Uitvoeringsregeling wederzijdse bijstand bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen

[Regeling vervallen per 01-01-2009.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 30-05-2003 t/m 31-12-2008

Uitvoeringsregeling wederzijdse bijstand bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen

De Staatssecretaris van Financiën,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en de Minister van Economische Zaken,

Gelet op richtlijn nr. 2002/94/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 9 december 2002 tot vaststelling van de praktische maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van sommige bepalingen van Richtlijn 76/308/EEG van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit bepaalde bijdragen, rechten en belastingen alsmede andere maatregelen (PbEG L 337) en op artikel 41 van de Wet wederzijdse bijstand bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling geeft uitvoering aan de richtlijn nr. 2002/94/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 9 december 2002 tot vaststelling van de praktische maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van sommige bepalingen van Richtlijn 76/308/EEG van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit bepaalde bijdragen, rechten en belastingen alsmede andere maatregelen (PbEG L 337) en berust op artikel 41 van de Wet wederzijdse bijstand bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Een verzoek om inlichtingen, een verzoek tot invordering of een verzoek tot het nemen van conservatoire maatregelen kan betrekking hebben op:

    • a. de schuldenaar;

    • b. elke persoon die gehouden is de schuldvordering te voldoen krachtens de wetgeving die van toepassing is in Nederland, onderscheidenlijk in de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd;

    • c. een derde houder van activa die toebehoren aan één van de in onderdelen a of b bedoelde personen.

  • 2 Een verzoek tot betekening of uitreiking van stukken heeft betrekking op elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die overeenkomstig de Nederlandse rechtsvoorschriften, onderscheidenlijk de rechtsvoorschriften in de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd, kennis dient te dragen van alle akten of beslissingen die op deze persoon betrekking hebben.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Een van een andere lidstaat ontvangen verzoek om bijstand bij invordering als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet kan betrekking hebben op meer dan een schuldvordering ten aanzien van eenzelfde persoon.

  • 2 Aan een van een andere lidstaat ontvangen verzoek om bijstand bij invordering als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet wordt geen gevolg gegeven, indien het totale bedrag van de betrokken schuldvordering of samengevoegde schuldvorderingen ter zake waarvan om bijstand wordt gevraagd, minder bedraagt dan € 1 500.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Bij betekening of uitreiking van stukken als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling B, van de wet wordt melding gemaakt van de procedure voor de betwisting van de schuldvordering of voor de invordering daarvan volgens de geldende wetgeving in de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 In een verzoek tot invordering als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling C, van de wet of in een verzoek tot het nemen van conservatoire maatregelen als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling D, van de wet wordt het bedrag van de schuldvordering waarop het verzoek betrekking heeft, uitgedrukt in euro's en, indien de munteenheid een andere is dan de euro, tevens in de munteenheid van de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd.

  • 2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op soortgelijke verzoeken als bedoeld in hoofdstuk III van de wet.

  • 3 De voor de toepassing van het eerste en tweede lid te gebruiken wisselkoers is de laatste verkoopkoers, genoteerd op de meest representatieve wisselmarkt van de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd, op de dag waarop het verzoek is ondertekend, dan wel, indien het een aanvullend verzoek betreft, de dag waarop het oorspronkelijke verzoek is ondertekend.

  • 4 Afgezien van de interest die, in voorkomend geval, door Nederland is geïnd wegens het verlenen van uitstel van betaling of het toestaan van betaling in termijnen, wordt een schuldvordering, waarvoor een verzoek tot invordering is gedaan, geacht te zijn ingevorderd voor het ingevorderde bedrag uitgedrukt in euro's, op basis van de in het derde lid bedoelde wisselkoers.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Bij een verzoek tot invordering als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling C, van de wet of in een verzoek tot het nemen van conservatoire maatregelen als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling D, van de wet worden alle schuldvorderingen die onder eenzelfde executoriale titel vallen, geacht één enkele schuldvordering te vormen.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Indien de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd, door middel van een aanvullend verzoek om bijstand bij invordering als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet te kennen heeft gegeven dat het bedrag van de schuldvordering waarop het verzoek tot invordering of tot het nemen van conservatoire maatregelen betrekking heeft, is verlaagd, wordt de ingestelde actie tot invordering of tot het nemen van conservatoire maatregelen voortgezet, maar deze actie blijft beperkt tot het nog niet betaalde bedrag.

  • 2 Indien op het tijdstip waarop de bevoegde autoriteit in Nederland op de hoogte wordt gesteld van de in het eerste lid bedoelde verlaging van het bedrag van de schuldvordering, reeds een bedrag is ingevorderd dat het nog verschuldigde bedrag overschrijdt maar dat nog niet is overgemaakt aan de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd, wordt het teveel ingevorderde bedrag aan de rechthebbende uitbetaald.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Indien de lidstaat waar de verzoekende autoriteit is gevestigd, door middel van een aanvullend verzoek om bijstand bij invordering als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet te kennen heeft gegeven dat het bedrag van de schuldvordering waarop het verzoek tot invordering of tot het nemen van conservatoire maatregelen betrekking heeft, is verhoogd, wordt de ingestelde actie tot invordering of tot het nemen van conservatoire maatregelen voortgezet met inachtneming van dit verzoek, mits samenvoeging van de vorderingen nog mogelijk is.

  • 2 Indien samenvoeging van de vorderingen niet meer mogelijk is, wordt het in het eerste lid bedoelde verzoek tot verhoging van het bedrag van de schuldvordering geacht tot dat beloop een zelfstandig verzoek te vormen met inachtneming van artikel 4, tweede lid.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling wederzijdse bijstand bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Financiën,

S.R.A. van Eijck

Naar boven