3. Onderzoeksaanpak
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
3.2. Reikwijdte
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
Controleverklaring
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
De controle van de jaarrekening dient te worden uitgevoerd door een accountant als
bedoeld in artikel 393, eerste lid van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De controle voldoet aan de controlestandaarden die onderdeel zijn van de nadere
voorschriften Controle- en overige standaarden (NV COS), die door de Nederlandse Beroepsorganisatie
van Accountants (NBA) zijn vastgesteld. De grondslag voor de controle is opgenomen
in artikel 35 van de Politiewet 2012.
Op basis van het normenkader zoals vermeld in paragraaf 3.1 dient de accountant te
rapporteren aan de minister of:
-
• de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het
vermogen van de politie per ultimo verslagjaar, van het resultaat van de politie over
het verslagjaar en van de financiële rechtmatigheidsverantwoording die onderdeel uitmaakt
van de bedrijfsvoeringsparagraaf;
-
• de jaarrekening voldoet aan de Wet normering topinkomens (WNT);
-
• de andere informatie die gelijktijdig met de jaarrekening wordt verstrekt (het jaarverslag)
met de door hem gecontroleerde jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen
bevat (overeenkomstig NBA Standaard 720). De andere informatie omvat onder meer het
in-control-statement van de korpschef. De accountant stelt de verenigbaarheid van
het in control statement met de uitkomsten van de controlewerkzaamheden op de jaarrekening
vast. Hiertoe stelt hij vast:
-
○ de aanwezigheid van een recente beschrijving van het vigerende management control
systeem;
-
○ de verankering in de planning & control cyclus;
-
○ het uitvoeren van periodieke audits; en
-
○ de aanwezigheid van periodieke rapportages aan en bespreking er van op het niveau
van management (korpsleiding en directie) en de auditcommissie (adviesorgaan van de
korpschef).
Er worden geen afzonderlijke controleverklaringen gevraagd voor bijzondere bijdragen
aan de politie. Bij bijzondere bijdragen wordt per project aangegeven hoe de verantwoording
dient te geschieden. Daarbij is als voorwaarde gesteld dat de verantwoording per project
separaat in de jaarrekening dient te worden opgenomen. De bijzondere bijdragen dienen
te worden betrokken in de reguliere jaarrekeningcontrole.
Management letter
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
De management letter bevat een overzicht van de bevindingen inzake administratieve
organisatie en interne beheersing.
Accountantsverslag
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
Het accountantsverslag bevat bevindingen over de getrouwheid van de jaarrekening voor
zover voortvloeiend uit de controle van de jaarrekening. Hierin wordt onder meer en
indien van toepassing het volgende opgenomen:
-
• Een overzicht van fouten en onzekerheden, die gelet op rapporteringstolerantie moeten
worden gerapporteerd, voorzien van een toelichting.
-
• Een overzicht van de bevindingen inzake administratieve organisatie en interne beheersing.
-
• De kernpunten van de controle: de aangelegenheden die, in de professionele oordeelsvorming
van de accountant, het meest significant waren bij de controle van de financiële overzichten
van het betreffende verslagjaar.
-
• Een overzicht van de constateringen bij het beoordelen van de verenigbaarheid van
de financiële informatie in het jaarverslagverslag met de in de jaarrekening opgenomen
financiële informatie en het lezen van de andere (niet-financiële) informatie in het
jaarverslag.
3.3. Betrouwbaarheid en materialiteit
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
De controle behoort zodanig te worden ingepland en uitgevoerd dat een redelijke mate
van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang
bevat.
Een controleverklaring met een goedkeurende strekking impliceert dat, gegeven eerder
genoemde betrouwbaarheid, in de jaarrekening geen afwijkingen (fouten) respectievelijk
onzekerheden op het gebied van getrouwheid voorkomen die meer dan respectievelijk
1% respectievelijk 3% van de totale baten bedragen. Bij het toetsen van de betreffende
toleranties dienen de geconstateerde en niet gecorrigeerde afwijkingen (fouten) en
onzekerheden separaat van elkaar te worden geëvalueerd, conform onderstaande tabel.
% van de totale baten
|
Goedkeurend
|
Met beperking
|
Oordeelonthouding
|
Afkeurend
|
Fouten in de verantwoording
|
< 1%
|
> 1% en <3%
|
N.v.t.
|
> 3%
|
Onzekerheden in de controle
|
< 3%
|
> 3% en <10%
|
> 3% en <10%
|
N.v.t.
|
Afwijkingen in de verantwoording en onzekerheden in de controle
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
Van een afwijking in de verantwoording is sprake indien is gebleken dat een (gedeelte
van een) verantwoorde post niet voldoet aan één of meer aspecten van de geldende wet-
en regelgeving of dat een (gedeelte van een) post niet juist of volledig is verantwoord.
Afwijkingen van wet- en regelgeving (rechtmatigheidsfouten ten behoeve van de financiële
rechtmatigheidsverantwoording) worden in absolute zin opgevat, saldering van afwijkingen
is niet toegestaan.
Van een onzekerheid in de controle is sprake als er onvoldoende (controle-) informatie
beschikbaar is om een (gedeelte van een) post als goed of fout aan te merken. Kortom
als onzekerheid bestaat over het wel of niet voldoen aan de voorwaarden.
Omgaan met geconstateerde afwijkingen (fouten) en onzekerheden
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
Het uitgangspunt is dat de politie de door de accountant geconstateerde afwijkingen
voor zover mogelijk corrigeert. Een materiële afwijking in de verantwoording en/of
onzekerheid in de controle die niet door de politie kan worden gecorrigeerd, leidt
tot een aangepast (niet goedkeurend) oordeel van de accountant.
Naast de goedkeuringstoleranties wordt de rapporteringstolerantie onderkend. De rapporteringstolerantie
is een bedrag dat gelijk is aan of lager is dan de bedragen voortvloeiend uit de goedkeuringstolerantie.
Bij overschrijding van dit bedrag vindt rapportering plaats in het accountantsverslag
(op basis van clustering naar posten in de jaarrekening of naar onderwerpen). De rapporteringstolerantie
wordt vastgesteld op 10% van de betreffende goedkeuringstolerantie, oftewel 0,1%.
Hierbij maakt het niet uit of het om rechtmatigheid of de getrouwheid gaat. Fouten
dienen ongesaldeerd te worden weergegeven. Het gaat om het verkrijgen van een compleet
beeld van alle grotere fouten en onzekerheden. De accountant rapporteert de fouten
en onzekerheden in het accountantsverslag.
Rechtmatigheid
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
De korpschef legt aan de minister verantwoording af over de financiële rechtmatigheid
en stelt in dat kader de financiële rechtmatigheidsverantwoording op die onderdeel
uitmaakt van de bedrijfsvoeringsparagraaf. De bedrijfsvoeringsparagraaf maakt onderdeel
uit van de jaarrekening en maakt daarmee onderdeel uit van het controleobject van
de accountant. In de aanwijzingen van de meerjarige aanschrijving wordt de inhoud
van de bedrijfsvoeringsparagraaf nader toegelicht.
De korpschef neemt de hierboven vastgelegde rapporteringtoleranties (zijnde 10% van
de materialiteitsgrens – 1% respectievelijk 3% van de totale baten) in acht bij de
opstelling van de in de bedrijfsvoeringsparagraaf opgenomen verantwoording over de
financiële rechtmatigheid. Indien de rapporteringstolerantie wordt overschreden dient
het totale bedrag aan fouten en onzekerheden door de korpschef in de bedrijfsvoeringsparagraaf
te worden vermeld. Vermelding van fouten en onzekerheden geschiedt per onderwerp (post
of onderwerp in de jaarrekening).
De accountant dient vast te stellen dat het bedrag en de aard van de fouten en onzekerheden
getrouw in de financiële rechtmatigheidsverantwoording worden gerapporteerd. De accountant
zal de in de bedrijfsvoeringsparagraaf onvermeld gebleven fouten en onzekerheden met
betrekking tot de rechtmatigheid beschouwen als een getrouwe weergavefout die dient
te worden meegewogen bij het bepalen van het soort oordeel in de af te geven controleverklaring
(inclusief het eventueel opnemen van een benadrukkende paragraaf).
3.4. Reviewbeleid
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
De minister kan de ADR verzoeken een review uit te voeren op de uitgevoerde accountantscontrole,
met als doel te beoordelen of, in het kader van het toezicht, op de controle van de
accountant kan worden gesteund. De minister informeert de korpschef en de accountant
over dit verzoek. De accountant, die de controle uitvoert, verstrekt de ADR desgevraagd
alle inlichtingen en bescheiden. De eventuele extra kosten van deze accountant in
verband met de review komen ten laste van de politie.