Tweede Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake grenscorrecties (Tweede Verdrag inzake grenscorrecties), 's-Gravenhage, , 20-10-1992

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-11-1996 t/m heden

Tweede Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake grenscorrecties (Tweede Verdrag inzake grenscorrecties)

Authentiek : NL

Tweede Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake grenscorrecties (Tweede Verdrag inzake grenscorrecties)

Het Koninkrijk der Nederlanden

en

de Bondsrepubliek Duitsland,

Verlangend de nadelen die bij de uitvoering van de bepalingen van het op 8 april 1960 te 's-Gravenhage tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot stand gekomen Verdrag nopens het verloop van de gemeenschappelijke landgrens, de grenswateren, het grondbezit in de nabijheid van de grens, het grensoverschrijdende verkeer over land en via de binnenwateren en andere met de grens verband houdende vraagstukken (Grensverdrag) zijn gebleken, op te heffen,

Gelet op de goede resultaten die zijn verkregen door het op 30 oktober 1980 te Bonn tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot stand gekomen Verdrag inzake grenscorrecties (Eerste Verdrag inzake grenscorrecties),

Zijn als volgt overeengekomen:

Artikel 1

  • 1 De door het Grensverdrag en door het Eerste Verdrag inzake grenscorrecties vastgestelde grens tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland wordt als volgt wederom herzien:

    • 1. Gebied van de gemeenten Kerkrade en Herzogenrath:

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Kerkrade

        Sectie B nrs. 10161, 10259 en 10260

        Sectie P nrs. 627 en 628; oppervlakte: 0, 9905 ha.

    • 2. Gebied van de gemeenten Rijnwaarden en Emmerik:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Elten

        „Flur" 3 nrs. 1110 en 1333; oppervlakte: 0,4249 ha.

    • 3. Gebied van de gemeenten Gendringen en Emmerik:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaat het volgende perceel over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Klein-Netterden

        „Flur" 6 nr. 321; oppervlakte: 0, 0026 ha.

    • 4. Gebied van de gemeenten Gramsbergen en Laar:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Laar, „Gemarkung" Laar

        „Flur" 22 nrs. 4/9, 4/10, 13/1, 19/1, 19/2, 19/3, 19/4, 21/2, 21/3, 21/4, 21/5, 21/6, 24/2, 24/3, 27/2, 30/2, 31/2, 31/3 en 31/4; oppervlakte: 0,0233 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Gramsbergen

        sectie L nrs. 571 tot en met 577, 579 tot en met 582, en 584 tot en met 588; oppervlakte: 0, 0198 ha.

    • 5. Gebied van de gemeenten Bergen en Goch:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Goch, „Gemarkung" Hassum

        „Flur" 4 nrs. 247, 249, 253 tot en met 262; oppervlakte: 0,1421 ha.

    • 6. Gebied van de gemeenten Kerkrade en Aken:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Aken, „Gemarkung" Richterich

        „Flur" 1 nrs. 882, 885, 888, 889 en 892; oppervlakte: 0,1361 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Kerkrade

        sectie D nr. 9831

        sectie E nr. 5350

        sectie F nr. 4290, 4291 en 4293; oppervlakte: 1,0355 ha.

    • 7. Gebied van de gemeenten Kerkrade en Herzogenrath:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Herzogenrath, „Gemarkung" Merkstein

        „Flur" 36 nrs. 78, 80 en 83

        „Flur" 40 nrs. 107, 108, 111, 112, 113, 115, 117, 118, 124, 125, en 132

        „Flur" 43 nrs. 405 en 406; oppervlakte: 1,0767 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Kerkrade

        sectie P nrs. 499, 522 tot en met 525, 597, 602, 621 tot en met 626, 651 tot en met 656, 658, 726 tot en met 730, 837, 838, 841 tot en met 843; oppervlakte: 10,0015 ha.

    • 8. Gebied van de gemeenten Gendringen en Emmerik:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Klein-Netterden

        „Flur" 6 nrs. 311 tot en met 313; oppervlakte: 0,1740 ha.

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Vrasselt

        „Flur" 1 nrs. 149 tot en met 155; oppervlakte: 0,3842 ha.

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Praest

        „Flur" 8 nrs.41, 133, 136 en 158

        „Flur" 9 nrs. 109 tot en met 117; oppervlakte: 1, 1508 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Gendringen

        sectie H nrs. 683 en 684; oppervlakte: 0,3615 ha.

    • 9. Gebied van de gemeenten Dinxperlo en Bocholt:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaat het volgende perceel over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Bocholt, „Gemarkung" Suderwick

        „Flur" 3 nr. 193; oppervlakte: 0,0065 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Dinxperlo

        sectie A nr. 5966

        sectie F nrs. 892 en 893; oppervlakte: 0,0224 ha.

    • 10. Gebied van de gemeenten Enschede, Losser en Gronau:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Gronau, „Gemarkung" Gronau

        „Flur" 1 nr. 66, 67, 333 tot en met 339

        „Flur" 47 nrs. 1142 tot en met 1144, 1153 en 1154; oppervlakte: 0,6024 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Enschede, kadastraal bekend gemeente Lonneker

        sectie E nrs. 6302, 6303, 6304 en 6306

        sectie F nrs. 4526 en 4527; oppervlakte: 0,3980 ha.

      • - gemeente Losser

        sectie I nrs. 7442 tot en met 7445; oppervlakte: 0,0375 ha.

    • 11. Gebied van de gemeenten Losser en Gronau:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Gronau, „Gemarkung" Gronau

        „Flur" 2 nrs. 241 tot en met 246, 252, 253 en 256; oppervlakte: 0,9113 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Losser

        sectie K nrs. 4590, 4738, 4740, 4741, 4826 en 4828; oppervlakte: 0,7029 ha.

    • 12. Gebied van de gemeenten Hardenberg en Wielen:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaat het volgende perceel over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Wielen, „Gemarkung" Itterbeck „Flur" 42 nr. 2/1; oppervlakte: 0,0779 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaat het volgende perceel over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Hardenberg, kadastraal bekend gemeente Ambt Hardenberg

        sectie AA nr. 802; oppervlakte: 0,6396 ha.

    • 13. Gebied van de gemeenten Coevorden en Laar:

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Coevorden

        sectie G nr. 1773

        sectie H nrs. 730 en 732; oppervlakte: 0, 1351 ha.

    • 14. Gebied van de gemeenten Bergh en Emmerik:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaat het volgende perceel over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Emmerik, „Gemarkung" Borghees

        „Flur" 1 nr. 240; oppervlakte: 0,1312 ha.

    • 15. Gebied van de gemeenten Losser en Bad Bentheim:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Bad Bentheim, „Gemarkung" Gildehaus

        „Flur" 47 nrs. 37/26, 37/28, 37/30, 37/33, 37/36, 37/38, 49/8 en 49/10; oppervlakte: 3,1990 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaan de volgende percelen over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Losser

        sectie C nrs. 1007 en 1008; oppervlakte: 3,1082 ha.

    • 16. Gebied van de gemeenten Bergen en Goch:

      Van de Bondsrepubliek Duitsland gaan de volgende percelen over aan het Koninkrijk der Nederlanden:

      • - gemeente Goch, „Gemarkung" Hommersum

        „Flur" 5 nrs. 58, 111 en 130; oppervlakte: 1,2853 ha.

      Van het Koninkrijk der Nederlanden gaat het volgende perceel over aan de Bondsrepubliek Duitsland:

      • - gemeente Bergen

        sectie R nr. 724; oppervlakte: 1,3375 ha.

  • 2 De 18 bijgevoegde kaarten worden geacht deel uit te maken van dit Verdrag.1

  • 3 Na de overgang van de in het eerste lid, onderdeel 7, genoemde percelen aan het Koninkrijk der Nederlanden respectievelijk de Bondsrepubliek Duitsland, loopt de grens in het gebied tussen de grenspunten 238 A en 238 D (gebied van de gemeenten Kerkrade/ Herzogenrath) in het midden van de Worm. Zij volgt de natuurlijke veranderingen van de waterloop.

Artikel 2

  • 1 De Bondsrepubliek Duitsland doet afstand van haar rechten met betrekking tot de percelen die krachtens artikel 1 aan het Koninkrijk der Nederlanden overgaan.

  • 2 Het Koninkrijk der Nederlanden doet afstand van zijn rechten met betrekking tot de percelen die krachtens artikel 1 aan de Bondsrepubliek Duitsland overgaan.

Artikel 3

  • 1 Het openbare vermogen dat het algemeen belang dient in de in artikel 1 bedoelde gebieden die aan het Koninkrijk der Nederlanden overgaan, behoort met alle rechten, lasten en verplichtingen toe aan het Koninkrijk der Nederlanden of aan de daarvoor in aanmerking komende publiekrechtelijke rechtspersonen in Nederland.

  • 2 Het openbare vermogen dat het algemeen belang dient in de in artikel 1 bedoelde gebieden die aan de Bondsrepubliek Duitsland overgaan, behoort met alle rechten, lasten en verplichtingen toe aan de Bondsrepubliek Duitsland of aan de daarvoor in aanmerking komende publiekrechtelijke rechtspersonen in de Bondsrepubliek Duitsland.

Artikel 4

De afbakening van de nieuwe gedeelten van de Nederlands-Duitse grens, die tengevolge van de in artikel 1 bedoelde ruil ontstaan, wordt in onderling overleg opgedragen aan de bevoegde autoriteiten van het kadaster. De kosten hiervan worden door de Verdragsluitende Partijen elk voor de helft gedragen.

Artikel 5

  • 1 De bevoegde autoriteiten regelen, voor zover mogelijk binnen zes maanden na de inwerkingtreding van dit Verdrag, de bestuursvraagstukken die verband houden met de overgang van de in artikel 1 bedoelde gebieden, zoals de overdracht van akten en dokumenten, en voeren de vereiste maatregelen in onderling overleg uit.

  • 2 Voor zover de overdracht van openbare registers, kadastrale registers en kaarten of daarbij behorende stukken niet mogelijk is, worden gewaarmerkte afschriften verstrekt.

Artikel 6

  • 1 Dit Verdrag moet worden bekrachtigd; de akten van bekrachtiging dienen zo spoedig mogelijk te Bonn te worden uitgewisseld.

  • 2 Dit Verdrag treedt op de eerste dag van de tweede maand na de uitwisseling van de akten van bekrachtiging in werking.

GEDAAN te 's-Gravenhage, op 20 oktober 1992, in tweevoud, in de Nederlandse en de Duitse taal, waarbij beide teksten gelijkelijk authentiek zijn.

Voor het Koninkrijk der Nederlanden,

(w.g.) H. VAN DEN BROEK

Voor de Bondsrepubliek Duitsland,

(w.g.) KLAUS J. CITRON

Aanvullend Protocol

Bij de ondertekening van het Tweede Verdrag inzake grenscorrecties tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland hebben de gevolmachtigden die dit Protocol hebben ondertekend, overeenstemming bereikt over de volgende bepalingen, die een integrerend deel uitmaken van het Grensverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland van 8 april 1960:

1.

De Nederlands-Duitse Grenscommissie overeenkomstig artikel 3 van het Verdrag van 8 april 1960 heeft het verloop van de landgrens tussen de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden gecontroleerd.

Het verloop van de grens wordt bepaald door de documenten met betrekking tot het verloop van de grens (grenskaartwerk en grensbeschrijving) van december 1984 en door de bijbehorende metingsstukken, alsmede door de bepalingen van het op 30 oktober 1980 te Bonn tot stand gekomen Eerste Verdrag inzake grenscorrecties en het heden ondertekende Tweede Verdrag inzake grenscorrecties. Voor het overige blijven de bepalingen van het Verdrag van 8 april 1960 onverlet. De documenten met betrekking tot het verloop van de grens worden voor de Bondsrepubliek Duitsland neergelegd bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken (politiek archief), bij het Nedersaksische „Landesverwaltungsamt" - afdeling landmeetkunde - in Hannover, bij de „Bezirksregierung Weser-Ems" in Oldenburg, bij het „Landesvermessungsamt" (Landmeetkundige Dienst) Noordrijn-Westfalen in Bonn, alsmede bij de „Regierungspräsidenten" in Düsseldorf, Keulen en Munster, en bij de aan het Koninkrijk der Nederlanden grenzende „Kreise" en „kreisfreie Städte" van het „Land" (de deelstaat) Noordrijn-Westfalen als kadastrale autoriteiten en voor het Koninkrijk der Nederlanden bij de Diensten van het Kadaster en de Openbare Registers.

2.

De grens is - onverminderd het bepaalde in artikel 1, derde lid, van het heden ondertekende Verdrag - onbeweeglijk. Zij loopt tussen twee opeenvolgende grenspunten rechtlijnig, tenzij de grensbeschrijving iets anders aangeeft. Indien het verloop van de grens betrekking heeft op een waterloop, zijn daarvoor die opmetingsstukken doorslaggevend, die de basis vormden voor de vervaardiging van de documenten met betrekking tot het verloop van de grens.

3.

Een grenspunt is een genummerd, door meetgegevens vastgelegd en in de documenten met betrekking tot het verloop van de grens vermeld punt in het verloop van de grens.

4.

Dit Aanvullend Protocol treedt gelijktijdig met het heden ondertekende Tweede Verdrag inzake grenscorrecties in werking.

GEDAAN te 's-Gravenhage op 20 oktober 1992, in tweevoud, in de Nederlandse en de Duitse taal, waarbij beide teksten gelijkelijk authentiek zijn.

Voor het Koninkrijk der Nederlanden,

(w.g.) H. VAN DEN BROEK

Voor de Bondsrepubliek Duitsland,

(w.g.) KLAUS J. CITRON

  1. De kaarten zijn niet afgedrukt; zij liggen ter inzage op het Ministerie van Buitenlandse Zaken en op de Directies van het Kadaster en de Openbare Registers van de grensprovincies. ^ [1]
Naar boven