Regeling eisen aan administratie inzake zoetwatervis

[Regeling vervallen per 01-01-2009.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-01-2005 t/m 31-12-2008

Regeling eisen aan administratie inzake zoetwatervis

De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 10 a, eerste en tweede lid, en artikel 11 van het Reglement voor de binnenvisserij 1985;

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Als zoetwatervis wordt aangewezen vis behorende tot de vissoorten aal, snoekbaars, baars, snoek, zeelt, brasem, karper, ruisvoorn en blankvoorn.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Degene die zoetwatervis aanvoert, degene die in de uitoefening van een beroep of bedrijf zoetwatervis afneemt en degene die bemiddeling verleent bij het veilen van zoetwatervis zijn verplicht dagelijks een administratie bij te houden van de overdracht en de opslag van zoetwatervis.

  • 2 Degene die bemiddeling verleent bij het veilen van zoetwatervis is verplicht er voor zorg te dragen dat op of bij de op de veiling aanwezige zoetwatervis de naam van de aanvoerder is vermeld alsmede de herkomst van de zoetwatervis.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 In het geval een aanvoerder van zoetwatervis meer dan 5 kilogram zoetwatervis onder zich houdt, moet uit de administratie, bedoeld in artikel 2, blijken:

    • a. de vissoort;

    • b. per vissoort de hoeveelheid;

    • c. de plaats van opslag;

    • d. de datum van aanvoer van de zoetwatervis en de datum van verkoop;

    • e. herkomst van de zoetwatervis;

    • f. de naam van de afnemer.

  • 2 In het geval de zoetwatervis zonder bemiddeling van een veiling of visafslag wordt verkocht, moet uit de administratie van de afnemer blijken:

    • a. de vissoort;

    • b. per vissoort de hoeveelheid;

    • c. de datum van aanvoer van de zoetwatervis en de datum van verkoop;

    • d. de naam van de aanvoerder en diens woonadres;

    • e. de herkomst van de zoetwatervis.

  • 3 In het geval de zoetwatervis via de bemiddeling van een veiling ter verkoop wordt aangeboden, moet uit de administratie van de veiling blijken:

    • a. de vissoort;

    • b. per vissoort de hoeveelheid;

    • c. de naam van de aanvoerder;

    • d. de naam van de afnemer;

    • e. de datum van de aanvoer van de zoetwatervis en de datum van verkoop;

    • f. de herkomst van de zoetwatervis.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Alle bewijsstukken of bescheiden waarin de gegevens, bedoeld artikel 3, zijn vastgelegd, dienen vanaf het tijdstip van hun opstelling of verkrijging tot het tijdstip waarop drie kalenderjaren zijn verlopen, te worden bewaard.

  • 2 Op eerste vordering van een bevoegde ambtenaar van de Algemene Inspectiedienst van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit dienen de bewijsstukken of bescheiden als bedoeld in het eerste lid te worden overgelegd.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling is niet van toepassing op een inrichting waarvoor een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a of c, van de Drank- en Horecawet is vereist, of waarvan de ondernemer inschrijfplichtig is bij het Bedrijfschap Horeca en op de gespecialiseerde ondernemingen die bedrijfsmatig aan particulieren visproducten verkopen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling eisen aan administratie inzake zoetwatervis.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 24 december 2002

De

Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

,

B.J. Odink

Naar boven