Wijzigingswet Algemene wet bestuursrecht, enz. (verhoging van de opbrengst van griffierechten)

Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 01-09-1999 t/m heden

Wet van 24 december 1998 tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Beroepswet, de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, de Wet op de Raad van State, de Wet op de studiefinanciering, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en andere wetten ter verhoging van de opbrengst van de griffierechten (verhoging van de opbrengst van griffierechten)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de opbrengst van de verschillende vast rechten en griffierechten te doen verhogen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL IV

[Red: Wijzigt de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken en de Algemene wet inzake rijksbelastingen.]

ARTIKEL XV

  • 1 Indien op de dag waarop deze wet in werking treedt een vast recht verschuldigd of voldaan is, blijft hierop het oude recht van toepassing.

  • 2 Indien op de dag waarop deze wet in werking treedt tegen een besluit beroep openstaat op een administratieve rechter, blijft het oude recht op het beroep van toepassing, tenzij het betreft een beroep tegen een besluit op grond van de Huursubsidiewet.

ARTIKEL XVI

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 24 december 1998

Beatrix

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Uitgegeven de dertigste december 1998

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven