Wijzigingswet Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag

[Regeling vervallen per 10-05-2006.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 29-11-1991 t/m 09-05-2006

Wet van 14 november 1991, tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en van een aantal sociale zekerheidswetten, houdende vaststelling van een stelsel van koppeling van minimumloon en uitkeringen aan de loonontwikkeling met de mogelijkheid tot afwijking

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de aanpassing van het minimumloon en van de uitkeringen krachtens een aantal sociale zekerheidswetten neer te leggen in een stelsel waarin koppeling aan de loonontwikkeling is vastgelegd, met de mogelijkheid daarvan in bij de wet omschreven omstandigheden af te wijken;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

[Regeling vervallen per 10-05-2006]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel II

[Regeling vervallen per 10-05-2006]

  • 2 Indien voor de eerste maal toepassing aan artikel 14 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, zoals dat ingevolge deze wet komt te luiden, wordt gegeven per 1 juli en deze toepassing niet het vijfde lid betreft, vindt deze herziening plaats overeenkomstig het verschil tussen de herziening die per 1 januari daaraan voorafgaand heeft plaatsgevonden en de ontwikkeling van contractlonen zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in dat jaar, wordt geraamd.

  • 3 Indien de eerste toepassing van artikel 14 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag na de inwerkingtreding van deze wet, niet de toepassing van het vijfde lid van genoemd artikel betreft, kan Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, voor zover deze eerste toepassing er toe zou leiden dat de herziening van het bedrag, genoemd in artikel 8, eerste lid, onder a, van de genoemde wet, gerekend over het betrokken jaar, hoger is dan de ontwikkeling van de contractlonen zoals deze blijkens bekendmaking in de Macro-Economische Verkenningen onderscheidenlijk in het Centraal Economisch Plan voor hetzelfde jaar wordt geraamd, bedoelde herziening, in afwijking van artikel 14, eerste en tweede lid, van die wet, naar evenredigheid lager vaststellen.

Artikel III

[Regeling vervallen per 10-05-2006]

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 14 november 1991

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

B. de Vries

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

E. ter Veld

Uitgegeven de achtentwintigste november 1991

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven