Rijkswet houdende machtiging tot deelneming door het Koninkrijk der Nederlanden in [...] middelen van de Internationale Ontwikkelings Associatie

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-1992 t/m heden

Rijkswet van 19 december 1991, houdende machtiging tot deelneming door het Koninkrijk der Nederlanden in de negende aanvulling van middelen van de Internationale Ontwikkelings Associatie (IDA)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat het Koninkrijk der Nederlanden, naar aanleiding van resolutie no. 150 d.d. 8 mei 1990 van de Raad van Gouverneurs van de Internationale Ontwikkelings Associatie, deelneemt in de negende aanvulling van middelen van de Internationale Ontwikkelings Associatie;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd om het nodige te verrichten, opdat het Koninkrijk der Nederlanden deelneemt in de negende middelenaanvulling van de Internationale Ontwikkelings Associatie voor een totaal bedrag van SDR 385.410.000 tegen de koers op het moment van betaling, een en ander overeenkomstig artikel III, sectie 1, van de overeenkomst betreffende de Internationale Ontwikkelings Associatie (Trb. 1960, 142).

Artikel 2

Deze Rijkswet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad en in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen en in het Afkondigingsblad van Aruba zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 19 december 1991

Beatrix

De Minister van Financiën,

W. Kok

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

J. P. Pronk

De Minister van Buitenlandse Zaken a.i.,

R. F. M. Lubbers

Uitgegeven de eenendertigste december 1991

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven