Aanbieders van krediet
|
Particuliere cliënten (PC):
Aantal particuliere cliënten dat met de aanbieder rechtstreeks of middellijk als wederpartij
een overeenkomst is aangegaan inzake krediet
|
|
€ 2.044 vermeerderd met:
|
>0 tot en met 5.000 PC
|
€ 6,18 per PC
|
>5.000 tot en met 10.000 PC
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 4,33 per PC
|
>10.000 tot en met 100.000 PC
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,62 per PC
|
>100.000 PC
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,32 per PC
|
Accountantsorganisaties
|
Omzet:
Omzet uit wettelijke controles bij organisaties van openbaar belang (OOB-controles)
en bij controlecliënten die geen organisaties van openbaar belang zijn (niet OOB-controles)
|
|
€ 2.060 in voorkomend geval vermeerderd met:
|
Omzet uit OOB-controles:
|
|
>€ 0 tot en met € 10 miljoen
|
€ 42.687 per € miljoen omzet
|
>€ 10 miljoen tot en met € 20 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 20.456 per € miljoen omzet
|
>€ 20 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 11.028 per € miljoen omzet
|
Omzet uit niet OOB-controles:
|
|
>€ 0 tot en met € 20 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 13.232 per € miljoen omzet
|
>€ 20 miljoen tot en met € 100 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 7.433 per € miljoen omzet
|
>€ 100 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2.719 per € miljoen omzet
|
Adviseurs, bemiddelaars en crowdfundingdienstverleners
|
Omzet:
Omzet gerelateerd aan de activiteiten waarvoor de vergunning is verleend
|
|
€ 609 vermeerderd met:
|
>0 tot en met € 2,5 miljoen
|
€ 2,46 per € 1.000 omzet
|
>€ 2,5 miljoen tot en met € 25 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 1,72 per € 1.000 omzet
|
>€ 25 miljoen tot en met € 50 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 1,22 per € 1.000 omzet
|
>€ 50 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,49 per € 1.000 omzet
|
Afwikkelondernemingen, betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen
|
Provisie-inkomsten (PI)
|
Betaaldienstverleners waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:3.0b,
2:3.0g, 2:3.0l, 2:3a, eerste lid en 2:10a, eerste lid van de Wet op het financieel
toezicht
Personen met PI in het bereik van:
|
|
€ 0 tot en met € 0,2 miljoen
|
€ 435
|
>€ 0,2 miljoen tot en met € 0,5 miljoen
|
€ 949
|
>€ 0,5 miljoen tot en met € 1 miljoen
|
€ 1.546
|
>€ 1 miljoen tot en met € 5 miljoen
|
€ 2.109
|
>€ 5 miljoen
|
€ 2.706
|
Banken en clearinginstellingen
|
Minimum omvang toetsingsvermogen (MTV):
Minimum omvang toetsingsvermogen berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de Wet op het financieel toezicht worden bepaald
|
|
€ 10.640 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 80 miljoen MTV
|
€ 1.693 per € miljoen MTV
|
>€ 80 miljoen tot en met € 400 miljoen MTV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 732 per € miljoen MTV
|
>€ 400 miljoen tot en met € 4 miljard MTV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 381 per € miljoen MTV
|
>€ 4 miljard MTV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 112 per € miljoen MTV
|
Beheerders van beleggingsinstellingen en icbe’s alsmede bewaarders alsmede aanbieders
van beleggingsobjecten alsmede beleggingsondernemingen niet voor eigen rekening (exclusief
exploitanten van een MTF of een georganiseerde handelsfaciliteit)
|
Vergunning en type beleggingsdienst of -activiteit in combinatie met vermogen:
a.
– het op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2:3g Wft uitoefenen van het bedrijf van bewaarder;
– het op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2:55 Wft aanbieden van beleggingsobjecten;
– het op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft beheren van een beleggingsinstelling in een voorkomend geval verhoogd met een bedrag
per type dienst of activiteit genoemd in artikel 2:67a, tweede lid, onderdeel a,b of d, Wft of artikel 2: 97, vierde lid, Wft;
|
Vergunning als bedoeld in:
|
|
Art. 2:3g, 2:55, 2:65, 2:69b van de Wet op het financieel toezicht of artikel 18, tweede lid, van verordening (EU) nr. 1031/2010
|
€ 6.090
|
Art. 2:96 van de Wet op het financieel toezicht
|
€ 0
|
In combinatie met type beleggingsdienst of -activiteit
|
|
Ontvangen en doorgeven van orders als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2.091
|
Uitvoeren van orders voor rekening van cliënten als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 6.270
|
Vermogensbeheer als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 8.362
|
Beleggingsadvies als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 6.270
|
|
– het op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2:69b Wft beheren van een icbe, in een voorkomend geval verhoogd met een bedrag per type dienst
genoemd in artikel 2:97, derde lid, Wft;
– het op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2:96 Wft verlenen van een van de beleggingsdiensten genoemd in de onderdelen a tot en met f van het in artikel 1:1 Wft gedefinieerde begrip ‘het verlenen van een beleggingsdienst’;
– het op grond van een vergunning overeenkomstig artikel 18, tweede lid, verordening
(EU) nr. 1031/2010 aanbieden van broeikasgasemissierechten
b. de omvang van het totaal van:
– het balanstotaal van de aanbieder van beleggingsobjecten;
– het balanstotaal van de beheerde beleggingsinstelling(en);
– het balanstotaal van de beheerde icbe(’s);
– het beheerd individueel vermogen zoals omschreven in het in artikel 1:1 Wft gedefinieerde begrip ‘het beheren van individueel vermogen’, welk begrip wordt gebruikt
in onderdeel c van het in artikel 1:1 Wft gedefinieerde begrip «het verlenen van een
beleggingsdienst’, in artikel 2:67a, tweede lid, onderdeel a, Wft en in artikel 2:97, derde of vierde lid, Wft;
– het vermogen waarover wordt geadviseerd bij het ‘adviseren over financiële instrumenten’
zoals genoemd in onderdeel d van het in artikel 1:1 Wft gedefinieerde begrip ‘het verlenen van een beleggingsdienst’, in artikel 2:67a, tweede lid, onderdeel b, Wft en in artikel 2:97, derde of vierde lid, Wft.
|
Begeleiden of overnemen van emissies met plaatsingsgaranties als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2.091
|
Begeleiden van emissies zonder plaatsingsgarantie als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2.091
|
In combinatie met vermogen
Balanstotaal (BT)
|
|
€ 0 tot en met € 5 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 52,76 per miljoen BT
|
> € 5 miljard tot en met € 10 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 29,39 per miljoen BT
|
> € 10 miljard tot en met € 12 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2,34 per miljoen BT
|
> € 12 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,14 per miljoen BT
|
Beheerd individueel vermogen (BV) in voorkomend geval vermeerderd met het vermogen
waarover wordt geadviseerd (AV)
|
|
€ 0 tot en met € 1 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 6,66 per miljoen BV + AV
|
> € 1 miljard tot en met € 5 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 3,33 per miljoen BV + AV
|
> € 5 miljard tot en met € 20 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 1,10 per miljoen BV + AV
|
> € 20 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,83 per miljoen BV + AV
|
Beleggingsondernemingen voor eigen rekening
De jaarlijkse bijdrage aan de kosten voor het doorlopend toezicht bestaat uit drie
delen:
1. Basisbedrag;
2. Een variabel deel dat berekend wordt aan de hand van 100 maal het minimum aan te
houden toetsingsvermogen (uitkomst wordt voor 50% meegeteld);
3. Een variabel deel dat berekend wordt aan de hand van het aantal transacties (uitkomst
wordt voor 50% meegeteld).
|
Toetsingsvermogen (TV):
Honderd maal het minimaal aan te houden toetsingsvermogen dat door DNB is vastgesteld
ten aanzien van degene die handelt voor eigen rekening zoals genoemd in onderdeel a van het in artikel 1:1 Wft gedefinieerde begrip ‘verrichten van een beleggingsactiviteit’
|
|
€ 5.000 vermeerderd met:
|
>0 tot en met € 1 miljard TV
|
€ 39,38 per € 1 miljoen TV
|
>€ 1 tot en met € 10 miljard TV
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 23,63 per € 1 miljoen TV
|
>€10 tot en met € 20 miljard TV
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 3,94 per € 1 miljoen TV
|
>€ 20 miljard TV
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 0,39 per € 1 miljoen TV
|
Transacties:
Aantal transacties
|
>0 tot en met 1 miljoen transacties
|
€ 23,63 per 1.000 transacties
|
>1 tot en met 5 miljoen transacties
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 7,88 per 1.000 transacties
|
>5 tot en met 50 miljoen transacties
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 1,57 per 1.000 transacties
|
>50 miljoen transacties
|
In voorkomend geval vermeerderd met € 0,39 per 1.000 transacties
|
Centrale effectenbewaarinstellingen
|
Transactievolume:
Het aantal afwikkelingsinstructies dat verwerkt wordt door de effectenbewaarinstelling
|
|
€ 10.956 vermeerderd met:
|
0 t/m 1,25 mln. transacties
|
€ 80,86 per 1.000 transacties
|
> 1,25 mln. t/m 2,5 mln. transacties
|
€ 62,89 per 1.000 transacties
|
> 2,5 mln. t/m 5,0 mln. transacties
|
€ 44,92 per 1.000 transacties
|
> 5,0 mln. transacties
|
€ 26,95 per 1.000 transacties
|
Centrale tegenpartijen
|
Omzet:
De aan de hand van de artikelen 41, 42 en 43 van Verordening (EU) nr. 648/2012 (EMIR-verordening)
te bepalen waarde van het geheel aan middelen dat de centrale tegenpartij aanhoudt
ter dekking van de risico’s die zij loopt.
|
|
€ 34.600 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 10 miljoen
|
€ 2.090 per € miljoen omzet
|
>€ 10 miljoen tot en met € 100 miljoen
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 632 per € miljoen omzet
|
>€ 100 miljoen tot en met € 1 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 98 per € miljoen omzet
|
>€ 1 miljard
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 64 per miljoen € omzet
|
Effectenuitgevende instellingen: markt
|
Marktkapitalisatie:
De gemiddelde marktkapitalisatie (GMK) van de instelling.
|
Personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel 21, van verordening (EU)
nr. 596/2014 of artikel 5:33, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op het financieel
toezicht voor zover het aandelen uitgevende personen betreft niet zijnde beleggingsmaatschappijen:
|
€ 7.210 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 500 miljoen GMK
|
€ 30,06 per € miljoen GMK
|
>€ 500 miljoen tot en met € 1 miljard GMK
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 18,31 per € miljoen GMK
|
>€ 1 miljard tot en met € 5 miljard GMK
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 8,51 per € miljoen GMK
|
>€ 5 miljard GMK
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,51 per € miljoen GMK
|
Personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel 21, van verordening (EU)
nr. 596/2014 of artikel 5:33, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op het financieel
toezicht voor zover het aandelen uitgevende personen betreft zijnde beleggingsmaatschappijen
|
€ 990
|
Personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel 21, van verordening (EU)
nr. 596/2014 of artikel 5:33, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op het financieel
toezicht voor zover het schuldpapier uitgevende personen betreft
|
€ 740
|
Effectenuitgevende instellingen: verslaggeving
|
Marktkapitalisatie terwijl voor partijen die geen marktkapitalisatie kennen het eigen
vermogen relevant is:
Marktkapitalisatie:
De gemiddelde marktkapitalisatie (GMK) van de instelling.
Eigen vermogen:
Eigen vermogen (EV).
|
Personen als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet toezicht financiële verslaggeving
voor zover zij een geconsolideerde jaarrekening opstellen:
|
€ 4.220 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 500 miljoen GMK of EV
|
€ 15,88 per € miljoen GMK of EV
|
>€ 500 miljoen tot en met € 1 miljard GMK of EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 9,64 per € miljoen GMK of EV
|
>€ 1 miljard tot en met € 5 miljard GMK of EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 4,83 per € miljoen GMK of EV
|
>€ 5 miljard GMK of EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,28 per € miljoen GMK of EV
|
Personen als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet toezicht financiële verslaggeving
voor zover zij geen geconsolideerde jaarrekening opstellen
|
€ 1.980
|
Financiële infrastructuur: marktexploitanten, exploitanten van een MTF, OTF of een
georganiseerde handelsfaciliteit, datarapporterings-dienstverleners, beheerders van
benchmarks en securitisatiepartijen.
|
Omzet:
Omzet gerelateerd aan de activiteiten waarvoor de vergunning is verleend
|
Personen als bedoeld in artikel 5:26 Wft. waaraan een vergunning is verleend als Marktexploitant
of een beleggingsonderneming die in Nederland een MTF of een georganiseerde handelsfaciliteit
exploiteert en beheert, waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel
2:96 Wft
of een in Nederland actief zijnde houder van een met een gereglementeerde markt vergelijkbaar
systeem uit een staat die geen lidstaat van de Europese Unie is, waaraan een vergunning
is verleend als bedoeld in artikel 5:26 Wft.
|
|
>0 tot en met € 5 miljoen omzet
|
€ 64.000
|
>€ 5 tot en met € 50 miljoen omzet
|
€ 175.000
|
>€ 50 miljoen omzet
|
€ 650.000
|
Personen als bedoeld in artikel 2:103c Wft waaraan een vergunning is verleend als
datarapporterings-dienstverlener of een marktexploitant als bedoeld in artikel 2:103e
Wft, tweede lid, waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 5:26 Wft,
eerste lid, en in de vergunning is vermeld dat deze is verleend voor werkzaamheden
als bedoeld in de definitie van datarapporteringsdienst, bedoeld in artikel 1:1 Wft
of een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 2:103e Wft, eerste lid, waaraan
een vergunning als bedoeld in artikel 2:96, eerste lid, is verleend voor het exploiteren
van een georganiseerde handelsfaciliteit of een multilaterale handelsfaciliteit, en
in de vergunning is vermeld dat deze is verleend voor werkzaamheden als bedoeld in
de definitie van datarapporteringsdienst, bedoeld in artikel 1:1
|
€ 25.000
|
Een beheerder van een benchmark als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a,
van Verordening EU nr 2016/1011 (Benchmarks) waaraan in Nederland een vergunning is
verleend als bedoeld in artikel 34, eerste lid, onderdeel a, van die verordening.
|
€ 19.000
|
|
|
Een beheerder van een benchmark als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a,
van Verordening EU nr 2016/1011 (Benchmarks) waaraan in Nederland een registratie
is verleend als bedoeld in artikel 34, eerste lid, onderdeel a, van die verordening
|
€ 19.000
|
Een Nederlandse ondertoezichtstaande instelling als bedoeld in artikel 3, eerste lid,
onderdeel a, van Verordening EU nr 2016/1011 (Benchmarks) beschikkende over een goedgekeurde
bekrachtiging van een in een derde land aangeboden benchmark of benchmarkgroep als
bedoeld in artikel 33, eerste lid, van die verordening
|
€ 19.000
|
Een wettelijke vertegenwoordiger van een derde land beheerder waaraan in Nederland
erkenning is verleend als bedoeld in artikel 32, eerste lid, van Verordening EU nr. 2016/1011
(Benchmarks)
|
€ 19.000
|
Een Nederlandse ondertoezichtstaande instelling als bedoeld in artikel 2, tweede lid,
van Verordening EU nr. 2017/2402 (Securitisaties)
|
€ 2.300
|
een Nederlandse ondertoezichtstaande instelling als bedoeld in artikel 28 van Verordening
EU nr. 2017/2402 (Securitisaties).
|
€ 2.300
|
Pensioenfondsen en premiepensioeninstellingen
|
Deze categorie kent twee heffingsmaatstaven die beide worden toegepast:
1. Deelnemers:
Aantal actieve deelnemers
2. Vermogen:
Som van de technische voorzieningen en het eigen vermogen (TV+EV)
|
|
€ 705 vermeerderd met:
|
Deelnemers:
|
|
>0 tot en met 100.000 deelnemers
|
€ 0,44 per deelnemer
|
> 100.000 tot en met 500.000 deelnemers
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,04 per deelnemer
|
>500.000 tot en met 1.000.000 deelnemers
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,03 per deelnemer
|
>1.000.000 deelnemers
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,03 per deelnemer
|
in combinatie met Vermogen:
|
|
>€ 0 tot en met € 10 miljard TV+EV
|
in alle gevallen vermeerderd met:
€ 2,71 per € miljoen TV+EV
|
> € 10 miljard tot en met € 50 miljard TV+EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,45 per € miljoen TV+EV
|
>€ 50 miljard tot en met € 100 miljard TV+EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,11 per € miljoen TV+EV
|
>€ 100 miljard TV+EV
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 0,04 per € miljoen TV+EV
|
Verzekeraars: Leven- en pensioen
|
Premie-inkomen:
Bruto premie-inkomen in Nederland (BPIN) uit pensioenverzekeringen en levensverzekeringen
|
|
€ 4.000 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 1 miljard BPIN
|
€ 713,24 per € miljoen BPIN
|
>€ 1 miljard tot en met € 2 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 424,91 per € miljoen BPIN
|
>€ 2 miljard tot en met € 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 144,17 per € miljoen BPIN
|
>€ 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 36,41 per € miljoen BPIN
|
Verzekeraars: Schade niet zijnde zorg
|
Premie-inkomen:
Bruto premie-inkomen in Nederland (BPIN) uitgezonderd het premie-inkomen uit zorgverzekeringen
en aanvullende ziektekostenverzekeringen
|
|
€ 1.620 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 1 miljard BPIN
|
€ 182,15 per € miljoen BPIN
|
>€ 1 miljard tot en met € 2 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 109,08 per € miljoen BPIN
|
>€ 2 miljard tot en met € 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 36,37 per € miljoen BPIN
|
>€ 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 9,02 per € miljoen BPIN
|
Verzekeraars: zorg
|
Premie-inkomen:
Bruto premie-inkomen in Nederland (BPIN) voor zover afkomstig uit aanvullende ziektekostenverzekering
|
|
€ 14.210 vermeerderd met:
|
>€ 0 tot en met € 1 miljard BPIN
|
€ 41,67 per € miljoen BPIN
|
>€ 1 miljard tot en met € 2 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 24,83 per € miljoen BPIN
|
>€ 2 miljard tot en met € 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 8,37 per € miljoen BPIN
|
>€ 3 miljard BPIN
|
in voorkomend geval vermeerderd met:
€ 2,03 per € miljoen BPIN
|