Mandaatregeling 1992 SG-diensthoofden

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 06-03-1992 t/m 31-10-2013

Mandaatregeling 1992 SG-diensthoofden

De Secretaris-Generaal van Defensie,

Gelet op artikel 4 van de Algemene mandaatregeling Defensie 1992;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. ministerie:

het ministerie van Defensie;

b. bewindslieden:

de minister en de staatssecretaris van Defensie;

c. beslissing:

een beslissing met rechtsgevolgen die wordt toegerekend aan de Staat der Nederlanden of aan een bewindspersoon;

d. stuk:

een stuk dat een beslissing inhoudt, dan wel een ander stuk dat wordt toegerekend aan een bewindspersoon;

e. dienstonderdeel:

een onderdeel van het ministerie als bedoeld in artikel 2, onderdelen b tot en met j, van het Algemeen organisatiebesluit Defensie 1992;

f. diensthoofd:

degene die bij het Algemeen organisatiebesluit Defensie 1992 is belast met de leiding van een dienstonderdeel van het ministerie;

g. (sub)mandaat:

de bevoegdheid om namens een bewindspersoon, onder diens verantwoordelijkheid en met inachtneming van diens aanwijzingen en richtlijnen, beslissingen te nemen en stukken vast te stellen en te ondertekenen;

h. mandans:

degene die (sub-)mandaat verleent;

i. mandataris:

degene aan wie (sub-)mandaat is verleend.

Artikel 2. Mandaat diensthoofd

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

  • 2 Het diensthoofd kan zijn mandaat in een daarbij door hem te bepalen omvang doormandateren aan:

    • a. een plaatsvervangend diensthoofd;

    • b. een hoofd van een onder hem resorterend organisatie-eenheid;

    • c. een andere onder hem ressorterende functionaris.

Artikel 3. Uitsluiting van mandaatverlening

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

Deze regeling is niet van toepassing op:

  • a. beslissingen en stukken inzake bezwaren tegen beslissingen die door de secretaris-generaal of namens deze door een door hem aangewezen functionaris zijn genomen;

  • b. stukken, bestemd voor de Nationale ombudsman;

  • c. voordrachten voor onderscheidingen.

Artikel 4. Submandaat

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

  • 1 De verlening van mandaat geschiedt slechts bij een schriftelijke beslissing. Een beslissing tot het verlenen van mandaat wordt aan de secretaris-generaal gezonden.

  • 2 Een beslissing tot het verlenen van mandaat kan door de secretaris-generaal ongedaan worden gemaakt, indien hij van mening is, dat in redelijkheid niet tot de verlening van het mandaat kon worden beslist, dan wel dat het mandaat in redelijkheid niet kan worden gehandhaafd.

  • 3 Het diensthoofd draagt er zorg voor dat een register wordt aangehouden van de functionarissen binnen het dienstonderdeel die op basis van mandaat beslissingen kunnen nemen en stukken kunnen vaststellen en ondertekenen en van de inhoud van hun mandaat.

Artikel 5. Plaatsvervanging

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

Bij afwezigheid of verhindering van een mandataris treedt diens plaatsvervanger voor de duur van de afwezigheid of verhindering in diens plaats, behoudens ten aanzien van de bevoegdheid tot het verlenen van een mandaat of tot het wijzigen van een verleend mandaat.

Artikel 6. Regelen en instructies

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

  • 1 De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden geschiedt met inachtneming van de voor de burgerlijke rijksdienst en de voor het ministerie geldende beleids- en uitvoeringsregels.

  • 2 Aan de uitoefening van de door middel van mandaat verleende bevoegdheden kunnen door de mandans nadere regelen worden gesteld en instructies worden verbonden.

  • 3 De mandataris is gehouden de gestelde regelen en instructies op te volgen.

Artikel 7. Zelfbeslissingsrecht mandans

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

De mandans is te allen tijde bevoegd de op basis van mandaat verleende bevoegdheden zelf uit te oefenen.

Artikel 8. Voorleggen ter beslissing aan mandans

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

De mandataris maakt geen gebruik van een aan hem verleend mandaat in de gevallen waarin hij van mening is dat de mandans een beslissing dient te nemen of een stuk dient vast te stellen en te ondertekenen.

Artikel 9. Overleg- en medeparaafprocedures

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

De mandataris is gehouden erop toe te zien dat de binnen het ministerie geldende overleg- en medeparaaf-procedures in acht zijn genomen alvorens een beslissing te nemen en stukken vast te stellen en te ondertekenen.

Artikel 10. Ondertekening

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

De mandataris is gehouden in de ondertekening van stukken die op basis van mandaat worden ondertekend, het mandaat tot uitdrukking te brengen door opneming van de volgende formule:

De Minister/Staatssecretaris van Defensie

Voor deze.

Functie van de betrokken mandataris.

Handtekening van de betrokken mandataris

Naam van de mandataris.

Artikel 11. Toezicht door de mandans

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

  • 1 Het toezicht op de naleving door de diensthoofden van deze mandaatregeling wordt uitgeoefend door de secretaris-generaal.

  • 2 De diensthoofden zijn gehouden toe te zien op de naleving van de door hen vastgestelde mandaatregelingen.

Artikel 12. Overgangsbepaling

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

Beslissingen tot het verlenen van mandaat of delegatie, onder welke benaming of in welke vorm ook, genomen vóór de datum van ondertekening van deze regeling, worden geacht te zijn genomen op grond van deze regeling. Zij blijven van kracht tot uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze regeling.

Artikel 13. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de datum van ondertekening en werkt terug tot en met 1 januari 1992.

Artikel 14. Citeertitel

[Regeling vervallen per 12-11-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-11-2013]

Deze regeling kan worden aangehaald als: Mandaatregeling 1992 SG-diensthoofden

Deze regeling zal met bijbehorende toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Afschriften van deze regeling worden verzonden volgens bijgevoegde verzendlijst.

's-Gravenhage, 24 februari 1992

De

Secretaris-Generaal,

M. Patijn

Naar boven