Vaststelling interest op verontreinigingsheffing rijkswateren

[Regeling vervallen per 22-12-2009.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-09-1974 t/m 21-12-2009

Vaststelling interest op verontreinigingsheffing rijkswateren

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 20 van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren, juncto artikel 19 van het Uitvoeringsbesluit verontreiniging rijkswateren en artikel 17, tweede lid, van de Wet van 22 mei 1845 (Stb. nr. 22),

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 22-12-2009]

  • 1 De interest, bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Wet van 22 mei 1845 (Stb. nr. 22), bedraagt zoveel twaalfde gedeelten van tien gulden per honderd gulden als er interestmaanden zijn aangevangen.

  • 2 Onder interestmaand wordt verstaan iedere kalendermaand volgende op de laatste vervaldag van de aanslag.

  • 3 Gedeelten van honderd gulden van de heffing worden verwaarloosd.

  • 4 Interest wordt niet berekend over aanslagen welke minder dan f 1200 bedragen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-12-2009]

  • 1 Deze beschikking treedt in werking met ingang van 1 september 1974.

  • 2 Zij vindt toepassing ten aanzien van interestmaanden aanvangende na 31 augustus 1974.

  • 3 De beschikking van 22 oktober 1971, nr. IIIA 14720 wordt met ingang van 1 september 1974 ingetrokken.

    Afschrift van deze beschikking, die in de Nederlandse Staatscourant zal worden geplaatst, wordt gezonden aan de Algemene Rekenkamer.

's-Gravenhage, 5 september 1974

De

Minister

voornoemd.

T. Westerterp

Naar boven