Besluit kinderopvangtoeslag

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 01-01-2023 t/m 07-07-2023

Besluit van 18 oktober 2004, houdende regels over de tegemoetkomingen in de kosten van kinderopvang (Besluit tegemoetkoming kosten kinderopvang)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 10 augustus 2004, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/KO/2004/54428, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Financiën en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op de artikelen 7, derde, vierde, vijfde, zesde en zevende lid, 18, 34, 94, derde lid, 95, vierde lid, van de Wet kinderopvang;

De Raad van State gehoord (advies van 9 september 2004 no. W12.04.0408/IV;

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 oktober 2004, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/KO/2004/64987, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Financiën en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Algemeen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. wet: Wet kinderopvang;

  • b. dagopvang: kinderopvang, verzorgd door een kindercentrum voor kinderen tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen;

  • c. maximum uurprijs: de maximaal voor kinderopvangtoeslag en voor tegemoetkomingen van de gemeente of het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen in aanmerking komende prijs per zestig minuten geboden kinderopvang;

  • d. kosten van kinderopvang: het aantal uren kinderopvang per kind, vermenigvuldigd met de voor die kinderopvang te betalen prijs, met inachtneming van het bedrag, bedoeld in artikel 1.7, tweede lid, van de wet;

  • e. tegenwoordige arbeid: tegenwoordige arbeid als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onder a of b, van de wet.

Artikel 1a

Indien buitenschoolse opvang wordt geboden aan kinderen die basisonderwijs volgen waarvan de dagelijkse schooltijd verschillend is:

  • a. kan voor het eindtijdstip van de buitenschoolse opvang die voor de dagelijkse schooltijd plaatsvindt, worden uitgegaan van de dagelijkse schooltijd van de kinderen van wie de basisschool als laatste begint;

  • b. kan voor het aanvangstijdstip van de buitenschoolse opvang die na schooltijd plaatsvindt, worden uitgegaan van de dagelijkse schooltijd van de kinderen van wie de basisschool als eerste eindigt.

Hoofdstuk 2. De kinderopvangtoeslag

Paragraaf 1. Algemene berekeningsfactoren

Artikel 2

De hoogte van de kinderopvangtoeslag wordt voor iedere kalendermaand afzonderlijk bepaald.

Artikel 3

  • 1 Indien meer dan één kind van een ouder gebruik maakt van kinderopvang, wordt voor de kinderopvangtoeslag onderscheid gemaakt tussen het eerste kind en de overige kinderen.

  • 2 Het kind met het hoogste aantal uren kinderopvang wordt voor de berekening van de hoogte van de kinderopvangtoeslag als eerste kind beschouwd.

  • 3 In het geval meer kinderen van een ouder een zelfde aantal uren gebruik maken van kinderopvang, wordt het kind met de hoogste kosten van kinderopvang als eerste kind beschouwd.

  • 4 In het geval meer kinderen van een ouder een zelfde aantal uren gebruik maken van kinderopvang met gelijke kosten van kinderopvang, stelt de Belastingdienst/Toeslagen vast welk kind als eerste kind moet worden beschouwd.

Artikel 4

  • 1 De maximum uurprijs bedraagt voor:

    • a. dagopvang € 8,97;

    • b. buitenschoolse opvang € 7,72; en

    • c. gastouderopvang € 6,73.

  • 2 Indien de prijs per uur kinderopvang hoger ligt dan de maximum uurprijs wordt bij de bepaling van de hoogte van de kinderopvangtoeslag per kind in plaats van de prijs per uur kinderopvang de maximum uurprijs in aanmerking genomen.

Artikel 5

De maximum uurprijs, bedoeld in artikel 4, wordt jaarlijks aangepast overeenkomstig:

  • a. 80% van de ontwikkeling van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in het voorafgaande jaar, is geraamd; en

  • b. het verschil tussen de ontwikkeling van 80% van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het voorafgaande jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in dat jaar, was geraamd en de ontwikkeling van 80% van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het voorafgaande jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in dat voorafgaande jaar, nader is geraamd.

Artikel 5a

In afwijking van artikel 5 worden voor het berekeningsjaar 2023:

Artikel 6

Voor de berekening van de kinderopvangtoeslag is de verdeling van de toetsingsinkomens in inkomensgroepen in de bij dit besluit behorende bijlage I opgenomen.

Artikel 7

De bedragen van de toetsingsinkomens van de inkomensgroepen, bedoeld in artikel 6, worden aangepast overeenkomstig de ontwikkeling van de contractlonen, zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in het voorafgaande jaar, is geraamd, waarbij onder ontwikkeling van de contractlonen wordt verstaan: het gemiddelde van de procentuele ontwikkeling van de contractlonen in de marktsector, de gepremieerde sector en de gesubsidieerde sector, en bij de overheid, zoals dit door het Centraal Planbureau wordt bekendgemaakt.

Artikel 8

  • 1 De kinderopvangtoeslag wordt uitgedrukt in een percentage van de kosten van kinderopvang.

  • 2 De percentages, bedoeld in het eerste lid, worden vermeld in bijlage I.

  • 3 Indien het toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 6, € 127.939, of meer bedraagt, ontvangt de ouder voor de kosten van de kinderopvang van het eerste kind, bedoeld in artikel 3, een kinderopvangtoeslag waarvan de hoogte 33,3 procent van die kosten betreft.

Artikel 8a

  • 2 Voor het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt uitgegaan van het aantal uren van de ouder of partner die in dat berekeningsjaar het minste aantal maanden heeft gewerkt, gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus heeft gevolgd of aanspraak heeft behouden op kinderopvangtoeslag.

Paragraaf 2. Specifieke berekeningsfactor bij kinderopvangtoeslag voor ouder zonder partner

[Vervallen per 01-01-2017]

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 22b

Voor de aanspraak op kinderopvangtoeslag in een berekeningsjaar dat voorafgaat aan het lopende jaar blijft dit besluit, zoals dat luidde op 31 december van dat berekeningsjaar, van toepassing.

Artikel 23

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad wordt geplaatst.

's-Gravenhage, 18 oktober 2004

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ,

A. J. de Geus

De Minister van Financiën ,

G. Zalm

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport , a.i.,

G. Zalm

Uitgegeven de negenentwintigste oktober 2004

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner

Bijlage I. behorende bij artikel 6 van het Besluit kinderopvangtoeslag

Kinderopvangtoeslagtabel 2023

(gezamenlijk) toetsingsinkomen (€)

Tegemoetkoming Rijk als % van de kosten van kinderopvang

vanaf

tot en met

eerste kind

volgend kind

tot en met

21.278

96,0%

96,0%

21.279

22.695

96,0%

96,0%

22.696

24.110

96,0%

96,0%

24.111

25.528

96,0%

96,0%

25.529

26.944

96,0%

96,0%

26.945

28.362

95,5%

95,6%

28.363

29.778

94,4%

95,4%

29.779

31.191

93,4%

95,2%

31.192

32.715

92,5%

95,0%

32.716

34.236

91,9%

94,9%

34.237

35.762

90,9%

94,7%

35.763

37.283

90,4%

94,5%

37.284

38.811

89,5%

94,5%

38.812

40.334

88,7%

94,5%

40.335

41.894

88,1%

94,5%

41.895

43.456

87,3%

94,5%

43.457

45.018

86,6%

94,5%

45.019

46.580

85,9%

94,5%

46.581

48.145

85,0%

94,5%

48.146

49.706

84,5%

94,5%

49.707

51.267

83,7%

94,5%

51.268

52.830

83,0%

94,5%

52.831

54.537

82,1%

94,5%

54.538

57.885

80,6%

94,5%

57.886

61.231

79,8%

94,1%

61.232

64.579

78,7%

93,5%

64.580

67.929

76,4%

93,1%

67.930

71.275

74,1%

92,8%

71.276

74.625

71,9%

92,1%

74.626

77.972

69,4%

91,6%

77.973

81.320

67,1%

91,1%

81.321

84.669

64,9%

90,4%

84.670

88.015

62,5%

89,8%

88.016

91.367

60,3%

89,4%

91.368

94.714

57,8%

89,1%

94.715

98.060

55,5%

88,4%

98.061

101.408

53,3%

88,0%

101.409

104.822

50,9%

87,5%

104.823

108.252

48,8%

86,8%

108.253

111.680

46,7%

86,3%

111.681

115.109

44,6%

85,9%

115.110

118.535

42,4%

85,6%

118.536

121.965

40,5%

84,9%

121.966

125.395

38,6%

84,3%

125.396

128.825

36,7%

83,9%

128.826

132.250

34,7%

83,3%

132.251

135.678

33,3%

82,9%

135.679

139.109

33,3%

82,2%

139.110

142.536

33,3%

81,6%

142.537

145.965

33,3%

80,6%

145.966

149.392

33,3%

80,3%

149.393

152.822

33,3%

79,5%

152.823

156.254

33,3%

78,6%

156.255

159.680

33,3%

78,0%

159.681

163.109

33,3%

77,1%

163.110

166.535

33,3%

76,6%

166.536

169.966

33,3%

75,8%

169.967

173.396

33,3%

75,1%

173.397

176.824

33,3%

74,4%

176.825

180.252

33,3%

73,4%

180.253

183.677

33,3%

72,9%

183.678

187.109

33,3%

72,2%

187.110

190.536

33,3%

71,4%

190.537

193.966

33,3%

70,7%

193.967

197.395

33,3%

70,1%

197.396

200.822

33,3%

69,3%

200.823

204.252

33,3%

68,5%

204.253

207.679

33,3%

68,0%

207.680

en hoger

33,3%

67,1%

Bijlage II. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang

[Vervallen per 01-01-2007]

Bijlage IIa. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang

[Vervallen per 01-01-2007]

Bijlage IIb. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang

[Vervallen per 01-01-2007]

Bijlage IIc. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang

[Vervallen per 01-01-2007]

Naar boven