Een verzoek tot aanwezigheid van ambtenaren van het ene land bij een onderzoek op
het grondgebied van één van de andere landen wordt slechts gedaan in gevallen waarin
er gegronde aanwijzingen zijn dat sprake is van belastingontduiking of belastingontgaan
van beduidende omvang, waarbij de complexiteit van de zaak, al dan niet in samenhang
met dreigende termijnoverschrijding, een dergelijke aanwezigheid wenselijk maakt.
Toepassing van deze regeling in andere dan de bovenomschreven gevallen is slechts
mogelijk nadat de bevoegde autoriteiten hierover overeenstemming hebben bereikt.
Het verzoek tot aanwezigheid van een ambtenaar wordt schriftelijk gedaan en maakt
deel uit van een verzoek om een bepaald onderzoek in te stellen.
Het verzoek bevat een motivering voor de verlangde aanwezigheid en vermeldt de stappen
welke het verzoekende land heeft ondernomen om de gewenste informatie te verkrijgen.
Het verzoekende land zal in gelijksoortige gevallen ambtenaren van het aangezochte
land toelaten.
Het onderzoek wordt verricht door ambtenaren van het aangezochte land. De bezoekende
ambtenaren zijn bevoegd aanwezig te zijn bij een onderzoek ingesteld ter voldoening
aan een gedaan verzoek om inlichtingen.
De bezoekende ambtenaren zijn slechts aanwezig bij die onderdelen van het onderzoek
in het aangezochte land die voor het onderzoek in het verzoekende land van belang
zijn.
Aan de bezoekende ambtenaren wordt, met inachtneming van artikel 38, tweede lid, van de Belastingregeling voor het Koninkrijk, op verzoek inzage verstrekt van bescheiden, die in het kader van het onderzoek in
het verzoekende land van belang zijn. Desgevraagd verstrekken de bevoegde autoriteiten
van het aangezochte land kopieën dan wel afschriften van de door de bezoekende ambtenaren
geïdentificeerde bescheiden aan de verzoekende bevoegde autoriteiten.
Het verzoekende land zal de tijdens het onderzoek verkregen informatie door zijn ambtenaren
niet gebruiken voordat deze door het aangezochte land is verstrekt.
Ambtenaren die aanwezig zullen zijn op het grondgebied van een ander land worden expliciet
daartoe aangewezen en moeten zijn voorzien van een offici-ele machtiging waaruit blijkt
dat zij optreden namens het verzoekende land.
De ambtenaren die aanwezig zijn op het grondgebied van een ander land op grond van
deze regeling, genieten dezelfde bescherming en bijstand als die welke de wettelijke
voorschriften van het land waar zij optreden toekennen aan de ambtenaren van het land
zelf. Met betrekking tot eventuele strafbare feiten die ten aanzien van die ambtenaren
zouden worden begaan of die zij zelf mochten begaan staan zij gelijk met de ambtenaren
van het land waar zij zich bevinden.
In alle gevallen moeten de ambtenaren hun ambtelijke kwaliteit kunnen aantonen door
middel van een akte van aanstelling of een ander legitimatiebewijs, dat hun door de
dienst waartoe zij behoren is verstrekt.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend
op die waarin zij is afgekondigd.
Deze regeling kan worden aangehaald als: Gezamenlijke regeling aanwezigheid van ambtenaren
bij onderzoek in een ander land van het Koninkrijk.
Deze regeling zal in de Nederlandse Staatscourant, de Curaçaosche Courant en de Landscourant
van Aruba worden geplaatst.