met mei 1999, Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Den Haag 1998) 20–21; Interview dhr. H. Wilmink, DGMP/PMR/FMR, 7 maart 2000

Waardering: V 5 jaar

140.

Handeling: Het financieren van horizontaal onderzoek naar een type dienstonderdeel

Periode: 1997–

Bron: Formatiecommissie. Jaarrapportage mei 1997 tot en met mei 1998 en werkprogramma mei 1998 tot en met mei 1999, Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Den Haag 1998) 20–21; Interview dhr. H. Wilmink, DGMP/PMR/FMR, 7 maart 2000

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

Commissie Verzelfstandigingen

155.

Handeling: Het adviseren aan de vakminister betreffende voorstellen tot verzelfstandiging

Periode: 1991–1994

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie hiervoor: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen voorstellen betreffende agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken die betreffende ZBO’s

Waardering: B (1)

156.

Handeling: Het toetsen van verzelfstandigingen binnen een vakministerie

Periode: 1991–1994

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie ook: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Brief, nota, rapport

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen de agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken de ZBO’s

Waardering: B (2)

Begeleidingsteam Verzelfstandigingen

155.

Handeling: Het adviseren aan de vakminister betreffende voorstellen tot verzelfstandiging

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie hiervoor: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Opmerking: De Commissie Verzelfstandigingen (BiFi-team) was een samenwerkingsverband tussen de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Financiën en deze hadden geen gescheiden taken met betrekking tot agentschappen en ZBO’s

Waardering: B (1)

156.

Handeling: Het toetsen van verzelfstandigingen binnen een vakministerie

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie ook: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Brief, nota, rapport

Opmerking: De Commissie Verzelfstandigingen (BiFi-team) was een samenwerkingsverband tussen de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Financiën en deze hadden geen gescheiden taken met betrekking tot agentschappen en ZBO’s

Waardering: B (2)

Commissie-Holtslag

178.

Handeling: Het verrichten van onderzoek betreffende de relatie tussen toezicht en de ministeriële verantwoordelijkheid

Periode: 1998

Grondslag: Ministerraad 13 december 1996, agendapunt 15b

Product: Rapport: De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund. Een checklist voor een systematische beschrijving en analyse van toezichtsarrangementen. Rapportage van de commissie-Holtslag aan de Minister van Binnelandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Commissie-Holtslag (Den Haag 1998)

Opmerking: Een instellingsbeschikking is niet aanwezig

Waardering: B (2)

Ambtelijke Commissie Toezicht

180.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken over de formulering van kaders ten aanzien van de toezichtvraagstukken

Periode: 1999–2000

Bron: Instellingsbesluit Ambtelijke Commissie Toezicht, art. 2,1b, Stcrt. 1999/185, 7

Product: Vertrouwen in onafhankelijkheid. Eindadvies Ambtelijke Commissie Toezicht (2000)

Waardering: B (1)

182.

Handeling: Het toetsen van de departementale (zelf)evaluaties betreffende toezichtarrangementen

Periode: 1999–

Grondslag: Instellingsbesluit Ambtelijke Commissie Toezicht, art. 2.1a, Stcrt. 1999/185, 7

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

C. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de minister van Financiën

Minister van Financiën

Coördinatie

Algemene handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

  • het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

  • het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

  • het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

  • het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

  • het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

  • het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B (1, 2)

3.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgeving betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Wet, algemene maatregel van bestuur, koninklijk besluit:

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (1)

4.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Serie jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Waardering: B (3) jaarverslagen

V rest; waneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3)

5.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B (2, 3)

6.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikking, verweerschrift

Waardering: V 10 jaar

7.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regeling, nota, rapport

Waardering: B (1)

8.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele, bedrijven en instellingen betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Waardering: V 3 jaar

9.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: V 3 jaar

N.B.: van het voorlichtingsmateriaal wordt één exemplaar bewaard; de andere voorbereidende stukken worden vernietigd

10.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Offerte, brief, rapport, contract

Waardering: B (1,2)

11.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

12.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

13.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

14.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt, wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar, mits de rekening is goedgekeurd

15.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid

Periode: 1945–

Waardering: B (4)

Ambtelijke voorportalen en adviescommissies

Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst (ADR) (1966–1979)

21.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Adviescommissie voor de Doelmatigheidsbevordering in de Rijksdienst

Periode: 1966–1979

Product: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken, de Minister van Financiën en de Minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 22 augustus 1966, Nr. CG66/U1491, Dir. OAR

Waardering: B (4)

Organisatiekundig onderzoek en methode-ontwikkeling

29.

Handeling: Het ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid

Periode: 1945–1965

Waardering: B (5)

30.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid met gebruikmaking van gekwantificeerde gegevens

Periode: 1965–

Waardering: V 20 jaar

31.

Handeling: Het ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1945–1965

Waardering: B (5)

32.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1965–

Waardering: V 20 jaar

37.

Handeling: Het mede-vaststellen van de opdracht en het eindproduct van organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1945–

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

38.

Handeling: Het mede-begeleiden van een organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1945–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

39.

Handeling: Het mede-verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

40.

Handeling: Het mede-financieren van (wetenschappelijk) organisatiekundig onderzoek naar (een organisatieonderdeel van) het departement van een vakminister

Periode: 1945–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

41.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1945–1965

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

42.

Handeling: Het begeleiden van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1945–1965

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

43.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1945–1965

Waardering: V 5 jaar

44.

Handeling: Het financieren van interdepartementaal organisatiekundig onderzoek naar overheidstaken die mogelijk geherstructureerd moeten worden

Periode: 1945–1965

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

45.

Handeling vervalt

46.

Handeling vervalt

47.

Handeling vervalt

48.

Handeling vervalt

49.

Handeling: Het ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een overheidsorganisatie

Periode: 1945–1964

Waardering: B (5)

50.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een organisatieonderdeel van het departement van de vakminster

Periode: 1965–

Waardering: V 20 jaar

Educatie

51.

Handeling: Het (doen) organiseren van cursussen, opleidingen, conferenties etc. op het terrein van de overheidsorganisatie

Periode: 1954–1965

Bron: Rijksbegroting 1966–1967, hfst. VII, nr. 2, blz. 16; Rijksbegroting 1969–1970, hfst. VII, nr. 2, blz. 15; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. VII, nr. 2, blz. 15; Rijksbegroting 1973–1974, hfst. VII, nr. 2, blz. 16

Opmerking: Deze handeling omvat:

  • het ontwikkelen en uitvoeren van bedrijfs- en functieopleidingen voor (rijks)overheidspersoneel;

  • het leveren van opleidingsbijdragen aan management-development-programma’s binnen de rijksdienst;

  • het versterken van de opleidingsfunctie van de rijksdienst, inclusief het ontwikkelen van opleidings-instrumenten;

  • het verzorgen van in-companyopleidingen binnen ministeries, overheidsdiensten en -instellingen;

  • het leiden/begeleiden van opleidingsprojecten binnen de (rijks)overheid;

  • het organiseren van congressen en symposia

Waardering: V 3 jaar

B (1, 2) Eindproducten van conferenties, symposia en opleidingsmateriaal voor beleidsambtenaren

De grote operaties in de jaren tachtig

De heroverwegingsoperatie

84.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Ambtelijke Commissie Heroverweging (Rijksbegroting) (ACHR)

Periode: 1981–1990

Bron: TK 1980–1981, 16 625, nr.1

Product: Instellingsbesluit ACHR, bij besluit van 17 februari 1981 van de Minister van Financiën; zoals gewijzigd bij besluit van 30-1-1987 in Ambtelijke Commissie Heroverweging

Opmerking: De ACHR was ambtelijk voorportaal van de Ministeriële Commissie Heroverweging

Zie verder PIVOT-rapport nr. 1, Coördinatie op hoog niveau. Rapport institutioneel onderzoek naar de ministeriële coördinatieorganen en de ambtelijke voorportalen, 1945–1990

Waardering: B (4)

Privatisering

87.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering

Periode: 1982–1992

Grondslag: TK 1982–1983, 17 938, nr. 1

Product: Beschikking Instelling Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering, 3 november 1982, Stcrt. 1982/214

Opmerking: In 1991 wordt de IBP vervangen door de Commissie Verzelfstandigingen als sub-commissie van de Adviescommissie voor de Rijksdienst (ARD)

Waardering: B (4)

De organisatie van een ministerie

Verzelfstandiging

148.

Handeling: Het voorbereiden, coördineren en evalueren van het beleid betreffende verzelfstandigingen rijksbreed

Periode: 1945–

Bron: Interview E. Bruinsma

Product: Rapport, nota

Waardering: B (1, 2)

154.

Handeling: Het instellen en evalueren van het Begeleidingsteam Verzelfstandigingen

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Beschikking

Waardering: B (4)

157.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer

Periode: 1985–1988

Grondslag: Besluit ministerraad 20 september 1985

Product: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013

Waardering: B (4)

158.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer

Periode: 1985–1986

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

159.

Handeling: Het benoemen van een lid van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer op grond van specifieke deskundigheid

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

160.

Handeling: Het benoemen van leden van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer als vertegenwoordigers van het betreffende ministerie

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

164.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van het Coördinatieteam Agentschappen

Periode: 1991–1995

Product: Beschikking

Waardering: B (4)

166.

Handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de inrichting van agentschappen

Periode: 1995–

Grondslag: Zesde wijziging van de Comptabiliteitswet, Stb. 1995/375, art. 73

Waardering: B (4)

167.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Projectgroep Evaluatie Agentschappen

Periode: 1997–1998

Bron: TK 1994–1995, 23796, nr. 8

Waardering: B (4)

169.

Handeling: Het voorbereiden van de instelling, instellen en opheffen van een agentschap

Periode: 1991–

Grondslag: Zesde wijziging van de Comptabiliteitswet, Stb. 1995/375, art. 701

Product: Beschikking, onder andere Besluit instelling agentschap CAS, Stcrt. 1996/120

Opmerking: De instelling geschiedt in overeenstemming met de ministerraad

Waardering: B (4)

175.

Handeling: Het onderzoeken van bestaansreden, sturingsinstrumenten en publiek- of privaatrechtelijke vormgeving van ZBO’s.

Periode: 1995–1996

Bron: Kabinetsstandpunt `Herstel van het primaat van de politiek bij de aansturing van zelfstandige bestuursorganen’, TK 1994–1995, 24 130, nr. 5

Product: Rapportage doorlichting zelfstandige bestuursorganen, Ministerie van Binnenlandse Zaken (1997)

Waardering: B (5)

Rijksinkoopbureau

Algemene handelingen

183.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

  • het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

  • het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

  • het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

  • het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

  • het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

  • het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

  • het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

  • het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B (1, 2)

185.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: Serie jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (3) jaarverslagen

V rest; waneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3)

186.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgeving betreffende het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: Wet, algemene maatregel van bestuur, koninklijk besluit

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (1)

187.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: Brief, notitie

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B (2, 3)

188.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende de rijksinkoop en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–1990

Product: Beschikking, verweerschrift

Waardering: V 10 jaar

189.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende de rijksinkoop en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–1990

Product: Internationale regeling, nota, rapport

Waardering: B (1)

190.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van overheidsorganisaties, individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: Brief, notitie

Waardering: V 3 jaar

191.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het terrein van de rijksinkoop

Periode: 1945–1990

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: V 3 jaar

N.B.: van het voorlichtingsmateriaal wordt één exemplaar bewaard; de andere voorbereidende stukken worden vernietigd

192.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de rijksinkoop

Periode: 1945–1990

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

193.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de rijksinkoop

Periode: 1945–1990

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

194.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de rijksinkoop

Periode: 1945–1990

Waardering: V 5 jaar

195.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de rijksinkoop

Periode: 1945–1990

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar

Regelgevend

196.

Handeling: Het voordragen van een KB waarbij algemene bepalingen worden vastgesteld ten aanzien van de werking van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1990

Product: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378

Waardering: B (5)

198.

Handeling: Het bepalen van het tijdstip waarop de Keurings- en Magazijndienst niet meer aan het RIB verbonden is

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 15.1

Waardering: B (4)

Directie

199.

Handeling: Het voordragen van een KB waarbij de directeur van het Rijksinkoopbureau wordt benoemd

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 1.3; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 2.1;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb.1980/378, art. 2.1

Waardering: V 10 jaar

200.

Handeling: Het vaststellen van een instructie voor de directeur van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 1.4; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 2.2;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 2.2

Waardering: B (5)

Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

203.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter en leden van de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1949–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 2.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

204.

Handeling: Het vaststellen van een instructie voor de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1949–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 2.4

Waardering: B (5)

Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

205.

Handeling: Het benoemen van (plaatsvervangende) leden en secretaris van de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.1

Waardering: V 10 jaar

207.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter van de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

208.

Handeling: Het vaststellen van een instructie voor de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.5

Waardering: B (5)

Commissie van advies inzake rijksinkopen

209.

Handeling: Het benoemen van de leden van de Commissie van advies inzake rijksinkopen

Periode: 1949–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing (CADA)

210.

Handeling: Het benoemen van (plaatsvervangende) leden van de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

212.

Handeling: Het vaststellen van een instructie voor de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.7

Waardering: B (5)

Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

215.

Handeling: Het benoemen van (plaatsvervangende) leden en secretaris van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.1

Waardering: V 10 jaar

217.

Handeling: Het benoemen van waarnemers in de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

220.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

221.

Handeling: Het vaststellen van een instructie voor de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 4.7

Waardering: B (5)

Verplichte bemiddeling door het Rijksinkoopbureau

222.

Handeling: Het gelijkstellen van een instelling met een rijksinstelling in verband met de taakuitoefening van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 1.2; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.2; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.2

Waardering: B (4)

226.

Handeling: Het beslissen of een door de Minister van Defensie/het Staatsbedrijf der PTT aan te schaffen artikel behoort tot een categorie goederen die via het Rijksinkoopbureau aangeschaft moeten worden

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 7.2

Waardering: V 5 jaar

Vrijstelling

232.

Handeling: Het beschikken op een verzoek van de vakminister om vrijstelling van de verplichting om bij de aanschaffing van bepaalde goederen gebruik te maken van de diensten van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.1; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.1

Opmerking: Vanaf 1967 wordt een afschrift van het besluit naar de Algemene Rekenkamer gezonden

Waardering: V 10 jaar

Vrijwillige afnemers

236.

Handeling: Het beschikken op een verzoek van een vrijwillige afnemer om bij de aanschaf van goederen of diensten gebruik te maken van bemiddeling door het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 7.2, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, 5.2

Opmerking: De Minister van Financiën kan aan de vergunning voorwaarden verbinden.

Waardering: V 10 jaar na afdoening

237.

Handeling: Het verlenen van een vergunning aan afnemers buiten de rijksdienst gebruik te maken van de diensten van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 5.2

Opmerking: De Minister van Financiën kan aan de vergunning voorwaarden verbinden.

Waardering: V 10 jaar na afdoening

Aanschaffing door het Rijksinkoopbureau

239.

Handeling: Het geven van aanwijzingen inzake de wijze waarop het Rijksinkoopbureau in de aanschaf van goederen voor de rijksdienst voorziet

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.2

Waardering: B (5)

Vergoeding

252.

Handeling: Het vaststellen van de vergoeding die voor bemiddeling door het Rijksinkoopbureau in rekening gebracht wordt

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 7.3, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.5

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.5

Waardering: V 7 jaar

256.

Handeling: Het vaststellen van de vergoeding van kosten die aan afnemers voor keuring door en opslag bij de Keurings- en Magazijndienst in rekening worden gebracht

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 15.2

Waardering: V 7 jaar

257.

Handeling: Het vaststellen van regels inzake de wijze waarop de betaling der goederen en diensten, welke door bemiddeling van het Rijksinkoopbureau zijn geleverd, plaats vindt

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 16; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 11

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 11

Waardering: B (5)

Bemiddeling bij onenigheid

260.

Handeling: Het beslechten van een geschil tussen een afnemer of een leverancier en het RIB

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 4.3

Waardering: V 10 jaar na einde geschil

Beroep

263.

Handeling: Het beslissen in beroep tegen een beslissing van:

  • de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1949–1967)

  • de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1967–1980)

Periode: 1949–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 5.1 en 10.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.3 en 8.2

Opmerking: De Minister van Financiën neemt de beslissing in overleg met de vakminister onder wiens ministerie de rijksinstelling ressorteert die tegen de beslissing van de Commissie in beroep is gegaan

Waardering: V 10 jaar na einde beroep

265.

Handeling: Het opstellen van een gezamenlijke nota waarin een beroepszaak waarover de Minister van Financiën en de vakminister geen overeenstemming hebben bereikt, wordt voorgelegd aan de Ministerraad

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.4

Waardering: B (5)

Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau (Werkgroep Steenbergen)

270.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van de Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau

Periode: 1986–1989

Product: Besluit van de staatssecretaris van Financiën van 23 oktober 1986 tot instelling van de Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau, Centrale Directie en Organisatie nr. 186-5258

Opmerking: Het instellingsbesluit bevat tevens de benoeming van de voorzitter en de leden

Waardering: B (4)

Verzelfstandiging

272.

Handeling: Het voordragen van een wet waarbij het Rijksinkoopbureau geprivatiseerd wordt

Periode: 1945–1990

Product: Wet N.V. Nederlands Inkoopcentrum, 28 december 1989, Stb. 1990/25

Waardering: B (4)

273.

Handeling: Het namens de Staat der Nederlanden oprichten van de N.V. Nederlands Inkoopcentrum

Periode: 1990–

Grondslag: Wet N.V. Nederlands Inkoopcentrum, 28 december 1989, Stb. 1990/25, art. 2.1

Waardering: B (4)

274.

Handeling: Het vaststellen van de kapitaalsom waardoor de Staat der Nederlanden in de N.V. Nederlands Inkoopcentrum participeert

Periode: 1990–

Grondslag: Wet N.V. Nederlands Inkoopcentrum, 28 december 1989, Stb. 1990/25, art. 2.3

Waardering: B (5)

275.

Handeling: Het aanwijzen van vermogenbestanddelen van het Rijksinkoopbureau die na de privatisering niet aan de N.V. Nederlands Inkoopcentrum zullen toekomen

Periode: 1990–

Grondslag: Wet N.V. Nederlands Inkoopcentrum, 28 december 1989, Stb. 1990/25, art. 4.1

Waardering B (5)

Ambtelijke Commissie Heroverweging (Rijksbegroting)

85.

Handeling: Het zowel ter ondersteuning van de Ministeriële Commissie Heroverweging als zelfstandig uitvoeren van taken in het kader van de heroverweging van de rijksbegroting

Periode: 1981–

Grondslag: Besluit van 17 februari 1981 van de Minister van Financiën

Opmerking: Dit betreft ondermeer de selectie van onderzoeksonderwerpen, het samenstellen van ambtelijke werkgroepen en het voorbereiden van de agenda van de Ministeriële Commissie Heroverweging.

Zie voor meerdere handelingen de actualisatie van het Rapport institutioneel onderzoek op het beleidsterrein Rijksbegroting, handeling 418, 419

Waardering: B (1)

Ministeriële Commissie Heroverweging (MCHR)

86.

Handeling Het voorbereiden van de besluitvorming van de Ministerraad over heroverwegingsvoorstellen, in het kader van de jaarlijkse begrotingsvoorbereiding

Periode: 1981–1990

Bron: TK 1980–1981, 16 625, nr.1; Staatsalmanak 1986

Product: Rapport

Waardering: B (1)

Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering

88.

Handeling: Het adviseren aan de Ministerraad over de samenstelling van interdepartementale privatiseringswerkgroepen

Periode: 1982–1992

Grondslag: Beschikking Instelling Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering, 3 november 1982, Stcrt. 1982/214

Waardering: B (5)

89.

Handeling: Het adviseren en begeleiden van interdepartementale privatiseringswerkgroepen

Periode: 1982–1992

Grondslag: Beschikking Instelling Interdepartementale Begeleidingscommissie Privatisering, 3 november 1982, Stcrt. 1982/214

Product: Rapport

Waardering: B (5)

Commissie Verzelfstandigingen

155.

Handeling: Het adviseren aan de vakminister betreffende voorstellen tot verzelfstandiging

Periode: 1991–1994

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie hiervoor: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen voorstellen betreffende agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken die betreffende ZBO’s

Waardering: B (1)

156.

Handeling: Het toetsen van verzelfstandigingen binnen een vakministerie

Periode: 1991–1994

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie ook: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Brief, nota, rapport

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen de agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken de ZBO’s

Waardering: B (2)

Begeleidingsteam Verzelfstandigingen

155.

Handeling: Het adviseren aan de vakminister betreffende voorstellen tot verzelfstandiging

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie hiervoor: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen voorstellen betreffende agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken die betreffende ZBO’s

Waardering: B (1)

156.

Handeling: Het toetsen van verzelfstandigingen binnen een vakministerie

Periode: 1994–

Grondslag: Besluit ministerraad d.d. 20 december 1991 (zie ook: artikel ‘Commissie gaat voorstellen verzelfstandiging toetsen’, Stcrt. 1991/249); Besluit ministerraad d.d. 16 december 1994

Product: Brief, nota, rapport

Opmerking: De ambtenaren van het Ministerie van Financiën behandelen de agentschappen, de ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken de ZBO’s

Waardering: B (2)

Coördinatieteam Agentschappen

165.

Handeling: Het adviseren van de vakminister betreffende een voorstel tot de oprichting van een agentschap

Periode: 1991–1995

Grondslag: Interview I.C.P. Teijsseling, Ministerie van Financiën

Waardering: B (4)

Projectgroep Evaluatie Agentschappen

168.

Handeling: Het evalueren van het agentschapsmodel

Periode: 1997–1998

Bron: TK 1994–1995, 23 796, nr. 8

Product: Projectgroep Evaluatie Agentschappen, Verder met resultaat; het agentschapmodel 1991–1997 (1998) Rapport uitgebracht door Ministerie van Financiën

Waardering: B (2)

Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer

161.

Handeling: Het adviseren aan de Ministers van Financiën en Binnenlandse Zaken betreffende de invoering en uitwerking van zelfbeheer, zoals deze gestalte krijgt in de daartoe ingestelde proeftuinen

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 2

Product: Eindrapport Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer (26 mei 1988)

Waardering: B (1)

Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

201.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake het vaststellen van een instructie voor de directeur van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 2.2

Waardering: B (5)

224.

Handeling: Het bepalen, welke goederen door het RIB worden aangeschaft voor:

  • de Koninklijke Marine

  • de Koninklijke Landmacht

  • de Koninklijke Luchtmacht

  • het Staatsbedrijf der PTT

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.1

Waardering: V (10)

232.

Handeling: Het beschikken op een verzoek van de vakminister om vrijstelling van de verplichting om bij de aanschaffing van bepaalde goederen gebruik te maken van de diensten van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.1;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.1

Opmerking: Vanaf 1967 wordt een afschrift van het besluit naar de Algemene Rekenkamer gezonden

Waardering: V 10 jaar

253.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake het vaststellen van de vergoeding die voor bemiddeling door het Rijksinkoopbureau in rekening gebracht wordt

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.5

Waardering: V 10 jaar

258.

Handeling: Het rapporteren in het kader van het houden van toezicht op een doelmatige taakuitvoering van het RIB

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.5

Waardering: B (5)

264.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën (tot 1980)/Minister-president (vanaf 1980) inzake een beroep van de vakminister tegen een beslissing van:

  • de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1949–1967)

  • de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1967–1980)

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 3.4, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art.7.4 en 8.3

Waardering: V 10 jaar

Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

202.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake het vaststellen van een instructie voor de directeur van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 2.2

Waardering: B (5)

238.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake de taakuitvoering door het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 4.1

Waardering: B (5)

254.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake het vaststellen van de vergoeding die voor bemiddeling door het Rijksinkoopbureau in rekening gebracht wordt

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.5

Waardering: V 10 jaar

259.

Handeling: Het bemiddelen in geval van onenigheid tussen een afnemer of een leverancier en het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 4.2

Waardering: V 10 jaar

261.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën inzake het beslechten van een geschil tussen een afnemer of een leverancier en het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 4.3

Waardering: V 10 jaar

Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

214.

Handeling: Het adviseren van de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

inzake het rijksinkoopbeleid

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429), art. 3.5 (2.)

Waardering: B (1)

225.

Handeling: Het adviseren van de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

inzake het bepalen, welke goederen door het Rijksinkoopbureau

worden aangeschaft voor:

  • de Koninklijke Marine

  • de Koninklijke Landmacht

  • de Koninklijke Luchtmacht

  • het Staatsbedrijf der PTT

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.1

Waardering: V (10)

Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

223.

Handeling: Het opmaken van een lijst van goederen, bij de aanschaf van welke het Rijksinkoopbureau bemiddeling verleent ten behoeve van rijksinstellingen en daarmee gelijkgestelde instellingen

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. pe1

Waardering: V 10 jaar na vervanging lijst

232.

Handeling: Het beschikken op een verzoek van de vakminister om vrijstelling van de verplichting om bij de aanschaffing van bepaalde goederen gebruik te maken van de diensten van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.1;Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.1;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.1

Opmerking: Vanaf 1967 wordt een afschrift van het besluit naar de Algemene Rekenkamer gezonden

Waardering: V 10 jaar

249.

Handeling: Het bepalen welke goederen voor unificatie in aanmerking komen

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 14

Waardering: V 10 jaar

Rijksinkoopbureau

233.

Handeling: Het aan een vakminister verlenen van ontheffing van de verplichting om goederen en diensten door het Rijksinkoopbureau te doen aanschaffen

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 6; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 6

Opmerking: Het RIB kan ontheffing verlenen op grond van het geringe kwantum en/of van het geringe bedrag van de te verrichten aanschaffing

Waardering: V 10 jaar

235.

Handeling: Het aan de vakminister kenbaar maken of het RIB zich kan verenigen met een door de vakminister zelfstandig verrichte aanschaf van goederen/diensten

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.4, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.6;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.5

Waardering: V 7 jaar

240.

Handeling: Het inwinnen van prijsopgaven van goederen/diensten

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.3, Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.4

Waardering: V 3 jaar

241.

Handeling: Het (doen) beproeven van de kwaliteit van goederen/diensten

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.3, Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.4

Waardering: V 5 jaar

242.

Handeling: Het (doen) keuren van goederen

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 15.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.3, Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.4

Waardering: V 5 jaar

243.

Handeling: Het vaststellen van een bestellijst

Periode: 1945–1990

Waardering: V 3 jaar

244.

Handeling: Het uitgeven van een catalogus

Periode: 1945–1990

Waardering: V 3 jaar, B (5) Voor eindproduct

245.

Handeling: Het aanschaffen van roerende goederen ten behoeve van een rijksinstelling of vrijwillige afnemer

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 4.1 en 6;

Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.2;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.2

Waardering: V 7 jaar na einde belang

246.

Handeling: Het sluiten van een (moeder)overeenkomst inzake de levering van goederen, diensten of huur ten behoeve van een rijksinstelling of vrijwillige afnemer

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 4.1 en 6; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.2 en 1.4; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.3

Waardering: V 10 jaar

247.

Handeling: Het (doen) controleren van overeengekomen eenheidsprijzen en voorwaarden

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.3; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.4

Waardering: V 7 jaar

248.

Handeling: Het (doen) opslaan van goederen

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 15.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 1.3; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.4

Waardering: V 7 jaar na einde belang

250.

Handeling: Het uitgeven van bestellijsten ten behoeve van de samenvoeging van orders

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 11

Waardering: V 2 jaar

251.

Handeling: Het overleggen met de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau inzake de bepaling welke goederen voor unificatie in aanmerking komen

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 14

Waardering: V 5 jaar

255.

Handeling: Het aangeven van het jaarlijks minimum van aan te schaffen goederen en diensten waarvoor het Rijksinkoopbureau bemiddeld moet hebben, eer het van de vakminister/vrijwillige afnemer een vergoeding kan eisen

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 8

Waardering: V 10 jaar

278.

Handeling: Het adviseren van de vakminister inzake aard en soort van de aan te schaffen benodigdheden

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 1.2

Waardering: V 5 jaar

Commissie van advies inzake rijksinkopen

262.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Financiën (tot 1980)/Minister-president (1980–) inzake een beroep van de vakminister tegen een beslissing van:

  • de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1949–1967)

  • de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1967–1980)

Periode: 1945–1967

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 3.4, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art.7.4 en 8.3

Waardering: V 10 jaar

Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau (Werkgroep Steenbergen)

271.

Handeling: Het onderzoeken van de privatiseringsmogelijkheden van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1986–1989

Grondslag: Besluit van de staatssecretaris van Financiën van 23 oktober 1986 tot instelling van de Werkgroep privatisering Rijksinkoopbureau, Centrale Directie en Organisatie nr. 186-5258, art. 2, onder a

Waardering: B (4)

D. Vakminister

Coördinatie

Algemene handelingen

2.

Handeling: Het informeren van de coördinerend minister op het beleidsterrein organisatie van de rijksoverheid betreffende de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Brief, nota, rapport

Waardering: B (3)

Ambtelijke voorportalen en adviescommissies

Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst (ADOR) (1953–1966)

18.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister-president/de Minister van Algemene Zaken inzake de benoeming van de voorzitter van de Adviescommissie voor de Doelmatige Organisatie in de Rijksdienst

Periode: 1954–1957

Grondslag: Besluit van de Minister-president/Minister van Algemene Zaken van 8 april 1954, No. 37975, art. III, onder a

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering (AOA) (1979–1983)

25.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Binnenlandse Zaken inzake de benoeming van een ambtenaar van zijn ministerie als lid van de Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -⁠Automatisering, van 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

26.

Handeling: Het overeenstemmen met de Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering inzake de benoeming van een ambtenaar van zijn departement, niet zijnde een lid van de adviescommissie, in een subcommissie

Periode: 1979–1983

Grondslag: Besluit Adviescommissie voor Overheidsorganisatie en -Automatisering, van 9 januari 1979/O&A 78-3429/2711, Stcrt. 1979/11, art. 2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Organisatiekundig onderzoek en methode-ontwikkeling

30.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode voor organisatiekundig onderzoek binnen de rijksoverheid met gebruikmaking van gekwantificeerde gegevens

Periode: 1945–

Waardering: V 20 jaar

32.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van normen voor het meten van de efficiëntie van een personeelsformatie in een kosten-baten-analyse

Periode: 1945–

Waardering: V 20 jaar

33.

Handeling: Het (mede)vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende een organisatiekundig onderzoek naar de (inter)departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Offerte, brief, rapport

Waardering: B (1, 2)

34.

Handeling: Het (mede)begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek naar de (inter)departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Notitie, notulen, brief

Waardering: V 5 jaar

35.

Handeling: Het (mede)verzamelen en (mede)bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek naar de (inter)departementale organisatie

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

36.

Handeling: Het (mede) financieren van (wetenschappelijk) onderzoek naar de (inter) departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Rekening, declaratie

Waardering: V 7 jaar, Neerslag met een fiscaal verantwoordingsbelang mits de rijksrekening is goedgekeurd door de Algemene Rekenkamer;

V 7 jaar, Neerslag met een financieel verantwoordingsbelang mits de rijksrekening is goedgekeurd door de Algemene Rekenkamer

50.

Handeling: Het (mede-)ontwikkelen van een methode van planning, beheer en controle voor een organisatieonderdeel van het departement van de vakminster

Periode: 1965–

Waardering: V 20 jaar

Educatie

52.

Handeling: Het (mede) (doen) organiseren van cursussen, opleidingen, conferenties etc. op het terrein van de overheidsorganisatie

Periode: 1945–

Waardering: V 3 jaar

V 10 jaar, Eindproducten van conferenties, symposia en opleidingsmateriaal voor beleidsambtenaren

Externe adviesbureaus

353.

Handeling: Het (laten) uitvoeren van onderzoeken betreffende de organisatie van het eigen ministerie, dan wel onderdelen daarvan, door een extern organisatiebureau

Periode: 1945–

Bron: Rijksbegroting 1968–1969, hfst. VII, nr. 2, blz. 13

Product: onderzoekdossiers, rapportages

Waardering: B (5)

Commissies

Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie (Commissie-Van Veen)

63.

Handeling: Het instemmen met de Minister van Algemene Zaken inzake de benoeming van een ambtenaar van het eigen ministerie tot lid van de Commissie Interdepartementale Taakverdeling en Coördinatie

Periode: 1969–1971

Bron: Rijksbegroting 1969–1970, hfst. III, nr. 36, blz. 1; Rijksbegroting 1970–1971, hfst. III, nr. 2, blz. 1

Product: Beschikking

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst

67.

Handeling: Het aanwijzen van een adviserend lid van de Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst

Periode: 1979–1981

Grondslag: Rijksbegroting 1979–1980, Kamerstukken II, 15800, hfst. VII, nr. 2, 72

Waardering: V 5 jaar na einde aanwijzing

De grote operaties van de jaren negentig

De Grote Efficiëncy Operatie

92.

Handeling: Het maken van een kerntakenanalyse van het departement van de vakminister ten behoeve van de Grote Efficiëncy Operatie en de daaruit voortvloeiende exercities

Periode: 1990–1994

Grondslag: TK 1990–1991, 21 835, nr.7

Product: Rapport

Waardering: B (1, 2, 4)

Project herziening adviesstelsel

98.

Handeling: Het voorbereiden, vaststellen, wijzigen en intrekken van een wet tot het instellen van een adviescollege

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 4

Product: O.a. Wet Raad voor het openbaar bestuur, Stb. 1996/623, art. 2

Waardering: B (4)

99.

Handeling: Het voorbereiden van een KB inzake de benoeming van een lid van een adviescollege

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb.1996/378, art. 11

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

100.

Handeling: Het voorbereiden, vaststellen, wijzigen en intrekken van een AMBV over vergoedingen aan leden en de rechtspositie van leden van adviescolleges

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 14

Waardering: B (5)

103.

Handeling: Het vaststellen van het werkprogramma van een adviescollege

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 26.3

Opmerking: Na vaststelling zendt de vakminister dit jaarlijks op de derde dinsdag van september aan de beide kamers der Staten-Generaal.

Waardering: B (5)

104.

Handeling: Het vorderen van inzage in zakelijke gegevens van een adviescollege

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 29

Waardering: V 10 jaar

De organisatie van een ministerie

Algemene handelingen

118.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van de hoofdlijnen van het beleid betreffende de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie, agenda’s, notulen, vergaderstukken.

Waardering: B (1, 2, 5)

119.

Handeling: Het (mede)voorbereiden van het totstandkomen, vaststellen, wijzigen en intrekken van wet- en regelgeving betreffende de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Wet, algemene maatregel van bestuur, koninklijk besluit:

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B (1)

120.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen betreffende het deelbeleidsterrein de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Jaarverslag, kwartaalverslag, maandverslag

Waardering: B (3) jaarverslagen

V rest; waneer geen jaarverslagen voor handen zijn geldt voor maand- en kwartaalverslagen B (3)

121.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het deelbeleidsterrein de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Brief, notitie

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B (3)

122.

Handeling vervalt

123.

Handeling vervalt

124.

Handeling vervalt

125.

Handeling vervalt

126.

Handeling vervalt

127.

Handeling vervalt

128.

Handeling: Het instellen, evalueren en opheffen van een commissie, stuurgroep, werkgroep of overlegorgaan op het deelbeleidsterrein de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Beschikking

Waardering: B (5)

129.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, secretaris en overige leden van een commissie, stuurgroep, werkgroep en overlegorgaan op het deelbeleidsterrein de organisatie van het eigen ministerie

Periode: 1945–

Product: Beschikking

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

130.

Handeling vervalt

357.

Handeling: Het secretarieel en facilitair ondersteunen van het beleid

Periode: 1945–

Product: Afspraken, verzendlijsten, programma’s, protocollen, uitnodigingen bijwonen workshops, vergaderingen, congressen en andere evenementen, correspondentie

Waardering: V 2 jaar

Interne organisatie

133.

Handeling: Het vaststellen, evalueren en wijzigen van de hoofdlijnen van de organisatie van het ministerie

Periode: 1945–

Grondslag: Coördinatiebesluit inrichting organisatie en formatie rijksdienst, 24 maart 1998, Stb. 1998/224, art. 2

Product: Instellings-, organisatie-, wijzigingsbeschikking, onder andere: Wijzigingsbeschikking instelling Directoraat-generaal Binnenlands Bestuur, 22 december 1983, Stcrt. 53

Opmerking: Voor 1998 was er geen grondslag voor de uitvoering van deze handeling

Waardering: B (4), V 5 jaar, Niet-secretariaat stukken

134.

Handeling: Het vaststellen, evalueren en wijzigen van de organisatie van onderdelen van het ministerie

Periode: 1945–

Product: Nota’s, adviezen, rapporten, convenants, regelingen, agenda’s, notulen en vergaderstukken, reorganisatieplan

Opmerking: Voor 1998 was er geen grondslag voor de uitvoering van deze handeling.

Reorganisatie in de vorm van interne of externe verzelfstandiging valt hier niet onder, maar wordt in volgende paragrafen behandeld

Waardering: V 20 jaar, V 5 jaar, Niet-secretariaat stukken

55.

Handeling: Het sluiten van een overeenkomst met een extern organisatieadviesbureau

Periode: 1945

Grondslag: Rijksbegroting 1968–1969, hfst. VII, nr. 2, blz 13;

Product: Contrac, overeenkomst

Waardering: V 7 jaar na ontbinding overeenkomst

141.

Handeling vervalt

142.

Handeling: Het vaststellen van de administratieve en financiële organisatie van het ministerie

Periode: 1945–

Product: Onder andere: handboek administratieve en financiële organisatie

Waardering: B (2)

143.

Handeling vervalt

144.

Handeling: Het voeren van overleg binnen de ministerstaf inzake de eigen departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Verslag, notulen

Opmerking: De ministerstaf is de eigen staf van een minister of een staatssecretaris.

Waardering: B (5), V 5 jaar, Niet-secretariaat stukken

145.

Handeling: Het voeren van overleg binnen de bestuursraad en de staf van de Directeur-Generaal van het ministerie inzake de eigen departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Verslag, notulen

Opmerking: De Secretarissen-Generaal en Directeuren-Generaal overlegen in de bestuursraad; daarnaast hebben de Directeuren-Generaal een eigen staf

Waardering: B (5)

146.

Handeling: Het voeren van overleg binnen de staf van de directeuren-generaal en op lager ambtelijk niveau inzake de eigen departementale organisatie

Periode: 1945–

Product: Verslag, notulen

Opmerking: het betreft hier specifiek overleg over de organisatie van het departement; dit staat los van het meer algemene ‘werkoverleg’ zoals vermeld in handeling 190 van het beleidsterrein Overheidspersoneel; arbeidsverhoudingen (RIO 72)

Waardering: V 5 jaar

147.

Handeling: Het verlenen van een mandaat en/of volmacht aan een organisatie-(onderdeel)/ambtenaar

Periode: 1945–

Product: Mandaatbesluit; volmachtbesluit, onder andere: Volmachtregeling VWS, 9 september 1999, Stcrt. 1999/182, art. 18

Opmerking: Hieronder valt ook:

  • het verlenen van een ondermandaat, tekenbevoegdheid of ondervolmacht

  • het aanleggen en bijhouden van één of meerdere mandaat- en/of volmachtregisters

  • het vaststellen van instructies betreffende vorm, inhoud, tijdstip en perioden van rapportage over de wijze waarop van het aan de ambtenaar verleende mandaat en/of volmacht gebruik is gemaakt

  • het periodiek rapporteren over de wijze waarop van het aan de ambtenaar verleende mandaat en/of volmacht gebruik is gemaakt

Waardering: V 10 jaar na einde mandaat/volmacht

354.

Handeling: Het evalueren van het financieel-economisch beleid

Periode: 1945–

Grondslag: Besluit Taak FEZ (Stb. 1992,1) art. 10, art.15, lid 1; Besluit taak DAD (Stb.1995, 426) art. 9, lid 1; Besluit Taak FEZ (Stb. 1992), art. 11

Product: Vergaderstukken periodieke beleidsevaluaties, interdepartementaal overleg van directeuren financieel-economische zaken met het Ministerie van Financiën

Waardering: B (3)

355.

Handeling: Het voeren van overleg over doelmatigheid van het financieel beleid

Periode: 1945–

Grondslag: Besluit Taak FEZ (Stb. 1992,1) art. 10, art.15, lid 1; Besluit taak DAD (Stb.1995, 426) art. 9, lid 1; Besluit Taak FEZ (Stb. 1992), art. 11

Product: Agenda’s, notulen, vergaderverslagen

Waardering: B (3)

Verzelfstandiging

162.

Handeling: Het sluiten van een managementcontract met de leiding van een onderdeel van het ministerie

Periode: 1986–

Bron: Zelfbeheer bij het DGOB, Publicatie van het DGOB, Ministerie van Binnenlandse Zaken (februari 1988)

Product: Onder andere: Managementcontract voor zelfbeheer bij het directoraat-generaal management en personeelsbeleid (DGMP) in 1991 (Den Haag 1991)

Waardering: B (5)

163.

Handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot het zelfbeheer bij een onderdeel van het ministerie

Periode: 1986–

Bron: Onder andere Zelfbeheer bij het DGOB, Publicatie van het DGOB, Ministerie van Binnenlandse Zaken (februari 1988)

Product: Beschikking, onder andere: Mandaatbesluit zelfbeheer DGOB 24 jan. 1991, nr. SB90/604/N1

Waardering: B (5)

169.

Handeling: Het voorbereiden van de instelling en het instellen van een agentschap

Periode: 1991–

Grondslag: Zesde wijziging van de Comptabiliteitswet, Stb. 1995/375, art. 701

Product: Beschikking, onder andere Besluit instelling agentschap CAS, Stcrt. 1996/120, kennisgeving aan de Tweede Kamer (van een besluit tot verlenging van de status van agentschap)

Opmerking: De instelling geschiedt in overeenstemming met de ministerraad

Waardering: B (4)

170.

Handeling: Het evalueren van een agentschap

Periode: 1994–

Grondslag: Instellingsbeschikking agentschap

Product: Nota, rapport, onder andere Rapport van het Ministerie van Justitie ‘Verder bouwen aan verzelfstandiging’ Evaluatie van de agentschapsconstructie DJI (Den Haag 1998)

Waardering: B (2)

174.

Handeling: Het voorbereiden, vaststellen, intrekken en wijzigen van wet- en regelgeving betreffende (de instelling van) een ZBO

Periode: 1974–

Grondslag: Onder andere: Aanwijzingen inzake zelfstandige bestuursorganen, aanwijzing 124-l, art. 7, Stcrt. 1996/177, 17

Product: Wet, beschikking

Opmerking: De term ZBO werd in 1974 geïntroduceerd

Waardering: B (1)

175.

Handeling: Het onderzoeken van bestaansreden, sturingsinstrumenten en publiek- of privaatrechtelijke vormgeving van ZBO’s.

Periode: 1995–1996

Bron: Kabinetsstandpunt `Herstel van het primaat van de politiek bij de aansturing van zelfstandige bestuursorganen’, TK 1994–1995, 24 130, nr. 5

Product: Rapportage doorlichting zelfstandige bestuursorganen, Ministerie van Binnenlandse Zaken (1997)

Waardering: B (2)

176.

Handeling: Het rapporteren aan de Tweede Kamer betreffende de genomen maatregelen in verband met de aanpassing van ZBO’s aan de ‘Aanwijzingen inzake zelfstandige bestuursorganen’

Periode: 1997–

Bron TK 1996–1997, 25 268, nr. 1

Waardering: B (3)

177.

Handeling: Het instellen en evalueren van een ZBO

Periode: 1945–

Opmerking: Hieronder vallen:

  • het laten verrichten van onderzoek naar verzelfstandigingsmogelijkheden

  • het instellen van een begeleidingscommissie;

  • het inwinnen van advies

  • het opstellen van een projectplan voor de verzelfstandiging

De term ZBO werd in 1974 geïntroduceerd

Waardering: B (4)

Ondersteunende handelingen

282.

Handeling: Het ontwikkelen, vaststellen en evalueren van de (integrale) facilitaire bedrijfsvoering van het departement

Periode: 1945–

Product: Nota’s, adviezen, rapporten, convenanten, regelingen, agenda’s, notulen en vergaderstukken inzake financiën, economie en facilitaire zaken (beveiliging, vervoer, communicatie, interne milieuzorg, catering)

Waardering: V 20 jaar; Niet-secretariaat stukken, convenants en contracten 5 jaar na afloop

283.

Handeling: Het ontvangen van stukken ter kennisname

Periode: 1945–

Product: Agenda’s, notulen, rapporten, kopiebijlagen, kopienota’s, offertes, folders

Waardering: V 2 jaar

284.

Handeling: Het voeren van interdepartementaal overleg inzake (samenwerking op het gebied van) facilitaire zaken

Periode: 1945–

Bron: Interview dhr. P.O. Jansen, stafmedewerker DIV–beleid Faciltair Bedrijf van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Product: Agenda’s, notulen, vergaderverslagen

Opmerking: Het secretariaat van dit overleg wordt gevoerd door projectbureau FMWEB

Waardering: V 5 jaar

285.

Handeling: Het sluiten van een overeenkomst met een directie, buitendienst of agentschap inzake het te leveren serviceniveau

Bron: Interview dhr. P.O. Jansen, stafmedewerker DIV-beleid Facilitair Bedrijf van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Periode: 1945–

Product: Service Level Agreement

Waardering: V 7 jaar na beëindigen van de overeenkomst

286.

Handeling vervalt.

287.

Handeling: Het voorbereiden van het departementaal beleid inzake inkoop en beheer

Periode: 1945–

Product: Nota’s, vergadernotulen, adviezen, rapporten, richtlijnen, procedures, regelingen, voorschriften, evaluaties, interpretatie van rijksregelingen inzake inkoop

Waardering: V 20 jaar

288.

Handeling: Het overdragen van (het beheer van) roerende goederen aan de Dienst der Domeinen

Periode: 1945–

Product: Proces-verbaal van overdracht

Opmerking: Voor wat betreft de zorgdrager Minister van Defensie, voor militair materieel zie de desbetreffende selectielijst, handeling nr. 64

Waardering: V 5 jaar na overdracht

289.

Handeling: Het bepalen van tarieven voor het verstrekken van diensten van het departementen

Periode: 1945–

Product: Tariefbepalingen

Waardering: V 1 jaar na wijziging

290.

Handeling: Het beheren van materiaal en voorraad

Periode: 1999–

Product: Beheersadministratie

Grondslag: Comptabiliteitswet (Stbl 1999) art. 20.1

Opmerking: Voor wat betreft de zorgdrager Minister van Defensie, voor militair materieel zie de desbetreffende selectielijst, handeling nr. 47

Waardering: V 5 jaar

291.

Handeling: Het sluiten van verzekeringen voor materieel inzake een doelmatig risicobeheer

Grondslag: Besluit materieelbeheer 1996 (Stb. 1998, 53) art. 8.1

Periode: 1996–

Product: Correspondentie, overzichten, verzekeringscontracten

Waardering: V 5 jaar na vervallen van verzekering

292.

Handeling: Het houden van toezicht op het materiaalbeheer en voorraadbeheer

Periode: 1999–

Opmerking: Voor wat betreft de zorgdrager Minister van Defensie, voor militair materieel zie de desbetreffende selectielijst, handeling nr. 48

Waardering: V 5 jaar

293.

Handeling: Het adviseren van directies, agentschappen, inspecties, buitendiensten en externe organisaties bij Europese aanbestedingen

Periode: 1990–

Product: Adviezen

Waardering: V 5 jaar

294.

Handeling: Het aangaan en realiseren van Europese aanbestedingen

Bron: Leidraad aanbestedingen LNV (2002), p. 92

Periode: 1990–

Opmerking: Een aanbestedingscyclus omvat de gehele periode tussen start aanbesteding en looptijd van de overeenkomst. Deze termijn wordt eventueel verlengd met de periode benodigd voor de goedkeuring van de rekeningen door de Algemene rekenkamer en de Europese Commissie.

Waardering: V aanbestedingscyclus + 5 jaar;

V 2 jaar niet gegunde offertes

295.

Handeling: Het bijhouden van een contractenregister

Bron: Leidraad aanbestedingen LNV (2002), p. 92

Periode: 1945–

Product: Register met alle opdrachten met derden op het terrein van werken, leveringen en verrichten van diensten

Opmerking: In dit register dienen alle opdrachten op het terrein van werken, leveringen en verrichten van diensten te worden vastgelegd met een financieel belang dat groter is of gelijk aan 45.000,– Euro of bij een meerjarige beheerslast

Waardering: V 7 jaar

296.

Handeling: Het jaarlijks verstrekken van statistische informatie met betrekking tot de inkoop aan de Europese Commissie

Periode: 1990–

Product: Statistieken

Waardering: V 5 jaar

297.

Handeling: Het ontwikkelen van het departementaal beleid inzake bedrijfsbeveiliging

Periode: 1945–

Product: Nota’s, vergaderverslagen, evaluaties, adviezen, rapporten, regelingen, procedures inzake bedrijfsbeveiliging, toepassing rijksregelingen

Waardering: V 10 jaar

298.

Handeling: Het (periodiek) rapporteren over de uitvoering van het beleid inzake bedrijfsbeveiliging

Periode: 1945–

Product: Inspectierapporten, correspondentie o.a. inzake betreffende incidenten, ordeverstoringen, clean-desk inspecties, naleving voorschriften, dag-, week-, maandrapporten, notulen, verslagen o.a. ontruimingsoefeningen

Waardering: V 10 jaar

V 5 jaar periodieke rapportages

299.

Handeling: Het verzorgen van de beveiliging van gebouwen, terreinen, personen en goederen

Periode: 1945–

Product: Verslagen, instructies bewakingsdienst, database registratiegegevens, sleutelbeheersplan, toegang tot speciale ruimtes

Waardering: V 5 jaar na einde geldigheid

300.

Handeling: Het ontwikkelen van het departementaal beleid inzake vervoer

Periode: 1945–

Product: Nota’s, vergadernotulen, adviezen, rapporten, evaluaties, richtlijnen, regelingen, procedures faciliteiten, ook toepassing van rijksregelingen, inzake transport, vuilafvoer, bedrijfstaxi, stalling, vervoermiddelen, vervoersmanagement, fietsplan

Waardering: V 20 jaar

301.

Handeling: Het verzorgen van het vervoer van medewerkers en bewindspersonen

Periode: 1945–

Product: Offertes, contracten, correspondentie, registratie kenmerken auto’s, contract NS

Waardering: V 7 jaar

302.

Handeling: Het ontwikkelen van het (inter)departementaal beleid inzake de interne dienstverlening

Periode: 1945–

Product: Nota’s, vergadernotulen, adviezen, rapporten, evaluaties, richtlijnen, regelingen, procedures

Opmerking: In het RIO 92, Overheidsinformatievoorziening, is een handeling opgenomen die met deze handeling overlapt: ‘Het verzorgen van interne en externe poststromen’ (handeling 109)

o.a. receptie- en telefoondiensten, post- en reprodiensten, restauratieve dienstverlening, vergaderfaciliteiten, fitnessfaciliteiten en groenvoorziening

Waardering: V 10 jaar

303.

Handeling: Het uitvoeren van het beleid inzake de interne dienstverlening

Periode: 1945–

Product: Maandoverzichten, dagrapporten, notulen, correspondentie, schema’s, beheersadministratie, werkroosters

Opmerking: In het RIO 92, Overheidsinformatievoorziening, is een handeling opgenomen die met deze handeling overlapt: ‘Het verzorgen van interne en externe poststromen’ (handeling 109)

o.a. receptie- en telefoondiensten, post- en reprodiensten, restauratieve dienstverlening vergaderfaciliteiten, fitnessfaciliteiten en groenvoorziening.

Waardering: V 5 jaar

304.

Handeling: Het benoemen, schorsen of ontslaan van een coördinerend directeur aanschaffingenbeleid/inkoop

Grondslag: Besluit ministerraad 1987

Periode: 1987–

Waardering: V 5 jaar, na einde benoeming

305.

Handeling: Het juridisch adviseren inzake het tot stand komen, wijzigen, intrekken en toepassen van (internationale) wettelijke regelingen behorend tot de departementale beleidsterreinen

Periode: 1945–

Product: Witte, blauwe stukken, advies Raad van State, Commissie- en Kamerstukken van wetsontwerpen, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten, notificaties wet- en regelgeving met betrekking tot de Europese Unie, ontwerp aanpassingen wetten op grond van Europese regelingen, uitleg Europese regelgeving, goedkeuringswetten, inbreukprocedures, instemming met wettelijke regelingen andere ministeries, adviezen, nota’s, (ontwerp) wetteksten, startnotities, evaluatie Wetgevingstoets, nota’s, adviezen, etc.

Waardering: B (1)

306.

Handeling: Het ontwikkelen van regelgeving inzake de organisatie en het bestuurlijk en juridisch handelen van het departement

Periode: 1945–

Product: Regelingen van taken en bevoegdheden, convenanten, handleidingen

Waardering: B (5)

307

Handeling: Het opstellen en beheren van departementale wetgevingsprogramma’s

Periode: 1945–

Product: Nota’s

Waardering: V 10 jaar

308

Handeling: Het behandelen van wetgevende, bestuurlijke en juridische aspecten van het departementaal beleid

Periode: 1945–

Product: Juridische adviezen

Waardering: B (5)

309

Handeling: Het vaststellen van de rechtspositie en bezoldiging van het bestuur van uitvoeringsorganen

Periode: 1945–

Product: Nota’s, besluiten, correspondentie

Waardering: V10 jaar na vervallen regeling

310

Handeling: Het adviseren, behandelen van juridische, bestuurlijke en algemene aangelegenheden

Periode: 1945–

Product: Adviezen ministeriële regelingen, internationale juridische procedures, dienstvoorschriften

Opmerking: Hieronder valt ook het juridisch behandelen van aangelegenheden zonder beroep op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB)

Waardering: V 20 jaar

V3 jaar voor neerslag met betrekking tot de behandeling van aangelegenheden zonder beroep op grond van de WOB

311

Handeling: Het behandelen van publiekrechtelijke en civielrechtelijke procedures

Periode: 1994–

Product: Processtukken, verzoek om advies en advies van de landsadvocaat

Waardering: V 20 jaar

312

[Red: vervallen;]

313

Handeling: Het juridisch behandelen van schadeclaims

Periode: 1945–

Product: Correspondentie

Waardering: V 7 jaar na uitspraak

314

Handeling: Het ontwikkelen van een samenwerkingsprotocol met andere instanties

Periode: 1945–

Product: Samenwerkingsprotocol

Waardering: V 1 jaar na vervallen samenwerkingsprotocol

315

Handeling: Het beheren en onderhouden van een werkrelatie met de landsadvocaat

Periode: 1945–

Product: Correspondentie

Waardering: V 7 jaar

316

Handeling: Het evalueren van de taak van departementale adviescolleges

Periode: 1945–

Product: Kamerstukken

Waardering: B (2)

317

Handeling: Het initiëren en (laten) uitvoeren van projecten op het gebied van het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid

Periode: 1945–

Product: Projectverslagen

Waardering: V 10 jaar

318

Handeling: Het voeren van interdepartementaal overleg op het gebied van het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid indien het secretariaat niet door de eigen directie wordt gevoerd

Periode: 1945–

Product: Projectverslagen

Waardering: V 5 jaar

319

Handeling: Het voeren van interdepartementaal overleg op het gebeid van het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid indien het secretariaat door de eigen directie wordt gevoerd

Periode: 1945–

Product: Projectverslagen

Waardering: B (1)

320

Handeling: Het uitvoeren van het programma Handreikingen Externe Verzelfstandiging

Periode: 1945–

Product: Vergaderstukken, projectverslagen, eindproducten (brochures)

Waardering: V 3 jaar

B (5) eindproducten

321

Handeling: Het toetsen van de aanvraag voor de instelling van een eenmalig, tijdelijk of permanent adviescollege

Periode: 1945–

Product: Instellingsregelingen, toetsingsverslagen, adviezen

Waardering: B (4)

322

Handeling: Het informeren van/geïnformeerd worden door andere overheidsinstellingen over het functioneren van het (eigen) organisatie-onderdeel

Periode: 1945–

Product: Rapporten, brieven

Waardering: V 1 jaar na afdoening

323

Handeling: Het opstellen, wijzigen en/of intrekken van interne regelgeving met betrekking tot de bedrijfsvoering

Periode: 1945–

Product: Interne regelgeving

Waardering: V 1 jaar na geldigheidsduur

Handelingen ten aanzien van ZBO’s

324.

Handeling: Het stellen van voorschriften en het mandateren van bevoegdheden inzake een zelfstandig bestuurlijk orgaan.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp wet Regels betreffende zelfstandige bestuursorganen (Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen), Kamerzitting 2000–2001,

Kamerstuk 27 426, art. 4, 9

Product: Organisatiebeschikking, mandaat, aanwijzing, informatieprotocol, controleprotocol, bezoldiging/schadeloosstelling

Opmerking: Het betreft publiekrechtelijke of privaatrechtelijke organisaties, als

Zelfstandig bestuurlijke organen (zbo’s), rechtspersonen met wettelijke taak (rwt’s) en ‘notified bodies’ (keuringsinstanties)

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (3)

325.

Handeling: Het al dan niet goedkeuren van regelingen en verantwoordingen van een zelfstandig bestuurlijk orgaan.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 6, 12, 15, 17–23, 25, 27

Product: Goedkeuringsbeschikking bestuursreglement, tarieven, besluiten, begroting, jaarrekening, deelname aan rechtspersonen, eigendoms- en kredietovereenkomsten, verwerving van eigendom, fondsvorming, faillissement, surséance van betaling.

Opmerking: In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (5)

326.

Handeling: Het benoemen, schorsen of ontslaan van leden van een zelfstandig bestuurlijk orgaan.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 7

Product: Beschikking benoeming, schorsing, ontslag.

Opmerking: In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: V 10 jaar na einde benoeming, na schorsing, ontslag

327.

Handeling: Het treffen van een voorziening wanneer een zelfstandig bestuurlijk orgaan zijn taak in ernstige mate verwaarloost.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 16

Product: Voorziening

Opmerking: Bijzondere gevallen uitgezonderd krijgt het orgaan eerst gelegenheid maatregelen ter verbetering te nemen. De minister stelt beide Kamers op de hoogte.

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (5)

328.

Handeling: Het voeren van overleg met een zelfstandig bestuurlijk orgaan in kader van het toezicht.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 8

Product: Correspondentie, toezichtbevindingen, melding van nevenfuncties

Opmerking: Het hebben of zullen aanvaarden van nevenfuncties wordt bekend door terinzagelegging bij het orgaan en bij het ministerie.

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: V 10 jaar, melding van nevenfuncties 5 jaar na einde benoeming

329.

Handeling: Het rapporteren en adviseren over het functioneren van een zelfstandig bestuurlijk orgaan.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 13, 27

Product: Advies, rapport, jaarverslag

Opmerking: In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (5)

330.

Handeling: Het verzamelen, beheren en beschikbaar stellen van gegevens over zelfstandig bestuurlijke organen van het departement.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art.14

Product: Databank

Opmerking: De informatie over taakuitvoering wordt op verzoek geleverd, maar kan door de minister ook gevorderd worden.

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: V 10 met uitzondering van V 50 broncodes

331.

Handeling: Het bijdragen aan het interdepartementaal beleid inzake het functioneren van zelfstandig bestuurlijke organen in het algemeen.

Periode: 1974–

Product: Nota’s

Opmerking: Het gaat hier om beleidsvorming in het kader van markt en overheid, de toegankelijkheid van overheidsinformatie, de kabinetsvisie op het toezicht, een geïntegreerd middelenbeheer.

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (1)

332.

Handeling: Het verslag doen aan de Staten-Generaal over het taakgericht en bedrijfsmatig functioneren van de zelfstandig bestuurlijke organen ingesteld door zijn departement.

Periode: 1974–

Grondslag: Ontwerp Kaderwet zelfstandig bestuurlijke organen, art. 32

Product: Nota’s

Opmerking: Het verslag wordt eenmaal in de vijf jaar gedaan.

In het geval er handelingen bestaan met gelijke strekking maar met specifieke wetgeving als grondslag genieten deze voorrang boven deze handeling. Een ontwerp voor een kaderwet ZBO’s is in behandeling bij de Tweede Kamer.

Waardering: B (3)

Statistische informatie

333.

Handeling: Het verzamelen en verstrekken van statistische informatie over het facilitair beheer aan de Europese Commissie.

Periode: 1990–

Product: Inkoopstatistieken

Waardering: V 5 jaar

Crisishandelingen

334.

Handeling: Het voorbereiden, (mede-)vaststellen, coördineren en evalueren van het (departementaal) beleid voor de organisatie van het bestrijden van een crisis

Periode: 1945–

Product: Crisishandboeken

Opmerking: Bijvoorbeeld een voedselveiligheidscrisis of een uitbraak van een besmettelijke dierziekte.

Let op:

  • Nationale rampen vallen onder een uitzonderlijke waardering

  • De handelingen ter bestrijding van een specifieke crisis zijn per beleidsterrein beschreven in de desbetreffende selectielijsten.

Waardering: B (1)

335.

Handeling: Het opzetten van een crisisorganisatie

Periode: 1945–

Product: (organisatie) beschikkingen

Opmerking: N.B. De handelingen ter bestrijding van een specifieke crisis zijn per beleidsterrein beschreven in de desbetreffende selectielijsten. Dit geldt ook voor de facilitaire zaken.

Waardering: B (4, 6)

Sturing algemeen

336.

Handeling: Het voorbereiden, (mede-)vaststellen, coördineren en evalueren van beleid dat meerdere beleidsterreinen van het ministerie betreft

Periode: 1945–

Opmerking: N.a.v. kabinetsplannen, ministerraadsbeslissingen, etc.

Betreft hoofdlijnen van het beleid en (heroriëntatie van) beleidsprioriteiten.

Hieronder valt tevens de toetsing van het beleid van ‘collega-directies’.

Waardering: B (1)

337.

Handeling: Het opstellen van (meerjarige) strategische visies op de departementale organisatie en taakvervulling

Periode: 1945–

Opmerking: Dit is o.a. de Strategische ondernemingsvisie (SOV)

Waardering: B (1)

338.

Handeling: Het maken van afspraken op hoofdlijnen over activiteiten die uitgevoerd zullen worden door een ander organisatieonderdeel of een instelling buiten het departement

Periode: 1945–

Bron: Supplement Handboek Jaarplancyclus Uitvoerende Diensten

Product: Kernpuntenbrief:

Kaderbrief

Waardering: B (1, 2)

339.

Handeling: Het nader uitwerken van werkafspraken tussen directies en/of diensten over de feitelijke uitvoering van de geplande activiteiten die op hoofdlijnen reeds afgesproken zijn

Periode: 1945–

Bron: Supplement Handboek Jaarplancyclus Uitvoerende Diensten

Opmerking: De neerslag van deze handeling betreft niet de neerslag van de taakuitvoering zelf.

Waardering: V 5 jaar

340.

Handeling: Het (tussentijds) monitoren en/of evalueren van werkafspraken tussen directies en/of diensten over de feitelijke uitvoering van de geplande activiteiten op hoofdlijnen

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties

Opmerking: Dit betreft o.a. rapportage over voortgang en afronding, en evaluatie.

De neerslag van deze handeling betreft niet de neerslag van de taakuitvoering zelf.

Waardering: V 5 jaar

Jaarplancyclus

341.

Handeling: Het opstellen van jaarbrieven

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties

Waardering: B (1, 5)

342.

Handeling: Het (jaarlijks) plannen en vaststellen van de werkzaamheden op departements en directieniveau

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties;

Handboek Jaarplancyclus

Product: Departementaal (contouren-), (concept-) jaarplan;

Directie (contouren-), (concept-) jaarplan;

Facultatieve voorjaarsgesprekken;

Samenvattend voorjaarsverslag van de staf

Opmerking: Komt in principe in elke hierarchische laag terug. Zie ook onderstaande handeling.

Waardering: B (1, 5)

343.

Handeling: Het (jaarlijks) plannen en vaststellen van de werkzaamheden op afdelings- en individueel niveau

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties;

Handboek Jaarplancyclus

Product: Afdelingswerkplan;

Verslag jaarplangesprek

Opmerking: Komt in principe in elke hiërarchische laag terug. Zie ook bovenstaande handeling.

Waardering: B (5) Eindversie afdelingswerkplannen

V 1 jaar overige stukken

344.

Handeling: Het ontwikkelen van instrumenten voor het opstellen van jaarplannen

Periode: 1945–

Product: Handboek jaarplancyclus

Opmerking: Sinds 1999 is er een handboek voor staf- en beleidsdirecties en één voor de uitvoerende diensten

Waardering: B (5) Eindproducten

V 10 jaar overige stukken

345.

Handeling: Het bevorderen van het gebruik van instrumenten voor het opstellen van jaarplannen

Periode: 1945–

Opmerking: Dit zijn o.m. (bij)scholingstrajecten of het instellen van een jaarplanprijs

Waardering: V 5 jaar

346.

Handeling: Het adviseren van andere directies en de ambtelijke top over de (implicaties van) de concept-jaarplannen

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties

Opmerking: Dit omvat o.a. het toetsen van concept-jaarplannen van andere directies

Waardering: B (5)

347

Handeling: Het (tussentijds) monitoren en/of evalueren van de realisering van jaarplannen

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties

Product: CCS-rapportage

Opmerking: De geplande werkzaamheden staan o.a. in afdelingswerkplannen en jaarplannen.

Tussentijds monitoren vindt plaats door middel van de CCS rapportage (ex-durante).

De CCS-rapportages van andere directies of (uitvoerende) diensten en agentschappen over de aan de directie geleverde producten of diensten kunnen ook als basis hiervoor dienen.

Waardering: B (2) Eindproducten

V 10 jaar overige stukken

348.

Handeling: Het opstellen van jaarverslagen

Periode: 1945–

Bron: Blauwdrukken AO staf- en beleidsdirecties;

Handboek Jaarplancyclus

Product: Jaarverslag;

Verslagen over de Landbouw;

Voorjaarsindex

Opmerking: Dit gebeurt op departementaal, directie en afdelingsniveau

In het kader van de jaarplancyclus zijn sinds 1993 alle directies overgegaan tot het samenstellen van jaarverslagen.

Let op VBTB: Departementaal jaarverslag wordt tevens gebruikt in het kader van de begrotingscyclus.

Waardering: B (2)

349.

Handeling: Het sluiten van een managementcontract inzake het voorgenomen beleid

Periode: 1999–

Bron: De heren A.J. Dries, A.F.M. Jansen en J.A. van der Poel, beleidsmedewerkers directie Bestuursondersteuning en Advies van het Ministerie van OCW

Product: Managementcontract, evaluatieverslagen, voortgangsrapportages

Opmerking: Deze afspraken worden gemaakt tussen de minister en de secretaris-generaal, tussen secretaris-generaal en de directeuren-generaal en tussen de directeuren-generaal en de directeuren.

Waardering: B (1)

350.

Handeling: Het opstellen van directie-/bedrijfsplannen

Bron: De heren A.J. Dries, A.F.M. Jansen en J.A. van der Poel, beleidsmedewerkers directie Bestuursondersteuning en Advies van het Ministerie van OCW

Periode: 1945–

Product: Directieplannen, bedrijfsplannen, afdelingsplannen

Waardering: B (1)

Handeling ten aanzien van ministerraadstukken

351.

Handeling: Het voeren van ministerraadoverleg en/of het voeren van overleg met onderraden/ministeriële commissies

Periode: 1945–

Opmerking: Het Ministerie van Algemene Zaken is belast met het secretariaat. Deze handeling herbergt geen (interne) beleidsvormende stukken.

Waardering: V, 20 jaar; beleidsvormende stukken B (1)

Aanschaf en beheer

131.

Handeling: Het vaststellen van de behoefte aan roerende goederen/diensten op het departement

Periode: 1945–

Grondslag: Het Rijksaankoopbeleid. Heroverweging 1984, deelrapport nr. 62, 41.

Waardering: V 5 jaar

132.

Handeling: Het sluiten van een overeenkomst inzake de levering en het onderhoud van roerende goederen en diensten

Periode: 1945–

Grondslag: Het Rijksaankoopbeleid. Heroverweging 1984, deelrapport nr. 62, 41

Waardering: V 7 jaar na einde overeenkomst

359.

Handeling vervalt

289.

Handeling: Het bepalen van tarieven voor het verstrekken van diensten van het departement

Periode: 1945–

Product: Tariefbepalingen

Waardering: V 1 jaar na wijziging

363.

Handeling vervalt.

364.

Handeling vervalt

365.

Handeling vervalt

279.

Handeling: Het bepalen dat bepaalde gegevens met betrekking tot een aanschaffing niet aan het Rijksinkoopbureau verstrekt worden uit overwegingen van staatsveiligheid

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 12.2;

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 12.2

Waardering: B (5)

280.

Handeling: Het geven van toestemming aan het Rijksinkoopbureau om gegevens met betrekking tot een aanschaffing voor inkoop-technische doeleinden te gebruiken

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 12.3

Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 12.3

Waardering: V 5 jaar

Rijksinkoopbureau

Algemene handelingen

184.

Handeling: Het beschikbaar stellen van informatie aan de Minister van Financiën ten behoeve van het voorbereiden, mede-vaststellen en evalueren van het rijksinkoopbeleid

Periode: 1945–1990

Product: Brief, nota, rapport

Waardering: V 5 jaar

Vrijstelling

231.

Handeling: Het indienen van een verzoek om vrijstelling van de verplichting om bij de aanschaffing van bepaalde goederen gebruik te maken van de diensten van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.1; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.1

Opmerking: Het verzoek wordt ingediend bij:

  • de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1945–1967);

  • de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1967–1980);

  • de Minister van Financiën (1980–1990)

Waardering: V 5 jaar

234.

Handeling: Het melden aan het Rijksinkoopbureau dat de vakminister zelfstandig goederen/diensten heeft aangeschaft

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 9.3; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 8.5; Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.4

Opmerking: Deze handeling wordt alleen verricht, indien de vakminister zelfstandig heeft aangeschaft, aannemende dat bij inschakeling van het Rijksinkoopbureau de levering niet tijdig zou kunnen plaats hebben.

Waardering: V 5 jaar

Beroep

262.

Handeling: Het bij de Minister van Financiën in beroep gaan tegen een besluit van:

  • de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (tot 1967)

  • de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (1967–1980)

Periode: 1945–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 5.1 en 10.1; Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.3 en 8.2

Waardering: V 10 jaar

265.

Handeling: Het opstellen van een gezamenlijke nota waarin een beroepszaak waarover de Minister van Financiën en de vakminister geen overeenstemming hebben bereikt, wordt voorgelegd aan de Ministerraad

Periode: 1967–1980

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 7.4

Waardering: B (5)

266.

Handeling: Het bij de Minister-president in beroep gaan tegen een besluit van de Minister van Financiën

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 8.2

Waardering: B (5)

269.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het beroep tegen een beslissing van de Commissie van Toezicht op het Rijksinkoopbureau (tot 1967)/de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1945–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB, 28 maart 1949, Stcrt. 1949/64, art. 5.3, Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art.7.4 en 8.3

Waardering: B (5)

E. Overige actoren

Vice-minister-president

60.

Handeling: Het mede-beslechten/adviseren van de Minister-president inzake het beslechten van geschillen tussen vakministers over de interdepartementale taakverdeling

Periode: 1973–

Bron: Regeringsverklaring van 28 mei 1973 (Handelingen II, 1972–1973, 15 061)

Opmerking: Belangrijke geschillen beslecht de minister-president in overleg, overige geschillen na overleg met de vice-minister-president

Waardering: B (5)

Minister van Defensie

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

197.

Handeling: Het mede-voordragen van een KB waarbij algemene bepalingen worden vastgesteld ten aanzien van de werking van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Product: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378

Waardering: B (1)

206.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake de benoeming van een vertegenwoordiger van het ministerie tot lid in de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

211.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het benoemen van een vertegenwoordiger van het ministerie tot lid van de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

213.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het vaststellen van een instructie voor de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.7

Waardering: B (5)

216.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een lid van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

227.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het beslissen of een door de Minister van Defensie aan te schaffen artikel behoort tot een categorie goederen die via het Rijksinkoopbureau aangeschaft moeten worden

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 7.2

Waardering: V 5 jaar

Minister van Economische Zaken

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

218.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een waarnemer in de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

219.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake de benoeming van vertegenwoordigers van het bedrijfsleven in de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Ministerie van Justitie

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

206.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake de benoeming van een vertegenwoordiger van het ministerie tot lid in de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

216.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een lid van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

160.

Handeling: Het benoemen van leden van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer als vertegenwoordigers van het betreffende ministerie

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

Minister van Verkeer en Waterstaat

197.

Handeling: Het mede-voordragen van een KB waarbij algemene bepalingen worden vastgesteld ten aanzien van de werking van het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Product: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378

Waardering: B (1)

206.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake de benoeming van een vertegenwoordiger van het ministerie tot lid in de Raad van Toezicht op het Rijksinkoopbureau

Periode: 1967–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 3.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

211.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het benoemen van een vertegenwoordiger van het ministerie tot lid van de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.3

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

213.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het vaststellen van een instructie voor de Contact- en Adviescommissie voor Doelmatige Aanschaffing

Periode: 1967–

Grondslag: Regeling Werking RIB 1967, 4 augustus 1967, Stb. 1967/429, art. 4.7

Waardering: B (5)

216.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een lid van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

228.

Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Financiën inzake het beslissen of een door het Staatsbedrijf der PTT aan te schaffen artikel behoort tot een categorie goederen die via het RIB aangeschaft moeten worden

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 7.2

Waardering: V 5 jaar

Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur

160.

Handeling: Het benoemen van leden van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer als vertegenwoordigers van het betreffende ministerie

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

181.

Handeling: Het evalueren van toezichtarrangementen voor een verzelfstandigde dienst van het eigen ministerie

Periode: 1999–2000

Bron: Aanbiedingsbrief bij rapport De ministeriële verantwoordelijkheid ondersteund, TK 1998–1999, 26 200 VII, nr. 48

Product: Nota, rapport

Waardering: B (2)

216.

Handeling: Het ter benoeming voordragen van een lid van de Raad van Advies inzake het Rijksinkoopbureau

Periode: 1980–1990

Grondslag: Regeling Werking RIB 1980, 28 juni 1980, Stb. 1980/378, art. 3.2

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

160.

Handeling: Het benoemen van leden van de Interdepartementale Begeleidingsgroep Zelfbeheer als vertegenwoordigers van het betreffende ministerie

Periode: 1985–1988

Grondslag: Beschikking 24 december 1985, nr. 485-5013, art. 4

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

Adviescollege

101.

Handeling: Het vaststellen van de werkwijze van het betreffende adviescollege in een reglement van orde

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 21

Waardering: B (5)

102.

Handeling Het ontwerpen van een jaarlijks werkprogramma van het betreffende adviescollege

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 26.1

Opmerking: Het ontwerp moet jaarlijks voor 1 september aan de vakminister worden gezonden.

Waardering: B (5)

105.

Handeling: Het uit eigen beweging of op verzoek uitbrengen van een advies aan de vakminister, de Eerste of de Tweede Kamer

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 17, 18

Waardering: B (1)

106.

Handeling: Het jaarlijks verslag uitbrengen van de werkzaamheden aan de vakminister

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 28.1

Waardering: B (3)

107.

Handeling: Het opstellen van een evaluatieverslag ten aanzien van de taakvervulling

Periode: 1997–

Grondslag: Kaderwet adviescolleges, 3 juli 1996, Stb. 1996/378, art. 28.2

Opmerking: Op verzoek van de vakminister, maar tenminste eens in de vier jaar

Waardering: B (2)

Naar boven