Instellingsbesluit Justitie Emancipatie Stuurgroep

Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-09-1994 t/m heden

Instellingsbesluit Justitie Emancipatie Stuurgroep

De Minister van Justitie

Overwegende dat bij besluit van 6 maart 1979 een Contactgroep Justitie Emancipatie Stimulering (JES) is ingesteld, verder te noemen de contactgroep;

Overwegende dat een actieve en samenhangende ontwikkeling van het emancipatiebeleid het wenselijk maakt dat de contactgroep wordt vervangen door een Justitie Emancipatie Stuurgroep, die als doelstelling heeft te komen tot een geïntegreerd emancipatiebeleid van het ministerie van Justitie;

Besluit:

Artikel 3. Taak

De stuurgroep heeft tot taak:

  • a. het stimuleren van en het adviseren over het emancipatiebeleid van het ministerie;

  • b. het begeleiden van de invoering van richtlijnen op emancipatiegebied;

  • c. het volgen van de verwezenlijking van het emancipatiebeleid van het ministerie;

  • d. het stimuleren van het ontstaan van een klimaat waarbinnen een ieder, ongeacht geslacht, optimaal kan functioneren;

  • e. het bijdragen aan de bewustwording van factoren, die vrouwen kunnen belemmeren in de uitoefening van hun functie en hun loopbaanontwikkeling en het streven naar het wegnemen van die factoren;

  • f. het bewaken van eenduidigheid en samenhang in beleid en regelgeving waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke positie van vrouwen;

Artikel 4

Omtrent het in artikel 3 genoemde adviseert de stuurgroep aan de Minister of de Staatssecretaris, door tussenkomst van de Secretaris-Generaal, alsmede aan de Secretaris-Generaal en aan het Hoofd Centrale Directie Personeelszaken of het Hoofd van een der overige beleids- respectievelijk beheersdirecties binnen het ministerie;

Artikel 5. Samenstelling en benoeming

  • 1 Op voordracht van de voorzitter van de stuurgroep wordt door directies dan wel zelfstandige dienstonderdelen van het ministerie een lid en een plaatsvervangend lid aangewezen. Het aan te wijzen lid of plaatsvervangend lid dient affiniteit met de emancipatie van vrouwen te hebben. Daarnaast dient het aan te wijzen lid of plaatsvervangend lid in staat te zijn emancipatie- en departementale beleidsdoelstellingen te integreren.

  • 2 De vertegenwoordiger van het ministerie in de Interdepartementale Coördinatiecommissie Emancipatiebeleid, of diens plaatsvervanger, is tevens lid van de stuurgroep.

  • 3 Op uitnodiging van de stuurgroep kunnen vertegenwoordigers van de onder artikel 5.1. genoemde diensten aan de vergadering van de stuurgroep deelnemen.

  • 4 De voorzitter, de secretaris en de leden worden benoemd door de Secretaris-Generaal.

Artikel 6. Werkwijze

  • 1 De stuurgroep stelt uit haar leden een dagelijks bestuur samen, bestaande uit de voorzitter, de secretaris en drie leden.

  • 2 De stuurgroep kan ter uitvoering van haar taak werkgroepen instellen. Een werkgroep kan permanent dan wel voor een bepaald onderwerp worden ingesteld. De stuurgroep kan, na verkregen instemming van het verantwoordelijke hoofd van dienst, personen die geen lid zijn uitnodigen in een werkgroep zitting te nemen.

  • 3 De stuurgroep bereidt met de vertegenwoordiger van het departement in de Interdepartementale Coördinatiecommissie Emancipatiebeleid de onderwerpen die in die commissie aan de orde komen voor, voor zover deze onderwerpen de doelstelling en taak van de stuurgroep raken.

  • 4 De stuurgroep vergadert tenminste viermaal per jaar. Het dagelijks bestuur en de werkgroepen vergaderen zo vaak als voor een goede taakuitoefening nodig is.

Artikel 7. Jaarplan, begroting en verslag

De stuurgroep stelt jaarlijks een werkprogramma op. Daarin wordt opgenomen de bestemming van de emancipatiegelden die onder beheer van de stuurgroep vallen alsmede een plan van haar activititeiten en de daarvoor benodigde gelden.

Artikel 8

De stuurgroep brengt jaarlijks een verslag van haar werkzaamheden uit aan de Secretaris-Generaal. Een afschrift wordt, door tussenkomst van de Secretaris-Generaal, verzonden aan de Minister en de Staatssecretaris. Dit verslag is openbaar.

Artikel 9. Adviezen

Op verzoek van de voorzitter van de stuurgroep zullen de in artikel 4 genoemde functionarissen aan wie advies is uitgebracht hun reactie daarop kenbaar maken aan de voorzitter. Als het advies en de reactie een bredere beleidsrelevantie hebben, dan kan de voorzitter samen met de betrokken functionaris bezien of deze voor publikatie vatbaar is.

Den Haag, 11 augustus 1994

De

Minister

van Justitie,
Voor deze,
De

secretaris-generaal

,

J. J. H. Suyver

Naar boven