Besluit bescherming oorspronkelijke topografieën van halfgeleiderprodukten

Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m heden

Besluit van 23 juli 1987, tot uitvoering van de wet houdende regelen inzake de bescherming van oorspronkelijke topografieën van halfgeleiderprodukten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 1 juni 1987, Stafafdeling Wetgeving Privaatrecht, nr. 212/687, gedaan mede namens Onze Minister van Economische Zaken;

Gelet op de artikelen 8, 9, 10, 11 en 23 van de Wet houdende regelen inzake de bescherming van oorspronkelijke topografieën van halfgeleiderprodukten;

De Raad van State gehoord (advies van 29 juni 1987, nr. W03.87.0239);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 9 juli 1987, Stafafdeling Wetgeving Privaatrecht, nr. 281/687, uitgebracht mede namens Onze Minister van Economische Zaken

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk I. Het depot

Artikel 2

  • 1 Het depot van een topografie van een halfgeleiderprodukt geschiedt door de indiening in drievoud van een geschrift bij het Bureau.

  • 2 Het geschrift bevat de gegevens, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet. De aanduiding van de topografie bestaat uit de benaming en een functionele omschrijving van de topografie in niet meer dan 15 woorden.

  • 3 De deposant dient voor het depot een formulier te gebruiken, waarvan het model wordt vastgesteld door het Bureau.

Artikel 3

  • 1 Tekeningen en afbeeldingen van de topografie worden in tweevoud ingediend.

  • 2 Indien de deposant aangeeft dat delen van de tekeningen of afbeeldingen bedrijfsgeheimen bevatten en niet ter kennis van derden kunnen worden gebracht, dient hij naast de volledige tekeningen of afbeeldingen van de topografie, exemplaren van de tekeningen of afbeeldingen over te leggen waarop deze delen zijn afgedekt en als zodanig zijn aangeduid.

  • 3 Afbeeldingen van de topografie dienen fotografisch of grafisch van aard te zijn.

  • 4 Tekeningen en afbeeldingen van de topografie dienen zodanig duidelijk te zijn dat bij inzage daarvan de topografie herkenbaar is.

  • 5 Tekeningen of afbeeldingen moeten, al dan niet in gevouwen toestand, op formaat A4 (210 * 297 mm), dan wel in opgerolde toestand met een lengte van ten hoogste 1 100 mm en een diameter van ten hoogste 99 mm worden ingediend.

Hoofdstuk II. Inschrijving

Artikel 4

Het depot wordt door het Bureau ingeschreven in het door het Bureau te houden register door vermelding van:

  • a. de datum waarop het geschrift, bedoeld in artikel 2, is ingediend bij het Bureau;

  • b. het volgnummer en de dagtekening van de inschrijving van het depot;

  • c. de in artikel 8, eerste lid, van de Wet bedoelde gegevens;

  • d. naam, adres en woonplaats van de gemachtigde of het correspondentie-adres;

  • e. de afdekking, in voorkomend geval, van bepaalde delen van tekeningen of afbeeldingen van de topografie;

  • f. de overlegging, in voorkomend geval, van een exemplaar van het halfgeleiderprodukt;

  • g. het kalenderjaar waarin de topografie voor de eerste maal is geëxploiteerd, indien dit reeds heeft plaatsgevonden.

Artikel 5

  • 1 Naast het depot worden voorts in het register ingeschreven:

    • a. de naams- of adreswijziging van de deposant en de wijziging van het correspondentie-adres;

    • b. de naams- of adreswijziging van de gemachtigde;

    • c. de naams- of adreswijziging van de maker, indien hij een ander is dan de deposant;

    • d. de overgang of de overdracht van het uitsluitend recht op een topografie;

    • e. de licentieverlening.

  • 2 De inschrijving geschiedt door vermelding van de aard en het onderwerp van het stuk, de datum van de indiening van het stuk, alsmede de naam, het adres en de woonplaats van degene, die het stuk heeft ingediend.

Artikel 6

  • 1 Ieder verzoek tot wijziging of doorhaling van een inschrijving in het register dient in drievoud aan het Bureau te worden gericht en het nummer van de inschrijving, de naam en het adres van de houder van de topografie te vermelden.

  • 2 Het uittreksel van de akte waaruit de overdracht of licentie als bedoeld in artikel 14 van de wet blijkt, dient genoegzaam voor eensluidend gewaarmerkt te zijn.

  • 3 De doorhaling van een inschrijving, ingevolge een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan, wordt ambtshalve of op verzoek van de meest gerede partij verricht.

Artikel 7

Het Bureau zendt de houder en degene die het stuk heeft ingediend, indien hij een ander is dan de houder, onverwijld een bewijs van inschrijving toe.

Hoofdstuk III. Administratieve bepalingen

Artikel 8

  • 1 Alle aan het Bureau over te leggen stukken moeten duidelijk leesbaar in het Nederlands zijn gesteld.

  • 2 De aan het Bureau over te leggen stukken kunnen per telex of soortgelijk communicatiemiddel dat een gedrukt of geschreven document voortbrengt, worden verzonden. Een aldus verzonden document wordt geacht te zijn ingediend in de vereiste vorm op de dag waarop het werd meegedeeld via de bovengenoemde middelen, mits binnen twee weken daarna de inhoud ervan alsnog in de vereiste vorm wordt ingediend. Bij gebreke daarvan wordt het stuk geacht niet te zijn ingediend.

  • 3 Indien enig stuk, overgelegd ter inschrijving in het door het Bureau gehouden register, is ondertekend namens een rechtspersoon, dienen daarbij de naam en de hoedanigheid van de ondertekenaar te zijn vermeld.

  • 4 Geen legalisatie van de ondertekening van stukken, waarvan de inschrijving wordt gevraagd, is vereist, tenzij het Bureau dit noodzakelijk oordeelt.

Artikel 11

  • 1 Het Bureau bevestigt de ontvangst van elk binnengekomen stuk, dat bestemd is voor inschrijving in het door het Bureau gehouden register.

  • 2 Ieder stuk wordt bij ontvangst door het Bureau gedagtekend door middel van een stempel houdende dag, maand en jaar van ontvangst.

  • 3 Stukken, die na sluitingstijd van de dienst zijn bezorgd, worden gedagtekend op de eerstvolgende dag, waarop het Bureau is geopend.

Artikel 13

Indien het Bureau gesloten is op de laatste dag van een ingevolge de wet of dit besluit in acht te nemen termijn, wordt die termijn verlengd tot het einde van de eerstvolgende dag, waarop het Bureau geopend is.

Artikel 14

  • 1 Het Bureau maakt inschrijvingen in het register bekend in het blad "De Industriële Eigendom", bedoeld in artikel 38 van het Octrooireglement 1921, Stb. 1083.

  • 2 Dit blad vermeldt daartoe alle gegevens die op grond van de artikelen 4 en 5 zijn ingeschreven.

Hoofdstuk IV. Verstrekken van technische adviezen

Artikel 15

De technische adviezen, bedoeld in artikel 23 van de wet worden verstrekt door een bijzondere afdeling van de Octrooiraad, die daartoe telkens door de centrale afdeling van die raad wordt samengesteld uit de gewone, buitengewone en plaatsvervangende leden van de Octrooiraad. De artikelen 9 tot en met 11 van het Octrooireglement 1921, Stb. 1083, zijn van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk V. Rechten

Artikel 16

  • 1 Voor de verschillende hierna vermelde handelingen betreffende depots zijn de volgende rechten verschuldigd:

    • a. € 79 voor het depot;

    • b. € 10 per depot voor de inschrijving van een naams- of adreswijziging van de deposant of van een verandering van het correspondentie-adres; indien de inschrijving wordt verzocht voor verscheidene depots die aan dezelfde houder behoren, € 5 voor elk volgend depot;

    • c. € 10 per depot voor de inschrijving van een naams- of adreswijziging van de maker indien hij een ander is dan de deposant; indien de inschrijving wordt verzocht voor verscheidene depots, waarin de maker is vermeld, € 5 voor elk volgend depot;

    • d. € 10 per depot voor de inschrijving van een naams- of adreswijziging van een gemachtigde; indien de inschrijving wordt verzocht voor verscheidene depots, waarin de gemachtigde is vermeld, € 5 voor elk volgend depot;

    • e. € 27 voor de inschrijving van de overdracht of overgang van het uitsluitend recht;

    • f. € 27 per depot voor de inschrijving van een licentie-overeenkomst.

  • 2 Voor afschriften is een bedrag van € 1 per bladzijde verschuldigd.

Artikel 17

  • 1 Betaling van rechten, verschuldigd ingevolge artikel 16, voor bij het Bureau verrichte handelingen, kan op één van de hierna volgende manieren plaatsvinden:

    • a. door overschrijving of storting op de girorekening of de bankrekening van het Bureau;

    • b. door middel van een schriftelijk verzoek tot afschrijving van een door belanghebbende of zijn gemachtigde bij het Bureau geopende lopende rekening;

    • c. door middel van een postwissel;

    • d. door overhandiging van een cheque ten gunste van het Bureau; of

    • e. door betaling in contanten.

  • 2 Bij elke betaling dient duidelijk en volledig te worden aangegeven waarvoor deze plaatsvindt.

  • 3 Het bewijs van betaling dient bij elke handeling te worden overgelegd. Als bewijs van betaling wordt beschouwd:

    • a. het document, uitgaande van een postdienst of van de bank, of een afschrift daarvan, waaruit blijkt dat de overschrijving of storting daadwerkelijk heeft plaatsgevonden;

    • b. het schriftelijk verzoek tot afschrijving van het bedrag van de lopende rekening bij het Bureau, indien het tegoed van die rekening voldoende is;

    • c. het door het Bureau verstrekte bewijs van betaling.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Tavarnelle , 23 juli 1987

Beatrix

De Minister van Justitie a.i.,

C. P. van Dijk

De Minister van Economische Zaken a.i.,

C. P. van Dijk

Uitgegeven de vijfde november 1987

De Minister van Justitie,

F. Korthals Altes

Naar boven