Keuringsreglement bloembollen

Geraadpleegd op 17-04-2024.
Geldend van 27-11-2005 t/m heden

Keuringsreglement bloembollen

Gelet op artikel 10, eerste lid, en sub e van de Landbouwkwaliteitswet , heeft het bestuur van de Stichting Bloembollenkeuringsdienst in haar vergadering van 25 april 2005 het navolgende reglement vastgesteld. Het reglement is goedgekeurd door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Dit reglement betreft het verloop van de keuring en het uitreiken van teken- en bewijsstukken:

Hoofdstuk I. Inleidende bepalingen

Artikel 1

  • 1 In dit reglement wordt verstaan onder:

    Besluit: Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen en snijbloemen (Stb. 1980, 632).

    BKD: Stichting Bloembollenkeuringsdienst.

    Bloembollen: bloembollen als bedoeld in artikel 1 van het besluit waarvoor krachtens artikel 2 van het besluit nadere regelen zijn gesteld.

    Plantgoed: bloembollen, bestemd voor de voortbrenging van bloembollen.

    Monsterkeuring: keuring van het voor de teelt te gebruiken plantgoed.

    Veldkeuring: keuring van het te velde of in de kas staande gewas.

    Droge keuring: keuring van geoogste bloembollen.

  • 2 Waar in dit reglement wordt gesproken over verhandelen onderscheidenlijk bedrijfsmatig vervoeren, wordt daaronder niet verstaan het verhandelen aan onderscheidenlijk het bedrijfsmatig vervoeren naar de uiteindelijke verbruiker voor zijn persoonlijke behoefte.

  • 3 Voorts wordt in dit reglement onder bedrijfsmatig vervoeren niet begrepen het bedrijfsmatig vervoeren in Nederland door de teler naar een onderdeel van zijn bedrijf.

Artikel 2

Degene die bloembollen ter keuring aanbiedt, is verplicht alle personen, die door de BKD zijn belast met de keuring, de inlichtingen omtrent zijn bedrijf en inzage van de boeken en bescheiden te geven, die redelijkerwijs van belang kunnen zijn in verband met die taak, en hen toe te staan de redelijkerwijze voor de keuring noodzakelijke controle te verrichten, waaronder het nemen van monsters en het betreden van ruimten en percelen alsmede alle gevraagde medewerking bij de controle te geven.

Artikel 3

  • 1 Bloembollen die worden geteeld dienen tijdens de teelt doch uiterlijk op door de BKD vastgestelde en gepubliceerde data voorafgaande aan de op die teelt betrekking hebbende veldkeuring op een daartoe door de BKD beschikbaar te stellen formulier te worden opgegeven aan die instelling, waarbij, per ras, de volgende gegevens moeten worden verstrekt:

    • Locatie van de percelen, waarop de teelt plaatsvindt;

    • Oppervlakte van de teelt(en);

    • Partijnummer(s) en classificatie van het voor de teelt te gebruiken of gebruikte plantgoed.

  • 2 Indien de gegevens niet of niet tijdig aan de BKD worden verstrekt, zullen hiervoor kosten in rekening worden gebracht.

Artikel 4

Degene die verantwoordelijk is voor de teelt is verplicht in ieder geval vanaf de in artikel 3 bedoelde data in voldoende mate zijn teelt of teelten te identificeren en de terzake gegeven aanwijzingen van de BKD op te volgen.

Hoofdstuk II. Keuringen

§ 1. De veldkeuring

Artikel 6

  • 1 De opgave van de veldkeuring geschiedt door middel van de in artikel 3, eerste lid, voor het betrokken gewas of ras voorgeschreven opgave van de teelt.

  • 2 Indien de in het eerste lid bedoelde opgave niet of niet overeenkomstig de voorschriften is gedaan, kan de BKD besluiten geen veldkeuring te verrichten.

Artikel 7

  • 1 Indien het te velde staande of in de kas staande gewas blijkens de veldkeuring voldoet aan de krachtens artikel 2 van het besluit gestelde vereisten worden de bloembollen goedgekeurd in de klasse, aan de vereisten waarvan is voldaan.

  • 2 Indien krachtens artikel 2 van het besluit voor het betrokken gewas of ras de identificering van de teelt of teelten is voorgeschreven, kan een onvoldoende identificering leiden tot het onthouden van de goedkeuring.

§ 2. De monsterkeuring

Artikel 8

Voor de keuring in een andere klasse dan ‘Standaard’ is, voor door de BKD aangewezen gewassen naast de veldkeuring als bedoeld in artikel 5, een monsterkeuring verplicht.

Artikel 9

  • 1 De monsterkeuring vindt slechts plaats indien een daartoe strekkende aanvraag bij de BKD is ingediend en daarbij opgave is gedaan van de classificatie van het voor de teelt te gebruiken plantgoed.

  • 2 De aanvraag dient te geschieden voor een door de BKD te bepalen datum, welke van gewas tot gewas verschillend kan zijn.

Artikel 10

  • 1 De monsterkeuring wordt verricht aan de hand van een door de BKD genomen monster.

  • 2 Indien het uitgangsmateriaal blijkens de monsterkeuring voldoet aan de krachtens artikel 2 van het besluit gestelde vereisten, worden de bloembollen goedgekeurd in de klasse, aan de vereisten waarvan is voldaan.

§ 3. De droge keuring

Artikel 11

  • 1 Onverminderd het in artikel 5 en 8 bepaalde, geschiedt voor door de BKD bepaalde gewassen de keuring door middel van een droge keuring indien het betreft:

    • a. niet ingevoerd plantgoed, dat bestemd is om te worden afgeleverd;

    • b. ingevoerd plantgoed, dat bestemd is om, na aflevering aan de importeur, in Nederland te worden afgeleverd;

    • c. niet ingevoerde bloembollen, andere dan plantgoed, die bestemd zijn om voor de eerste maal na de oogst ervan danwel na een wijziging van hun classificatie ingevolge artikel 14 te worden afgeleverd in een andere klasse dan de klasse ‘Standaard’;

    • d. de ingevoerde bloembollen, andere dan plantgoed, die bestemd zijn om voor de eerste maal na hun aflevering aan de importeur te worden afgeleverd in Nederland;

    • e. andere dan onder a, b, c en d bedoelde bloembollen, waarvoor een droge keuring is aangevraagd.

  • 2 Indien de toestand van de bloembollen, die ingevolge het eerste lid voor de eerste maal een droge keuring moeten ondergaan, daartoe aanleiding geeft, wordt die keuring uitgesteld. Zij vindt in ieder geval plaats voordat de bloembollen voor de tweede maal worden afgeleverd.

Artikel 12

  • 1 De droge keuring vindt plaats: op een zo kort mogelijke termijn doch in ieder geval binnen vier werkdagen na de daartoe strekkende, bij de BKD ingediende aanvraag.

  • 2 De bloembollen waarop de aanvraag betrekking heeft moeten zodanig worden aangeboden dat de keuring verantwoord kan worden uitgevoerd.

Artikel 13

  • 1 De BKD kan de droge keuring verrichten mede aan de hand van een door haar uit de bloembollen genomen monster.

  • 2 Indien de bloembollen blijkens de droge keuring voldoen aan de krachtens artikel 2 van het besluit gestelde vereisten, worden zij goedgekeurd in de klasse, aan de vereisten waaraan is voldaan.

§ 4. Algemene bepalingen

Artikel 14

Van bloembollen, die worden begeleid door een geldig leveringscertificaat, als bedoeld in artikel 17 eerste lid, onder b, en die niet meer dan éénmaal sinds het verstrekken van dat certificaat zijn afgeleverd, wordt de classificatie gewijzigd indien zij blijkens een nadere droge keuring voldoen aan de vereisten van een andere klasse dan waarin zij waren goedgekeurd.

Artikel 15

BKD deelt de uitslag van een keuring zo spoedig mogelijk mede aan degene die de keuring heeft aangevraagd.

Artikel 16

  • 1 Op een met redenen omklede aanvraag, die uiterlijk 48 uur na ontvangst van de in artikel 15 bedoelde uitslag door betrokkene bij de BKD moet worden ingediend, verricht de BKD een herkeuring mits daardoor de klacht kan worden onderzocht.

  • 2 Indien met betrekking tot het voorwerp van de keuring handelingen worden of zijn verricht die de herkeuring kunnen beïnvloeden, kan de herkeuring geweigerd of beëindigd worden.

  • 3 De uitslag van de herkeuring vervangt de uitslag van de keuring, waarvoor herkeuring werd aangevraagd.

Hoofdstuk III. Bewijsstukken

Artikel 17

De BKD geeft de volgende, krachtens artikel 8, eerste lid, van het besluit vastgestelde documenten af:

  • a. een certificaat, bij de goedkeuring en classificatie van bloembollen naar aanleiding van de veldkeuring;

  • b. een leveringscertificaat, bij de goedkeuring en classificatie van bloembollen alsmede de wijziging van de classificatie, elk naar aanleiding van een droge keuring als bedoeld in artikel 11, eerste lid, a, b en c;

  • c. een vervoerbewijs, bij aflevering binnen Nederland van bloembollen, andere dan plantgoed, waarvan blijkens de veldkeuring het rasonzuiverheids- en vermengingspercentage of andere afwijkingen hoger zijn dan toegestaan voor goedkeuring naar aanleiding van die keuring;

  • d. de bewijsstukken, worden vastgesteld overeenkomstig de bij deze regeling behorende modellen en afbeeldingen. Deze bewijsstukken liggen ter inzage ten kantore van de Stichting Bloembollenkeuringsdienst te Lisse.

Hoofdstuk IV. Slotbepalingen

Artikel 18

  • 1 De BKD kan onder voorwaarden ontheffing verlenen van het bepaalde in deze reglementen.

  • 2 Indien niet aan de opgelegde voorwaarden gehoor wordt gegeven, kan de ontheffing worden ingetrokken danwel in het vervolg niet meer worden verleend.

Artikel 20

  • 1 Dit reglement kan worden aangehaald als ‘Keuringsreglement bloembollen’.

  • 2 Dit reglement treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Naar boven