Het Koninkrijk België,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
Ierland,
de Italiaanse Republiek,
het Groothertogdom Luxemburg,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk,
de Portugese Republiek,
de Republiek Finland,
het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Verdragsluitende partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, hierna
„Lid-Staten” te noemen, en
de Europese Gemeenschap,
de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal,
hierna „de Gemeenschap” te noemen, enerzijds, en
de Republiek Tunesië,
hierna „Tunesië” te noemen, anderzijds;
Gelet op het belang van de traditionele banden tussen de Gemeenschap, haar Lid-Staten
en Tunesië en hun gemeenschappelijke waarden;
Overwegende dat de Gemeenschap, de Lid-Staten en Tunesië deze banden wensen te versterken
en duurzame betrekkingen op basis van wederkerigheid, partnerschap en gezamenlijke
ontwikkeling tot stand wensen te brengen;
Gelet op het belang dat de partijen hechten aan de eerbiediging van de beginselen
van het Handvest van de Verenigde Naties, en in het bijzonder aan de eerbiediging van de mensenrechten en de politieke en
economische vrijheden waarop de Associatie is gegrondvest;
Gelet op de politieke en economische ontwikkelingen van de laatste jaren op het Europese
continent en in Tunesië;
Gelet op de belangrijke vorderingen van Tunesië en het Tunesische volk bij de verwezenlijking
van hun doelstellingen van volledige integratie van de Tunesische economie in de wereldeconomie
en deelname aan de gemeenschap van democratische landen;
Zich bewust van het belang van deze overeenkomst, die gebaseerd is op samenwerking
en dialoog, voor de duurzame stabiliteit en de veiligheid van de Euro-mediterrane
regio;
Zich bewust van het belang van de betrekkingen in de algemene Euro-mediterrane context,
enerzijds, en van de doelstelling van integratie van de Maghreb-landen, anderzijds;
Rekening houdend met het verschil in niveau van economische en sociale ontwikkeling
tussen de Gemeenschap en Tunesië en verlangende de doelstellingen van deze associatie
te verwezenlijken door middel van de desbetreffende bepalingen van deze overeenkomst;
Verlangende een regelmatige politieke dialoog over bilaterale en internationale kwesties
van wederzijds belang in te stellen en te ontwikkelen;
Rekening houdend met de bereidheid van de Gemeenschap Tunesië aanzienlijke steun te
verlenen in zijn streven naar hervorming en aanpassing op economisch vlak en naar
sociale ontwikkeling;
Gelet op de keuze van zowel de Gemeenschap als Tunesië voor vrijhandel in overeenstemming
met de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT);
Verlangende een samenwerking in te stellen die steunt op een regelmatige dialoog op
economisch, sociaal en cultureel gebied, met het oog op een beter wederzijds begrip;
Overtuigd dat deze overeenkomst een gunstig klimaat zal scheppen voor de ontwikkeling
van hun economische betrekkingen, met name wat betreft handel en investeringen, die
van doorslaggevend belang zijn voor de economische herstructurering en de technologische
modernisering,