Regeling indicatie sociale werkvoorziening

[Regeling vervallen per 01-01-2005.]
Geraadpleegd op 30-03-2024.
Geldend van 01-11-1999 t/m 31-12-2004

Artikel 2. Geldigheidsduur van de indicatie en herindicatie

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Een indicatie van een betrokkene die op de wachtlijst is geplaatst heeft een geldigheidsduur van maximaal 3 jaar.

  • 2 Een herindicatie van een betrokkene die op de wachtlijst is geplaatst heeft een geldigheidsduur van maximaal 2 jaar.

  • 3 Een indicatie of herindicatie van een betrokkene die op de wachtlijst is geplaatst en vervolgens een dienstbetrekking of arbeidsovereenkomst als bedoeld in hoofdstuk 2 of 3 van de wet aanvaardt, heeft vanaf de datum van het aanvaarden van de dienstbetrekking of arbeidsovereenkomst een geldigheidsduur van maximaal 2 jaar.

  • 4 Iedere volgende herindicatie van een werknemer met wie een dienstbetrekking of arbeidsovereenkomst is aangegaan als bedoeld in hoofdstuk 2 of 3 van de wet heeft een geldigheidsduur van maximaal 3 jaar.

Artikel 3. Afwijking geldigheidsduur herindicatie

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

Het gemeentebestuur kan aan de hand van door hem vast te stellen criteria voor categorieën van geïndiceerden termijnen vaststellen die afwijken van artikel 2, vierde lid, mits:

  • a. zij een daartoe strekkend onderzoeksplan hebben opgesteld;

  • b. de termijn voor geen enkele geïndiceerde meer bedraagt dan 5 jaar.

Artikel 4. Leden van de commissie

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Het gemeentebestuur benoemt de leden en de plaatsvervangend leden van de commissie.

  • 2 Naast de in de wet en het besluit genoemde deskundigen kan het gemeentebestuur ten hoogste drie andere deskundige leden en plaatsvervangend deskundige leden van de commissie benoemen.

Artikel 5. Incompatibiliteiten

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 2 Een lid van de commissie laat zich vervangen door een plaatsvervangend lid met dezelfde deskundigheid, indien zijn betrekkingen met de aanvrager, de gemeente of de door de gemeente aangewezen rechtspersoon of ingeschakelde begeleidingsorganisatie een onafhankelijk oordeel bij de besluitvorming in de weg staat. Hiervan is in ieder geval sprake indien een lid van de commissie betrokken is bij de behandeling of begeleiding van de aanvrager of daarbij betrokken is geweest in de twee jaar voorafgaande aan de aanvraag.

Artikel 6. Deskundigen

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Een arts als bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet, beschikt over voldoende deskundigheid indien hij is ingeschreven in het register van Sociaal Geneeskundigen, tak arbeids- en bedrijfsgeneeskunde, dan wel tak verzekeringsgeneeskunde of het register sociale geneeskunde, hoofdstroom arbeid en gezondheid, van de Sociaal-Geneeskundige Registratiecommissie van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering van de Geneeskunst.

  • 2 Een psycholoog, als bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet, beschikt over voldoende deskundigheid indien hij staat ingeschreven als Psycholoog NIP in het register van het Nederlands Instituut van Psychologen, dan wel als gezondheidszorgpsycholoog in het register bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, en indien hij beschikt over gerichte kennis en ervaring op het gebied van psychodiagnostiek.

  • 3 Een arbeidskundige als bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet beschikt over voldoende deskundigheid indien hij in het bezit is van een getuigschrift van een op grond van de Wet op het Hoger Beroepsonderwijs bekostigde Technische Hogeschool alsmede een applicatiecursus VOA-3 van VOA, Vereniging voor bedrijfskunde te Woerden en ervaring in proces- en arbeidsanalyse.

  • 4 Een arbeidsmarktdeskundige, als bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet beschikt over voldoende deskundigheid indien hij in het bezit zijn van een getuigschrift van een op grond van de Wet op het Hoger Beroepsonderwijs bekostigde Sociale Academie, richting arbeidsmarktpolitiek/personeelsbeleid alsmede van kennis en ervaring op het gebied van de arbeidsmarkt in de betreffende regio.

  • 5 Een jurist, als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van het besluit beschikt over voldoende deskundigheid indien hij in het bezit is van een getuigschrift van een met goed gevolg afgelegd doctoraal examen Nederlands recht.

  • 6 Het gemeentebestuur kan in afwijking van het derde, vierde en vijfde lid, deskundigen benoemen die naar zijn oordeel beschikken over een aan de in die leden genoemde kwalificatie-eisen gelijk te stellen combinatie van opleiding en ervaring.

Artikel 7. Ambtelijke functionarissen

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

Indien de commissie wordt ondersteund door één of meer ambtelijke functionarissen worden de werkzaamheden van deze functionarissen vastgelegd in een afzonderlijke functiebeschrijving.

Artikel 8. Standpuntbepaling van de commissie

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Over de uit te brengen adviezen wordt niet besloten dan in aanwezigheid van de leden of plaatsvervangend leden van elke deskundigheid genoemd in artikel 12, tweede lid, van de wet.

  • 2 Over de uit te brengen adviezen bedoeld in artikel 6, derde lid, van de wet wordt niet besloten dan in aanwezigheid van de leden of plaatsvervangend leden van elke deskundigheid genoemd in artikel 12, tweede lid, van de wet en van artikel 9, tweede lid, van het besluit.

Artikel 9. Kwaliteitszorgsysteem

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Het gemeentebestuur stelt een kwaliteitszorgsysteem vast, op basis waarvan de kwaliteit van het proces van indicatie wordt getoetst.

  • 2 Het kwaliteitszorgsysteem, bedoeld in het eerste lid, bevat ten minste:

    • a. de beschrijving van het in het eerste lid genoemde proces, de processtappen en bijbehorende procedures;

    • b. procedures en instructies voor kwaliteitsborging en kwaliteitsverbetering van het in het eerste lid genoemde proces;

    • c. de methode waarmee de werking van de onder a en b genoemde elementen intern en extern periodiek getoetst worden.

  • 3 Tot het kwaliteitszorgsysteem, bedoeld in het eerste lid, behoren voorts:

    • a. het besluit van de gemeenteraad, bedoeld in artikel 10, eerste lid, van het besluit;

    • b. het intakeprofiel, bedoeld in artikel 3, derde lid, van het besluit juncto artikel 10 van deze regeling;

    • c. de deskundigheidsbevordering van functionarissen, die zijn betrokken bij het proces van indicatie.

Artikel 10. Intakeprofiel en functieniveau

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

  • 1 Het intakeprofiel, bedoeld in artikel 3, derde lid, van het besluit voldoet aan bijlage I bij deze regeling.

  • 2 Het functieniveau bedoeld in artikel 6, derde lid, onder d, van het besluit wordt vastgesteld op B2, volgens de functievoorbeelden sociale werkvoorziening die als bijlage bij het in het eerste lid bedoelde intakeprofiel zijn opgenomen.

Artikel 11. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het Besluit indicatie sociale werkvoorziening in werking treedt.

Artikel 12. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2005]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling indicatie sociale werkvoorziening.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 29 oktober 1997

De

Minister

voornoemd,

A.P.W. Melkert

Naar boven