Beschikking terugbetaling ingehouden medeverantwoordelijksheidsheffing granen

[Regeling vervallen per 24-01-2004.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 08-04-1989 t/m 23-01-2004

Beschikking terugbetaling ingehouden medeverantwoordelijkheidsheffing granen

De minister van Landbouw en Visserij,

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3779/88 (PbEG nr. L 332) ter uitvoering van het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 29 juni 1988 in de zaak 300/86 regelen zijn gesteld op grond waarvan aan graanproducenten de ingehouden medeverantwoordelijkheidsheffing dient te worden terugbetaald, indien zij het graan ten behoeve van het gebruik op het eigen bedrijf door derden hebben laten verwerken. Dat ter uitvoering van deze verordening regelen dienen te worden gesteld;

Gelet op de artikelen 13, 23, 27 en 28 van de Landbouwwet (Stb. 1957, 342);

Gehoord het Landbouwschap en het Hoofdproduktschap voor Akkerbouwprodukten;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

Voor de toepassing van deze beschikking wordt verstaan onder:

minister:

minister van Landbouw en Visserij;

verordening:

Verordening (EEG) nr. 2727/75 (PbEG nr. L 281);

granen:

granen als bedoeld in artikel 1, onderdelen a en b, van de verordening;

graanproducent:

teler van granen;

medeverantwoordelijkheidsheffing:

de heffing die verschuldigd is op basis van de Beschikking medeverantwoordelijkheidsheffing granen (Stcrt. 1986, 123) alsmede op basis van de Beschikking medeverantwoordelijkheidsheffing granen 1988 (Stcrt. 1988, 124);

directeur:

de directeur Uitvoering Regelingen;

Landbouwbedrijf:

een onderneming waar bedrijfsmatig de landbouw wordt uitgeoefend;

DBH:

de districtsbureauhouder van het ministerie van Landbouw en Visserij in wiens werkgebied het bedrijf van de graanproducent is gelegen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

Overeenkomstig de bepalingen van de verordening wordt de ingehouden medeverantwoordelijkheidsheffing terugbetaald aan graanproducenten die graan in de periode tussen 30 juni 1986 en 27 juli 1988 ten behoeve van het gebruik op het eigen landbouwbedrijf door derden hebben laten verwerken, voor zover de ingehouden medeverantwoordelijkheidsheffing niet is gecompenseerd door steun in het kader van de Beschikking Steunverlening kleine graanproducenten (Stcrt. 1987, 104).

Artikel 3

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 Graanproducenten die in aanmerking komen voor de terugbetaling dienen daartoe vóór 30 april 1989 een aanvraag in bij de DBH op een daartoe voorgeschreven formulier dat bij de DBH verkrijgbaar is.

  • 2 Op het formulier dient in ieder geval te worden aangegeven:

    • -

      de hoeveelheden en soorten granen die op het bedrijf van de graanproducent zijn geproduceerd en verbruikt;

    • -

      de termijn waarin de verwerking van de genoemde hoeveelheden graan heeft plaatsgevonden;

    • -

      de betrokken bedragen alsmede de datum waarop de inning heeft plaatsgevonden;

    • -

      de naam en het adres van de verwerker.

  • 3 de aanvraag dient vergezeld te gaan van daartoe strekkende bewijsstukken, daaronder begrepen nota's van de verwerking van granen bij derden.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 De DBH legt een aanvraag als bedoeld in artikel 3, eerste lid, zo nodig vergezeld van zijn advies, voor aan de directeur.

  • 2 De directeur beslist namens de minister op de aanvraag.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

De aanvraag is niet-ontvankelijk indien het bepaalde in artikel 3, eerste, tweede en derde lid niet in acht is genomen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 Tegen de beschikking van de directeur genomen op grond van artikel 4, tweede lid, kan de natuurlijke of rechtspersoon, die door die beslissing rechtstreeks in zijn belang is getroffen een bezwaarschrift indienen bij de minister.

  • 2 De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt 30 dagen.

  • 3 De termijn vangt aan met ingang van de dag na die waarop de beschikking van de directeur is verzonden of uitgereikt.

  • 4 Ten aanzien van een na afloop van de termijn ingediend bezwaarschrift blijft niet-ontvankelijkheidsverklaring op die grond achterwege indien de betrokkene aantoont dat hij het geschrift heeft ingediend zo spoedig als dit redelijkerwijs verlangd kon worden.

  • 5 Het bezwaar schorst niet de werking van de beschikking van de directeur waartegen het gericht is.

  • 6 Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

    • a. naam en adres van de indiener;

    • b. dagtekening van het bezwaarschrift;

    • c. een omschrijving, met vermelding van kenmerk en datum, van de beschikking waartegen het bezwaar zich richt, zo mogelijk door medezending van een kopie van de beschikking.

    • d. de gronden voor het bezwaar.

  • 7 Indien niet is voldaan aan het bepaalde in het zesde lid kan het bezwaarschrift niet-ontvankelijk worden verklaard mits de indiener de gelegenheid heeft gehad binnen een door of vanwege de minister gestelde termijn het verzuim te herstellen.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 Deze beschikking kan worden aangehaald als ‘Beschikking terugbetaling ingehouden medeverantwoordelijksheidsheffing granen’.

  • 2 Zij treedt in werking met ingang van de dag na die van haar bekendmaking in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 4 april 1989

De

minister

van Landbouw en Visserij,

Voor deze,

De

secretaris-generaal

,

T. H. J. Joustra

Naar boven